Venezolaanse economie zit in de lift

Nieuws

Venezolaanse economie zit in de lift

Venezolaanse economie zit in de lift
Venezolaanse economie zit in de lift

Shirah Miroir

01 oktober 2012

Venezuela herstelt zich sneller dan verwacht van de mondiale crisis, en ook de volgende jaren blijft de Venezolaanse economie stabiel. Dat stelt een rapport van het Centrum voor Economie- en Beleidsonderzoek (CEPR), een denktank uit de VS die de economische en sociale toestand in de VS en ontwikkelingslanden onderzoekt.

Sinds het tweede kwartaal van 2010 is de Venezolaanse economie terug in volle groei. In 2011 steeg het bnp volgens de Wereldbank met 4,2 procent. Het CEPR-onderzoek Het Economisch herstel van Venezuela: is het duurzaam? constateert voor de eerste helft van 2012 zelfs een spectaculaire toename van 5,6 procent. De inflatie is de laatste jaren sterkt gedaald en ook voor de komende jaren verwachten CEPR-onderzoekers Mark Weisbrot en Jake Johnston een positieve evolutie –op voorwaarde dat de politieke toestand stabiel blijft. De onderzoekers baseren zich vooral op cijfers van de Nationale Bank van Venezuela (BNV). Die cijfers weerspiegelen de bevindingen van de Wereldbank.

Juan Alberto Fuentes, directeur van de VN-Commissie voor de Economie van Latijns-Amerika en de Caraïben (ECLAC), verklaarde in juni aan de Venezolaanse pers dat de Venezolaanse economie dit jaar met 5 procent  zal groeien. Venezuela zit hiermee ver boven het gemiddelde voor Latijns-Amerika, waar een toename van 3,7 procent wordt verwacht. ‘De stijging is het gevolg van een grotere vraag en meer consumptie in eigen land, en investeringen in verschillende andere landen’, zegt Fuentes.

Het nieuwe sociale programma Plan voor het vaderland , dat minister van Planning en Financiën Jorge Giordani tijdens de kandidaatstelling voor de presidentsverkiezingen bekendmaakte, moet via nieuwe overheidsinvesteringen de economie met 6 procent doen groeien. Vorige vrijdag kondigde president Hugo Chávez bovendien aan dat Rusland zijn investering in de private oliesector wil uitbreiden.

Recordtempo

De export van olie is volgens de nationale bank BNV goed voor 93 procent van de totale uitvoer, waardoor ‘s lands inkomsten erg onderhevig zijn aan fluctuaties in de olieprijzen. Daardoor waarschuwen analisten al sinds de nationalisering in 2007 voor negatieve scenario’s van enorme schuldenlast, hoge inflatie en economische recessie. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) onderschatte in hun prognoses al meermaals de stijging van het bnp. Voor de periode 2004-2006 verwachtte het IMF namelijk een bnp dat respectievelijk 10,6 procent, 6,8 procent en 5,8 procent lager lag dan het werkelijke cijfer.

Sinds de nationalisering van de oliereserves is de Venezolaanse economie er volgens CEPR erg op vooruitgegaan. Venezuela bleek zich in een recordtempo te herstellen van de oliestaking in 2002, en wist het Bruto Nationaal Product (BNP) in vijf jaar tijd bijna te verdubbelen. Door de hoge olieprijzen kon ook de mondiale recessie van 2009 al in het eerste kwartaal van 2010 worden tegengegaan.

Voor arbeiders is er de laatste jaren ook heel wat veranderd. Het werkloosheidscijfer is gedaald en de koopkracht is gemiddeld met 8,2 procent toegenomen. Dat stelt een het jaarrapport 2011 van Provea, een  onafhankelijke Venezolaanse ngo die zich bezighoudt met mensenrechten. Ook de minimumlonen zijn verhoogd. Volgens het ECLAC-rapport over het sociaal panorama van Latijns-America had Venezuela in 2010 het derde laagste armoedecijfer in heel Latijns-Amerika. Provea is  blij met de verbeteringen, maar vindt dat het nog beter kan. De organisatie wil dat de salarissen nog verhoogd worden, en eist strengere controles op de werkomstandigheden in bedrijven. Vooral staatsoliebedrijf PDVSA voldoet niet aan de minimumnormen voor veiligheid en gezondheid, zegt Fran Luna, secretaris voor de Verenigde Federatie voor Arbeiders uit Venezolaanse Petroleumsector (FUTPV).

Blijven investeren

Door het snelle herstel is Venezuela een van de landen die de economische crisis het best heeft opgevangen, vindt de voorzitter van het Nationaal Instituut voor Statistiek (INE), Elías Eljuri, . CEPR vindt echter dat het land de recessie van 2009 beter op een andere manier had aangepakt. Venezuela heeft relatief weinig schulden, en had daardoor aan een lage rentevoet geld kunnen lenen. Op die manier had de overheid niet moeten besparen,  zodat investeringen in economische groei hadden kunnen doorgaan. Nu zijn de overheidsuitgaven tussen 2008 en begin 2010 sterk teruggeschroefd, waardoor het bnp daalde. Na de crisis zijn de investeringen in alle sectoren terug opgedreven. Daardoor groeiden voorzieningen, constructie, transport, handel en herstellingen, communicatie, financiën en verzekeringen zelfs sneller dan het algemene bnp, aldus de CEPR-studie

De CEPR-onderzoekers zien dus voorlopig geen indicaties voor een terugval. De publieke schuld voor 2011 -die ook de hoge schuldenlast van staatsbedrijf PVDSA omvat -bedraagt volgens het IMF 45,5 procent van het bnp, de overheidsschuld slechts 21,5 procent. Ter vergelijking: de Europese Unie heeft een schuldenlast van 82,5 procent. Daardoor kan Venezuela in geval van recessie heel goedkoop geld lenen. Bovendien kan het land rekenen op een grote buitenlandse afzetmarkt voor haar olie. Zolang het Venezuela politiek stabiel blijft en er een goed macro-economisch beleid wordt gevoerd is er dus geen probleem, stelt het rapport.

CEPR waarschuwt wel dat de overheid moet blijven investeren, vooral in infrastructuur. Het nieuwe Plan voor het vaderland voorziet voor de komende zes jaar zo’n 465,9 miljard euro aan nieuwe investeringen in sociale, economische en infrastructuurprojecten. Eenendertig miljard daarvan zal worden gebruikt om het nijpende elektriciteitstekort aan te pakken. Ook aan het huisvestingsprobleem wordt iets gedaan. Vorig jaar werden er zo’n 147.000 huizen gebouwd, dit jaar komen daar nog 200.000 woningen bij. Of president Chavez zijn amibiteuze plannen nog zal kunnen uitvoeren, zal duidelijk worden na de presidentsverkiezingen van zondag zeven oktober. Dan neemt hij het op tegen oppositieleider Henrique Capriles.