Het was zo hoopvol, een vrouwenstaking wereldwijd. Strijdvaardige columns en video’s verbeeldden de samenhorigheid en het momentum. Op de vooravond van Internationale Vrouwendag kwamen ook in een opvanghuis in Guatemala jonge meisjes in opstand. Bij een brand die ochtend lieten 43 van hen het leven. Guatemala is in rouw. Na de protestgolf van 2015, ligt de politiek terug zwaar onder vuur.
Negentien meisjes overleden ter plaatse in het opvangcentrum, vierentwintig stierven in verschillende ziekenhuizen aan hun verwondingen, velen vechten nog voor hun leven, zeven meisjes werden overgevlogen naar de VS voor verzorging.
Wat op 8 maart in Guatemala gebeurde is een persoonlijk drama voor de meisjes en hun familie. De brand en het geweld passen in een groter verhaal van staatsgeweld en mensenrechtenschendingen.
Wat dreef deze meisjes er toe te revolteren? En waarom beschuldigen verschillende sociale organisaties en burgers de staat van collectieve vrouwenmoord en staatsterrorisme? Waarom voelen feministen op heel het continent zich zo verbonden met deze meisjes?
Op straat in Guatemala-Stad, aan Guatemalteekse ambassades over heel de wereld en op sociale media drukken mensen hun diep verdriet uit. De Guatemalteekse president Jimmy Morales probeert gepast te reageren, maar slaagt er niet in.
© Ameno Cordova
© Ameno Cordova
© Ameno Cordova
“Veilig Opvanghuis” een hel
De avond van 7 maart ontsnapten meer dan vijftig jongeren uit het opvanghuis Hogar Seguro Virgen de la Asunción (Veilig Opvanghuis van de Maagd van de Hemelvaart). De politie onderschepte ze en jongens en meisjes werden afzonderlijk opgesloten. De ochtend van 8 maart ontstond er brand in het lokaal waar de meisjes vastzaten.
De journalistieke onderzoekswebsite Plaza Pública publiceerde in oktober vorig jaar al een reportage over de misbruiken die zich in het opvanghuis Casa Segura afspelen. Getuigenissen beschrijven ‘een hel waar zij die bescherming nodig hebben het slachtoffer zijn van verkrachting en mishandeling’.
Het tehuis dat zich vijfentwintig kilometer ten zuidwesten van Guatemala-Stad bevindt, in San Jose Pinula, trad in werking in 2010 en wordt beheerd door de staat. De instelling valt onder het Secretariaat voor Sociaal Welzijn en huisvest kinderen jonger dan achttien jaar. Volgens lokale media bevonden zich in de staatsinstelling zevenhonderd à achthonderd jongeren terwijl er slechts plaats was voor vierhonderd personen. Volgens Plaza Pública is dit een chronisch probleem in opvanghuizen van de staat.
De meisjes en jongens in het tehuis zijn slachtoffers van huiselijk of seksueel geweld, verlaten door hun ouders, of gehandicapt. Maar er wonen ook jongeren die met criminaliteit of bendegeweld in contact kwamen. Het verhaal gaat dat de jongeren in opstand kwamen omwille van het slechte eten en de behandeling die ze kregen.
Sinds de eerste berichtgeving is de website Nómada verschillende keren gehackt en offline gehaald.
Getuigenissen die het Guatemalteekse internetmedium Nómada verzamelde, doen de waarheid, en de nagedachtenis van de meisjes, waarschijnlijk meer eer aan. Nómada begon de zaak grondig te onderzoeken. Sinds de eerste berichtgeving is de website verschillende keren gehackt en offline gehaald.
Nómada duidt op drie sleutelmomenten en vijf nalatigheden waarbij de staat direct geïmpliceerd was in het drama. Journalisten van het medium spraken met arbeiders en hulpverleners van het opvanghuis, families van de slachtoffers, en met een meisje vlak voor haar vertrek naar de VS voor verzorging.
De opstand was uitgelokt door de systematische mishandelingen die de jongeren ondergingen in het opvanghuis. De politie ranselde de jongeren af en randde hen aan na hun ontsnappingspoging, en tientallen politiemensen ter plaatse grepen lange tijd niet in om de jongeren te redden toen het vuur uitbrak.
