Moeten we nu echt wakker liggen van TTIP?

Analyse

Moeten we nu echt wakker liggen van TTIP?

Moeten we nu echt wakker liggen van TTIP?
Moeten we nu echt wakker liggen van TTIP?

Johan Corthouts

12 mei 2015

Is het Trans-Atlantische vrijhandelsverdrag (TTIP)  een onmisbare boost voor de Europese economie of net de doodsteek voor onze democratie en sociale welvaartstaat? Of is het much ado about nothing? Belgische parlementsleden overlegden daarover deze namiddag met Europees Commissaris voor Handel, Cecilia Malmström. Johan Corthouts zet voor MO* de feiten op een rij.

Bijna twee jaar na het begin van de gesprekken tussen Europa en de VS over de verdere liberalisering van hun onderlinge handel, is de kloof tussen voor- en tegenstanders van een akkoord dieper dan ooit. Niet-gouvernementele organisaties publiceren met de regelmaat van een klok stukken die volgens hen bewijzen dat Europa bereid is de bescherming van consument, werknemer, patiënt en milieu op te offeren aan de belangen van grote bedrijven.

Greensefa (cc by 2.0)

Europarlementsleden voeren actie voor de afgesloten leeszaal waar de documenten over TTIP verzameld liggen. Slechts enkelen hebben toegang tot deze ruimte.

Greensefa (cc by 2.0)

Bij de Europese Commissie, die namens de Europese lidstaten met de VS onderhandelt, krijgt men het alsmaar meer op zijn heupen van die kritiek, die sommige Europese ambtenaren intussen omschrijven als pure desinformatie. ‘We kunnen alleen maar blijven herhalen dat het niet de bedoeling is de bescherming te verlagen. Dat zullen we niet toelaten,’ zucht een ambtenaar van het machtige handelscommissariaat.

Om de tegenstanders hiervan te overtuigen, zette de Europese Commissie begin dit jaar een grootscheeps offensief in, waarbij ze soms heel gedetailleerd tekst en uitleg verschaft over de positie die Europa aan de onderhandelingstafel inneemt. In een nooit eerder vertoonde poging om transparant te zijn, publiceert de Europese Commissie op het internet zelfs voorstellen voor de tekst van een nieuw verdrag.

De tegenstanders zijn er niet van onder de indruk. ‘De Europese Commissie zegt dat we niet bang moeten zijn, maar de echte onderhandelingsdocumenten houdt ze geheim. Dat geeft weinig vertrouwen in de goede afloop van de besprekingen,’ zegt Paul de Clerck van Friends of the Earth Europe, een van de honderden organisaties die de voorbije maanden ten strijde trokken tegen het zogeheten Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP), dat economische groei en werkgelegenheid wil stimuleren.

Race to the bottom?

De Commissie maakt zich sterk dat strenge Europese normen nooit zullen worden geofferd op het altaar van de vrijhandel.

Europa is al bezig met deregulering

Hoewel het nog verre van zeker is of de onderhandelingen over een nieuw handelsverdrag met Amerika tot een goed einde worden gebracht, is de Europese Commissie al begonnen met een reeks maatregelen die het bedrijfsleven het werken makkelijker moeten maken. “Betere regelgeving” heet het programma dat de Europese wetgeving wil vereenvoudigen en de kosten voor bedrijven wil drukken om zo de economische groei en de werkgelegenheid te stimuleren.

Bij elk voorstel voor nieuwe wetgeving gaat de Europese Commissie na hoezeer extra regelgeving de kosten voor het bedrijfsleven verhoogt en ze het bedrijven moeilijker maakt om te werken. Op basis daarvan beslist de Commissie om voorstellen alsnog in te trekken of uit te stellen. Dat programma is een van de speerpunten in het beleid van de nieuwe Commissie onder leiding van Jean-Claude Juncker.

Opvallend zijn de grote gelijkenissen tussen dit programma en de agenda van het handelsoverleg. Administratieve rompslomp terugdringen en beperken van regelgeving is een van de belangrijkste doelstellingen van de Europese en Amerikaanse onderhandelaars.

‘De Commissie gat nu al bij de aanpak van het Europees beleid uit van dezelfde logica als die bij het handelsoverleg. Daarmee voert ze de agenda van Business Europe uit,’ klaagt Europarlementslid Bart Staes (Groen). De Commissie laat er geen gras over groeien en is volop bezig haar nieuwe agenda te implementeren. Zo dreigt een reeks milieuvoorstellen op de lange baan te worden geschoven of in de prullenmand te belanden. ‘De bijl zetten in cruciaal milieubeleid is geen betere regelgeving, maar een vorm van ideologische gedreven toegeven aan de industriële lobby ten koste van het algemeen belang,’ aldus Staes.

