‘Bewakers van het verleden kunnen niet zitten wachten tot de gruwel zich in de toekomst herhaalt.’

Analyse

‘Bewakers van het verleden kunnen niet zitten wachten tot de gruwel zich in de toekomst herhaalt.’

‘Bewakers van het verleden kunnen niet zitten wachten tot de gruwel zich in de toekomst herhaalt.’
‘Bewakers van het verleden kunnen niet zitten wachten tot de gruwel zich in de toekomst herhaalt.’

Drie jaar al is in Zuid-Soedan een burgeroorlog aan de gang. Gisteren riepen zeven holocaust- en genocidemusea wereldwijd om tot actie over te gaan. ‘Stop de slachtingen voor de genocide begint.’

Over tien jaar willen we het leven en de voorspoed vieren in Zuid-Soedan, niet de inhuldiging van een zoveelste genocide memorial.’ Zo besloten zeven holocaust- en genocidemusea gisteren hun brief waarin ze waarschuwen voor een genocide in het jongste land van Afrika. ‘De voortekenen zijn er al’, klinkt het. ‘Wij moeten leren uit de geschiedenis en tot actie overgaan.’

De zeven zijn trouwens niet de enigen die de alarmbel luiden. De afgelopen weken werd eenzelfde boodschap door verschillende VN-vertegenwoordigers herhaald. Woensdag nog, door Yasmin Sooka, voorzitster van de VN-Mensenrechtencommissie in Zuid-Sudan. ‘Alle tekenen voor massale gruweldaden zijn aanwezig. Het geweld en de etnische spanningen waren nooit zo sterk als vandaag’, vertelde ze haar collega’s.

Opstaan, en weer vallen

In juli van dit jaar brak het bestand en kreeg het geweld vrij spel.

et verhaal van Zuid-Soedan is er een van opstaan, maar weer vallen. Het land werd in 2011 onafhankelijk. Daaraan gingen 22 jaar burgeroorlog (1983-2005) vooraf, tussen het Afrikaanse zuiden en het overwegend Arabische noorden. Na een volksraadpleging in 2011 ging het Zuiden op eigen houtje voort. De jonge staat Zuid-Soedan is een etnisch lappendeken, met de Nuer en de Dinka als grootste volkeren.

Na de onafhankelijkheid werd Salva Kiir, een Dinka, president. Riek Machar, een Nuer, kreeg het vicepresidentschap toegewezen. Maar twee jaar later was het al gedaan met die vredige machtsverdeling. Kiir verdacht zijn vicepresident ervan een staatsgreep te plannen en stuurde hem de laan uit.

Dat was het startschot voor een nieuwe burgerstrijd, dit keer tussen het SPLA (Sudanese People’s Liberation Army) van Kiir en het SPLA-IO (Sudanese People’s Liberation Army – In Opposition) van Machar. Twee jaar later, in augustus 2015, tekenden beide partijen een vredesverdrag, maar dat bleef wankel. Onder meer door de betrokkenheid van buurlanden Oeganda en Soedan die zich respectievelijk achter de meerderheid en de oppositie schaarden. In juli van dit jaar brak het bestand en kreeg het geweld vrij spel.

Een hellend vlak

Sinds juli sloegen al 454.000 Soedanezen op de vlucht. Dat is meer dan het totaal aantal geregistreerde Syrische vluchtelingen voor dit jaar (213.000). Een vierde van de Zuid-Soedanezen heeft zijn stad of dorp verlaten, een derde (3,7 miljoen) heeft volgens de VN Voedsel- en Landbouworganisatie met voedselonzekerheid te kampen. En intussen woedt de burgeroorlog voort. De vertegenwoordigers van de genocidemusea stellen dat genocide ‘een proces’ is, maar ook een glibberig hellend vlak, waarbij de voortekenen in een vingerknip stilzwijgende moorden kunnen worden. Onder meer Rwanda en Bosnië hebben dat reeds aangetoond.

1Zuid-Soedanees op 4 heeft zijn stad of dorp verlaten, 1 op 3 kampt met voedselonzekerheid

Intussen worden in de VN-Veiligheidsraad al maanden verwoede pogingen ondernomen om Zuid-Soedan een wapenembargo op te leggen. De Verenigde Staten gingen intussen overstag, maar twee andere permanente leden - Rusland en China - houden het been stijf. Waarschijnlijk om geopolitieke en commerciële redenen.

Een embargo willens nillens doordrukken heeft volgens Jared Ferrie van het informatienetwerk IRIN weinig zin. Hij verwijst naar een rapport (Small Arms Survey’s Human Security Baseline Assessment, SAS-rapport) dat het conflict in Zuid-Soedan monitort. Daaruit blijkt dat een eerder embargo in Darfur weinig zoden aan de dijk bracht, omdat de permanente leden van de Veiligheidsraad er elk hun eigen invulling aan gaven.

Incompetente VN

De rol van de VN in Zuid-Soedan is echter ook niet onbesproken. Sinds het begin van de onafhankelijkheid hebben ze er een vredesmissie (UNIMISS) lopen. Die telt momenteel zo’n 14.000 politie- en legermensen, waaronder een hoop blauwhelmen. Hun rol ligt de laatste tijd onder vuur.

UNIMISS telt momenteel 14.000 politie- en legermensen, waaronder een hoop blauwhelmen. Hun rol ligt de laatste tijd onder vuur.

Aanleiding is een incident eerder dit jaar, waarbij zowel burgers als westerse hulpverleners werden aangevallen, geslagen en verkracht. De plaats delict bevond zich op slechts op anderhalve kilometer van het VN-kamp. Maar er kwam geen hulp of bescherming van de aanwezige VN-soldaten. Uit een Onafhankelijk Speciaal Onderzoek bleek dat dit ook niet het enige incident is geweest waarbij de blauwhelmen het lieten afweten.

Het Keniaanse hoofd van UNIMISS kreeg intussen zijn C4. Met hem verdwenen echter ook duizend Keniaanse blauwhelmen uit de missie.

De machteloosheid van de VN wordt ook door de Soedanese bevolking gevoeld. VN-vertegenwoordiger Yasmin Sooka vertelde dat ze tijdens haar missie een groep ontheemde vrouwen ontmoette. Zij vroegen de VN-gezanten waarom ze geld aan vliegtickets spendeerden als de internationale gemeenschap toch niet van plan was om iets te ondernemen. De vraag werd door de omstanders op applaus onthaald.

Herinneren is niet genoeg

Ook volgens de vertegenwoordigers van de zeven holocaust- en genocidemusea is wachten en toekijken geen optie meer. Zij stuurden gisteren, op de derde ‘verjaardag’ van het gewapend conflict, een duidelijke boodschap de wereld in. ‘We kunnen in Zuid-Soedan een genocide vermijden. Maar dat vraagt moreel en moedig leiderschap. Van de politici in Zuid-Soedan, van de staatshoofden in Zuid-Afrika en van de internationale gemeenschap.’

‘Elk van onze musea herinnert de wereld aan periodes waarin de mensheid zich op een absoluut dieptepunt bevond. We willen die herinnering bewaren, opdat we eruit zouden leren en opdat die gruweldaden zich nooit meer zouden herhalen’, stelt Christophe Busche, directeur van de Belgische Kazerne Dossin. ‘In Zuid-Soedan ontplooit zich momenteel een genocidair proces. Als bewakers van het verleden kunnen we niet stil blijven wachten tot de gruwel zich in de toekomst herhaalt.’