‘Blauwhelmen, verdwijn uit Congo!’

Blog

Protestacties tegen Monusco kosten het leven aan verschillende burgers

‘Blauwhelmen, verdwijn uit Congo!’

‘Blauwhelmen, verdwijn uit Congo!’
‘Blauwhelmen, verdwijn uit Congo!’

Een hele week lang eisten Congolese jongeren het onmiddellijke vertrek van de VN-missie Monusco uit hun land. Zonder succes. Hun acties krijgen een vervolg, schrijft wereldblogger Ivan Godfroid.

Protestactie in Butembo voor de poort van de Monusco-basis, de VN-missie in Congo. ‘Wij zijn het beu, laat deze buitenlandse groepen zich terugtrekken uit het Congolese grondgebied.’

© La Lucha

Het was een bewogen week in Butembo, noordoost-Congo. De hele week lang, van maandag tot vrijdag, kwamen jongeren op straat om de onmiddellijke terugtrekking van de Monusco te eisen, de missie van de Verenigde Naties voor stabilisering in de Democratische republiek Congo.

De tactiek van de jongeren kenden we al, maar nooit voordien hielden ze het zo lang vol. Alle grote wegen in de stad werden op verschillende plaatsen afgezet. Daarvoor gebruikten ze autowrakken, boomstammen, houten kiosken van verkopers van telefoonkrediet, alles wat niet te heet of te zwaar is.

Recht tegenover ons Rikolto-kantoor, waar ik ook verblijf, heeft jarenlang een automechanieker vrachtwagens gerepareerd. In de open lucht, zonder enige vorm van bescherming tegen zon of regen. Eind vorig jaar gaf de eigenaar van het perceel te kennen dat hij er nu wou gaan bouwen. De garagist verdween en een hoop grote stenen kwam in de plaats.

Maar de bouw nam nooit een aanvang. De betogers maken nu gretig gebruik van de hoop stenen om onze straat te blokkeren, pal voor onze poort.

© Ivan Godfroid

‘De betogers tegen de Monusco-missie gebruikten stenen om onze straat in Butembo te blokkeren.’ Wegbarricade voor onze poort

© Ivan Godfroid

Leger of politie kwam dagelijks, in het holst van de nacht, de stenen aan de kant duwen. Maar de dageraad brak nog maar net aan of jongeren legden de stenen al terug. Vaak staken ze ook een oude autoband in brand, waarvan de rook mijn longen beving.

De eerste dagen kwam er geen voertuig door de blokkade. Op vrijdag waagden zich al eens enkele chauffeurs op straat met de wagen. Eerst konden ze de stenenrij omzeilen via onze inrit, nadien durfden ze al wat stenen te verleggen zodat er net plaats genoeg was om een voertuig te laten passeren.

Geïmproviseerd volkstribunaal

Het heetst van de strijd speelde zich af aan het stadhuis van Butembo en aan de basis van de Monusco. Elke dag richtten de betogers zich tot die plaatsen, die niet ver van elkaar liggen.

De eerste dagen reageerden de instanties op een correcte manier. Zowel de burgemeester als een woordvoerder van de Monusco-basis aanhoorden de verzuchtingen van de jongeren, maar stuurden hen met een kluitje in het riet. Ze gaven hen de melding dat hun verwachtingen aan de hogere overheid zouden worden overgemaakt.

Maar de jongeren waren niet van plan zich zo te laten afschepen. Dinsdagnacht hielden ze een wake aan het historisch monument in de stadskern. Om 2 uur ’s nachts werden ze opgepakt en opgesloten, wegens inbreuk op de corona-avondklok. Maar om 6 uur ’s ochtends werden ze alweer vrijgelaten. Prompt begaven ze zich opnieuw naar het monument, waar ze een geïmproviseerde publieke zitting van een volkstribunaal opzetten.

Op donderdag organiseerden de actievoerders in een voetbalstadion een religieuze plechtigheid die verschillende uren duurde. Meer dan duizend deelnemers daagden op.

