Bijna 6 miljard mensen krijgen te maken met besparingsbeleid. Meer dan 42 miljoen mensen zijn op de vlucht voor conflicten. 65 miljoen Amerikanen staan onder gerechtelijk toezicht. 200 miljoen hectare land is de voorbije jaren onder buitenlandse controle gekomen. In dezelfde periode werden 7 miljoen gezinnen in de VS uit hun huis gezet. En in de oceanen zijn er al 400 zones van opgeteld 245.000 km² waar geen leven meer mogelijk is. Is er een verband tussen deze feiten?
Saskia Sassen antwoordt positief op deze vraag. Ze beweert niet dat er een grote samenzwering aan de gang is die de vernietiging van het leven op deze planeet nastreeft, ze is wel op zoek naar wat ze zelf “ondergrondse dynamieken en logica” van de economische werkelijkheid noemt. Onder heel verschillende ontwikkelingen ontwaart Sassen gelijkenissen die volgens haar het echte verhaal van het hedendaagse, gemondialiseerde kapitalisme vertellen. Die gelijkenissen benoemt ze als expulsions: uitsluiting, uitstoting en verbanning.
Ongelijkheid is te vaag
Saskia Sassen doceert sociologie aan Columbia University, NY. Ze is van Nederlandse origine, maar werkt al vele jaren als academicus in de Verenigde Staten. Ze raakte vooral bekend met haar onderzoek naar “globale steden” (Tokio, New York en Londen) als ruggengraat van de wereldeconomie.
Met Expulsions. Brutality and Complexity in the Global Economy sluit ze zich aan bij een toenemend aantal boeken over de opvallende stijging van ongelijkheid in heel verschillende landen van de wereld. Maar anders dan bijvoorbeeld Piketty of Stiglitz focust ze niet op de dynamiek die ertoe leidt dat kapitaal steeds meer geconcentreerd raakt in de handen van de 1 procent.
Lees of bekijk het interview dat Gie Goris met Saskia Sassen had…
Anders dan Piketty of Stiglitz focust Sassen niet op de concentratie van kapitaal in de handen van de 1 procent.
Zij begint aan de onderkant van de samenleving, en stelt vast dat de groeiende kloof tussen rijk en de rest van de samenleving aan die onderkant leidt tot het uitstoten van grote groepen armen en lagere-middenklassers uit banen en bestaanszekerheid.
‘De hedendaagse sociaaleconomische en ecologische ontwrichting -de dramatisch stijgende ongelijkheid en werkloosheid, de groeiende groepen mensen die verdreven of gevangengezet worden, de versnellende vernietiging van onze land- en waterreserves- kan niet op een bevredigende manier begrepen worden door gebruik te maken van gekende termen zoals armoede en onrecht. We moeten deze trends eerder zien als uitdrijvingen of verbanningen: uit professionele kostwinning, uit de plek waar mensen leven, en zelfs uit de biosfeer die het leven mogelijk maakt.’
Expulsions is opgebouwd als een uitgebreid en logisch betoog om de oorspronkelijke intuïtie –er is meer aan de hand dan louter toenemende ongelijkheid– te onderzoeken en aan concrete realiteiten te toetsen.
Speculatief kapitaal vernietigt inkomens en levenswijzen
De dominante economische logica die zowel de financiële crisis van 2007-2008 veroorzaakt heeft als de besparingswoede van regeringen wereldwijd aandrijft, is die van een “krimpende economische ruimte”, betoogt Saskia Sassen. Dat staat in schril contrast met de heersende opvatting die de voorbije dertig jaar beschrijft als een uitbreiding of mondialisering van de economie.
Sassen bekijkt de economie echter vanuit het belang van de meerderheid van de mensen. Zij contrasteert de huidige fase van het kapitalisme met het Keynesiaanse kapitalisme. Dat laatste zorgde tussen 1950 en 1980 in het Noorden voor de inclusie van steeds meer mensen in de economische ruimte, omdat zowel het kapitalisme net als zijn communistische alternatief draaide op massaproductie en massaconsumptie. Het was, met andere woorden, in het belang van de rijke elite dat de middenklasse groter werd en dat de koopkracht van zoveel mogelijk mensen groeide.
Zoveel te groter en machtiger het financiële kapitalisme wordt, zoveel te slechter het die macht gebruikt en zoveel te groter het gevaar op “cisissen”
Die logica kantelde in de jaren zeventig en werd vanaf de jaren tachtig vervangen door de logica van het financiële kapitalisme dat steeds meer zaken en levensdomeinen omvormde tot koopwaar, en steeds meer koopwaar omzette in financiële producten.
Dat financiële kapitalisme, zegt Sassen, lijkt onderhevig aan een historische wetmatigheid: zoveel te groter en machtiger het wordt, zoveel te slechter het die macht gebruikt en zoveel te groter het gevaar op “crisissen”.
