Aanhoudend geweld in Burundi en het 'Big man syndroom' van Nkurunziza

Blog

Aanhoudend geweld in Burundi en het 'Big man syndroom' van Nkurunziza

Aanhoudend geweld in Burundi en het 'Big man syndroom' van Nkurunziza
Aanhoudend geweld in Burundi en het 'Big man syndroom' van Nkurunziza

Ook op dag 12 sinds het begin van de manifestaties in Burundi blijft de toestand alarmerend. Tot nu toe vielen minstens 12 doden en een honderdtal gewonden. De persvrijheid werd aan banden gelegd en op 5 mei kondigde het Grondwettelijk Hof van Burundi aan dat een nieuw mandaat niet tegenstrijdig is met de grondwet. Hoe kunnen we Afrikaanse politiek benaderen zonder terug te vallen op de hegemonie van het ‘verlichte westerse discours'? Welk Afrikaans denken gaat er schuil achter de verkiezingskoorts en bestaat er zoiets als een Afrikaanse democratie? Nick Rahier is masterstudent Afrikanistiek en schrijft zijn opinie neer over de toestand in Burundi.

Verkiezingen in Afrika brengen vaak dood en vernieling. Auteurs zoals Alphonse Muambi verwerpen dan ook de democratisering van Afrika die door introductie en gebruik van Westerse ideologieën er zo goed als geen aansluiting vindt.

Verkiezingen brengen er geen democratie maar ‘doden met dezelfde intensiteit als het aidsvirus’, aldus Muambi.

Een Westerse democratie, gebaseerd op een meerderheidsstem, werd begin jaren 90’ voor het eerst geïntroduceerd in Afrika. Aan een recordtempo werd er ‘gedemocratiseerd’ met de ‘verlichte Westerse samenleving’ als voorbeeld. De moderne Afrikaanse politieke realiteit is een product van Europa en niet zozeer van Afrika.

Het Westers democratisch model gaf het vermogen aan een Afrikaanse leider om politieke macht en het staatsapparaat te gebruiken in het voordeel van de economische belangen van de eigen ‘etnische achterban’.

De moderne Afrikaanse politieke realiteit is een product van Europa en niet zozeer van Afrika.

Dit Westers model staat haaks op het traditioneel politiek systeem van veel Afrikaanse samenlevingen. Zo werden de leiders in vele Afrikaanse landen op dorpsniveau levenslang gekozen door de koninklijke familie. Diens benoeming moest op zijn beurt goedgekeurd worden door de Raad Der Ouderen, bestaande uit de hoofden van de grootfamilies van een dorp.

Alle beslissingen werden gemaakt door de dorpsleider in samenspraak met die Raad Der Ouderen. Wanneer deze niet tot een consensus konden komen, werd een volksvergadering gehouden waarbij het volledige dorp debatteerde tot een akkoord werd bereikt.

Als de dorpsleider zijn functie niet naar behoren uitoefende, kon hij afgezet worden door de koninklijke familie, de Raad Der Ouderen, of door het volk zelf.

Volgens Ghanees auteur George Ayittey hadden Afrikanen kunnen verder bouwen op dit Afrika-eigen politiek model geïnspireerd door de Ubuntu-filosofie: ‘ik ben omdat wij zijn’ en waarbij ‘wij’ verwijst naar de gemeenschap. Deze filosofie staat in sterk contrast met het Westers individualisme dat tijdens de democratisering van Afrika geïntroduceerd werd.

Nkurunziza’s ‘big man syndroom’

In de meeste Afrikaanse landen werd onafhankelijkheid verworven door charismatische vrijheidsstrijders zoals Rwagasore in Burundi, Nkrumah, Nyerere, Mandela of Kaunda. Velen redeneerden dat deze ‘helden van de onafhankelijkheid’ komaf hadden gemaakt met de praktijken van de koloniale mogendheden zoals geweld, racisme en de verrijking van de heersers ten koste van de overheersten.

De realiteit draaide echter iets minder rooskleurig uit daar veel van de hedendaagse Afrikaanse leiders, waaronder Nkurunziza, de nationalistische retoriek  van de onafhankelijkheidsstrijd omvorm(d)en tot pur sang triomfalisme en dictatoriaal bewind. Kort na de onafhankelijkheid van veel Afrikaanse landen heerste een soort van ‘post-koloniaal optimisme’. Nu is er in veel van die landen sprake van een ‘democratie-pessimisme’, daar dictatoriaal bewind door Afrikaanse dictators of ‘big men’ een democratie van welke aard dan ook onmogelijk maakt.

Afrikaanse leiders, waaronder Nkurunziza, vorm(d)en de nationalistische retoriek  van de onafhankelijkheidsstrijd om tot pur sang triomfalisme en dictatoriaal bewind.

De redenen waarom ‘Big men’ zoals Nkurunziza aan de macht willen blijven is louter speculatief. Sommigen beweren dat hij handelt ‘in de naam van de vader’. In pre-koloniaal Afrika waren er verschillende overheidsstructuren die allemaal op een andere manier ernaar streefden een ‘big man syndroom’ te vermijden. De koloniale politieke erfenis wordt door sommige Afrikaanse ‘Big men’ naar hun hand gezet en toegepast om ten koste van hun burgers alsnog met de scepter te blijven zwaaien.

De enige manier om in de jaren zestig de koloniale onderdrukking te overleven was door openbaar het systeem te ondermijnen en geweld toe te passen; of zoals Pan-afrikaans denker Frantz Fanon omschreef _‘_Colonialism only loosens its hold when the knife is at its throat’. Het gros van de bevolking in Burundi voelt zich vandaag de dag onderdrukt en gekolonialiseerd in eigen land.

Naar het voorbeeld van Burkina Faso, waar door hevig protest president Compaore gedwongen afgezet werd na zevenentwintig jaar aan de macht geweest te zijn, komen de Burundezen op straat met een duidelijke boodschap: ‘non au troisième mandat’. Velen zijn tot alles bereid om te voorkomen dat Nkurunziza aan de macht blijft; zelf geweld behoort vaak tot de opties.

Burundi geeft het startschot voor een reeks verkiezingen in het Grote Merengebied. Volgend jaar is Congo aan de beurt en in 2017 trekken de Rwandezen naar de stembus. Beide buurlanden volgen de situatie in Burundi dan ook nauwgezet op. Is dit de prelude van een Sub-Saharische lente?

Een Afrikaanse democratie?

Gedaan met jarenlang nepotisme en op naar een Afrikaanse  democratie met oog op inclusieve vooruitgang voor alle burgers.

De koloniale erfenis en de nog steeds aanwezige neokoloniale ondertoon van de internationale gemeenschap is bijzonder deconstructief voor landen zoals Burundi. Is het tijd om out of the box te denken en plaats te maken voor Afrikaanse democratieën die verder bouwen op de politieke tradities van het continent?

Democratieën waarbij Afrikaanse leiders niet onder één hoedje kunnen spelen met internationale actoren of een ‘big man syndroom’ opdoen uit neokoloniaal winstbejag?

Wat de politieke toekomst is voor het Grote Merengebied is koffiedik kijken, maar het wordt tijd te luisteren naar de burgers en het maatschappelijk middenveld die allen duidelijk verandering willen; Gedaan met jarenlang nepotisme en op naar een Afrika-eigen democratie met oog op inclusieve vooruitgang voor alle burgers.