De mensen van Dzaleka gaan nergens heen
“‘De verloren stemmen van vluchtelingenkamp Dzaleka’
Dzaleka in Malawi huisvest meer vluchtelingen dan het aankan, stelt wereldblogger Fleur Leysen vast tijdens een bezoek aan het vluchtelingenkamp. Het kamp werd gebouwd voor 8000 mensen in nood, maar veranderde in een permanente sloppenwijk waar 52.000 vergeten vluchtelingen moeten samenhokken.
Gebouwd voor 8000 mensen in nood, veranderde het “tijdelijke” vluchtelingenkamp Dzaleka in Malawi op korte tijd in een permanente sloppenwijk waar 52.000 vergeten vluchtelingen verplicht samenhokken.
© Fleur Leysen & Shadrack Lokwa
Het vluchtelingenkamp Dzaleka in Malawi huisvest meer vluchtelingen dan het kamp aankan, stelt wereldblogger Fleur Leysen vast tijdens de bezoeken die ze er bracht. Het tijdelijke kamp werd gebouwd voor 8000 mensen in nood, maar veranderde op korte tijd in een permanente sloppenwijk waar 52.000 vergeten vluchtelingen moeten samenhokken.
Shadracks blik schiet vluchtig door de stoffige straten van het kamp. Dan slaat hij de ogen neer, de glimp van een moegetergd gezicht is zichtbaar onder zijn pet. Hij is uitgeput, maar blijft vriendelijk lachen. Hij wil koste wat kost zijn verhaal vertellen. Een verhaal dat door merg en been gaat .
Shadrack Lokwa, nochtans een tovenaar met woorden, lijkt even te twijfelen tijdens zijn relaas. Hij wil alles vertellen, maar de woorden zitten vast in zijn hoofd, in zijn ziel, in alles wat hem omringt.
Tot hij zichzelf verliest – of beter, terugvindt – in zijn poëzie. De woorden vloeien en een wereld ontspringt van zijn pen. Doorheen zijn passie zijn de tranen te horen. De tranen voor een verloren familie, een verloren thuis en een verloren leven .
Enkele jaren geleden vluchtte Shadrack samen met zijn moeder en zusjes uit Congo[*] naar Malawi. Nadat zijn vader brutaal werd vermoord door een gewapende militie werd het duidelijk dat hun thuisland niet langer veilig was.
Een week na aankomst in Malawi’s vluchtelingenkamp Dzaleka overleed ook zijn moeder aan de verwondingen van de aanval. De jonge Shadrack bleef alleen achter, plotsklaps hoofd van de familie in een land dat hem niet wilde en een plek die hem beroofde van zijn ambities en toekomst.
Fleur Leysen verhuisde in 2021 voor enkele maanden naar Malawi, waar ze aan de slag ging bij de Verenigde Naties. In haar vrije tijd zet ze zich in voor kwetsbare groepen, onder andere door het brengen van hun verhalen.
Fleur bracht tijd door in het vluchtelingenkamp Dzaleka, waar ze in contact kwam met de Congolese Shadrack Lokwa. Shadrack is een geboren poëet en maakt deel uit van de jongerenorganisatie in het kamp, MuTu (Human Being in Swahili). Zijn grote droom is om journalist te worden en op die manier de verhalen van zijn lotgenoten naar buiten te brengen. Hij verzamelde mee de verhalen in deze blog.
Ook Namad vluchtte weg uit Congo, dat geen perspectief bood voor de familie. Hij liet de Kivu-regio achter zich omwille van het aanhoudende geweld. De situatie in de Kivu’s is al decennia onvoorspelbaar, onstabiel en vooral fataal. Jaren na het Kivu-conflict blijft het geweld nazinderen, een dodelijke echo die zich door de regio verspreidt. Een sluimerende schaduw die Oost-Congo onleefbaar maakt.
Namad ziet nog elke dag het verdriet van zijn moeder om haar verloren kinderen en het lot van de kinderen die ze nog bij zich heeft.
Tijdens de vlucht raakte Namad gescheiden van zijn familie. Na een eenzame tocht strandde ook hij uiteindelijk in Dzaleka, waar hij werd herenigd met zijn familie die zich al in het kamp bevond.
Toch is het geen verhaal van eind goed al goed. Twee van zijn zussen waren vermist en zijn nog steeds niet teruggevonden. ‘Ik herinner me nog steeds de rollercoaster van emoties. De gevoelens trokken langs alle kanten aan me – ik wist niet welk gevoel eerst te volgen. Ik had mijn familie terug, maar we zijn voorgoed onvolledig.’
