Water: ook in Vlaanderen meer en meer een kostbaar goed
Charlotte Teunis
18 juli 2017
Afgelopen juni werden waterschaarste en droogte in Vlaanderen plots brandend actueel. Minister Schauvliege riep resoluut een ‘verbod op drinkwaterverspilling’ uit over Oost- en West-Vlaanderen. Het was onder meer verboden om met drinkwater je grasperk en tuin te besproeien, je auto te wassen of je zwembad te vullen. Was dit een uitzonderlijk zomers scenario of kampt Vlaanderen écht met een waterprobleem?
Hoewel drie vierde van het aardoppervlak bedekt is met water, is minder dan 3 % daarvan zoet water.
qimono (cc: 0)
Zonder water kan niets overleven. Mensen kunnen slechts drie dagen zonder en ook in de natuur kan niets groeien in de afwezigheid van water. Zeker zoet water is voor mensen onontbeerlijk, aangezien dit de belangrijkste bron van drinkwater is. Zoet water is enorm kostbaar, maar wordt – ook in Vlaanderen – een schaarser en schaarser goed. Jacob Bossaer, ondernemer en consultant in waterzuiveringsinstallaties en waterbesparing: ‘Mensen beseffen niet dat minder dan 1% van het water in de wereld geschikt is voor menselijke consumptie.’
Waterschaarste in Vlaanderen?
Zowel de kwaliteit als de beschikbaarheid van zoet water staan in Vlaanderen meer en meer onder druk. Elke inwoner beschikt in Vlaanderen en Brussel slechts over 1700 kubieke meter, wat in vergelijking met het buitenland erg weinig is. Slechts drie andere landen uit de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) scoren slechter: Italië, Korea en Tsjechië. Dat zegt ook Dirk Van der Stede, hoofd van het Vlaams Kenniscentrum Water (Vlakwa): ‘Uit een aantal internationale studies blijkt dat Vlaanderen een waterschaars gebied is waar heel wat actie moet ondernomen worden. Als je kijkt naar de OESO dan zie je dat wij het vierde armste land zijn qua waterbeschikbaarheid per persoon.’
‘Als je kijkt naar de OESO dan zie je dat wij het vierde armste land zijn qua waterbeschikbaarheid per persoon.’
Zo divers de Vlaming is, zo divers zijn ook de dingen waarvoor hij of zij dagelijks water gebruikt. Als drinkwater, proceswater voor de industrie, koelwater voor elektriciteitscentrales, recreatie, … de toepassingen zijn volgens de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) heel verscheiden en vereisen ook elk een bepaalde kwaliteit van water. ‘Waterschaarste treedt pas op wanneer aan de vraag naar water met een bepaalde kwaliteit niet meer kan voldaan worden’, licht Katrien Smet, woordvoerder van de VMM, toe. Terwijl regenwater om te sproeien op een hete zomerdag bijvoorbeeld schaars kan zijn, kan het dat drinkbaar water dat niet is.
Slinkende grondwatervoorraden
Vlaanderen is voor zijn watergebruik zowel afhankelijk van oppervlaktewater als van grondwater. Oppervlaktewater is het water in meren, rivieren en kanalen. Grondwater zit dan weer in de ondergrond en wordt gewoonlijk opgepompt.
In vergelijking met andere Europese landen zijn grondwatervoorraden in Vlaanderen heel klein. De grondwaterlagen krijgen te weinig kans om zich te vullen met nieuw (regen)water. Dat zegt ook Niko Verhoest, professor Hydrologie en Waterbeheer aan de Universiteit Gent: ‘Water wordt heel vaak opgepompt uit een aantal diepere grondlagen, die we hierdoor aan het uitputten zijn. Dat heeft natuurlijk zijn gevolgen voor de werking van ons ecosysteem.’ Ook infrastructuur ligt deels aan de basis van het probleem: ‘We krijgen minder water in de bodem en dat verergeren we ook elke keer omdat we heel veel aan het dichtbetonneren zijn.’
Smet ziet verschillende oorzaken voor dat gebrek aan grondwater. Eerst en vooral speelt ons verbruik een rol. Bijna een vijfde van het water dat Vlaanderen jaarlijks gebruikt, is afkomstig van grondwater. Een groot deel ervan gebruiken we ook voor de productie van drinkwater. Ten tweede zitten diepe grondwaterlagen vaak onder dikke pakken klei, wat het ook moeilijk maakt om het water erin aan te vullen.
