De Jordaanvallei brandt

Blog

De Jordaanvallei brandt

De Jordaanvallei brandt
De Jordaanvallei brandt

Ik trek met de organisatie 'Jordan Valley Solidarity' een aantal dagen door de Jordaanvallei. Een langere tijd in het gebied kan ik persoonlijk moeilijk verdragen. De situatie is er onbeschrijfelijk onmenselijk. De Palestijnen die er leven hebben deze vrijheid van keuze niet. Zij vechten voor hun voortbestaan.

De Jordaanvallei bestrijkt ongeveer dertig procent van de West Bank. De vallei is van groot belang omwille van haar vruchtbaar land en waterreserves.

Op de vooravond van de oorlog van 1967 woonden er tussen de 250.000 en 300.000 Palestijnen. Door het Israëlische beleid gevoerd in dit gebied is hun aantal nu gereduceerd tot ongeveer 80.000.

Op weg van Jericho stad naar Fasayil, waar het centrum van ‘Jordan Valley Solidarity’ zich bevindt, zie ik velden met ontelbaar veel palmbomen. Deze behoren toe aan Israëlische settlers. Momenteel zijn er veertig settlements en outposts die voornamelijk landbouwgrond van Palestijnen innemen.

Wanneer we het smalle zijweggetje inrijden dat ons naar Fasayil leidt, waarschuwt een rood bord ons met wit opschrift dat we een Palestijns dorp binnenrijden. Even verderop verandert de vlakke weg plots in een hobbelig en moeilijk berijdbaar parcours. Hiermee is de overgang van area B naar area C onmiddellijk fysiek voelbaar.

Negentig procent van de Jordaanvallei is area C, onder volledige Israëlische controle, zo ook Fasayil. De Israëlische autoriteiten investeren liever niet in infractructuur die Palestijnen ten goede zou kunnen komen.

In het centrum van ‘Jordan Valley Solidarity’ ontmoet ik Rached. Hij gidst mij door de Jordaanvallei en brengt mij bij haar Palestijnse bewoners.

Wanneer we door het landschap rijden zie ik naast de Palestijnse waterbronnen die droog staan, grote Israëlische waterreserves.

Wanneer we door het landschap rijden zie ik naast de Palestijnse waterbronnen die droog staan, grote Israëlische waterreserves. Het is duidelijk wie hier de controle heeft over het water.

Het gebied waar de Jordaanrivier doorstroomt en waarvan het grootste deel privaat Palestijns land is, werd door Israël uitgeroepen tot gesloten militaire zone. Dit betekent dat het niet toegankelijk is voor burgers.

Toch worden grote delen van het land gecultiveerd door Israëlische settlers. Daarnaast pompt Israël ook het grondwater weg. Het water wordt naar de settlements en Israël geleid. Het gevolg is dat Palestijnen verplicht worden hun eigen water voor hoge bedragen aan te kopen van een Israëlische watermaatschappij.

Om de haverklap zie ik stenen met volgend opschrift ‘Danger-Firing area-Entrance forbidden’. Erachter, op een paar meter afstand, wonen Palestijnen. Dit is slechts een van de manieren waarop Israël zich land toe-eigent. Ondertussen is meer dan vierennegentig procent van de Jordaanvallei niet meer toegankelijk voor haar Palestijnse inwoners.

© Marjan Claes

Land uitgeroepen tot Firing area.

© Marjan Claes

Palestijns leven stopt voor militaire training

Bij mijn aankomst in de Jordaanvallei is er een gigantische militaire training aan de gang. Het landschap is bezaaid met tanks, overal waar je maar kijken kan, links en rechts van de weg. Ik hoor het ronken van helikopters, schoten die gelost worden en het knallen van explosieven.

Soldaten luieren op hun tanks of doen schietoefeningen tussen de dorpjes, op een paar meter afstand van de structuren waar mensen wonen. Je kan het moeilijk woningen noemen. Mensen en hun vee huizen onder zeilen of zinkplaten bevestigd op palen.

© Marjan Claes

Militaire training in de Jordaanvallei.

© Marjan Claes

Voor deze militaire oefening werden honderden Palestijnen door het leger gedwongen hun huizen te verlaten.

Voor deze militaire oefening werden honderden Palestijnen door het leger gedwongen hun huizen te verlaten. Waaronder zevenenveertig families van de Hamra regio.

Ik ontmoet een familie die het bevel kreeg haar woonplaats op zes en zeven mei van zes uur ‘s ochtends tot zes uur ‘s avonds te verlaten. Er werd geen compensatie geboden en er werden geen voorzieningen getroffen om hen op te vangen.

