Vrijgekomen geheime documenten openen stinkend potje
Viviana Alonso
09 juni 2003
– Een oud onderzoek naar een bloedige bomaanslag
op de joodse gemeenschap in Argentinië, kan plots in een stroomversnelling
geraken. De kersverse Argentijnse president heeft een decreet ondertekend
dat geheime documenten over de zaak overmaakt aan het gerecht. Volgens een
aantal betrokkenen is het decreet een blikopener voor een doos van Pandora.
De nabestaanden van de 85 slachtoffers die 1994 omkwamen in de
autobomaanslag op de gebouwen van de Israëlisch-Argentijnse
Gemeenschappelijke Vereniging (AMIA), zijn voorzichtig tevreden. Een van de
eerste dingen die de nieuwe president Néstor Kirchner deed na zijn
installering op 25 mei, was het ondertekenen van een decreet dat de
Argentijnse geheime diensten (SIDE) gebiedt zijn documenten over de zaak aan
het gerecht te geven. Bovendien worden 14 voormalige geheime agenten van
SIDE die bij de zaak betrokken waren, van hun zwijgplicht ontheven. Ook in
verband met een gelijkaardige zaak, een bomaanslag op de Israëlische
ambassade in Buenos Aires in 1992, worden documenten raadpleegbaar.
Het “gebrek aan politieke wil” dat in de zaak aan de dag werd gelegd, is
voorbij, zucht Adriana Reisfeld, voorzitster van Active Memory, dat de
nabestaanden van de aanslagen groepeert. “Dit zal helpen uit te klaren wat
er gebeurt is en duidelijk maken wat SIDE wist en (eventueel) niet wilde
onderzoeken,” aldus Reisfield. Ook de voorzitter van het indertidj zwaar
getroffen AMIA, Abraham Kaul, bestempelt Kirchners besluit als de “meest
verregaande ontwikkeling in de 11 jaar” na de aanslag op de ambassade. Ook
hij is voorzichtig optimistisch.
Beide voorzitters maken duidelijk dat het om een zaak met duistere kantjes
gaat. Na de aanslagen kwam vrij snel aan het licht dat de geheime dienst een
maand op voorhand zou zijn gewaarschuwd dat op 8 juli 1994 een aanslag zou
plaatsvinden. Bovendien werd duidelijk dat ten minste vier politieagenten
en een burger medeplichtig waren aan de aanslag. Het proces tegen hen is al
anderhalf jaar aan de gang, maar de bewijsvoering gaat gebukt onder de
zwijgplicht voor de geheime diensten. Dat is door het decreet van Kirchner
voorbij.
De nu opeens te verkrijgen informatie zal ook worden gebruikt om de
vermoedens te verifiëren of de agenten van SIDE, de politie en het gerecht
zelf halfslachtig werk hebben afgeleverd bij het onderzoek naar de
aanslagen. In een tweede proces zal een andere rechter zich daarmee
bezighouden.
De documenten die zullen vrijkomen, bevatten naar verluidt informatie over
de bedreigingen waar AMIA indertijd aan was blootgesteld. Zo zouden ze
bevestigen dat de Argentijnse ambassade in Libanon nog voor de aanslagen het
Argentijnse ministerie van Buitenlandse Zaken in Buenos Aires waarschuwde
over de bedreigingen die een spirituele leider van het anti-Israëlische
Hezbollah had geuit. Een maand voor de aanslag van 1994 verklaarde de leider
in een interview met een lokale krant in Beiroet dat moslimstrijders hadden
gedemonstreerd dat “hun handen tot in Argentinië reiken.”Het ministerie gaf
SIDE kopij van haar informatie.
De rechters buigen zich nu over de vraag wat er vervolgens precies gebeurde.
In elk geval vaardigde SIDE geen alarm uit en waarschuwde evenmin de joodse
gemeenschap in Argentinië. Desalniettemin tapte SIDE een week na de
waarschuwing zonder toelating telefoons af bij de Iraanse ambassade en haar
culturele afvaardiging in Buenos Aires - het sjiitische Iran is een oude
strijdmakker van zijn geestesverwant Hezbollah. Door het decreet van
Kirchner kan ook de transcriptie van die afgetapte telefoongesprekken worden
ingekeken, al verklaarde de huidige directeur van SIDE, Sergio Acevedo, dat
de namen in de teksten zwart zullen worden gemaakt en dat ze slechts voor de
uitverkorenen beschikbaar zijn.
Al blijft het onduidelijk wat er nog allemaal aan het licht zal komen – of
net niet, Argentijnse mensenrechtengroeperingen zijn opgezet met de nieuwe
wind die Kirchner laat waaien. De president heeft na zijn aantreden “een
aantal zeer goede maatregelen genomen. Nu nog zien wat ervan komt,”
bevestigt Evel Petrini, secretaris van de mensenrechtengroep Moeders van het
Meiplein.