Daarna ging het opnieuw richting Monusco-basis, die op het hoogste punt van de stad ligt. De politie panikeerde en opende het vuur. De vader van een collega, die ver daarvandaan in zijn eigen tuin aan het werken was, kreeg een verdwaalde kogel in zijn bovenarm (zie röntgenfoto hieronder).

© Jacques Nzalinzali

Verdwaalde kogel in de bovenarm van een burger

© Jacques Nzalinzali

Intussen breidden de betogingen zich uit van Beni en Butembo naar Oïcha en Goma. Schietgrage overheidsdiensten maakte overal slachtoffers, zowel in Beni, Butembo als in Oïcha.

In Beni ging de politie er hard tegenaan. Agenten werden gefilmd terwijl ze opgepakte betogers ervan langs gaven op een manier die echt niet past bij ordediensten.

Terwijl de betogingen volop gaande waren, stak in Kasindi, een grensstadje met Oeganda, een konvooi de grens over. Een hele reeks spiksplinternieuw rijdend en ander materiaal voor de Monusco-missie. Het is een zichtbaar teken van versterking van hun troepenmacht. Een slechtere timing was niet denkbaar.

De weg werd geblokkeerd door betogers, maar leger en politie maakten hem schietend weer vrij. Ook hierbij viel een dode. Militairen maakten van de chaos gebruik om handelszaken ongestraft te plunderen. Het konvooi bereikte uiteindelijk Beni, onder de verbijsterde blikken van de bevolking.

Wie is verantwoordelijk?

De centrale instellingen beschouwen de situatie in Beni niet als een nationaal probleem, maar als lokale criminaliteit.

De voorzitter van het Congolese parlement, Christophe Mboso N’Kodia, had nog voor de betogingen aan parlementsleden uit Noord-Kivu gezegd dat ze zelf de gewapende groepen moesten verlaten en dat daarmee het probleem wel opgelost zou zijn. Zijn boodschap werd gefilmd en breed verspreid.

De verontwaardiging over Mboso’s uitspraken was groot. Een duidelijker bewijs kon hij niet geven dat de centrale instellingen de situatie in Beni niet beschouwen als een nationaal probleem, maar als lokale criminaliteit. De bevolking hier vraagt zich af waarom zij niet als volwaardige Congolese burgers worden beschermd door de centrale regering.

Op woensdag 7 april relativeerde parlementsvoorzitter Mboso zijn uitspraak wat in een toespraak tot het parlement. Hij fulmineerde vooral tegen de buitenwereld: ‘Wij zijn van mening dat het tijd wordt dat de internationale gemeenschap, die de intrede van het ADF, de Interahamwe, de FDLR en alle andere gewapende groeperingen heeft aangemoedigd, haar verantwoordelijkheid opneemt. Wij zijn het beu.’

Hij legde de verantwoordelijkheid voor actie ook bij die buitenlandse actoren: ‘Laat deze buitenlandse groepen zich terugtrekken uit het Congolese grondgebied. Laat ze elders heengebracht worden, naar andere landen, zodat ze ons land verlaten.’ Het is dus de fout van de anderen, volgens Mboso. Echt oplossingsgericht en ondernemend klinkt dat niet.

Uiteindelijk zijn de eindverantwoordelijken voor dit debacle de Congolese regering en president.

Het Nande-volk ondergaat in het Grote Noorden al meer dan zeven jaar een erg pijnlijke situatie. Het is ronduit wraakroepend dat zovele onschuldige mensen worden vermoord op een boogscheut van Monusco-kampen. Ik deel ten volle de verontwaardiging van de Nande over de inefficiëntie, de ondoorzichtigheid en de medeplichtigheid van Monusco. Deze VN-missie beantwoordt op geen enkele manier aan de verwachtingen.

Toch ben ik van mening dat de aanvallen tegen Monusco en de internationale ngo’s misplaatst zijn. Monusco is slechts een uitvoerende instantie van een overeenkomst tussen de Verenigde Naties en de regering van de Democratische Republiek Congo. Uiteindelijk zijn de eindverantwoordelijken voor dit debacle de Congolese regering en president Tshisekedi. Hun verantwoordelijkheid wordt tijdens de demonstraties onvoldoende benadrukt.

