“‘Wij, de gesjarelden’
Bie Vancraeynest laat de analyses over de taxshift graag aan anderen over die daarvoor meer bevoegd zijn, maar weet dat die haar onderbuikgevoel onverminderd bevestigen. ‘Het wordt stilaan tijd dat wij, de gesjarelden, ons beter organiseren.’
Ik nader de helft van mijn congé payé. Nu de werkende mens de nieuwe heilige is, specialiseer ik mij graag in vakantie. Ik heb doorgaans niet veel nodig om een vakantiegevoel te hebben. Een Apérol Spritz, een portie guacamole en een bord nachos kunnen volstaan. In de zomer ben ik nog meer overtuigd van compact wonen. Klein maar gerieflijk, in de buurt van alles én het station zodat het bezit van een wagen een absurditeit wordt.
Doe mij maar een staycation. Ik hoef helemaal niet het land uit, zeker in de zomermaanden. Het licht is anders, de mensen zijn anders. De stad transformeert vanzelf tot een andere plek. Er zijn straten die leeg lopen en andere die vol lopen. Zeker nu het centrum van de hoofdstad verkeersvrij is gemaakt.
De “pietonnier” zoals dat dat zo mooi klinkt in het Frans, de voetgangerszone, het voelt nog steeds als een cadeau.
En al hebben de criticasters een punt over de commerciële invulling en het vuil en de openbare dronkenschap, als ik het geluid hoor van tegen elkaar ketsende jeu de boules ballen, dan maakt mijn hart een sprongetje. Zeker als dat in de schaduw van de Beurs gebeurt. De “pietonnier” zoals dat dat zo mooi klinkt in het Frans, de voetgangerszone, het voelt nog steeds als een cadeau. Wel alsof je een bouwpakket krijgt waarvan niet alle vijzen in het pakket zitten en je de handleiding zelf moet verzinnen. Maar desalniettemin, een cadeau!
Ik neem de tijd om dat cadeau zorgvuldig uit te pakken,want ik heb er eindelijk de tijd voor. Tijd, niet enkel om te recupereren, om dan weer mee te kunnen meedraaien. Maar tijd om in een zomerboek twee keer dezelfde bladzijde te lezen uit verstrooidheid of om de schoonheid van de passage nogmaals te savoureren. En als het asfalt me wat te warm onder de voeten wordt, dan zoek ik koelere oorden op.
Op slechts een railpassrit hiervandaan strekt zich de Gaume uit, een paradijselijk stukje België met een microklimaat. Wij worden gelukkig van stappen met een rugzak. Dat stellen mijn wandelkameraden en ik vast, zoals wel vaker als we in elkaars fijn gezelschap het zuiden van ons land verkennen. All good thoughts are conceived by walking. ‘Waarom doen we niet vaker wat ons echt gelukkig maakt?’
Eerst wist ik niet dat ik graag wandelde. Soms weet je niet altijd wat je echt gelukkig maakt. Mijn vrienden trokken me over de streep door mij fluks een paar wandelschoenen cadeau te doen. ‘Bij die nieuwe wandelschoenen zit ook een extra portie durf hoor’, werd mij verzekerd toen ik er mijn eerste riviertje mee oversprong. Maar ik moest nog wat wennen aan mijn nieuwe onverschrokken ik.
Ik was er in geslaagd om me niet teveel op te jagen in de Griekse tragedie en de strapatsen van de Trojka. Tot de 21ste.
Van al het weg zijn, geniet ik nog het meeste van het thuiskomen. Frietjes eten, een eerste was draaien, een stapel zomerkranten doorploegen. En me opnieuw laven aan de traagheid die in de zinderende straten hangt, aan afwezigheidsassistenten en diensten die op halve snelheid draaien, aan het rariteitenkabinet van Telefacts zomer, aan de Tour volgen op de radio zonder een renner te zien, aan mosselen eten op de Gentse Feesten, aan lange kranteninterviews…
Al dit bovenstaande om te schetsen in welke mellow vibe ik me bevond, zo rond onze nationale feestdag. Ik was er in geslaagd om me niet teveel op te jagen in de Griekse tragedie en de strapatsen van de Trojka. Tot de 21ste. Op de radio hoor ik mensen enthousiast voxpoppen over het militair defilé en feestelijkheden in het Warandepark.
Onder de taalgrens ontspint zich een rel wanneer Alain Destexhe van de MR zich gepikeerd uitlaat over het feit dat de RTBF een gesluierde nieuwe Belgische vrouw aan het woord laat over de nationale dag. Bijna lijkt dat het nieuwsfeit te zijn dat de 21ste juli 2015 zal kleuren. Tot ik de premier iets hoor zeggen over een “goed glas wijn” na elk gesloten tussenakkoord.
Ik sla er weinig acht op, tot ik mij ’s anderendaags verslik ik mijn latte macchiato. Dat wijn hijsen is vrolijk doorgegaan tot aan het ochtendgloren en een enthousiaste Rutten legt uit wat er uit de bus is gekomen. Een rist beslissingen nemen op het einde van een “nuit blanche”, wanneer is dat eigenlijk een goed idee?
Ik hoor ook tevreden werkgevers. Dat is nooit een goed teken.
Gwendolyn begint natuurlijk met het verhaal van de 100 euro extra netto per maand. Ik zie twaalf paar sneakers voor mijn ogen dansen. Er zit een limited edition tussen. Maar spoedig begint het te dagen dat ik vooral elektriciteit zal betalen en ik eigenlijk niet nog meer sportschoenen nodig heb. Ik hoor ook tevreden werkgevers. Dat is nooit een goed teken.
Wie deze regering (dan toch de CD&V) nog een kans wou geven, wie graag wou geloven dat het allemaal wel zou meevallen, die is er aan voor de moeite. Tot zover het vakantiegevoel. Terwijl de meerderheidspartijen hun winst uittellen en het zomerreces ingaan, blijven wij verweesd achter. Wij die zijn gesjareld. Wij zijn met veel en wij tandenknarsen. Kanaliseer maar eens al die verontwaardiging als augustus nadert en nu echt iedereen in andere sferen vertoeft.
Jobs jobs jobs. Daarmee mogen wij de tweede helft van de zomer in. Ah nee, wacht, dat wordt ’s anderendaags al weerlegd door de blije werkgevers, zij garanderen helemaal geen nieuwe jobs. Gesjareld.
De analyses over de taxshift, die laat ik graag aan anderen over die daarvoor meer bevoegd zijn. Zij bevestigen onverminderd mijn onderbuikgevoel. Straks zijn we een jaar ver met deze regering. Het wordt stilaan tijd dat wij, de gesjarelden, ons eens beter organiseren. Een beetje vakantiewerk als het ware. Wat bijlezen, argumenten aanscherpen, allianties smeden en strategieën bedenken. Dat kan ook lukken met een Cuba Libre in de hand, op een terras.
Mijn eerste extra honderd euro netto die ik in de schoot geworpen krijg, die ga ik alvast besteden aan een goed waterdicht windjack. Voor al die manifestaties in het najaar. De wandelschoenen met extra durf, die heb ik al.
7 oktober omcirkel ik alvast in mijn agenda. Weet ik meteen waarvoor ik mijn batterijen oplaad.