‘De tegenstanders van het nieuwe verdrag hebben alle reden om ongerust te zijn,’ zegt professor Ferdi De Ville (UGent), auteur van The Truth about TTIP, een boek dat in het najaar verschijnt. ‘De echte inzet van de onderhandelingen is deregulering op zo veel mogelijk terreinen. Voor multinationals biedt het nieuwe verdrag de gedroomde kans om bestaande handelsbarrières en allerlei administratieve regels weg te werken. Dat dreigt ten koste te gaan van onder meer de bescherming van consument, werknemers, milieu en volksgezondheid.’

Zo voorzien de onderhandelaars in een deskundigencommissie, die met de fijne kam door voorstellen voor nieuwe wetgeving zal gaan en kijken of ze het bedrijfsleven al dan niet op kosten jagen of te veel administratieve verplichtingen opleggen. ‘Het reguleren van handel wordt dan automatisch verdacht. Er zal telkens moeten worden aangetoond dat nieuwe regels echt noodzakelijk zijn en dat het niet mogelijk is om kosten voor bedrijven te verminderen,’ zegt De Ville.

Een nog scherper dereguleringswapen is de procedure van wederzijdse erkenning van regelgeving. Amerikaanse producten die aan een minder strenge wetgeving dan de Europese onderworpen zijn, zouden in de toekomst op de Europese markt kunnen komen. Dat is momenteel onmogelijk.

De Ville vreest dat er een “race to the bottom” op gang zal komen als de procedure van wederzijdse erkenning van regelgeving wordt goedgekeurd. De partij met de hoogste normen zal haar wetgeving aanpassen aan de partij met de laagste normen. Want wat zullen bedrijven in Europa doen als ze geconfronteerd worden met concurrentie uit Amerika, die minder strenge regels moet volgen en daardoor goedkoper kan produceren? ‘Die zullen hun overheid onder druk zetten om haar wetgeving te versoepelen,’ zegt De Ville.

Dezelfde startlijn

‘Niemand had verwacht dat er zo’n gigantische discussie zou ontbranden. Daar moeten de lidstaten toch rekening mee houden.’

Ook in het Europees Parlement is er kritiek op een mogelijke verregaande deregulering. ‘Als de EU en de VS niet tot een akkoord komen over harmonisatie van regelgeving, zullen ze via wederzijdse erkenning proberen elkaars procedures en regels te accepteren. Zelfs al wordt de Europese regelgeving op zich niet aangepast, dan nog zouden Amerikaanse producten die niet aan onze normen voldoen massaal ingevoerd kunnen worden. Dat is concurrentievervalsend voor Europese bedrijven,’ zegt Bart Staes (Groen), rapporteur in de milieucommissie over het nieuwe verdrag.

Kleine en middelgrote bedrijven in ons land zijn beducht voor zo’n scenario. ‘Het kan niet zo zijn dat onze bedrijven moeten concurreren met Amerikaanse bedrijven die aan minder strenge regels moeten voldoen,’ zegt Gijs Kooken van het internationaal departement van Unizo.

‘We staan positief ten aanzien van een nieuw handelsakkoord. Het zal kmo’s de mogelijkheid bieden sneller te groeien. We gaan er wel van uit dat iedereen dezelfde regels moet volgen. Het kan niet de bedoeling zijn dat we onze markt openzetten voor producten die op een goedkopere manier geproduceerd worden. Onze bedrijven moeten aan dezelfde startlijn kunnen vertrekken als hun Amerikaanse concurrenten. Dat is een cruciale voorwaarde om een akkoord te bereiken,’ zegt Kooken.

‘We begrijpen de bezorgdheid, maar dit is pure speculatie,’ reageert de Europese Commissie. ‘Als Amerikaanse bedrijven aan minder strenge normen onderworpen zijn en daardoor goedkoper kunnen produceren, zullen ze nooit op de Europese markt kunnen komen.’ De Commissie maakt zich sterk dat ze deze rode lijn nooit zal overschrijden. Strenge Europese normen zullen nooit worden geofferd op het altaar van de vrijhandel.

