Sam Pless
“‘Ons talige leven’
Sam Pless (23) is doctoraatsstudent Sociologie aan de KU Leuven. Hij woonde vorige week een debat tussen politieke kopstukken bij en gruwde van de bekrompenheid die getoond wordt in de omgang met “andersheid”. Hij schopt u bij dezen een talig geweten.
Ons zalige leven hebben we aan veel dingen te danken. Maar met kop en schouders steekt erboven uit: chance. Chance op de juiste plek, op het juiste tijdstip geboren te zijn. Want op gelijke kansen moet ge hier niet rekenen. Ik bedoel dat rekenen letterlijk. Genoeg cijfers om te tonen dat Vlaanderen een van de meest ongelijke regio’s in Europa is. Onze ogen sluiten daarvoor helpt niet. Liever zoomen we in op een factor die gelijke kansen maakt of kraakt. Taal.
Als ge dat graag wilt, valt het leven te zien als een uitdaging. Een uitdaging waar we gelukkig niet alleen voor staan. Meestal zijn er anderen – vrienden, kennissen, familie – die met eenzelfde uitdaging geconfronteerd worden, kunnen helpen of al dan niet bewust tegenwerken. Om samen vooruit te gaan, die uitdaging aan te kunnen, is er wel een belangrijke voorwaarde: een gemeenschappelijke taal spreken. Mekaar voldoende kunnen begrijpen. Onbegrip maakt of kraakt, op verschillende niveaus.
Het leren van een taal is niet het makkelijkste dat er is. Onze eerste babywoordjes leren we rond maand vijftien van ons leven. Still a long way ahead van daar af. Er komen steeds meer taalspelen bij, die dan ook nog veel complexer worden. De angst van nieuwbakken ouders is dan ook begrijpelijk: een gemiste start kan immense gevolgen hebben. Al op jonge leeftijd worden de eerste blokken gelegd voor een common ground waar hele levens op gebouwd worden.
Het leren van een taal is allerminst een uniform proces. Evenveel talen als er mensen zijn.
Het leren van een taal is allerminst een uniform proces. Evenveel talen als er mensen zijn. Het talige vermogen dat ge opbouwt, volgt geen wiskundige of pedagogische logica, maar een sociale. Waar, wanneer en in welk gezin ge geboren wordt, bepaalt in ontzettend grote mate wat ge zult leren, (leren) interessant vinden en (leren) doen in’t leven. Het woord “leren” verdoezelt in feite zelfs een deel van de complexiteit die vasthangt aan heel dat proces.
‘t Vlaamsche land
Alsof het allemaal niet ingewikkeld genoeg is, is taal en de mogelijkheid tot gemeenschappelijke grond te komen dus behoorlijk allesbepalend. Stel nu: ge start niet vanop die gemeenschappelijke grond. Ge spreekt een andere taal en hebt een ander referentiekader. Om bepaalde redenen hebt ge de vlucht moeten nemen. Op naar het Vlaamsche land, als dat al een bewuste keuze is. Inburgeren geblazen.
Ook voor uw kinderen. Die gaan zo snel mogelijk naar een Vlaams klasje. Zo snel mogelijk kneden naar Vlaamse normen en vormen. Met wat geluk valt de andersheid ervan af te schrobben, zo lijkt het devies. Forget everything you know: vanaf *nu* is dit wat telt.
Welkom in the brave new Vlaamse world; wie ge vroeger waart, wat ge vroeger sprak, wat ge vroeger deed moogt ge aan de deur laten staan. Vanaf nu is dit wat telt. En dan verwachten dat dat werkt. De grond onder iemands voeten wegtrekken en verwachten dat die persoon staande blijft in het luchtledige.
Een verdraaid geloof in maakbaarheid
’t Is een vreselijk idee, wat mij betreft. Een verdraaid geloof in maakbaarheid, dat ge zonder te vertrekken vanop common ground toch iets betekenisvol zou kunnen opbouwen. Iemand verplichten zichzelf te verloochenen, wie/wat hij was achter te laten. Vanuit het valse idee dat de harde hand het beste werkt. Aanpassen of opkrassen, echoot er ergens.
“Die mens heeft daarvoor toch gekozen, toen hij naar hier kwam?” Nieje, Alain, nieje.
“Die mens heeft daarvoor toch gekozen, toen hij naar hier kwam?” Nieje, Alain, nieje. Als het al een keuze was naar “hier” te komen. En dan nog staat inburgeren niet gelijk aan het veinzen van geheugenverlies met betrekking tot een vroeger leven en als een volautomatische machine te conformeren aan “de” Vlaamse identiteit. Dat is niet hetzelfde als kunnen functioneren in een samenleving. Behalve als die samenleving impliciet en expliciet net die eis stelt natuurlijk…
Het goede leven valt niet voor te dicteren. Wat wel kan, is kansen bieden. Niet in naam van de harde hand onmogelijke eisen stellen, maar faciliteren. Door naar een common ground toe te werken. Door ook van een niet-eigen common ground uit te durven gaan. Een (t/z)alig leven dat niet over ingebeelde normatieve Vlaamse grenzen heen kan kijken, is een arm leven.
© 2014 – C.H.I.P.S. StampMedia – Sam Pless