Regionale verschillen
Niet elke regio in Vlaanderen kampt met dezelfde waterproblematiek. ‘West-Vlaanderen en stukken van Oost-Vlaanderen zijn op gebied van grondwater veel kwetsbaarder dan bijvoorbeeld Limburg. Daarnaast zijn in Vlaanderen ook 1 op 6 jobs waterafhankelijk en dus eigenlijk rechtstreeks bedreigd. Dit cijfer is voor ongeveer alle provincies gelijk, maar de sectoren binnen de provincies verschillen natuurlijk wel. In Antwerpen vind je bijvoorbeeld meer chemie, in West-Vlaanderen meer textiel.’
Marijke De Vis van De Watergroep, die zich onder andere bezighoudt met de distributie van drinkwater in Vlaanderen, ziet ook regionale verschillen: ‘Aandachtspunten zijn het IJzerbekken en de aangrenzende delen van West-Vlaanderen, waar de bevoorrading in belangrijke mate afhankelijk is van het waterspaarbekken De Blankaart, dat de laatste maanden al fel aangesproken is. Hierdoor moet er meer op de grondwatervoorraden gerekend worden en op verhoogde aankoop van andere drinkwaterbedrijven.’
Bevolkingsdichtheid, economie en klimaat
In Vlaanderen is de druk op waterbronnen dan ook groot. Dit is onder andere te wijten aan de hoge bevolkingsdichtheid. ‘We zitten met heel veel mensen op een klein gebied. Daarnaast zijn ook de economisch activiteiten van zo’n aard dat er een grote behoefte is aan water, zoals in de chemiesector, de agro-voedingsindustrie, … Ook in de energiesector is water nodig voor koeling,’ aldus Van der Stede.
De Vis geeft aan dat ook klimaatopwarming een rol kan spelen: ‘Door de klimaatopwarming worden we geconfronteerd met langere periodes van droogte, afgewisseld met korte periodes van hevige regenval. Dit zorgt ervoor dat we de waterwinning in de toekomst op een andere manier moeten organiseren.’
Consumptiegedrag
Ook de Vlaamse Milieumaatschappij haalt dit als oorzaak aan. Klimaatopwarming zal de neerslaghoeveelheid die er per jaar gemiddeld valt, amper beïnvloeden de volgende decennia; de aanvulling van de diepere lagen zal dus ongeveer hetzelfde blijven. Per seizoen zullen Vlamingen volgens Smet dus anders moeten omgaan met hun grondwater. Het is mogelijk dat in de zomerperiode door schaarste van de oppervlakkige grondwaterlagen, het diepe grondwater als enige reservebron kan ingezet worden.
‘Dat toiletten worden doorgespoeld met drinkbaar water is hallucinant.’
Vaak is het ook zo dat mensen producten kopen die op zich geen water bevatten, maar waarvan de productie, de verpakking en het vervoer wel veel water hebben gekost, het zogenaamde “virtuele water”. Voor de productie van 1 kilogram suiker is 1500 liter water nodig, voor 1 hamburger 2400 liter en voor 1 kg rundsvlees maar liefst 15.000 liter. Het consumptiegedrag van Vlamingen heeft dus zeker ook een impact. Bossaer is voorstander van sensibilisering rond consumptiegedrag: ‘Er wordt te veel drinkwater gebruikt. Dat toiletten worden doorgespoeld met drinkwater is hallucinant. Het probleem zit hem in hoe je met water omgaat.’
Economie en ecologie
Voor De Watergroep waren de gevolgen van droogtes duidelijk merkbaar: ‘De hoge temperaturen hebben een grote invloed gehad op het waterverbruik. Bij een langdurige droge en warme periode zien we een toename van het piekverbruik. Dit wordt nog versterkt op het moment dat ook de regenwaterputten droog komen te staan.’
Toch geeft De Vis aan dat dit op korte termijn niet tot problemen met de waterbevoorrading heeft geleid: ‘Door een continue opvolging van onze technische installaties waren we in staat om de waterlevering te garanderen en aan de vraag te voldoen.’ De Watergroep dringt echter – zeker in deze periode van langdurige droogte – aan op een duurzaam gebruik van drinkwater, zodat de beschikbare reserves zo goed mogelijk kunnen benutten worden.