Maar het is wel de bedoeling om zoveel mogelijk administratieve rompslomp weg te werken. Dat is naast klassieke thema’s zoals het reduceren van in- en uitvoertarieven of het toegankelijk maken van overheids- en dienstenmarkten voor buitenlandse bedrijven de grote en belangrijke nieuwigheid van de onderhandelingen. Het wegwerken van allerlei regels kan het bedrijfsleven tientallen miljarden helpen besparen.

In de auto-industrie bijvoorbeeld kijken experts momenteel hoe ze de technische normen voor autogordels en verlichting kunnen harmoniseren. Als ze daarin slagen, zullen autoproducenten heel wat besparen op hun productiekosten. Op allerlei andere terreinen, gaande van labels voor voeding, tests van geneesmiddelen en chemische producten tot certificatie van industriële goederen, wordt er ook gekeken hoe men dubbele kosten voor het bedrijfsleven in de toekomst kan vermijden. Voor nieuwe technologie wordt er gestreefd naar gemeenschappelijke normen, die als wereldstandaard kunnen gelden.

VIP-status voor bedrijven?

Het belangrijkste voor de Belgische werkgevers is de administratieve vereenvoudiging. Maar Unizo en VBO waarschuwen ook voor oneerlijke concurrentie.

De Europese Commissie staat onder gigantische druk van Business Europe, de spreekbuis van het Europese bedrijfsleven, om eindelijk eens op te schieten met de onderhandelingen. Om snel resultaten te boeken verkiezen de grote bedrijven de controversiële procedure van wederzijdse erkenning boven harmonisatie van wetgeving, die veel tijdrovender is. Tegenover Business Europe staat een bonte coalitie van vakbonden, consumenten- en milieuorganisaties die absoluut geen vertrouwen heeft in de aanpak van de Commissie. Hun aanhang groeit. Bijna anderhalf miljoen mensen zetten hun handtekening onder een petitie tegen het nieuwe handelsverdrag. Niet-gouvernementele organisaties gewagen van de ‘grootste mobilisatie in de jongste vijftien jaar’.

Hun campagne richtte zich vooral tegen de “VIP-status” die de onderhandelaars bedrijven willen geven. Een arbitrageclausule in het verdrag geeft buitenlandse investeerders de mogelijkheid om gewone rechtbanken links te laten liggen en een schadeclaim in te dienen bij private rechtbanken als ze vinden dat overheden hen benadelen.

CC BY 2.0 Mehr Demokratie

De tegenstanders van een akkoord zijn vastberaden om de komende maanden hun protest kracht bij te zetten.

CC BY 2.0 Mehr Demokratie

Er zijn tal van voorbeelden van zulke claims. Ophefmakend is de zaak die tabaksgigant Philip Morris tegen Uruguay heeft aangespannen na strengere wetgeving ter bescherming van de volksgezondheid. Dichter bij huis zijn er de miljarden die de Zweedse energiereus Vattenfall van de Duitse overheid wil hebben omdat die besloot uit kernenergie te stappen, een zaak die voor heel veel beroering zorgt in Duitsland. Bij ons loopt de zaak van de Chinese verzekeraar Ping An, die een miljardeninvestering kwijtraakte bij de nationalisering van Fortis.

Deze procedure, het zogeheten Investor State Dispute Settlement (ISDS), is bedoeld om investeerders te beschermen tegen bijvoorbeeld onteigening door corrupte regimes. Wereldwijd zijn er zo’n 4000 verdragen met zo’n arbitrageclausule. Om Europese bedrijven te beschermen hebben de EU-lidstaten zelf 1400 van zulke verdragen gesloten. Maar volgens de tegenstanders hoort de arbitrageclausule niet thuis in een handelsverdrag tussen Europa en Amerika. De rechtbanken in de VS en Europa staan garant voor een eerlijke rechtsbedeling. Investeerders kunnen daar terecht als ze vinden dat ze oneerlijk worden behandeld. In de arbitragerechtbanken, die voorgezeten worden door privérechters uit zakenkantoren, hebben ze geen vertrouwen.

Achterhaald mandaat

‘Wetgeving die door een verkozen parlement is goedgekeurd, kan anders zomaar onderuit worden gehaald. Dat is niet democratisch’

De opbrengst van een akkoord? Een kopje koffie

Wat levert het trans-Atlantisch handelsakkoord op voor de economie? Ook over de impact van de verdere liberalisering van de handel tussen Europa en de VS vliegen voor- en tegenstanders elkaar in de haren.

De Europese Commissie is ervan overtuigd dat een akkoord niet alleen de economische groei zal aanzwengelen en extra banen zal opleveren, maar ook meer keuze en lagere prijzen voor de consument mee zal brengen . Het Centre for Economic Policy Research (CEPR) in Londen berekende in opdracht van de Commissie dat een akkoord de Europese economie 119 miljard euro per jaar, of 545 euro voor een gezin van vier, zal opleveren. In termen van groei is dat 0,5 procent na tien jaar. De Amerikaanse economie zou jaarlijks 95 miljard euro winnen of 0,4 procent extra bnp.

Critici vinden die cijfers veel te optimistisch. Zij vechten het model aan dat het CEPR gebruikt. De verwachte opbrengsten worden hoe dan ook pas ten volle gerealiseerd in 2027. Een antwoord op de huidige crisis biedt het handelsverdrag dus zeker niet. En zelfs als de cijfers van de Commissie bewaarheid worden, dan is de impact niet echt spectaculair te noemen. Per week zou het beschikbaar inkomen per persoon met amper 2,6 euro stijgen. Dat is niet meer dan een kopje koffie.

Een studie van de Amerikaanse onderzoeker Jeronim Capaldo, een medewerker van de Internationale Arbeidsorganisatie, is zelfs negatief over de impact van een akkoord. Het verdrag kost Europa 0,5 procent in groei, als gevolg van de heviger concurrentie met de VS. Er gaan in Europa 600.000 banen verloren. Vooral landen met een open economie worden getroffen. De Amerikaanse economie zou wel voordelen halen uit een akkoord. De Europese Commissie vindt dat Capaldo’s rapport de plank misslaat, omdat het niet de juiste methodologie gebruikt.

Omdat er zoveel discussie was over dit onderwerp, hield handelscommissaris Karel De Gucht vorig jaar een volksraadpleging. Een recordaantal van 150.000 burgers en organisaties nam deel aan de bevraging en stuurde opmerkingen en suggesties in. Maar liefst 97 procent van de deelnemers kant zich tegen de “VIP-behandeling” voor multinationals, zo bleek begin januari bij de presentatie van de resultaten. Maar de nieuwe handelscommissaris, de Zweedse Cecilia Malmström, pikte dat signaal niet op. Ze vindt dat de opposanten het zich al te gemakkelijk hebben gemaakt door met een voorgedrukt klachtenformulier te werken en niet de moeite hebben genomen om diep op de zaak in te gaan, zoals zakenkantoren of bedrijfsorganisaties volgens haar wel hebben gedaan.

‘Dat was niet leuk. We hadden gehoopt dat ze op een andere manier zou reageren,’ zegt De Clerck van Friends of the Earth. ‘Haar reactie verbaast ons evenwel niet. De manier waarop de consultatie was opgezet, gaf duidelijk aan dat de Europese Commissie er niet in geïnteresseerd was om te weten wat de mensen echt vonden. De logische vraag – bent u voor of tegen de arbitrageclausule – werd niet eens gesteld.’

Toch is niet uitgesloten dat de betwiste procedure op verzoek van Europa geschrapt wordt uit de onderhandelingen. Dat is een klassieke truc, die in het verleden al vaker is toegepast om te voorkomen dat handelsoverleg in het slop geraakt. Het hele dossier komt dit voorjaar ongetwijfeld op het bord van de staats- en regeringsleiders. Zij zullen moeten beslissen of ze vasthouden aan het mandaat dat ze de Europese Commissie hebben gegeven.

‘Het mandaat is achterhaald door de realiteit. Niemand had verwacht dat er zo’n gigantische discussie zou ontbranden. Daar moeten de lidstaten toch rekening mee houden,’ zegt De Clerck. De tegenstanders krijgen alvast steun uit het Europees Parlement. Staes stelt voor om arbitrage volledig te schrappen uit de onderhandelingen. ‘Wetgeving die door een verkozen parlement is goedgekeurd, kan anders zomaar onderuit worden gehaald. Dat is niet democratisch,’ vindt hij.

Koelkast

De hele discussie over het nieuwe handelsverdrag werkt flink op de zenuwen van de grote bedrijven.