Namads gezicht vertrekt wanneer hij aan zijn zussen denkt. Hij ziet nog elke dag het verdriet van zijn moeder om haar verloren kinderen en het lot van de kinderen die ze nog bij zich heeft. Maar vooral zijn vaders pijn baart hem zorgen. Namads vader, gebukt onder het leed van het vluchtelingenbestaan en het verlies van zijn kinderen, zag geen licht meer aan het einde van de tunnel.
Hij werd tijdig geholpen. Zo werd een nieuwe tragedie voor het gezin voorkomen. Zijn vader stelt het nu beter, het onnoemelijke doorzettingsvermogen van Namad vormt zijn inspiratie om het leven nog een kans te geven.
© Fleur Leysen
Een veilige haven?
De wanhoop van Namads vader is geen alleenstaand verhaal. Vluchtelingen worden wereldwijd aan hun lot overgelaten en zelfs opzettelijk de vergetelheid ingeduwd door overheden, veiligheidsdiensten en de publieke opinie. De enorme toestroom van vluchtelingen uit Oekraïne plaatst het zoeklicht weer even op de precaire leefomstandigheden van mensen op de vlucht.
Oekraïense vluchtelingen mogen dan wel iets meer met open armen ontvangen dan vluchtelingen uit Afrika of het Midden-Oosten, ook hun leven zal voor altijd getekend zijn door de gevolgen van het conflict en het trauma dat ze hebben opgelopen. Het is dan ook belangrijk stil te staan bij de impact van het vluchtelingenstigma en het kampleven op mensen.
Ook Malawi’s vluchtelingenkamp laat veel te wensen over. Malawi, een van de armste landen ter wereld, is in tegenstelling tot vele buurlanden een relatief vreedzame samenleving. Hierdoor is het uitgegroeid tot een veilige haven voor duizenden mensen op de vlucht voor conflict en tragedie in Congo, Burundi, Rwanda, Ethiopië en Somalië. Zij vinden uiteindelijk de weg naar het land in zuidelijk Afrika.
Maar wanneer ze ten langen leste het ‘warme hart van Afrika’ bereiken, worden ze stante pede richting Dowa District gestuurd, een enkel ticket richting het al overbevolkte Dzaleka vluchtelingenkamp.
Dzaleka werd opgericht in 1994 door UNHCR om onderdak te bieden aan 8000 Afrikanen in nood. Decennia later heeft het kamp zijn limieten ver overschreden en veranderde het tijdelijke kamp in een permanente sloppenwijk voor de 52.000 vergeten vluchtelingen die er momenteel verblijven.
Je zult geen archetypisch beeld van een vluchtelingenkamp vinden wanneer je door de straten van Dzaleka struint. De bewoners worden er niet in provisorische tentenkampen gedwongen, noch worden ze blootgesteld aan brutaliteiten zoals excessief politiegeweld. Toch worden hun rechten voortdurend geschonden.
De bewoners van kamp Dzaleka worden niet in provisorische tentenkampen gedwongen, noch worden ze blootgesteld aan brutaliteiten zoals excessief politiegeweld. Toch worden hun rechten voortdurend geschonden.
© Fleur Leysen
De gevangenen van Dzaleka
De bewoners van Dzaleka worden systematisch onderdrukt door structurele beperkingen die elke kans op een degelijk, humaan leven ondermijnen.
Vluchtelingen konden vroeger nog van enige bewegingsvrijheid genieten die hen toeliet zich te integreren binnen de samenleving. Een ministerieel besluit maakte daar echter een einde aan. Duizenden vluchtelingen werden verplicht te verhuizen naar de terreinen van Dzaleka – inclusief degenen die al jaren een leven opbouwden buiten de grenzen van het kamp.
En zo kwam het “getto van Dzaleka” tot stand. De bewoners mogen niet langer zaken doen buiten het kamp en bewegingsvrijheid werd op slag een illusie. ‘Dit is Kanengo[1]’, vertelt Namad, wijzend naar de straat voor hem. ‘Aangezien we Dzaleka niet mogen verlaten, hebben we besloten ons eigen Malawi te creëren in het kamp.’
