China neemt het op tegen Braziliaanse dammenbouwers
Mario Osava
02 februari 2011
De grote Braziliaanse aannemers die zich toeleggen op de bouw van waterkrachtcentrales in andere Zuid-Amerikaanse landen, krijgen steeds meer concurrentie van Chinese bedrijven. Beide landen financieren de megaprojecten ook, en dat leidt tot een echte bouwwoede in het Amazonegebied.
Grote waterkrachtprojecten in Latijns-Amerika gingen tot voor kort vooral naar Braziliaanse bedrijven als Odebrecht en Andrade Gutierrez. Maar de Chinese concurrentie zet op. Chinese bedrijven tekenen voor drie grote waterkrachtcentrales die nu in aanbouw zijn in Ecuador. Dat noodlijdende land heeft nauwelijks toegang tot internationale financiering, en daarom schiet de Chinese Exim Bank, een overheidsbank die exportkrediet verleent, bijna alle kosten voor.
Ook Brazilië komt via zijn ontwikkelingsbank BNDES met veel geld over de brug voor grote projecten in het buitenland. De relaties met Ecuador raakten echter verstoord in 2008. Toen zette de Ecuadoraanse regering Odebrecht het land uit. Ecuador acht het Braziliaanse bouwbedrijf verantwoordelijk voor constructiefouten in de waterkrachtcentrale van San Francisco en eist een schadevergoeding van 152 miljoen euro.
Op maat van Brazilië
Brazilië lijkt echter voorlopig het pleit gewonnen te hebben in Peru. Dat land heeft plannen klaar voor vijf nieuwe waterkrachtcentrales, “en die plannen zijn helemaal op maat van Brazilië gemaakt”, zegt Alfredo Novoa, de directeur van de milieuorganisatie ProNaturaleza,.
Een ander Latijns-Amerikaans land waar Brazilië nog op rozen zit, is Nicaragua. De Braziliaanse bedrijven Andrade Gutierrez en Queiroz Galvão bouwen er allebei aan een waterkrachtcentrale. Nicaragua onderhoudt diplomatieke betrekkingen met Taiwan en wordt daarom door China gemeden.
China investeert sinds twee jaar wel veel in Brazilië zelf, onder meer ook in de energiesector. Experts gaan ervan uit dat de Chinese dammenbouwers het in Brazilië niet zomaar kunnen opnemen tegen de erg concurrentiële plaatselijke bedrijven. Maar Chinese producenten leveren wel heel goedkope turbines en andere machines die nodig zijn.
Gebonden hulp
Milieubeschermers zien de wedren om nieuwe dammenbouwcontracten in Latijns-Amerika met lede ogen aan. Voor de stuwdammen en de hoogspanningslijnen moeten grote oppervlaktes oerwoud wijken, terwijl er vaak ook weinig aandacht is voor de plaatselijke bevolking in de omgeving van de nieuwe dammen. De vraag is zelfs of de landen waar de dammen komen, er een goede zaak aan doen. Volgens Novoa heeft Peru bijvoorbeeld helemaal geen bijkomende stroom nodig. Het is Brazilië dat meer elektriciteit wil om zijn deel van de Amazoneregio te ontwikkelen. Een van de voorwaarden van de financiering van de nieuwe dammen door Brazilië is ook dat Braziliaanse leveranciers voorrang krijgen. Ook China probeert bij projecten in het buitenland zoveel mogelijk landgenoten aan het werk te zetten en Chinese leveranciers opdrachten toe te spelen.