Moest de waterschaarste echter niet vermeden kunnen worden, dan zou er wel degelijk een impact kunnen zijn op zowel economie als ecologie. Economisch gezien zou in de landbouw de groei van gewassen kunnen afgeremd worden doordat er minder water beschikbaar is. Ook de scheepvaart kan problemen ondervinden door bijvoorbeeld een lage waterstand. Op vlak van ecologie kunnen de bestaande fauna en flora lijden onder het watertekort. Ten slotte zal ook het drinkwater schaarser worden, wat een grote impact heeft op alle sectoren, zoals landbouw, industrie en huishoudens. De inzet op alternatieve waterbronnen en waterwinning lijkt dus essentieel.
Oplossingen
De experts halen verschillende manieren aan om het waterprobleem aan te pakken, zowel preventief als on-the-spot.
‘Eerst een vooral moet je de situatie evalueren en het watergebruik in kaart brengen. Je kan dan het verbruik meten, opvolgen en er uiteindelijk voor zorgen dat je water efficiënter kan gebruiken’, vertelt Van der Stede. Ook recyclage van afvalwater lijkt hem interessant: ‘Je kan afvalwater hergebruiken en daarbij materialen recupereren. Zo kan je het totaalplaatje ook goedkoper maken.’
De Vlaamse Milieumaatschappij ziet heil in verschillende pistes. Naast algemeen spaarzaam zijn met water en water gebruiken van gepaste kwaliteit, raden ook zij technische oplossingen aan. ‘Er moet gewerkt worden aan een betere infiltratie van het regenwater, want de bodem en het grondwater zijn een van de grootste waterreservoirs in Vlaanderen. Ook hergebruik van water en verbeterde waterzuivering zullen belangrijk worden.’
Innovatie
Heel wat bedrijven en ondernemers hebben in Vlaanderen al projecten lopen die deze oplossingen in de praktijk brengen.
De Watergroep doet samen met het Watercycle Research Institute (KWR) en de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) onderzoek naar mogelijkheden voor de ondergrondse opslag van water. Hierbij wordt overtollig water in de winter opgeslagen in de ondergrond. In de zomer, wanneer de vraag naar water weer groter wordt en het aanbod kleiner, wordt dit geborgen water opnieuw opgepompt. De Watergroep wil dit in de toekomst ook graag uittesten in de praktijk.
BOSAQ, het jonge bedrijf van Bossaer, biedt bedrijven enerzijds consultancydiensten aan om hun waterverbruik in te perken, anderzijds doet het ook aan productontwikkeling in off-grid waterzuiveringssystemen op hernieuwbare energie. ‘Bedrijven zijn vaak bang om in te grijpen in het productieproces, terwijl je het nog perfect kwalitatief kan doorvoeren met veel minder water. Bedrijven zijn echter bang dat hun productie hierdoor minder goed gaat zijn en daarom nemen ze een afwachtende houding aan’, aldus Bossaer.
‘Bedrijven zijn vaak bang om in te grijpen in het productieproces, terwijl je het nog perfect kwalitatief kan doorvoeren met veel minder water.’
Aquafin zuivert dan weer huishoudelijk afvalwater. Het bedrijf verzamelt afvalwater van douches, toiletten, wasmachines, … uit gemeentelijke riolen en transporteert het naar haar zuiveringsinstallaties. Valerie Lievens, communicatieverantwoordelijke bij het bedrijf: ‘Het water dat de installaties verlaat, is geen drinkwater maar is wel schoon genoeg voor andere toepassingen, en kan als koelwater, proceswater of waswater gebruikt worden. Ook voor sommige landbouwtoepassingen is het geschikt. Het water kan zelfs opgewaardeerd worden tot drinkwater, wat nu al gebeurt in Wulpen.’
Sensibilisering
Volgens Smet zal de vraag naar water in de toekomst nog vergroten wanneer de bevolking toeneemt, de levensstandaard verhoogt en er vaker droogtes voorkomen door klimaatopwarming. Zo wordt er misschien weer minder water beschikbaar. Hoewel de gevoeligheid aan watertekorten gestegen is, heeft Vlaanderen nu ook meer capaciteit om ermee om te gaan. Zo is er nu een meer uitgebreide infrastructuur en heeft de technologie grote sprongen vooruit gemaakt, zoals ook bovenstaande projecten aantonen.
Technologische projecten zijn echter maar één luik. Achterliggende oorzaken zoals klimaatopwarming en overmatig gebruik van water moeten ook aangepakt worden om het probleem op lange termijn op te lossen of om erger te voorkomen. Zowel Van der Stede als Bossaer benadrukken ook het belang van sensibilisering rond de waterproblematiek. Bossaer: ‘Ik denk dat vooral op vlak van sensibilisering er nog gigantisch veel werk te verrichten is in Vlaanderen.’