Voedsel en water worden steeds schaarser in het kamp door een gebrek aan donoren en vrije toegang tot degelijke sanitaire voorzieningen en medische faciliteiten is vrijwel onbestaand. Veel mensen zoeken noodgedwongen hun toevlucht tot wanhopige middelen om te overleven. Mensenhandel, druggebruik, kinderarbeid, huiselijk geweld en prostitutie vieren dan ook hoogtij in het kamp.
Het leven in Dzaleka lijkt stil te staan en het verval dat de tijd met zich meebrengt, is duidelijk te merken in elke hoek van het kamp, alsook op de gezichten van de vele bewoners. Nieuwe generaties worden er geboren als vluchteling, kinderen zijn gedwongen er hun kostbare kindertijd te verspillen en ouderen moeten hun laatste jaren doorbrengen in een plaats die doordrongen is van een zwaarmoedige somberheid.
© Fleur Leysen & Shadrack Lokwa
Het gaat niet goed met de kinderen
De Congolese Mikelange is maar al te bekend met deze obstakels. Toen ze in 2015 in Dzaleka aankwam met haar twee kinderen, had ze geen stabiel inkomen. Uiteindelijk had ze het “geluk” dat ze donuts kon verkopen op haar stoep.
‘Ik zal alles ondergaan wat er op mijn weg komt als alleenstaande moeder in het kamp, ongeacht de druk die ik voel. Deze donuts zorgen ervoor dat ik uit de prostitutie blijf. Wat zou er met mijn kinderen gebeuren als ik daarin terecht kwam en met een of andere ziekte werd opgezadeld?’
De last die ze op haar schouders torst, verstikt Mikelange, ondanks haar uitzonderlijke kracht. Haar hart breekt bij de gedachte dat haar kinderen in het kamp moeten opgroeien, waar ze extra vatbaar zijn voor alcohol- of druggebruik en hun dromen dagelijks aan kracht verliezen.
Vele jongens eindigen in kinderarbeid of zoeken toevlucht tot drank en drugs. Jonge meisjes verlaten de schoolbanken omdat ze terugvallen op ‘overlevingsseks’.
Landgenoot Birindwa deelt haar zorgen. Ook hij vluchtte van Congo naar Malawi, waar hij al zes jaar als metselaar in Dzaleka een leven probeert op te bouwen voor zijn familie. Als vader van vele kinderen is hij vastbesloten een betere toekomst te voorzien voor zijn nageslacht.
In beschouwing genomen dat onderwijs de ruggengraat vormt voor een hoopvolle toekomst, wil hij er alles aan doen om zijn kinderen naar school te kunnen laten gaan – ongeacht zijn verblijfplaats. Het kampleven schudt zijn plannen helaas grondig in de war.
Brindwa vluchtte van DRC naar Malawi, waar hij al zes jaar als metselaar in Dzaleka een leven probeert op te bouwen voor zijn familie. Als vader van vele kinderen is hij vastbesloten een betere toekomst te voorzien voor zijn nageslacht.
© Fleur Leysen
Er zijn wel degelijk scholen te vinden in Dzaleka, maar slechts een luttele 36% van de kinderen vindt de weg naar deze instellingen. Schoolmaterialen, leermiddelen en gecertificeerde leerkrachten – die bereid zijn om voor een peulenschil aan de slag te gaan – zijn bijna onmogelijk te vinden, wat kwalitatief onderwijs moeilijk maakt. De aanhoudende pandemie blijft bovendien roet in het eten strooien.
Een van de grootste uitdagingen voor Dzaleka is echter het grote aantal schoolverlaters. Ouders hebben het vaak moeilijk de eindjes aan mekaar te knopen en kinderen moeten inspringen om mee te voorzien in het levensonderhoud. Vele jongens eindigen in kinderarbeid of zoeken toevlucht tot drank en drugs. Jonge meisjes verlaten de schoolbanken dan weer omdat ze terugvallen op ‘overlevingsseks’ en niet durven of kunnen terugkeren wanneer ze zwanger zijn.
Noémie[2] is zeventien jaar en moeder van een ferme zoon. De vader liet haar in de steek toen ze zwanger werd, een lot dat vele moeders in het kamp beschoren is. Ze heeft geen familie om op terug te vallen en woont alleen met haar baby in een bouwvallige hut die door het hevige regenseizoen op instorten staat.
