Hulpverleners Bangladesh in wedren met honger

Een helikopter van de Bengalese luchtmacht zoekt vruchteloos een veilige landingsplaats op Dublar Char, een afgelegen eiland in het zuiden van de Sunderbans, het mangrovegebied voor de kust van Bangladesh. Uiteindelijk beslist de bemanning pakketten met drinkwater en voedsel te droppen vanuit de lucht, wat leidt tot vechtpartijen onder de uitgehongerde bevolking, meestal vissers die have en goed hebben verloren.
Dergelijke scènes spelen zich overal af langs de Bengalese kust. Tienduizenden mensen wachten op hulp uit de lucht, te minden van de puinhoop die de cycloon en de vloedgolf van donderdag hebben achtergelaten. “Ik was zondag in Southkhali in het district Bagerhat. Ik heb mensen honger zien lijden terwijl anderen op zoek gingen naar de lichamen van vermiste familieleden onder het puin van hun huizen”, zegt fotojournalist Andrew Biraj.
“Het dodental loopt mogelijk op tot 10.000”, zegt Mohammad Abdur Rob, de voorzitter van het Bengalese Rode Kruis. Volgens het Rode Kruis hebben meer dan vijf miljoen mensen hulp nodig, veel meer mensen dan het straatarme Bangladesh ooit kan helpen. De internationale gemeenschap heeft miljoenen dollars aangeboden, maar het grote probleem is om de hulp tot bij de mensen te krijgen.
Hulpverleners en het Bengalese leger zijn druk bezig met het vrijmaken van de wegen in de zwaarst getroffen gebieden. Op sommige plaatsen worden olifanten ingezet om de bomen weg te slepen die werden ontworteld door winden met een snelheid van 220 tot 240 kilometer per uur. Door de cycloon viel in zowat heel het land de elektriciteit uit, de stroomtoevoer kon pas zondag gedeeltelijk worden hersteld. Naast stroom ontbreken op veel plaatsen drinkwater en brandstof.
De rijstoogst voor dit jaar is door de stormvloed weggevaagd. De Bengalese ontwikkelingsorganisatie Bangladesh Rural Advancement Committee (BRAC) heeft zijn aanvankelijk geraamde budget voor noodhulp opgevoerd van één tot vijf miljoen dollar. “In het begin hadden we niet zo’n zicht op de omvang van de schade”, zegt Mushtaque Chowdhury, de directeur van BRAC, “Nu onze mensen ter plaatse zijn geweest, realiseren we ons dat de taak die voor ons ligt enorm is.”
Overlevers die zijn overgebracht naar het vasteland vertellen over honderden lichamen in de rivieren van de Sunderbans. De 50-jarige visser Abdur Gafur uit Dublar Char dankt zijn leven aan een grote boom, waaraan hij zich had vastgebonden. “Hoewel ik vier meter hoog zat, kwamen de golven tot aan mijn borst”, zegt de visser,” Ik bad tot de allerhoogste om bescherming. Ik ben het spoor bijster van vier van mijn kompanen, die waarschijnlijk zijn weggespoeld.”
Bangaldesh wordt regelmatig getroffen door rampen met een bijbelse omvang. In 1970 eiste een cycloon een half miljoen mensenlevens en in 1991 stierven 138.000 mensen door een vloedgolf.