Afrikaans vrijheidsbeeld schokt bevolking Senegal
31 maart 2010
Een man omarmt zijn vrouw en draagt hun beider kind op zijn biceps. Het bronzen Monument van de Afrikaanse Renaissance staat op een honderd meter hoge berg, in Dakar, de hoofdstad van Senegal. Vijftig jaar nadat in 1960 een dozijn Afrikaanse landen onafhankelijk werd, beeldt dit monument de kracht en heroïek van Afrika uit, althans volgens initiatiefnemer Abdoulaye Wade, president van Senegal.
Maar het bronzen beeld ziet er eigenlijk niet uit, tenzij je van stalinistische arbeiderskunst houdt. Het is ook nog eens vijftig meter hoog, kan naar verluidt 1200 jaar mee en werd neergezet door de Noord-Koreaanse bouwfirma Mantsudae. Begin april wordt het met veel bombarie ingewijd, maar intussen heeft het al veel stof doen opwaaien. De gigantische ‘afgod’ en vooral de halfblote vrouwenborst konden al op tandengeknars van moslims rekenen, de grootste geloofsgroep in Senegal. Niet zo erg, ware het niet dat president Wade voor zijn machtsbasis de steun van bijvoorbeeld de islamitische broederschap van de Moeriden hard nodig heeft.
Erger is de zweem van corruptie en geldverspilling die rond dit Afrikaanse Vrijheidsbeeld hangt. Het beeld kost volgens de Senegalese minister van Cultuur minder dan eerst geschat, namelijk 9 miljard CFA (14 miljoen euro). Dat is niettemin een smak geld, zeker in een land waar zes van de tien mensen met minder dan twee dollar de dag door moeten.
Bovendien zou Wade voor de financiering enkele tientallen hectaren staatsgrond verkocht hebben –onder de marktprijs, gaat het gerucht– aan Mbackiou Faye, een zakenman, die in ruil het beeld financierde. Een deel van die terreinen is, alweer naar verluidt, opnieuw doorverkocht. Dakar barst uit zijn voegen en de vastgoedprijzen rijzen de pan uit, dus zo’n lapje grond kan een aardige stuiver opbrengen. Niets aan de hand, volgens Wade: ‘Dit beeld is betaald met privégiften.’
Het beeld herbergt overigens ook een museum en andere faciliteiten. Wie een bezoek brengt, betaalt entree. De president heeft al 35 procent van de netto-opbrengsten opgeëist. Want was dit niet zijn briljante idee? Dat geld moet naar een Wade-stichting gaan, beheerd door zoon Karim. De resterende 65 procent gaat naar de staatskas. Over de inbreng van de intussen in ongenade gevallen “rijksarchitect” Pierre Goudiaby Atepa en de Senegalese kunstenaar Ousmane Sow geen woord.
Op 4 april, de Senegalese onafhankelijkheidsdag, is de inwijding gepland. Abdoulaye Wade heeft zijn beeld Afrikaanse Renaissance gedoopt, naar het geesteskind van ex-president Thabo Mbeki van Zuid-Afrika. Mbeki wilde zich met het New Partnership for Africa’s Development, Black Economic Empowerment en de promotie van een African Renaissance een inheemser imago aanmeten. De vraag is of Mbeki –en met hem vele Afrikanen– gelukkig zullen zijn met deze vertaling van de Afrikaanse heropstanding.