Een typische tocht door Congo

Een typische tocht door Congo bestaat eigenlijk niet. Het land is zo groot, de wegen zo slecht, de infrastructuur zo onbetrouwbaar, dat je alle middelen aangrijpt om je bestemming te bereiken. Sandra Smiley, communicatieverantwoordelijke in Congo, neemt je mee op tocht.

  • © Sandra Smiley/MSF Bikenge © Sandra Smiley/MSF

Gedurende mijn missie heb ik onder meer te voet moeten reizen, met houten kano en op een motor.

In de provincie Noord-Kivu schijnt er zelfs een man te wonen die je voor een paar honderd Congolese franken op zijn rug vervoert. Kortom, in dit land reizen vereist geduld, gevoel voor humor en lage verwachtingen.

En mijn verwachtingen zijn laag als ik vertrek naar Bikenge, in de provincie Maniema, een stoffige, verwaarloosde regio waar Artsen zonder Grenzen een kliniek heeft.

Half zeven

We staan op om half zeven, laden om tien voor zeven twee terreinwagens in en zijn om zeven uur op weg. Enkele minuten later staan we echter alweer stil, bij de oever van de rivier Kindu. Daar moeten we wachten op de veerboot. Gelukkig zijn we in goed gezelschap: om ons heen vertroetelen vrouwen hun kleine kinderen en poetsen chauffeurs van motortaxi’s het chroom van hun voertuigen.

Half acht

De veerboot die om zeven uur zou gaan, lijkt om half acht nog geen enkele aanstalten te maken om te vertrekken. Terwijl we wachten, denk ik na over wat ik weet van Bikenge. Er is me verteld dat het erg afgelegen en zeer slecht te bereiken is. De wegen rondom het stadje zijn praktisch onbegaanbaar en medische zorg is er nauwelijks.

Tegelijkertijd is Bikenge een ruwe diamant. Letterlijk. Het stadje zit namelijk bovenop een natuurlijke voorraad van goud en andere mineralen. In de afgelopen tien jaar zijn daardoor velen naar de regio getrokken; mensen die in de mijnen gaan werken en mensen die aangetrokken worden door de aanverwante werkgelegenheid. De overbevolking, vervuiling en beperkte zorg werken gezondheidsproblemen in de hand.

Kwart voor acht

Als de veerboot er klaar voor is, gaan we aan boord. Hoewel het water kalm is, is de tocht naar de overzijde van de rivier allesbehalve rustgevend. De motor van de veerboot maakt een hels kabaal, net als de andere gemotoriseerde vissersbootjes op het water. Eenmaal weer aan wal vervolgen we onze reis.

Elf uur

De uren erna rijden we over wegen die de passagiers in de terreinwagens behoorlijk door elkaar schudden. Tot we onverwacht moeten stoppen voor een brug die akelig smal lijkt. Henri, onze onvermoeibare logistieker, springt uit de wagen en gidst het konvooi naar de overkant. Dat lukt op verrassend sierlijke wijze – als twee koorddansende tweetonners.

Twaalf uur

Over geluk hebben we tot dusverre niet te klagen. Dat geldt niet voor het team van Artsen zonder Grenzen dat we een uur later tegenkomen. Zij kwamen uit een ander dorp, zijn ook op weg naar Bikenge en zitten nu met hun pick-up-truck vast in de dikke modder. Stevig vast.

Chauffeur John en collega Michel scheppen zich een ongeluk om de wagen vrij te krijgen, maar er lijkt geen beginnen aan. Zelf zitten ze helemaal onder een dikke laag bruine drek. Michel is zelfs blootvoets. Hij geeft aan dat zijn slippers ergens onder de modder liggen. We gaan meteen over tot actie. We pakken kabels uit onze wagens, bevestigen deze en trekken de truck uit de bagger. Met een extra wagen in ons kielzog trekken we door.

Twee uur

We komen opnieuw aan bij een brug. Deze is echter niet alleen smal, hij is ook nog eens zwaar gehavend. We nemen de schade op en moeten al snel concluderen dat onze terreinwagens er niet overheen kunnen.

Zelfs Henri valt even stil. Wat kunnen we doen? Er is geen tijd om iemand te bellen voor uitvoerige reparatiewerkzaamheden. Het zal niet lang meer duren voordat de zon onder gaat en we kunnen niet meer rondrijden op deze onbekende wegen als de avond gevallen is. Dat is te onveilig.

John heeft een idee. ‘In Mingana zijn we naar de timmerman geweest. We kunnen de houten planken gebruiken om de brug tijdelijk te versterken.’ Briljant! Uit de achterbak van de pick-up-truck tovert hij de planken, een zak spijkers en een paar hamers (en, om nog altijd onverklaarbare redenen, een kettingzaag) en snel gaan hij en de andere chauffeurs en logistiekers aan de slag. Zij weten de brug op provisorische wijze zodanig op te lappen dat onze wagens eroverheen kunnen.

Vijf uur

Enkele uren later bereiken we Bikenge, als de zon al bijna onder is. We rijden dan ook meteen door naar het terrein van Artsen zonder Grenzen en worden daar begroet door projectcoördinator Michele. ‘Hoe was de reis?’ vraagt hij. ‘Prima,’ zeg ik. ‘Precies zoals ik had verwacht.’

Sandra Smiley is communicatieverantwoordelijke in Congo.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.