Over wetten en accreditaties

Blog

Over wetten en accreditaties

Over wetten en accreditaties
Over wetten en accreditaties

Onze eerste dag in Kinshasa valt samen met oppositierelletjes hier en daar. Wij halen onze foto- en filmaccreditatie af en gaan op de koffie bij de ambassadeur.

Kinshasa, 10u op een maandagmorgen. De straten rond het centrum liggen er opvallend rustig bij. Veel winkels zijn gesloten, een beetje vreemd rond deze tijd.

We zijn op weg naar het Congolees ministerie van media en communicatie, om onze foto- en filmaccreditatie af te halen. Dat document van 250 dollar moet ons de komende twee maand de vrijheid geven om ongemoeid in het openbaar te filmen en te fotograferen.

Op voorwaarde dat het geen dag is als vandaag, een dag waarop de Congolese oppositie oproept om te manifesteren. Tegen de nieuwe kieswet die het afgelopen weekend in het parlement is gestemd. Die wet biedt president Kabila de kans om – zonder een ongrondwettige derde ambtstermijn – na 2016 toch nog een tijdje aan de macht te blijven.

De wet stelt namelijk dat er voor de volgende verkiezingen een volkstelling moet worden gehouden. Maar als je weet dat Congo meer dan 70 miljoen inwoners telt, en niet meteen bekend staat om organisatietalent, kun je je voorstellen dat zo’n telling niet op een, twee, drie is gefikst. Wat de president de kans biedt om een tijdje langer te blijven zitten.

Accreditatie

Onze officiele foto- en filmaccreditatie

© Katrijn en Goele Geeraert

Onze officiele foto- en filmaccreditatie

‘Naar het schijnt’ vielen er al enkele doden.

Weinig volk dus vandaag op straat, weinig bedrijvigheid, weinig embouteillages. Onze trip naar het ministerie verloopt opvallend vlot. We melden ons aan bij twee wachten, aan een tafeltje in de ‘voorhof’. Vandaar gaat het langs de eerste, de tweede réception, tot aan het bureau van de ministeriele secretaris.

Die haalt prompt het begeerde certificaat uit zijn lade. Twee pasfoto’s, onze namen en de titel van ons project. Twee dikke stempels en een handtekening van de minister zelf. De man bevestigt dat dit papier als een soort van vrijgeleide voor het maken van beelden geldt – met uitzondering van ministeries, ‘strategische’ installaties en ambassades. Dit document is een officieel fiat van het Congolees ministerie. Benieuwd of iedereen die we ontmoeten, dat ook zo zal interpreteren.

Op terugweg maken we een ommetje langs de telefoonshop. Nadien bellen we Fidel, een van onze contacten op. Hij bevindt zich momenteel in Lemba, een commune (Kinshasa telt er 24!) aan de andere kant van de stad. Op advies van Zacharie, onze chauffeur en stille nieuwsgaarder, besluiten we er pas morgen heen te gaan.

Anders dan in Barumbu – waar wij ons bevinden – gaat het in Lemba momenteel hard tegen hard. Protesteerders die autobanden verbranden, hun vuisten tonen, stenen richting ordediensten gooien. ‘Naar het schijnt’ vielen er ook al enkele doden.

Ambassadeur

De Rue Roi Baudoin, daar moeten we vanmiddag zijn. Op de koffie bij mijnheer Laschenko, onze ambassadeur. Hij polst geïnteresseerd naar het hoe en waarom van ons project, en raadpleegt spontaan zijn telefoonboekje voor enkele interessante contacten. Mensen met een visie op de Congolese jeugd, die ons vast kunnen inspireren. We beloven hem over ons project te blijven informeren.

’s Avonds, aan tafel bij ons gastgezin van Clara en Paul, vertellen de kinderen hoe hun klas vandaag mondjesmaat door ouders of chauffeurs werd afgehaald. Vaak op advies van hun respectievelijke ambassades. Uiteindelijk waren ze maar met enkelen overgebleven. Was die bezorgdheid overdreven? Of is er echt meer aan de hand?

Wat de toekomst brengt, valt vandaag moeilijk te zeggen. We vragen het morgen heel graag aan Christ, een jonge artiest. Hij wordt onze eerste interviewee.

De journalistieke reis van Goele en Katrijn werd mogelijk gemaakt door het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek.