Wat heeft het afbranden van Amazone en Cerrado met ons landbouw- en voedselmodel te maken?

Blog

Landbouw, deel van het klimaatprobleem

Wat heeft het afbranden van Amazone en Cerrado met ons landbouw- en voedselmodel te maken?

Wat heeft het afbranden van Amazone en Cerrado met ons landbouw- en voedselmodel te maken?
Wat heeft het afbranden van Amazone en Cerrado met ons landbouw- en voedselmodel te maken?

Landbouw en voedsel horen lokaal te zijn, maar werden de laatste decennia meer dan ooit geglobaliseerd, weet Luc Vankrunkelsven. “Dankzij” de onzichtbaar gehouden kaalslag in Argentinië, Paraguay, Bolivia en vooral in de Cerrado van Brazilië kunnen wij niet alleen bovenmatig veel dierlijke eiwitten consumeren, maar kan Vlaanderen/België veel vlees exporteren.

Lou Gold (CC BY-NC-SA 2.0)

Lou Gold (CC BY-NC-SA 2.0)

Landbouw en voedsel horen lokaal te zijn, maar werden de laatste decennia meer dan ooit geglobaliseerd. De havens, ingericht met diepvriessystemen, maken het mogelijk dat rundvlees via de oceaan van Argentinië naar Saudi-Arabië geëxporteerd wordt, Europese kippenpoten naar China en -billen naar Senegal. Sojaschepen zorgen dat er jaarlijks 34 miljoen ton overzeese soja in Europese voedertroggen terecht komt.

Luc Vankrunkelsven is medewerker van Wervel en ambassadeur van ‘Grootouders voor het klimaat’. Hij schreef diverse boeken over het thema. De laatste werken zijn: ‘Voeding verknipt’ (2014), ‘Vergetenen, wees mijn gemeenschap’ (2016), ‘Oases. Grond-kracht voor een nieuwe lente’ (2016), ‘De kikker die zich niet laat koken. Klimaat in beweging’ (2018).

“Dankzij” de onzichtbaar gehouden kaalslag in Argentinië, Paraguay, Bolivia en vooral in de Cerrado van Brazilië kunnen wij niet alleen bovenmatig veel dierlijke eiwitten consumeren, maar kan Vlaanderen/België veel vlees exporteren. Met het recente handelsakkoord (van eind juni 2019) tussen de Europese Unie en Mercosur (Brazilië, Argentinië, Paraguay, Uruguay) zal deze internationale trafiek over de Atlantische Oceaan nog toenemen.

1962: een schot voor de boeg

Door een deal tussen de Verenigde Staten en de toenmalige Europese Gemeenschap in 1962 (Dillon-ronde van de GATT; nu WTO: World Trade Organisation) kon Europa een landbouwbeleid opzetten met een gesofisticeerd prijs- en marktbeleid.

Maar in de deal zat vervat dat de VS zonder quotum en zonder heffingen in de Europese havens “oliehoudende gewassen” zou mogen invoeren. Lees: soja. Gevolg? De veehouderij (vooral varkens en kippen) explodeerde en concentreerde zich in de buurt van de havens. Soja-monoculturen overzee brachten in spiegelbeeld maïs-monoculturen in ons landschap mee. Het werd het begin van een agrarische revolutie met soja als eiwitcomponent via de havens en maïs in onze regio als energiecomponent in het voer voor de dieren. Beide teelten zijn gemakkelijk met veel gif en met grote machines te telen.

Door die ene politieke deal die tot op vandaag doorloopt, viel ons Europees landschap uiteen in veeteeltgebieden aan de kust - in Bretagne huizen bijvoorbeeld de helft van alle Franse kippen en varkens - en akkerbouwgebieden dieper in het continent. Terwijl onder andere in Brazilië de fragiele gronden uitgeput geraken, zitten wij in Vlaanderen, Bretagne en andere Europese regio’s met enorme mestoverschotten en problemen van watervervuiling.

