België gedagvaard voor opvang niet-begeleide minderjarigen
Lynn Symons
15 maart 2012
De verenigingen voor de bescherming van de rechten van niet-begeleide minderjarige vreemdelingen hebben de Belgische staat en het Federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers (Fedasil) gedagvaard. België schendt op verschillende vlakken het Verdrag inzake de rechten van het kind in de opvang van niet-begeleide minderjarigen.
België ondertekende in 1990 het Verdrag inzake de rechten van het kind. Toch respecteert België al drie jaar die wet niet, meent Katja Fournier, coördinatrice van het Platform Kinderen op de vlucht. Exacte cijfers over het aantal niet-begeleide minderjarigen zijn er niet, aangezien niet iedereen geregistreerd is. ‘In 2011 hadden 461 jongeren geen opvang. In 2010 waren er dat maar 258’, vertelt Fournier. Het Platform Kinderen op de vlucht meent dat het cijfer nog ver beneden de realiteit ligt. Dat een adequate opvang zich opdringt, valt niet te ontkennen.
Naast de overvolle opvangcentra, die een bezettingsgraad hebben van 185 procent, opvang in hotels en in centra waar de jongeren samenzitten met volwassenen, leven er op dit moment nog steeds kinderen op straat, vertelt Fournier. Om die crisissituatie aan te klagen, hebben de verenigingen voor de bescherming van de rechten van niet-begeleide minderjarige vreemdelingen de Belgische staat en Fedasil gedagvaard. Er moet een einde komen aan deze toestand, klinkt het. De nood aan opvang blijft en zal enkel nog stijgen in de toekomst als er niets gebeurt. ‘De opvangcrisis is niet nieuw’, benadrukt Benoît Van Keirsbilck van de ngo Défense des Enfants International (DEI). ‘Er is al verschillende jaren een vraag naar adequate opvang.’
Collectieve aanklacht
België schendt de opvangwet van 12 januari 2007 en verschillende artikels van het Kinderrechtenverdrag, luidt het. DEI besliste daarom om een procedure op te starten bij de voorzitter van de Arbeidsrechtbank. Verschillende andere verenigingen voor de bescherming van de rechten van niet-begeleide minderjarigen steunen de aanklacht. ‘Normaal moet iedere minderjarige individueel klacht indienen, maar dat is onmogelijk’, vertelt Van Keirsbilck. In de aanklacht vragen de verschillende partijen om opvang voor elke niet-begeleide minderjarige vreemdeling, inclusief individuele begeleiding, juridische hulpverlening, materiële hulp en het recht op onderwijs. Als hier niet aan voldaan wordt, vraagt het de uitbetaling van dwangsommen.
Dringende oplossingen
Jacques Fierens, die als advocaat gespecialiseerd is in niet-begeleide minderjarige vreemdelingen, beklemtoont dat het gaat om jongeren. ‘We laten hen gewoon op straat staan en stellen hen bloot aan alle gevaren, zonder eten of zorg’, vertelt Fierens. ‘Er moet eerst een drama gebeuren voor er effectief iets gebeurt.’ De aanklagers dringen daarom aan dat er snel duurzame oplossingen moeten komen.
België is verplicht om voor elke niet-begeleide minderjarige asielzoeker een voogd te zoeken, maar er is een groot tekort aan voogden. Ria Hendrickx, voogd aangesloten bij de voogdenvereniging Maia vzw, bevestigt de crisissituatie. Toch heeft ze goede hoop. ‘Het is goed dat er een juridische procedure gestart is. Uiteindelijk zullen de Belgische staat en Fedasil toch iets moeten ondernemen,’ meent ze. Dat het zo niet langer kan, is voor velen duidelijk.
“Aanzuigeffect vermijden”
Els Cleemput, woordvoerdster van Staatssecretaris voor Asiel en Migratie en Maatschappelijke Integratie, Maggie De Block, betreurt de dagvaarding. Dwangsommen leiden volgens haar enkel maar tot een aanzuigeffect. Ze benadrukt dat Fedasil en Staatssecretaris De Block zich volop inzetten voor de opvang. Zo meldt ze dat Fedasil een nieuw observatie- en oriëtatiecentrum zal openen. Waar en wanneer dat gebeurt, is nog onduidelijk. ‘Voor het centrum moet er plaats gezocht worden binnen de bestaande structuren’, vertelt Cleemput.
‘Jammer genoeg dienen de verenigingen klacht in, terwijl ze weten waarmee wij bezig zijn. Dagvaardingen zijn niet de oplossing voor het probleem’, aldus Cleemput.