Dooiende permafrost kost wereldeconomie duizenden miljarden
IPS
22 september 2015
Als de permafrost rond de noordpool smelt, berokkent dat de wereldeconomie 38.000 miljard euro extra schade tegen het einde van deze eeuw. Dat blijkt uit onderzoek in Nature Climate Change.
Permafrost of bevroren grond bevat naar schatting 1.700 gigaton aan broeikasgassen in de vorm van bevroren materiaal. Door het opwarmen van het klimaat begint die permafrost echter te smelten, waardoor nog veel meer CO2 en methaan in de atmosfeer terechtkomen en een sneeuwbaleffect ontstaat.
Wetenschappers van de University of Cambridge en het Amerikaanse National Snow and Ice Data Center (NSIDC) berekenden de economische impact van die uitstoot onder verschillende scenario’s van klimaatopwarming.
Onder het zogenaamde A1B van het internationaal klimaatpanel, dat uitgaat van snelle economische groei en een groeiende uitstoot, zou de impact van de gassen uit permafrost de economische kosten van de klimaatverandering doen stijgen met 13 procent – van 292.000 tot 330.000 miljard euro – tegen 2200.
Beleid
‘Die modellen moeten ons helpen om betere beslissingen te nemen omdat ze de wetenschappelijk en economische modellen met elkaar verbinden’, zegt Chris Hope van de universiteit van Cambridge. ‘We moeten inschatten hoeveel het ons zal kosten als we niets doen, hoeveel als we iets doen en hoeveel het kost als we drastisch snoeien in de uitstoot.’
Uit het onderzoek blijkt dat snelle klimaatactie de economische impact van de klimaatverandering aanzienlijk kan terugdringen. ‘De uitstoot uit fossiele brandstoffen beperken en de klimaatverandering stoppen is geen keuze tussen de economie en het milieu’, zegt medeauteur Kevin Schaefer. ‘Integendeel: we kunnen tegelijk de uitstoot verminderen en de economie doen groeien. We moeten investeren om de kosten van hernieuwbare energie en energiebesparing te verminderen, en het optimale beleid voeren met onder meer fiscale instrumenten. Zo kan een omgeving worden gecreëerd waarin consumenten op een natuurlijke manier voor de minst vervuilende optie kiezen, omdat het de beste economische keuze is.’