Het VN-mandaat en de rol van Kinshasa

In het mandaat van Monusco voor 2021 staat een hoofdstuk over de terugtrekking van de blauwhelmen:

‘De VN-Veiligheidsraad moedigt de Congolese regering aan om met spoed werk te maken van de volgende essentiële punten, teneinde de doeltreffendheid van de door de MONUSCO en andere partners verleende steun en technische bijstand te verbeteren, met name ten aanzien van de prioriteiten die de regering en de MONUSCO in een gezamenlijke strategie hebben gesteld:

(…)

d) in samenwerking met MONUSCO en andere internationale en regionale partners een plan ontwikkelen voor de hervorming van de veiligheidssector, met als doel de veiligheidstroepen van de Democratische Republiek Congo beter te wapenen in de gebieden waar nog gewapende groepen aanwezig en actief zijn, met het oog op de geleidelijke terugtrekking.

e) ontwikkeling van een alomvattende strategie voor stabilisatie en conflictpreventie voor het oosten van de Democratische Republiek Congo in het kader van de geleidelijke terugtrekking.’

De gouverneur waarschuwde de actievoerende jongeren dat ze in de kaart van de rebellenbeweging annex huurlingenleger ADF dreigen te spelen. Als de blauwhelmen zich nu zouden moeten terugtrekken omdat ze niet doeltreffend zijn, zou dat net de weg vrijmaken voor ADF-rebellen om nog meer mensen te vermoorden.

Tenzij er hard wordt gewerkt om een effectiever alternatief in de plaats te stellen om de bevolking te beschermen. Daarvoor moet de Congolese regering zelf wel volop haar verantwoordelijkheden opnemen. Waarom gebeurt dat niet? Waarom speelt ze liever de verschillende partnerlanden tegen elkaar uit, eerder dan een gemeenschappelijk multilateraal plan op te stellen zoals voorzien in het mandaat?

Voor Josué Mufula, een nationale verkozene uit Goma, is de reden zonneklaar: er zijn in Kinshasa teveel bewindslieden die mee profiteren van het affairisme van het leger in de driehoek van de dood, zo schreef hij in een Facebook-post.

Er is intussen toch sprake van een parlementaire onderzoekscommissie. Die zou geen parlementsleden van de Kivu-regio zelf mogen bevatten, om belangenvermenging te voorkomen. Mufula is sceptisch: er zijn al eerder parlementaire commissies het veld ingestuurd, maar hun aanbevelingen werden nooit opgevolgd. Ook deze commissie dreigt een doekje voor het bloeden te worden.

Verkozene Butondo Muhindo Nzangi is van oordeel dat die onderzoekscommissie alleen maar zinvol is als haar eerste werk erin zou bestaan om de geldstromen bij de militaire operaties van de ADF door te lichten. Zo kan bovengespit worden waarom de soldaten amper of niet betaald worden en wie verantwoordelijk is voor de roof van hun soldij.

Ook wijst Muhindo Nzangi erop dat de situatie in Noord-Kivu erg verschilt van die in Ituri en Zuid-Kivu, en dat het daarom beter zou zijn zijn om drie parallelle commissies op te richten.

Vrouwen zien het anders

Tussen alle burgerinitiatieven van verontwaardiging zie ik er toch één dat zich richt tot die echte eindverantwoordelijken, de Congolese overheid en president: Dyfegou, ofwel Dynamique des Femmes pour la Bonne Gouvernance. Het is geen toeval dat de lucide initiatiefnemers vrouwen zijn.

Het gaat om een delegatie van twaalf vrouwen uit Butembo; vier van hen zijn overlevenden van slachtpartijen. Samen zijn ze erin geslaagd om in Butembo 32.000 dollar bijeen te krijgen om naar Kinshasa te vliegen. Daar willen ze zich met de juiste vragen richten tot de politiek verantwoordelijken van het land en tot de ambassades, als vertegenwoordigers van VN-leden.