‘Laten we hun namen uitspreken’
Vorige week zei president Morales in rouw te zijn om wat er gebeurd was. Hij gaf toe dat het om nalatigheid van de staat ging. De staat, specificeerde hij, was iedereen, alle Guatemalteken.
Op sociale media roepen Guatemalteken op de namen van de overleden meisjes te noemen.
Op sociale media roepen Guatemalteken nu op de namen van de overleden meisjes te noemen. En zo gebeurt het, op emotionele video’s.
Duizenden Guatemalteken kwamen afgelopen zaterdag de straat op. Ze staken kaarsen aan voor de slachtoffers en eisten het ontslag van president Morales.
Het gevoel bij de protestacties drukt verdriet en eenheid uit: ‘Zonder toeters, zonder nationaal volkslied. De blikken van medeplichtigheid, nat van de tranen, de knuffels, de woorden, de roep, de liedjes, het vuur en tientallen kaarsen die de gezichten in de donkerte oplichtten, dat was de weg om de woede en verontwaardiging te tonen.’
De foto van de barbiepoppen tussen verbrand houtskool aan het hek van de presidentiële residentie ging de wereld rond.
© Ameno Cordova
Een installatie van het Proyecto44 beeldt de meisjes van Guatemala uit.
© Ameno Cordova
#NietEenMinder
a gente está indignada desde hace mucho tiempo En Guatemala es normal vivir enojado contra las autoridades
© Ameno Cordova
#NietEenMinder
Ook de bekende #NietEenMinder hashtag van de Latijns-Amerikaanse vrouwenbeweging tegen femicide stond op protestborden in Guatemala-Stad.
Een Ecuadoraanse kennnis en feministe schrijft op Facebook: ‘En waar is de profielfoto met de vlag van Guatemala? Waar is de Facebookmuur vol met foto’s van bloemen en knuffelbeesten voor het afscheid van deze meisjes? Basta met onze levens onzichtbaar te maken, onze doden, en onze strijd te stillen.‘
En het zijn deze vrouwen - die zich afgelopen maanden over landsgrenzen, etnische identiteit en klasse heen achter deze hashtag zetten - die nu ook de verontwaardiging hoog houden op alternatieve en sociale media.
het zijn deze vrouwen die nu de verontwaardiging hoog houden op alternatieve en sociale media.
De acties tegen feminicide kregen in Latijns-Amerika vanaf 2015 zichtbaarheid op straat en sociale media met de hashtags #NietEenMinder en #WeWillenOnsLevendZien. De roep om #NietEenMinder werd de aanklacht: ‘We zeiden Niet Een Minder en het werden er veel meer.’
En zo gebeurde het ook in Guatemala. De hashtags plaatsen de meisjes van Guatemala in een wijder probleem van feminicide en staatsgeweld.
De roep gaat dat wat er gebeurde in Guatemala een massafeminicide was van de staat.
Misbruiken
De continue seksuele aanrandingen door sociale werkers, monitoren en andere verantwoordelijken waren al vaak aangeklaagd door de jongeren. Volgens Nómada zijn er 28 klachten ingediend bij het Secretariaat van Sociaal Welzijn. Toen de brand uitbrak deed, volgens getuigenissen, de nationale politie niets om de meisjes te bevrijden.
Toen de brand uitbrak deed, volgens getuigenissen, de nationale politie niets om de meisjes te bevrijden.
Voorbij de medeplichtigheid in dit drama van de bevoegde ministers, medewerkers in het opvanghuis en politie, is ook de situatie van vrouwen en jongeren in het Centraal-Amerikaanse land onhoudbaar.
Luz Méndez, van de Nationale Vereniging van Guatemalteekse vrouwen (Unamg), wijst er op dat het geweld in Guatemala voor een groot deel te wijten is aan de nasleep van de burgeroorlog.
De Guatemalteekse performance artieste Regina Jose Galindo brengt de rol van de vrouw tijdens de oorlog, en vandaag, snijdend duidelijk in haar werk. In Mientras, ellos siguen libres (Ondertussen zijn zij op vrije voet) laat ze zich zwanger vastbinden met een navelstreng, op dezelfde manier als het leger deed tijdens de burgeroorlog met inheemse zwangere vrouwen. De vrouwen werden vastgebonden om te verkrachten en miskramen te veroorzaken.