Noémie droomt ervan verpleegster te worden, maar kan door de zorgen voor haar zoon niet langer naar school gaan. MuTu, een jongerenorganisatie die zich inzet voor wezen en kwetsbare jongeren in het kamp ontfermt zich over de nieuwbakken moeder, in de hoop dat ze binnenkort haar toekomst weer in eigen handen kan nemen.
© Fleur Leysen
De bovenstaande stemmen uit Dzaleka tonen wat de geschiedenis reeds keer op keer heeft bewezen: mensen afsluiten van de rest van de wereld heeft een averechts effect, zowel op het leven van de vluchtelingen als voor de gehele maatschappij. De ellende van het kampleven brengt vele obstakels met zich mee voor de mensen van Dzaleka – op vlak van onderwijs, werkgelegenheid, politieke deelname, discriminatie en de zware last om een identiteit te ontwikkelen wanneer iedereen je recht om te bestaan lijkt te ontkennen.
De voortdurende verkwisting van het potentieel van de bewoners van Dzaleka is niet enkel zonde, maar verijdelt ook elke kans op betekenisvolle ontwikkeling van de Malawische natie.
Kunst zal u redden
Het kamp is een multiculturele smeltkroes, een geïmproviseerde thuis voor tienduizenden mensen met verschillende culturen, achtergronden en dromen. Toch dragen de inwoners allen de gedeelde last van hun ongekende verhalen achter hun gesloten lippen. De mensen van Dzaleka zullen de tragedies van hun thuisland altijd bij zich dragen. Maar ze geven niet op.
Jongeren zoals Shadrack en Namad zijn vastbesloten een andere weg in te slaan, zichzelf en hun vele jonge lotgenoten een helpende hand te reiken en het vluchtelingenbestaan achter zich te laten. Door het enige middel te gebruiken dat hen nooit kan worden afgenomen: hun talent.
Vele jongeren in Dzaleka zoeken hun toevlucht tot kunst om te ontsnappen aan de grimmige realiteit, of om hun stempel te drukken.
© Fleur Leysen
In de vergeten wereld van Dzaleka kwamen ze erachter dat ze door kunst een eigen wereld kunnen creëren, een eigen plek om te verkennen. Op die manier vinden de jonge kunstenaars soelaas in de warmte van een culturele omhelzing.
Nu in ons eigen land de cultuursector al even op losse schroeven staat, is het belang van kunst en cultuur ook voor het grote publiek hier duidelijk geworden. Het gaat niet louter om een vorm van ontspanning, maar vormt een onuitputtelijke bron van kracht en empowerment.
Kunst als verzetsvorm is niets nieuws. Via ‘artivisme’ en het gebruik van kunst hebben activisten, kwetsbare groepen en onderdrukte personen wereldwijd reeds hun stoel aan de tafel opgeëist en hebben ze vergeten personen in de samenleving opnieuw zin kunnen geven aan hun leven.
Ook vele jongeren in Dzaleka zoeken hun toevlucht tot kunst om te ontsnappen aan de grimmige realiteit, of om hun stempel te drukken. Verstrooide poëten dwalen door het kamp met hun gedachten op volle toeren. ‘Een stuiver voor hun gedachten’ zou hen de rijksten op aarde maken, mocht het zo simpel zijn. Dzaleka heeft meer dan twintig dansgroepen, de mensen entertainend met hun geweldig agressieve passie; op de sportvelden verliezen atleten zich in hun spelen en jonge artiesten gaan op in het creëren van een ideale wereld die buiten hun bereik lijkt te liggen.
Als Malawi er echt op
gebrand is om een middeninkomensland te worden, zal het dan garanderen dat elkeinwoner deel uitmaakt
van deze evolutie?
De weemoedigheid van het kamp houdt de jeugd van Dzaleka in zijn greep. De overheersende zucht naar escapisme in kunst en cultuur zorgt op die manier voor een zekere sereniteit, een manier om de stress en verveling het hoofd te bieden en te voorkomen dat ze ten prooi vallen aan de vele uitdagingen die om elke hoek van het kamp loeren.
De Congolese Aaron[2] is een van de vele artiesten binnen de muren van het kamp. Als oudste zoon van een gezin van tien werd hij na de dood van zijn vader de man des huizes. De last die hij met zich meedraagt verlicht hij door zijn tekeningen en teksten. ‘Ooit schop ik het tot internationale kunstenaar, ver buiten de grenzen van Dzaleka’, laat hij vastberaden weten.