De ambities van dit burgerinitiatief zijn groot: de vrouwen willen tot en met de president kunnen spreken. Meer zelfs: het liefst van al zouden ze hem mee terugbrengen naar Butembo en Beni, zodat hij zich met eigen ogen zou kunnen vergewissen van alle ellende die de burgers van het land dat hij leidt, moeten ondergaan.

Een verslag eerste acties van het initiatief werd al online gepubliceerd. De initiatiefneemsters willen ook de inwoners van de hoofdstad oproepen tot solidariteit. Benieuwd of hen dat zal lukken.

© DYFEGOU

Rose Kahambu Tuombeane van burgerinitiatief Dyfegou op bezoek in Kinshasa. Het initiatief wil de gewelddadige situatie in Oost-Congo aanklagen bij de politici in de hoofdstad.

© DYFEGOU

Wat nu?

Hoe moet het nu verder de komende dagen? Niemand die het weet. Elke protestgroep communiceert zonder onderling overleg. Gisteren hebben we schoorvoetend mogen vaststellen dat er een onaangekondigde rust werd gegund, zodat we tegen avond zelfs wat hoognodig proviand konden aankopen in de winkeltjes en straatkraampjes die het waagden om weer open te gaan.

Ook vandaag, zondag, bleef het rustig. Maar morgen dreigt de blokkering van de steden weer opnieuw te beginnen. Volgens de culturele verenging van de Nande zal ze deze keer drie dagen duren.

Drukkingsgroepen van de jongeren beweren dat de VN verplicht is te reageren als de protesten 18 dagen aanhouden. Met die drogreden hopen ze medestanders bezig te houden. Nog anderen willen verder blijven ageren tot de blauwhelmen effectief de stad en het land hebben verlaten.

De organisaties in Beni willen voortaan elke week op donderdag een protestactie doen door lawaai te maken met potten en pannen. Ze kondigen een totaal verbod op circulatie van Monusco-voertuigen aan, zonder erbij te zeggen hoe ze dat in stand gaan houden als die toch op straat komen.

Ambassades riepen op om de protesten tegen Monusco te staken, maar dat initiatief werd koel onthaald, ook al spreken ze wel hun afschuw uit over de moordaanslagen. Vreemd ook dat de Belgische ambassade dat gemeenschappelijke communiqué niet publiceerde op haar Facebookpagina.

Het leger kondigde dan weer aan dat het de ultieme oplossing bedacht heeft tegen de onveiligheid: samenwerking met de troepen van de buurlanden, ook van Rwanda. Ook die reactie zet kwaad bloed. De voorbije jaren is uitvoerig gebleken dat die troepen eerder onderdeel zijn van het probleem dan van de oplossing. De reactie ondermijnt het vertrouwen van de burger in het leger nog wat meer.

Mensen blijven sterven

Het ergste van alles is natuurlijk dat intussen de moordaanslagen onverminderd blijven doorgaan. Vrijdagnacht vielen vermeende ADF een legerkamp aan en sneuvelden drie soldaten. Enkele uren voordien was een plaatselijke notabele vermoord in Kilya.

Kort nadien viel een vrachtwagen vol gedroogde vis in een hinderlaag en brandde die uit. Zes mensen verloren er het leven. Een Congolese militair kon gedroogde vis uit de brand slepen, en de volgende dag probeerde zijn echtgenote in Beni de vis op de markt te verkopen. Ze werd bijna gelyncht.

Eén ding is duidelijk: het komt niet meer goed met de blauwhelmen.

Monusco twitterde fier dat het een aanval had verijdeld, een ADF-strijder had gedood, een andere gevangengenomen en een burger verzorgd. Maar geen woord over de zes Congolese doden. De negatieve reacties op Twitter laten geen twijfel bestaan over de walging die zulke manier van doen oproept.

Eén ding is duidelijk: het komt niet meer goed met de blauwhelmen. De komende week kondigt zich opnieuw erg onrustig aan. Als de bewindslieden in Kinshasa geen overtuigende daden stellen die bewijzen dat het leven van de burgers van Noord-Kivu hen wel na aan het hart ligt, zou deze vertrouwensbreuk wel eens onomkeerbaar kunnen worden.