Voorlopig wil Malmström niet wijken. ‘De arbitrageclausule schrappen lost niks op,’ klinkt het in de coulissen van Berlaymont. ‘Straks onderhandelen we met de Chinezen over een nieuw verdrag en dan zullen onze bedrijven meer dan gelukkig zijn dat ze bij problemen een arbitrageclausule kunnen gebruiken.’ De Zweedse liberale wil wel de scherpe kantjes van het arbitragemechanisme afvijlen. Dat gebeurde al in het vorig jaar gesloten handelsverdrag tussen Europa en Canada. Mocht dat akkoord worden overgenomen, dan zou de claim van Vattenfall tegen Duitsland onmogelijk zijn.

CC BY 2.0 Greensefa

TTIP, een ‘Paard van Troje’?

CC BY 2.0 Greensefa

Critici vinden de aanpassingen onvoldoende, want overheden kunnen nog steeds beboet worden als privérechters oordelen dat hun wetgeving bedrijven schade toebrengt. Nieuwe wetgeving dreigt hierdoor in de koelkast te worden gestopt. ‘Uit vrees beboet te worden, zullen overheden veel voorzichtiger omspringen met nieuwe, strengere regels,’ zegt professor De Ville.

De hele discussie over het nieuwe handelsverdrag werkt flink op de zenuwen van de grote bedrijven. Bij het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) is men ervoor beducht dat onder druk van de tegenstanders de onderhandelingen mislukken. ‘Het is ongelooflijk hoe simplistisch en emotioneel over dit onderwerp wordt gesproken. De tegenstanders stellen de zaken voor alsof het handelsverdrag alle Europese normen drastisch naar beneden zal halen,’ zegt Olivier Joris van het Europees en internationaal departement van het VBO. ‘Ze denken ook dat bedrijven alleen maar voor volle deregulering zijn en alle normen overboord willen gooien. We zouden goed gek zijn om daarmee in te stemmen. Onze Europese regels zorgen voor juridische zekerheid en geven onze bedrijven soms een competitief voordeel.’

Het VBO hoopt op een evenwichtig akkoord. Daar kan de werkgelegenheid alleen maar van profiteren. En wie weet helpt een akkoord België zijn negatieve handelsbalans met de VS recht te trekken. Het belangrijkste voor de Belgische werkgevers is de administratieve vereenvoudiging. Maar net zoals Unizo waarschuwt ook het VBO voor oneerlijke concurrentie. ‘We vinden het niet goed dat anderen met lagere normen ons hier kunnen beconcurreren,’ zegt Joris.

‘Paard van Troje’

De tegenstanders van een akkoord zijn vastberaden om de komende maanden hun protest kracht bij te zetten.

Tot dusver zijn de onderhandelingen tussen Europa en de VS nog niet echt opgeschoten. Het NSA-afluisterschandaal en verkiezingen zowel in Europa als in de VS maken dat de twee partijen nog niet veel verder zijn geraakt dan het uitwisselen van hun verlanglijstjes. Aan beide zijden van de oceaan bestaat er enig optimisme dat dit jaar een doorbraak kan worden bereikt in de onderhandelingen, zodat een akkoord volgend jaar voor het einde van de ambtstermijn van president Obama kan worden beklonken.

De tegenstanders van een akkoord zijn vastberaden om de komende maanden hun protest kracht bij te zetten. ‘Het nieuwe handelsverdrag wordt verkocht als een gigantische stimulans voor de economie. maar wij geloven dat de negatieve effecten veel groter zullen zijn dan de positieve. In die zin is het nieuwe handelsverdrag een paard van Troje. Pas na een tijdje zal je merken dat het slecht voor Europa is. We gaan ons best doen om zoveel mogelijk onderwerpen tegen te houden,’ zegt De Clerck.

Dat betekent dat er niet alleen met scherp zal geschoten worden op de VIP-status voor bedrijven, maar ook meer wordt gemobiliseerd tegen het gevaar van deregulering. En hoewel de Europese Commissie al herhaaldelijk heeft verklaard dat er niet onderhandeld zal worden over invoer van onder meer Amerikaanse chloorkippen en Amerikaans hormonenvlees, zal het protest zich ook daartegen blijven richten.

‘In de VS wordt er bijzonder hard gelobbyd om de Europese markt voor zulke zaken open te gooien. Zolang we geen garantie zwart op wit op papier hebben dat dat niet gebeurt, vrezen we het ergste. Je weet toch hoe dat gaat met handelsverdragen. Op het laatste moment is er een uitruil van belangen. Vaak heeft dat niks met rationaliteit te maken en geeft de Commissie toch nog toe aan de Amerikanen,’ aldus De Clerck.

Dit artikel verscheen eerder in het lentenummer van MO*magazine.