De inwoners van Dzaleka koesteren de enorme poel aan talent in het kamp. Door culturele bewegingen, evenementen en festivals te organiseren, hebben ze een uitlaatklep gevonden voor hun verhalen, een manier om mensen te doen luisteren naar hun vorige levens, huidige tragedies en toekomstige verlangens. Deze festiviteiten hopen dan ook harmonie en tolerantie te bevorderen tussen de vluchtelingen en de Malawische gemeenschap; een viering van inclusiviteit en solidariteit.
© Fleur Leysen & Shadrack Lokwa
Niet langer vluchteling
Malawi ziet de toekomst groots, met een visie om het land hogerop te tillen tegen 2063 en daarbij niemand achter te laten. Er rest slechts één vraag: als Malawi er echt op gebrand is om een middeninkomensland te worden, zal het dan garanderen dat elke inwoner deel uitmaakt van deze evolutie – inclusief de vergeten mensen van Dzaleka?
De Malawische regering werkt momenteel aan een plan om een deel van Dzaleka’s bevolking over te brengen naar een nieuw kamp in Karonga, een district aan het Malawimeer. Hoewel dit de overbevolking in het kamp kan verlichten, zal het geen enkel duurzaam effect hebben, niet voor de vluchtelingen en evenmin voor de Malawiërs.
Om de neerwaartse spiraal van verloren generaties te breken, moet de regering ervoor zorgen dat toekomstige generaties in geen enkel kamp meer opgroeien. Het overweldigende potentieel van Dzaleka’s inwoners kan enkel ingezet worden voor Malawi’s visie wanneer minstens hun basisrechten gegarandeerd worden.
De mensen van Dzaleka gaan nergens heen. Nieuwe vluchtelingen zullen ook niet wegblijven. Het heeft dan ook geen zin hen te negeren. In het belang van de menselijkheid zou de regering haar verantwoordelijkheid moeten nemen en een degelijk leven voor deze mensen mogelijk maken, in plaats van hen op te sluiten of te verwaarlozen.
Zolang hun stemmen niet verder reiken dan de grenzen van het kamp, zullen de vele generaties in Dzaleka hun vicieuze cirkel niet zelf kunnen doorbreken. De inwoners van Dzaleka moeten deel uitmaken van de normale maatschappij. Alleen dan zullen hun talenten werkelijk kunnen ontwikkelen en zal een van hen zich misschien ooit ontpoppen tot Malawi’s grootste poëet, muzikant of atleet.
[1] Kanengo is een wijk in de Malawische hoofdstad Lilongwe. De straten in Dzaleka zijn omgevormd tot allerlei bekende gebieden of districten in Malawi, zoals Lilongwe, Dedza, Blantyre etc. ↑
**[2]**Noémi en Aaron zijn fictieve namen om de identiteit van de getuigen te beschermen.↑
[*]Een gewelddadige regio
Tot op heden is de situatie in de Democratische Republiek Congo een van de grootste humanitaire crises van Afrika. Het oosten van Congo gaat voortdurend gebukt onder bruut geweld door gewapende groepen, bestaande uit zowel Congolese als buitenlandse milities. De talloze conflicten in het land zouden sinds 1996 al aan 6 miljoen mensen het leven gekost hebben.
De voornaamste gebieden die getroffen worden door aanhoudend gewapend geweld zijn Noord- en Zuid-Kivu. ‘In totaal zijn zo’n 130 gewapende groepen actief in de provincies, elk met een eigen agenda. Dit maakt de regio een van de meest gewelddadige in de wereld’, laat Lewis Mudge weten (Centraal-Afrika directeur van HRW).
Tussen 2017 en 2019 (de periode waarin ook de getuigen uit deze blog wegvluchtten) werden gemiddeld 8,38 op de 100.000 burgers vermoord, wat resoneert met enkele van de grootste hedendaagse conflicten elders ter wereld. Tal van kinderen worden er ingelijfd als kindsoldaten of seksslavinnen en honderden mensen worden op regelmatige basis ontvoerd.
Sinds 2019 flakkeren nieuwe golven van geweld op. Het geweld tast ook noodzakelijke infrastructuur aan en heeft een serieuze impact op voedselzekerheid voor de bevolking. Bovenop het gewapend conflict heeft Congo bovendien al heel wat epidemische crises moeten ondergaan. De meest recente cijfers tonen een totaal van 864.770 Congolese vluchtelingen buiten de grenzen van Congo en ongeveer 5 miljoen IDP’s of intern ontheemden.