Brits mijnbouwbedrijf betaalt schadevergoeding aan Peruaanse boeren

Nieuws

Brits mijnbouwbedrijf betaalt schadevergoeding aan Peruaanse boeren

Brits mijnbouwbedrijf betaalt schadevergoeding aan Peruaanse boeren
Brits mijnbouwbedrijf betaalt schadevergoeding aan Peruaanse boeren

Laurie Gadeyne

25 juli 2011

Het Britse mijnbouwbedrijf Monterrico Metals betaalde op 21 juli schadevergoedingen aan de families van drieëndertig Peruaanse boeren. Ze klaagden het bedrijf aan nadat politie betogers mishandelde bij protesten tegen de vestiging Rio Blanco Copper SA (RBC) in Noord-Peru. Volgens de aanklagers gebeurde dit met medeweten van RBC. Monterrico Metals vermijdt hiermee een publiek proces aan het Londense Hooggerechtshof.

Volgens de aanklagers mishandelde en intimideerde de politie Peruaanse boeren gedurende twee tot drie dagen in augustus 2005, toen zij betoogden tegen het bedrijf. Volgens ex-mijnwerkers en getuigen hitste de lokale manager van RBC de politie op toen die de demonstranten intoomde. Sommige werknemers van het veiligheidsbedreif Forza voorzagen de politie touwen en zakken om demonstranten vast te houden of droegen munitie van de politie. Dat meldt het Britse advocantenbureau Leigh Day & Co (LD&C) die de zaak voor de boeren bepleitte. Monterrico ontkent al deze aantijgingen.

‘Ze antwoordden met kogels en geweld, wanneer we wilden praten’, vertelt getuige Senesio Jimenez aan LD&C. ‘Een boer wordt soms behandeld als een beest zonder recht op leven, ze hebben geen medelijden’, voegt hij toe. Geweld, mishandeling, doodsbedreigingen en seksueel misbruik zijn enkele feiten waarvoor de politie verantwoordelijk is. Dat vertellen de aanklagers aan LD&C. Het mijnbouwbedrijf wast zijn handen in onschuld en voerde geen onderzoek naar de klachten van de Peruaanse boeren. De omvang van de schadevergoeding is nog niet bekend.

‘De schadevergoeding is een belangrijke overwinning voor de slachtoffers en alle inheemse gemeenschappen in Peru die conflicten hebben met mijnbouwbedrijven’, vindt Wies Willems van CATAPA vzw, een vrijwilligersorganisatie die boerengemeenschappen tegen mijnbouwprojecten beschermt. ‘Het is een voorbeeldige les voor multinationals in ontwikkelingslanden’, vindt ook LD&C.

Geen juridisch proces

Boerengemeenschappen uit de noordelijke Andes klaagden de Peruaanse vestiging van Monterrico Metals in eigen land aan, maar zonder resultaat. Nadien namen de aanklagers het advocantenkantoor LD&C aan boord, met steun van ngo’s. De advocaten slaagden erin de zaak voor het Londense Hooggerechtshof te brengen. Door de minnelijke schikking met de schuldeisers, ontloopt Monterrico Metals echter het juridisch proces dat in oktober dit jaar gepland was. Volgens Wies Willems komt RBC er relatief goed vanaf, wat een slecht voorbeeld is voor andere bedrijven. ‘Het is jammer dat er geen publiek proces plaatsvindt over de aansprakelijkheid van het bedrijf. De mensenrechtenschendingen zullen wellicht nooit volledig aan het licht komen.’ Monterrico Metals wilde volgens Willems vooral het financieel verlies en de imagoschade beperken.

Of intimidaties door het mijnbedrijf van de baan zijn door de schadevergoeding, is niet zeker. ‘Ik denk niet dat het intimidaties kan voorkomen, maar het toont wel aan dat een bedrijf niet zomaar vrijuit gaat als het mensenrechten van de lokale gemeenschap schendt’, aldus Willems. Hij benadrukt dat de zaak ngo’s, Peruaanse gemeenschappen en consumenten een hart onder de riem steekt in hun strijd tegen gelijkaardige praktijken.

‘Het is jammer dat er geen publiek proces plaatsvindt over de aansprakelijkheid van het bedrijf. De mensenrechtenschendingen zullen wellicht nooit volledig aan het licht komen.’

Rio Blanco Copper SA behoort tot het project dat een groter mijnbouwdistrcit wilt uitbouwen in de Tropische Andes van Noord-Peru, één van de grootste koperreserves van Peru. Het mijnbouwbedrijf bevindt zich op het grondgebied van twee inheemse boerengemeenschappen. In 2007 hielden lokale gemeentebesturen en boerengemeenschappen een referendum. Zevenennegentig procent van de kiezers keerde zich toen tegen het mijnbouwproject. De Peruaanse regering weigert echter de geldigheid van het referendum te erkennen.

“Second Gold Rush”

De stijgende schaarste en prijzen van grondstoffen zorgen ervoor dat mijnbouw een winstgevende onderneming is. Op de website van CATAPA staat dat de gemiddelde grondstoffenprijs van metalen verdrievoudigde tussen 1999 en 2006. De mijnbouwindustrie boekte een netto-winst van vijfenveertig miljard dollar in 2006. Dat is negen keer meer dan in 2002.

Volgens cijfers van het Peruaanse Ministerie van Energie en Mijnbouw telt Peru 249 mijnbouwbedrijven, waarvan zesenvijftig in de exploitatiefase. Voor vijftien procent van het Peruaanse grondgebied verleende de overheid een consessie aan mijnbouwbedrijven. Zeventig procent van het Amazonegebied staat ter beschikking voor olie- en gaswinning. Vaak overlappen de opengestelde gebieden met de territoria van inheemse gemeenschappen en natuurgebied.

De lokale bevolking ontvangt mijnbouwbedrijven niet altijd met open armen. Vaak vestigen de bedrijven zich in rurale gebieden waar landbouw een belangrijke economische rol speelt. Het bedrijf neemt dan ook kostbare landbouwgrond in, vaak zonder inspraak van de lokale gemeenschap. Volgens Wies Willems investeren de bedrijven ook niet altijd in lokale werkkrachten. ‘Meestal rekruteren de bedrijven arbeidskrachten uit steden of willen ze niet investeren in de opleiding van boeren zodat ze kunnen meedraaien in het bedrijf’, vertelt hij. Naast economsiche en sociaal-culturele effecten, zorgt de “second gold rush” ook voor negatieve mileu-effecten zoals het vrijkomen van zware metalen in het ecosysteem.

Regeringswissel

Op 28 juli wordt Ollanta Humala de nieuwe Peruaanse president. De centrumlinkse president wilt een sociaal programma implementeren, zodat de economische voordelen ook de arme Peruanen bereiken. Ondanks de  economische groei, leeft nog één derde van de bevolking in armoede. Ollanta Humala verklaarde al een “windfall tax” in te voeren: een maatregel die mijnbouwbedrijven extra belast wanneer de winsten van de mijnbouw de hoogte inschieten, als gevolg van hoge grondstofprijzen. Volgens het persagentschap Reuters zullen de inkomsten van de nieuwe belasting gebruikt worden voor sociale projecten in rurale gebieden.