Volgens UN Women zijn alle dagen gemiddeld twee vrouwen in Guatemala het slachtoffer van feminicide. In Latijns-Amerika en de Caraïben heeft Guatemala, na El Salvador en Jamaica, het hoogste feminicide cijfer. Volgens de organisatie Mujer Guatemala wordt feminicide vaak gerapporteerd als bende gerelateerde misdaad of niet aangegeven. Er heerst grote straffeloosheid.
Emigratie in de Noordelijke driehoek van Centraal-Amerika (Guatemala, El Salvador, Honduras) werd voorheen vooral toegeschreven aan armoede en sociale uitsluiting. In Global Resettlement Needs 2017 benadrukt het VN Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen (UNHCR) dat de vluchtelingencrisis in toenemende mate het gevolg is van vervolging, geweld en onveiligheid. Kinderen en jongeren zijn extra kwetsbaar. Zij zien zich vaak genoodzaakt te vluchten vanwege gedwongen deelname aan bendes. Vooral vrouwen zijn volgens het UNHCR rapport slachtoffer van geweld.
43 studenten in Mexico en 43 meisjes in Guatemala
#NosFaltan43, of “er ontbreken er 43”, verwijst sinds september 2014 naar 43 Mexicaanse studenten, uit Iguala, in de staat Guerrero. De studenten verdwenen nadat ze terugkeerden van een protestmars en tegengehouden werden door de lokale politie. Het gerecht gaat er van uit dat de studenten ontvoerd zijn en hun lichamen verbrand.
Vandaag zijn het de 43 Guatemalteekse meisjes die achter dezelfde hashtag terechtkomen. De uitdrukkelijke schreeuw is ook hier dat de staat verantwoordelijk is. Actieborden en vlaggen op het plein in Guatemala-stad klagen aan dat de ‘staat gefaald heeft’ en drukken de woede en pijn van de demonstranten uit. ‘Moordenaars’ staat in rode letters aan de trappen van het gerechtsgebouw geschilderd.
Guatemalteken schilderen aan het regeringspaleis in Guatemala-stad ‘moordenaars’
© Ameno Cordova
Guatemalteken schilderen aan het regeringspaleis in Guatemala-stad ‘moordenaars’
© Ameno Cordova
© Ameno Cordova
‘Ze waren niet stil en dat vonden ze niet leuk. Ze verdedigden hun rechten en de staat heeft hen verbrand.’
© Ameno Cordova
Voor de meisjes
Er vonden waken en protestacties plaats voor de meisjes van Guatemala in onder andere México Stad, Maryland, New York, San Jose en Quito.
Ook de toonaangevende internationale instellingen en personen drukten hun medeleven uit.
De Inter-Amerikaanse Commissie voor Mensenrechten (CIDH) roept de Guatemalteekse staat op de gebeurtenissen te onderzoeken, te voorkomen dat ze zich herhalen en de nodige ondersteuning te geven aan de slachtoffers.
De Paus bidt voor de meisjes.
De voormalige minister voor Welzijn Carlos Rodas, zijn vice-minister Anahi Keller en de voormalige baas van de jeugdinstelling Santos Torres zijn aangehouden. De beschuldiging is doodslag, misbruik van minderjarigen en plichtsverzuim. De president belooft een grote herstructurering van alle opvangcentra.
‘De mensen zijn al lang verontwaardigd. In Guatemala is het normaal woedend te zijn op de overheid.’
Volgens Nómada maanden twee rechters al in december en februari het Openbaar Ministerie aan de verantwoordelijken voor het welzijn van de jongeren in het opvangcentrum te vervolgen. De omstandigheden waarin de jongeren zich bevonden waren onmenselijk. Een uitspraak beval zelf de sluiting van het opvanghuis. Het Secretariaat van Sociaal Welzijn ging in beroep tegen de uitspraak.
Fotograaf Ameno Cordova die verslag uitbracht van de protestacties voor de meisjes vertelt: ‘De mensen zijn al lang verontwaardigd. In Guatemala is het normaal woede te voelen naar de overheid toe.’
Wat na de verontwaardiging, de pijn, de doden en de overlevenden, de eerste arrestaties, de povere reactie van de Guatemalteekse president?
Nómada stelt voor dat het Openbaar Ministerie en de VN-Commissie tegen Straffeloosheid (CICIG) de gepleegde misdaden en nalatigheden van de staat onderzoekt.
Misschien komt er zo hand in hand met de protestacties, de kunstinstallaties en de hashtags, gerechtigheid.