'Hotel Mamma' raakt volgeboekt door crisis
Gunther Malin
16 maart 2014
In Italië wonen zeven op de tien ongehuwde mannen jonger dan 35 nog thuis. Bij de jongeren tot 25 jaar is dat zelfs negen op de tien. Italiaanse mannen raken traditioneel moeilijk vanonder moeders vleugels, maar is er soms meer aan de hand?
Het Italiaanse bureau voor statistiek (Istat), het Italiaanse Ministerie voor Werk en het Instituut voor Sociale Zekerheid pakten onlangs uit met een rapport over de ‘Sociale cohesie’ in Italië. Het verslag staat bol van de grafieken en cijfermateriaal uit 2012, maar Italiaanse media pikten er een opvallend fenomeen uit. Steeds meer Italiaanse ongehuwde jongeren en dertigers wonen namelijk — nog of opnieuw — bij hun ouders.
Moederskindjes
De cijfers zijn opvallend. Traditioneel ligt het aantal thuiswoners bij mannen sowieso hoger: de term ‘mammone’, of moederskindje, komt immers ergens van. Met bijna 69% zijn zij het stevigst vertegenwoordigd, maar ook vrouwen zijn goed voor 54%. Zodra we kijken naar de leeftijdscategorie 18 tot 24 jaar, schieten de cijfers de hoogte in: negen op de tien jongeren wonen thuis.
De verklaring ligt mogelijk niet enkel bij de traditie van ‘hotel mamma’, maar ook bij de economische crisis, die Italië nog steeds stevig in haar greep heeft. Sinds het uitbreken van die crisis in 2010 stijgt het aantal werklozen in Italië immers gestaag. Bij de jongeren van 18 tot 24 jaar zet die stijging zich het sterkst door. Waar vlak voor de crisis ‘slechts’ 25% van hen zonder werk zat, was dat begin dit jaar al 42,4%.
Sinds 2010 is ook het aantal thuiswonende jongeren in stijgende lijn. Toeval? Italië-kenner Bill Emmott, voormalig hoofdredacteur van ‘The Economist’, denkt van niet: “De economie stagneert al geruime tijd, de arbeidswet maakt het moeilijk voor jongeren om voltijdse contracten te krijgen én banken geven geen leningen aan mensen met tijdelijke contracten”, klinkt het. “Tenzij er hervormingen doorgevoerd worden (Donderdag kondigde de Italiaanse premier een belastingverlaging aan voor lagere inkomens, tot 1.000 euro per jaar, red.) blijft de trend van thuiswoners in stijgende lijn. De jongeren hebben geen andere keuze.”
Er is dus wel degelijk een verband tussen jongeren zonder eigen woonst en de crisis, al mag die niet overschat worden. “De impact van de stijgende werkloosheid op het aantal thuiswoners, blijft al bij al beperkt, omdat velen onder hen sowieso thuis bleven”, aldus Koen Du Pont, docent Italiaans aan KU Leuven (campus Brussel). Volgens Du Pont hadden jongeren vroeger ook al slecht betaalde of deeltijdse job. Socioloog Ben Caudron is die mening ook toegedaan: “De economische crisis is een bijkomend verschijnsel, dat zeker zijn invloed heeft op, maar niet de oorzaak is van de stijging.”
Context
“Het fenomeen hotel mama gaat al veel verder terug in de tijd”, vervolgt Caudron, die bovendien eenzelfde trend zien in België. Wanneer we de recente cijfers bekijken, mogen we niet voorbijgaan aan de historische en sociale context. In een land zoals Italië, waar het stereotype van het moederskindje als het ware uitgevonden werd, gaat het fenomeen terug tot in het traditionele Italië van de jaren 50.
“Italiaanse jongeren hebben altijd een kwetsbare economische positie gehad”, legt Koen Du Pont uit. “Eerst en vooral is er het hoge aandeel van kleine bedrijven. Vele daarvan berusten op familiebanden en gezinnen delen vaak een woning om jongeren te kunnen laten sparen. Daarbij komt het onzekere ondernemingsklimaat waardoor jonge mensen slechte of tijdelijke contracten krijgen, en langer afhankelijk blijven van hun ouders.”
Ook de Noord-Zuidtegenstelling speelt mee in de discussie. “In Zuid-Italië heb je veel meer eenmanszaken en veel minder grote ondernemingen”, gaat Du Pont verder. “Er is ook veel meer zwartwerk en de lonen liggen er lager, met armoede en bestaansonzekerheid tot gevolg. Dat bevordert ook weer het traditionele leefpatroon.” En de overheid op haar beurt heeft in het verleden onvoldoende gedaan om bijvoorbeeld kinder- en ouderenopvang te voorzien. “Zo wordt het gezin een soort sociale zekerheid”, meent Du Pont.
Positieve noot
Maar is het allemaal kommer en kwel, met jongere generaties die niet vanonder moeders vleugels raken? Nee, stelt Du Pont: “Jaarlijks verlaten nog altijd duizenden negentienjarigen de ouderlijke woonst om in een andere regio of een ander land te gaan studeren”, klinkt het optimistisch. Maar is wél een nieuwe, verontrustende tendens: terwijl ongeschoolden vaak hun toevlucht zoeken bij familie, verlaten hooggeschoolde Italianen het land. “Het probleem voor de Italiaanse jongeren is niet het thuiswonen op zich, maar wel de crisis die hen daartoe dwingt. Door de emigratie van gediplomeerde Italianen, is er een braindrain bezig”, aldus Bill Emmott.
“Maar ik ben ervan overtuigd dat de trend van thuis wonen een modern karakter kan hebben”, rondt Du Pont af. “De jongeren vinden een zekere vorm van stabiliteit, die hen in staat kan stellen om hun lot beter in handen te nemen. Zo kunnen ze zich wapenen tegen de wispelturige economie en de samenleving.” En gezien de economische problemen in Italië, is het volgens de docent dus een geluk bij een ongeluk voor de jongeren dat Italianen van oudsher moederskindjes zijn.
© 2014 – C.H.I.P.S. StampMedia – Gunther Malin