Hun kinderen konden gedurende die tijd niet naar school. Hun vee, een belangrijke bron van inkomsten, moest worden achtergelaten. Niet wetende wat ermee zou gebeuren tijdens de trainingen die gepaard gaan met schietoefeningen op luttele meters van de woningen. Dit is geen alleenstaand feit. In februari 2015 was deze familie hetzelfde lot beschoren. In één maand tijd werden ze tot vijftien keer toe uit hun woningen gezet.

© Marjan Claes

Brand gesticht door settlers op Palestijns veld.

© Marjan Claes

Verschillende velden met nog niet geoogste gewassen vatten vuur door de schietoefeningen. Palestijnse boeren kijken lijdzaam toe hoe hun oogst op een paar minuten tijd in rook opgaat.

Terwijl ik nog niet bekomen ben van het uitzicht van zwartgeblakerde velden, krijg ik te horen dat er opnieuw een veld brandt. Deze keer is het vuur ontstaan door settlers die het door hen naast het veld gedumpte afval in brand gestoken hebben.

Onlangs kwam een vader van drie kinderen om het leven toen hij probeerde een door het leger achtergelaten mijn te verwijderen.

Ik zie de Palestijnen met man en macht pogen het vuur te doven met doeken. Tanks met het door hen duurbetaalde water rukken aan.

De situatie voelt des te schrijnender aan wanneer ik op een paar meter afstand een Israëlische watertank opmerk.

Een legerjeep passeert en doet niet eens de moeite te vertragen. Terwijl we in de brandende hitte toekijken, zien we in de verte weer een andere rookpluim opstijgen.

Na de militaire trainingen blijven er ook explosieven achter in het landschap.

Onlangs kwam een vader van drie kinderen om het leven toen hij probeerde een door het leger naast zijn woning achtergelaten mijn te verwijderen.

Zoba vecht

© Marjan Claes

Zoba toont het bevel tot vernietiging van zijn woning.

© Marjan Claes

We worden hartelijk ontvangen door Zoba. Zoba is een kleine wat oudere man wiens gezicht getekend is door diepe rimpels. Samen met zijn familie woont hij op een heuveltop ergens in Hamra met uitzicht op het Israëlische checkpoint. Zijn woonplaats grenst verder in het Noorden aal de Al Hamra settlement en in het Oosten aan een Israëlische militaire basis.

Israël wil Zoba en zijn familie kost wat kost weg van zijn land.

Hij woont in het huis van zijn vader, een heel kleine stenen woning gebouwd voor de bezetting van 1967. Eraan grenzend zie ik doeken en zeilen die rusten op dunne houten paaltjes. Eronder staan bedden. Telkens Zoba probeert nieuwe stenen huizen te bouwen voor zijn familie, worden ze vernietigd door het Israëlische leger. Omdat ze geen toestemming krijgen van de Israëlische autoriteiten voor het renoveren van bestaande of het bouwen van nieuwe woningen.

Hetzelfde geldt in de vallei voor het bouwen van scholen, ziekenhuizen, wegen en watervoorzieningen. De bevelen tot vernietiging vond hij toevallig onder een steen op zijn land waar ze achtergelaten werden door het leger.

Door het gebrek aan woningen, hadden zijn zoons en hun gezin geen andere keuze dan een andere woonplaats te zoeken in area A, onder controle van de Palestijnse autoriteit. Zo probeert Israël Palestijnen te verdrijven uit area C en ze samen te pakken in de eilandjes die area A en B zijn.

Israël wil Zoba en zijn familie kost wat kost weg van zijn land. Hij woont immers op een militair strategische locatie met een goed uitzicht op het Hamra checkpoint waarmee de Israëli’s het gebied proberen te controleren.

© Marjan Claes

Zoba’s woning.

© Marjan Claes

Daarom is het platgooien van Zoba’s woningen niet voldoende. Hij werd het slachtoffer van willekeurige arrestaties. In 1992 werden zijn dochter en kleidochter omvergereden door een Israëlische legerjeep zonder dat er een haan naar het incident kraaide. Meer dan driehonderdvijftig van zijn schapen werden gedood door bizons uitgezet door settlers. Hij dient zijn water duur te betalen omdat Israël het water wegpompt waardoor de waterbronnen van Palestijnen droog komen te staan.

De situatie van Zoba is er een van velen en deze praktijken zijn een systematisch gegeven in de Jordaanvallei.

Zoba is niet van plan ooit zijn land te verlaten. Hij verzet zich tegen de pogingen van de Israëlische autoriteiten om hem weg te verdrijven van zijn vaderland. Hij heeft zijn bijnaam ‘Zoba’, wat sterke wind betekent en die hem toekomt omdat hij een vechter is die graag en luid roept, niet gestolen.