“‘De collateral damage van asbest’
Op 14 maart zal het Brussels Hof van Beroep zich uitspreken in de zaak tegen Eternit. Dat bedrijf ging in beroep na een eerdere veroordeling. Asbest doodt als een dief in de nacht. Hopelijk wordt 14 maart een klein moment van gerechtigheid.
Het was een item in het journaal, enkele dagen geleden. Een groep mensen betoogt op de trappen van het gerechtsgebouw. Nadat in 2011 Eternit was veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding aan de familie Jonckheere, ging het bedrijf in beroep. Nadat haar man, die zijn hele leven werkte voor Eternit in Kapelle-op-den-Bos in 1987 overleed aan longvlieskanker, werd Françoise Jonckheere in 2000 ook zelf ziek. Ze besloot een rechtszaak aan te spannen tegen het bedrijf. Zij stierf. Haar vijf zonen gingen verder met de rechtszaak. Ondertussen zijn twee van hen ook gestorven.
In haar uitspraak had de rechtbank gesteld dat het bedrijf was doorgegaan met het gebruik van asbest en het minimaliseren van de gevaren ervan, terwijl al lang geweten was dat het longvlieskanker kan veroorzaken. Eternit wil zich niet bij die uitspraak neerleggen. Aan mevrouw Jonckheere had het bedrijf een vergoeding aangeboden, op voorwaarde dat er geen gerechtelijke stappen zouden worden gezet. Dat weigerde ze.
Het was een item in het journaal. Misschien hebben velen het nauwelijks opgemerkt. Ik zat op het puntje van mijn stoel te kijken. Toen ik in 2011 op de radio de uitspraak hoorde van de rechtbank heb ik luid gegild van vreugde, waarna ik minutenlang door mijn tranen geen woord kon uitbrengen. Bittere tranen weliswaar, maar toch ook met een gevoel van opluchting.
Alsof het niets is
De volgende ochtend hoorde ik op de radio Thomas Vanderveken vertellen over zijn vader, die ook stierf aan longvlieskanker, veroorzaakt door asbest. Hij wees er in zijn verhaal terecht verontwaardigd op dat op heel veel plaatsen in de wereld nog op grote schaal asbest wordt gebruikt, alsof het niets is. We weten nochtans ondertussen al heel lang wat de gruwelijke risico’s van dit goedje zijn. Het cynische is dat het tot veertig jaar kan duren eer je ziek wordt. Maar eens het zo ver is, ben je in wezen een vogel voor de kat. Je kunt snel of heel snel sterven, daar komt het op neer.
Asbest is een voorbeeld van hoe ons economisch model werkte en in veel opzichten nog werkt. We duwen de kosten en de risico’s naar de gemeenschap en naar de toekomst, en zo lijkt het toch alsof onze boekhouding klopt.
In ons land is de situatie gelukkig beter dan in veel andere landen. Er is een beleid uitgebouwd, al kan dat nog veel beter. In België is er echter nog een enorme hoeveelheid asbest aanwezig op allerlei plekken. Het risico is dus nog steeds heel reëel en mag niet geminimaliseerd worden. Asbest is een voorbeeld van hoe ons economisch model werkte en in veel opzichten nog werkt. We duwen de kosten en de risico’s naar de gemeenschap en naar de toekomst, en zo lijkt het toch alsof onze boekhouding klopt.
Veel mensen die het beste van zichzelf gaven in een fabriek betalen er jaren later de prijs voor met hun leven. Dat lot speelt zich in de meeste gevallen af buiten ons gezichtsveld. En het bedrijf wil waarschijnlijk liefst snel verder ‘naar de toekomst kijken’. Maar je kunt niet zomaar dat vervelende verleden weggommen of de verantwoordelijkheid voor je eigen daden doorschuiven naar slachtoffers of naar de overheid. Een geldsom maakt de doden niet terug levend.
Maar blijkbaar is het nog steeds nodig om fors op tafel te kloppen en gerechtigheid af te dwingen, al is het alleen al maar om nog meer ziektegevallen te voorkomen. En hopelijk kan een gerechtelijke uitspraak ertoe bijdragen dat er eindelijk internationaal iets beweegt zodat er een einde kan komen aan het werk van deze sluipende moordenaar.