Om die overgang te maken, waren er ‘hogere-wiskundeknobbels, briljante advocaten en boekhouders en ingewikkelde financiële instrumenten’ nodig, zegt Sassen.
‘Het financiële kapitaal is gedurende de voorbije decennia vooral ingezet voor speculatieve doeleinden om wie al rijk was verder te verrijken, ook al resulteerde dit vaak in de vernietiging van gezonde bedrijven’ en van miljoenen banen die voor een stabiel inkomen en een waardig leven zorgden.
In 2008 verloren elke dag gemiddeld 10.000 gezinnen in de VS hun huis omdat ze hun hypotheek niet langer konden aflossen.
Sassen illustreert dit punt uitgebreid met de impact van de afgeleide financiële producten die verantwoordelijk waren voor de financiële crisis in 2008. Aan de onderkant van de samenleving -en daar hoort de lagere middenklasse bij- resulteerde de crisis in het verlies van miljoenen gezinnen van hun huis en spaargeld. In 2008 verloren elke dag gemiddeld 10.000 gezinnen in de VS hun huis omdat ze hun hypotheek niet langer konden aflossen.
En die hallucinante cijfers zijn niet kleurneutraal. Het soort hypotheek dat voor deze problemen zorgde -de subprime mortgages- was op korte tijd vooral populair geworden bij de zwarte bevolking, gevolgd door Latino’s, Aziaten en op grote afstand door blanken. Overigens vinden die uitzettingen niet alleen in de VS plaats. Ook in in Hongarije, bijvoorbeeld, vonden tussen 2009 en 2012 een miljoen uitzettingen plaats.
De financiële wereld zelf slaagde er verrassend snel in zich te herstellen van wat een krach met mondiale dimensies was. ‘De totale waarde van afgeleide financiële producten bedroeg in 2008, voor de crisis in september uitbarstte, 600 biljoen dollar -meer dan tien keer de waarde van het mondiale bnp. Na een dip in 2008 stond die totale waarde in 2012 alweer op 800 biljoen dollar en in 2013 overschreed het 1000 biljoen dollar.’
Complexiteit maakt brutaliteit onzichtbaar
Saskia Sassen ziet de uitstotingslogica aan het werk in heel diverse omgevingen en dynamieken, van de verbanning van mensen naar langdurige werkloosheid en het verdrijven van boeren en gemeenschappen op het platteland in het Zuiden als gevolg van landroof, over de massale aantallen mensen die in vluchtelingenkampen moeten overleven, de miljoenen gezinnen die uit hun huis gezet werden door de kredietcrisis en de almaar toenemende aantallen mensen die achter tralies geplaatst worden –in toenemende mate in geprivatisserde, commerciële gevangenissen-, tot de dood of verbanning van stukken leven zelf als gevolg van de productiewijze en de logica van het mondiale kapitalisme.
Saskia Sassen
Ars Electronica (CC BY-NC-ND 2.0)
‘Samen hebben die verschillende uitsluitingen misschien wel een grotere impact op het vormgeven van onze wereld dan de snelle economische groei van China, India en een paar andere landen’, schrijft Sassen.
Aan de andere kant van het spectrum ziet zij de voorbije dertig jaar ook een gigantische toename van rekenkracht, waardoor de complexiteit van systemen en producten exponentieel groter geworden is. Ze wijst onder andere op de markt van afgeleide financiële producten en op koolstofmarkten. Haar basisvraag is of die toegenomen complexiteit op een systematische manier verbonden is met de toename van uitsluiting.
Resulteert complexiteit noodzakelijk in brutaliteit? Niet noodzakelijk, wel in de feiten en binnen de economische logica van nu.
Resulteert complexiteit noodzakelijk in brutaliteit, vraagt ze zich af. Het antwoord is: niet noodzakelijk, wel in de feiten en binnen de economische logica op dit moment.
‘Ik beweer niet dat deze verschillende destructieve krachten allemaal met elkaar verbonden zijn’, zegt Sassen in het besluit van Expulsions.
‘Het gaat er eerder om dat deze destructieve krachten dwars door onze bekende begrippen en categorieën over economie, samenleving, de diversiteit van natiestaten en ideologieën van kapitalisme tot communisme snijden.’
De onderliggende tendens van uitdrijving wordt, volgens Sassen, onzichtbaar gemaakt door de extreme complexiteit van de systemen die dat resultaat veroorzaken.
Een recent voorbeeld van het onzichtbaar maken van uitstoting, is het bericht dat de werkloosheid met 6,7 procent daalde. Het ABVV wees er in een persbericht op dat de RVA de 19.957 schoolverlaters, die in januari uitgesloten werden, meetelt als vermindering. Niet dat die jongeren een baan gevonden hebben, ze worden gewoon onzichtbaar in de statistieken.