Bolsonaro, soja en mensenrechten

In hetzelfde Brazilië van de extreem-rechtse president Jair Messias Bolsonaro werden sinds zijn aantreden in januari 2019 tweehonderd nieuwe pesticiden aanvaard. Heel wat van deze vergiften zijn extreem gevaarlijk en in Europa verboden, maar via de export komen ze toch op ons bord terecht. De immense sojavelden worden vanuit vliegtuigjes bespoten. Bij de minste wind komt het gif in bewoonde kernen en scholen terecht. Zo worden hele bevolkingsgroepen langzaam vergiftigd.

In ons bord worden onzichtbaar gehouden mensenrechten geschonden

Eén van de extreme voorbeelden is de Xingu. Het is het grootste gebied van 17 inheemse volkeren in het Amazonegebied en de Cerradosavanne. De Xingu is helemaal omsingeld door immense sojavelden. In die sojawoestijnen ontspringen de rivieren die naar de Xingu lopen. Voor die mensen is het water van de rivieren heel belangrijk om te vissen, te drinken, zich te wassen. In ons bord worden zodoende onzichtbaar gehouden mensenrechten geschonden.

Het dominerende landbouwmodel is fundamenteel een petroleummodel. Aan elk aspect van dit model kleeft veel petroleum: chemische meststoffen (voor één ton chemische stikstof is minstens één ton petroleum nodig), pesticiden allerlei, zware machines die de bodem dichtrijden, vliegtuigen die gif sproeien, boten die soja en vlees wereldwijd transporteren, mestverwerking in onze regio’s en export van mestkorrels, …

Ondertussen vermindert wereldwijd de humuslaag op de akkers. Erosie slaat toe. Miljoenen hectaren in Mercosur zijn met deze exportlandbouw in overgang naar woestijn. Veengronden in Maleisië en Indonesië worden ontgonnen voor palmboomplantages. Zo ontsnapt extra methaan in de atmosfeer, naast de CO2 voor het platbranden van wouden.

Dierlijke eiwitten in opmars

De petroleumlandbouw staat vooral “in dienst van” de groeiende consumptie van dierlijke eiwitten: rund-, kippen- en varkensvlees, eieren, zuivel. En ja, ook in dienst van de stijgende visconsumptie. Daar de wereldzeeën overbevist zijn, explodeerde de laatste twintig jaar de aquacultuur. Zalmkweek in de Noorse fjorden, bijvoorbeeld, met veel antibiotica en … met soja, deels ter vervanging van vismeel, want zalm is eigenlijk een roofvis, die andere vis wil eten. De gekweekte zalm kan je dan ook de (goedkope) “plofkip van de aquacultuur” noemen.

Zalm is eigenlijk een roofvis, die andere vis wil eten. De gekweekte zalm kan je de (goedkope) “plofkip van de aquacultuur” noemen

Als een volk meer economische macht krijgt, gaat het doorgaans (de middenklasse voorop) meer dierlijke eiwitten eten. Zo situeert zich nu al de helft van de wereldwijde varkensvleesconsumptie in China. Zelfs de Indische middenklasse begint het paradijs van McDonalds binnen te treden… en binnen 10 jaar zijn er meer Indiërs dan Chinezen. Omwille van hun religie waren Indiërs duizenden jaren vegetariër. Zulke veranderingen hebben planetaire gevolgen. En waarom zouden Chinezen en Indiërs niet mogen, als wij het “mogen”? Uiteindelijk kopiëren ze onze westerse levensstijl.

In het geval van China: het land herbergt 20 procent van de wereldbevolking, maar beschikt maar over 6 procent van het landbouwareaal en 6 procent van het zoete water in de wereld. Brazilianen en Chinezen ontmoeten daarom elkaar al in elf Afrikaanse landen… soja inzaaiend voor Eurazië. China werkt momenteel op de wereldmarkt als een stofzuiger die soja vanuit beide Amerika’s en Afrika naar zich toezuigt.

Is er nog hoop op verandering? In een volgende bijdrage heb ik het over mogelijke oplossingen.