Het groene gidsland
Aardwarmte stuwt Kenia naar een volledig groene energiemix tegen 2030
Hét groene gidsland? Kenia, jawel. Want dat land is, met de hulp van stoom en warm water goed op weg om tegen 2030 alle energie uit hernieuwbare bronnen op te wekken.
Foto: Een lid van de maasaigemeenschap bij een deel van een geothermische energiecentrale in het nationaal park Hells Gate. Voor de bouw van centrale Olkaria IV in 2014 werden vier Maasaidorpen verplaatst. | © Reuters
Het nationale park Hell’s Gate heeft zijn naam niet gestolen: het is er heet onder de voeten. Het prachtige vulkanische landschap maakte wereldwijd faam als decor voor De Leeuwenkoning, de animatiefilm uit de jaren ’90. Het natuurpark ligt in de Oost-Afrikaanse Slenk, een stelsel van verzonken delen aardkorst, en wordt gevormd door adembenemende kliffen, kloven, met struikgewas bedekte vulkanen en stoompluimen.
Niet te zien in de Disneyfilm zijn de energiecentrales in het park die de warmte aan de aarde onttrekken. Samen wekken de vijf centrales van Olkaria bijna duizend megawatt per uur op. Een zesde centrale is in aanbouw, een zevende wordt gepland. Ze maken deel uit van het nationale plan van Kenia om tegen 2030 alle energie op te wekken uit hernieuwbare bronnen.
Dat doel is geen utopie. Kenia is een pionier op het Afrikaanse continent in het ontginnen van geothermie, ook wel aardwarmte genoemd. 92 procent van de opgewekte energie in Kenia komt nu al uit hernieuwbare bronnen (zie grafiek). Geothermie of aardwarmte is goed voor de helft daarvan. Het land is dus op weg zijn doelstelling vlot te halen.
Opgewekte energie in Kenia | © Zwerm
Op het net
In tien jaar tijd is de Keniaanse overheid erin geslaagd om de toegang tot het stroomnet meer dan te verdubbelen. In 2013 was slechts 32% van de Kenianen aangesloten op het elektriciteitsnet, vandaag is dat 75%. In stedelijk gebied heeft zowat iedereen toegang. In landelijk gebied is dat volgens het ministerie van Energie 65%.
© Zwerm
Grote investeringen in groene energie leveren de Kenianen dan wel toegang tot elektriciteit op, maar niet iedereen is daar even blij mee. De status van nationaal park voor Hell’s Gate heeft een impact op de Masaigemeenschappen die er leven en dat veroorzaakte in het verleden al spanningen. En ook de bouw van infrastructuur op de voorouderlijke gronden, zoals energiecentrales, treft hun levenswijze.
‘Er is duidelijk een grote overlapping tussen projecten voor hernieuwbare energie en het grondgebied van inheemse volkeren.’
Elke nieuwe centrale in Olkaria betekent: minder ruimte voor het vee van rondtrekkende veehouders zoals de Masai. Voor de bouw van centrale Olkaria IV in 2014 werden ook vier Masaidorpen verplaatst.
© Zwerm
Meer dan 1200 bewoners moesten hun dorp verlaten en veertien kilometer verderop gaan wonen. Ze kregen huizen ter compensatie, die op het eerste gezicht meer comfort bieden. Maar het graasgebied is op het eerste gezicht kleiner geworden en is volgens de bewoners een stuk minder geschikt voor het vee.
‘Inheemse volken hebben de toegang verloren tot het land waarvan ze afhankelijk zijn voor hun levensonderhoud en dat ze als heilig beschouwen’, schreef Ilse Renkens in 2019 in een rapport voor International Work Group for Indigenous Affairs (IWGIA). ‘Hoewel de ontwikkeling en het gebruik van dit land en de hulpbronnen zeer winstgevend is, delen ze niet in de voordelen.’
Het IWGIA kaartte dat wereldwijde probleem al eerder aan: ‘Er is duidelijk een grote overlapping tussen projecten voor hernieuwbare energie en het grondgebied van inheemse volkeren.’ Zelden zijn grote infrastructuurwerken vrij van negatieve gevolgen.
Warmte uit de grond
Waar komt die aardwarmte vandaan? De kern van onze aardbol is meer dan 6000°C heet. Ondergrondse waterreservoirs kunnen in aanraking komen met heet gesteente, en zo ontstaat stoom. Waar twee aardplaten uit elkaar bewegen, zoals in Oost-Afrika, ontstaat een stelsel van slenken, ook wel een rift genoemd. De warmte die onze aardbol vanbinnen herbergt, zit er dichter aan de oppervlakte.
Waar je elders wel één tot zes kilometer diep moet boren om stoom en heet water op te pompen, hoef je op verschillende plaatsen in die Oost-Afrikaanse Slenk soms zelfs geen kilometer diep te gaan. Daardoor daalt de hoge kostprijs van de infrastructuur.
Niet enkel Kenia maar ook andere Oost-Afrikaanse landen delen dit potentieel. Ook buurland Ethiopië wil de aardwarmte aanboren. Maar door de recente spanningen daar lijken die plannen vertraging op te lopen. De kostprijs van de centrales zelf is hoog, dus relatieve politieke stabiliteit is niet onbelangrijk.
Gebieden in Afrika met hoog potentieel voor geothermie | © Zwerm
Betrouwbare partner
De spil voor het versneld uitbouwen van de nodige infrastructuur is het staatsbedrijf Kenya Electricity Generating Company (KenGen). Dat is voor 74 % in handen van de staat en slaagde er ook in om voldoende vertrouwen te wekken bij buitenlandse investeerders. Het ontwikkelingsagentschap van Japan is de laatste jaren partner om voordelige leningen aan te bieden voor de bouw van nieuwe centrales.
Niet toevallig levert het Japanse bedrijf Mitsubishi al sinds de jaren ’80 de generatoren voor de geothermische centrales in Kenia. De min of meer stabiele politieke situatie in Kenia zorgde ervoor dat het partnerschap met Japan nooit onder druk kwam te staan.
Die stabiliteit is in veel buurlanden minder vanzelfsprekend. Er is externe financiering nodig om de aardwarmte te ontginnen, en dat verklaart waarom het potentieel in bijvoorbeeld het woelige Somalië nog niet snel aangeboord zal worden. In Tanzania daarentegen plant de regering dan weer wel een snelle inhaalbeweging en staan verschillende projecten in de steigers.
Deze analyse is verschenen in het winternummer van MO*magazine. Vind je dit artikel waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je tal van andere voordelen.