‘We spreken over groei die samengaat met toenemende armoede, werkloosheid, honger, zelfmoorden…’
Het is een logica die Sassen op meerdere plaatsen aan het werk ziet. Jonge Grieken, Spanjaarden en Portugezen die migreren omwille van de uitzichtloosheid in hun land, verdwijnen uit de armoede- en werkloosheidsstatistieken daar, zodat er sprake kan zijn van positieve tekenen zonder dat iemand er beter van wordt.
‘De voorzichtige economische groei die Griekenland begin 2013 kende, hield gewoonweg geen rekening met met alles en al wie uitgestoten werd uit de economie. ‘We spreken dus over een groei die samengaat met toenemende armoede, werkloosheid, gebrek aan huisvesting, honger, gebruik van voedselbedeling, zelfmoorden bij kleine ondernemers die failliet gaan, en zo veel meer.’
Het leven verdwijnt
Opvallend aan Expulsions, in vergelijking met de stroom boeken over ongelijkheid van de voorbije jaren, is dat ze niet alleen naar het effect van het financiële kapitalisme op (kwetsbare) bevolkingen kijkt, maar ook naar de natuurlijke wereld.
OESO-landen produceerden in 2001 1 miljard ton industriële afval. Het grootste deel daarvan is ook vandaag nog aanwezig.
In een uitgebreid hoofdstuk Dead Land, Dead Water analyseert Sassen de uitstotingslogica op de kwaliteit van grond en omgeving, water en oceanen, en daardoor uiteindelijk toch ook weer op de mensen die het meest direct afhangen van een stabiele omgevingskwaliteit: de armen. Ze merkt daarbij meer dan eens op dat de concrete voorbeelden die ze geeft uit heel verschillende politiek-economische systemen komen, maar dat ze niettemin tot dezelfde resultaten leiden.
Die resultaten zijn bijvoorbeeld dat in Centraal-Amerika al 75 procent van de landbouwgrond onvruchtbaar is en dat wereldwijd zo’n 40 procent van de bodem verschraald is. De industriële vervuiling is alomtegenwoordig en langdurig. ‘Van het geschatte totaal van 1 miljard ton industriële afval dat in 2001 door OESO-landen geproduceerd werd, is het grootste deel ook vandaag nog aanwezig.’
Sassen zoomt met name in op de impact van mijnbouw, zowel in de ontgininings- als in de raffinagefase, fracking, nucleaire industrie en de privatisering van water, om aan te tonen dat mensen en levensvormen moeten wijken voor de uitbating van de rijkdommen van de aarde om de winstverwachtingen van enkelen te dienen.
Het zijn (alleen) niet de rijksten
Expulsions is geen makkelijk boek. Het is geen verhalend betoog, maar een rigoureuze poging om eerst de feiten in het veld wetenschappelijk te onderzoeken en die vaststellingen pas in tweede instantie in te passen in een theoretisch raamwerk waarin veel meer ervaringen en voorbeelden zouden moeten passen. Die benadering geeft de aandachtige lezer de kans om de theorie aan concrete cijfers te toetsen, maar het betoog wordt daardoor niet vlotter.
De combinatie van complexiteit en brutaliteit komt niet van de rijkste individuen, bedrijven of regeringen, maar van roofzuchtige ‘ “assemblages van machtige actoren, markten, technologieën en overheden’.
De dynamiek van uitstoting, die Sassen op vele plaatsen aan het werk ziet, behoort niet tot de intentie, maar tot de consequentie van de heersende economische logica. ‘Het inzetten van complexe vormen van kennis an creativiteit levert niet alleen stevige winsten op, maar ook verbazend elementaire vormen van brutaliteit.’
De verantwoordelijkheid voor die combinatie van complexiteit en brutaliteit legt Sassen ‘niet bij de rijkste individuen, bedrijven of regeringen’, maar bij roofzuchtige ‘ “assemblages van machtige actoren, markten, technologieën en overheden’.
Die “assemblages” gebruiken ‘mensen, regeringen en grondstoffen om de winstgroei van conglomeraten te verzekeren met een absoluut minimum aan mondiale beperkingen en met zo weinig mogelijk lokale verantwoordelijkheden.’
Een laatste opdracht die Saskia Sassen zichzelf stelt, is dat de ruimtes waarnaar de uitgestotenen verdwijnen ook benoemd en beschreven moeten worden. Dit zijn niet zomaar zwarte gaten in het economische universum, betoogt ze, maar ‘potentieel ook ruimtes waar het nieuwe gecreëerd kan worden: lokale economiën, nieuwe geschiedenissen en nieuwe manieren om tot het geheel te behoren.’ Saskia Sassen vult in Expulsions die opdracht niet in. Het wordt dus uitkijken naar haar volgende boek.
Expulsions. Brutality and Complexity in the Global Economy door Saskia Sassen is uitgegeven door Harvard University Press. 298 blzn. ISBN 978 0 674 59922 2.
Saskia Sassen is op 5 maart te gast op de openingsavond van Mind the Book voor een MO*-lezing. Ze wordt geïnterviewd door Gie Goris.