Tijdbom in je lijf
Ik heb alleen maar mateloos veel respect voor de zoon van de familie Jonckheere die telkens in het nieuws komt om de zaak uit te leggen. Voor zo’n mensen buig ik deemoedig het hoofd. Hij is ook geen onbekende. Met een aantal vrienden organiseren we elk jaar een fiets- en wandeltocht om alle asbestslachtoffers te gedenken. Onze goede vriend Willy Vanderstappen stierf in 2007 aan de gevolgen van longvlieskanker. Hij woonde in Kapelle-op-den-Bos en werkte in zijn jonge jaren ooit nog even in de fabriek. Een groot deel van zijn politiek engagement had te maken met de strijd voor een beter asbestbeleid. Zijn dood was een bittere illustratie van de zinvolheid van die inzet.
Elk jaar zit ik daar aan de inschrijvingstafel, terwijl de honderden mensen aanschuiven om te vertrekken voor de fiets- of wandeltocht. En dan zie ik die man ook altijd in die rij, die man die ik nu in het nieuws zie om de zaak van zijn moeder te blijven verdedigen. Het maakt me altijd een beetje verlegen. Er moet veel moed nodig zijn om dit te doen, wetend dat je je ouders en twee broers hebt verloren, wetend dat de tijdbom waarschijnlijk in je lijf zit.
Ik zie daar elk jaar die twee altijd goed gezinde vrouwen van de vereniging van asbestslachtoffers, en ik vraag me af hoe ze het doen. Achter hen is er een groot bord met foto’s van mensen die ondertussen stierven aan deze vreselijke ziekte. Soms zie je mensen mee fietsen die ondertussen ziek zijn. Soms zijn er mensen bij die nog niet weten dat ze snel ziek zullen worden en sterven. En elk jaar voel ik ook wel hoe Willy in mijn buurt is, hoe hij een beetje in zichzelf gekeerd rondwandelt. Ik zie hem in zijn familie. Dat item in het nieuws heeft voor mij heel wat concrete gezichten.
Kloteziekte
Elk jaar, op een rustig moment aan de inschrijvingstafel, overvalt me weer die radeloze machteloze kwaadheid. Ik herinner me de laatste gesprekken die ik met Willy had. Naarmate de ziekte verder ging, kon hij steeds moeilijker spreken. Het is een vreselijke kanker, die letterlijk de lucht uit je lijf wegzuigt. Een aantal jaar voor hij stierf kreeg ik ook kanker, een heel andere variant. Het was iets dat we samen deelden, een beetje toch. Want hij vertelde me dat hij graag het gevoel had gehad te kunnen vechten voor iets. Ik was ziek, heb heel veel geluk gehad, maar ik had een type kanker waar je van kunt genezen. Hij wist – hoewel hij zich tot het laatste moment probeerde vast te klampen aan een soort hoop tegen beter weten in – dat hij geen kans had.
Zoveel mensen die stierven zie je niet op de televisie, waardoor dat asbestverhaal misschien een verhaal uit het verleden lijkt. Dat is niet zo. De zware prijs voor fouten uit het verleden betalen we nu, en morgen.
Sommige mensen krijgen kanker door hun levensstijl. Sommige mensen zijn erfelijk voorbestemd. Sommige mensen hebben gewoon pech. En bij sommige mensen is er een duidelijk aanwijsbare externe reden, een reden die dus ook in principe kan voorkomen worden. Dat maakt me zo woest, en het gaat niet over.
Met de vrienden proberen we iets kleins te doen voor zoveel mensen die getroffen werden en zullen worden door deze vreselijke kloteziekte. Zoveel mensen die stierven zie je niet op de televisie, waardoor dat asbestverhaal misschien een verhaal uit het verleden lijkt. Dat is niet zo. De zware prijs voor fouten uit het verleden betalen we nu, en morgen.
En die prijs, dat zijn mensen, met een gezicht en een verhaal. Laten we hopen dat de uitspraak op 14 maart een kleine vorm van gerechtigheid kan betekenen.
En laten we vooral hopen dat we snel deze vermijdbare vorm van gruwelijk leed uit de wereld kunnen helpen.