Congo: 3 scenario's voor een zieltogend democratiseringsproces

Analyse

Congo: 3 scenario's voor een zieltogend democratiseringsproces

Congo: 3 scenario's voor een zieltogend democratiseringsproces
Congo: 3 scenario's voor een zieltogend democratiseringsproces

De kans dat de er tijdig presidentsverkiezingen komen in de Democratische Republiek Congo is nu wel heel klein. Kris Berwouts schetst drie mogelijke scenario’s voor de komende maanden. ‘De meerderheid, de oppositie noch de internationale gemeenschap lijkt een duidelijk plan te hebben.’

Toen de Congolese kiescommissie in februari 2015 haar tijdslijn publiceerde met alle stappen in het verkiezingsproces tot en met de presidents- en parlementsverkiezingen op 27 november en de eedaflegging van de verkozen president op 20 december 2016, werd die zowel door Congolese als internationale waarnemers op scepticisme onthaald. Deze timing leek niet realistisch, en zou Kabila’s mandaat onvermijdelijk voorbij zijn grondwettelijke limiet tillen

Een van de belangrijkste problemen is het totale gebrek aan eigenaarschap van de regering over de verkiezingen. Het lijkt meer op een actieve boycot. Zo houdt de regering systematisch de begrote sommen achter die de commissie nodig heeft om het hele proces te organiseren. Er is een constante strijd aan de gang tussen de CENI en de regering om de controle over het verkiezingen.

In de voorbije jaren heeft de CENI gemiddeld 17 procent van wat ze nodig heeft om te functioneren effectief gekregen. Het is zeer onwaarschijnlijk dat de overheid haar houding zal veranderen nu het land middenin een economische crisis zit en op een financiële crash dreigt af te stevenen, als gevolg van de recessie in China en de prijsdaling van de Congolese grondstoffen op de wereldmarkt.

Het betekent dat de verkiezingen, zonder zeer aanzienlijke financiële bijdragen van de internationale partners, niet zullen doorgaan. Het is een vicieuze cirkel: de internationale gemeenschap staat natuurlijk niet te springen om geld te pompen in verkiezingen die door de regering worden geboycot, en dus dreigen die niet door te gaan door gebrek aan geld en politieke wil.

En los van de politieke en financiële kopzorgen, blijven ook de technische en logistieke problemen bij de voorbereiding gigantisch.

Sinds de rellen van januari 2015 is iedereen er zich van bewust dat de stedelijke bevolking wel eens een erg belangrijke maar ook onvoorspelbare rol zou kunnen spelen in de komende maanden. De mensen in de volkswijken zijn gefrustreerd en boos, en dat heeft alles te maken met hun sociaal-economische leefomstandigheden. Deze frustraties ontwikkelen steeds agressievere ondertoon, en het risico op uitbarstingen van geweld groeit. Als een grote groep mensen samenkomt, krijgt het gebeuren vaak onmiddellijk een anti-Kabila karakter.

De meerderheid, de oppositie noch de internationale gemeenschap lijkt een duidelijk plan te hebben.

Op dit ogenblik lijkt het onwaarschijnlijk dat president Kabila er zal in slagen om een grondwetsherziening op te dringen die hem in staat stelt een nieuw mandaat op te nemen. Maar het is ook erg onwaarschijnlijk dat er voor het einde van het jaar geloofwaardige verkiezingen worden georganiseerd.

Voor veel mensen is le glissement (door het verglijden van de tijd de constitutionele deadline overschrijden) niet meer te vermijden. De Congolese politieke elite zal de koppen bij elkaar moeten steken en een aantal essentiële vragen in dit verband bespreken. Ondertussen heeft het grondwettelijk hof gezegd dat Kabila aan de macht kan blijven zolang er geen verkiezingen zijn gehouden. Wat de oppositie dan weer in vraag stelt.

Op dit moment lijkt het alsof alles mogelijk is. De meerderheid, de oppositie noch de internationale gemeenschap lijkt een duidelijk plan te hebben.

In een poging om het debat wat te structureren, zie ik drie mogelijke basisscenario’s:

1. Best Case: consensus over een beperkt glissement

Tien jaar geleden, bij het einde van de transitie (2003-2006), zat Congo in een vergelijkbare situatie. De transitie begon op 1 juli 2003 en moest aflopen op 30 juni 2005. Uiteindelijk legde de verkozen president pas anderhalf jaar later de eed af, en dat bleek niet onoverkoombaar.

De publieke opinie accepteerde deze vertraging om twee redenen: er was een brede politieke consensus om de transitie te verlengen, en er was een geloofwaardig proces. Ook vandaag kan ik me een consensus voorstellen, ook zal dat niet makkelijk zijn. Maar het probleem is dat er geen geloofwaardig proces bestaat met een regering die de verkiezingen actief boycot.

Als we willen dat dit best case scenario realiteit wordt, moet het land een proces in stelling brengen dat zal leiden tot eerlijke en vrije verkiezingen binnen een redelijke termijn, met de uitdrukkelijke voorwaarde dat Kabila niet ​​voor een derde mandaat zal gaan.

Over de vraag wie tijdens de periode van le glissement staatshoofd moet zijn, zal nog hartig gediscussieerd moeten worden. En de politieke elite, meerderheid en oppositie samen, gaat het dan niet makkelijk hebben aan de bevolking uit te leggen dat we inderdaad op eerlijke en vrije verkiezingen afstevenen.

2. Vooruit naar het verleden

Als er geen consensus komt hoe geloofwaardige verkiezingen te organiseren, en Kabila slaagt er in om aan de macht te blijven, komen we in een scenario terecht dat lijkt op het einde van Mobutu’s regime (1995-1997):

Net zoals het in het midden van de jaren 1990 het geval was met de Conférence Nationale Souveraine, gaan we dan een periode in waarin elke vorm van politiek proces verdwijnt, ontrafelt of verdampt tot het punt waar niemand nog weet wat de volgend stap zou moeten zijn. Die kant gaat het nu al op.

Ondertussen flakkeren verschillende lokale conflicten in het oosten opnieuw op, en brengen de gevolgen van het ontspoord verkiezingsproces in Burundi de mogelijkheid van een regionaal conflict met grensoverschrijdend geweld dichterbij. Deze situatie verschilt niet veel van degene aan het einde van Mobutu’s regeerperiode.

3. Worst Case: Richting Somalië

Een worst case scenario is de implosie van de staat onder druk van de straat: We kunnen niet uitsluiten dat grootschalig geweld uitbreekt in een van de grote steden (Kinshasa, Lubumbashi, Goma en Bukavu lijken de meest waarschijnlijke) dat leidt tot het verkruimelen van de rechtstaat en haar instellingen, met grote menselijke, materiële en institutionele schade.

Zo’n destructieve confrontatie tussen revolte en repressie zou wel eens alle verworvenheden en vooruitgang sinds de Inter-Congolese Dialoog uit 2002 teniet kunnen doen, en zelfs leiden tot een situatie die vergelijkbaar is met Somalië twee decennia geleden.

Natuurlijk zijn die drie scenario’s erg schematisch. Je kan allerlei varianten of tussenvormen bedenken. Maar op dit moment lijkt het belangrijkste dat de Congolese politieke elite haar verantwoordelijkheden opneemt, een consensus zoekt hoe op redelijke termijn geloofwaardige verkiezingen kunnen georganiseerd worden waarbij Kabila de fakkel doorgeeft. Elk ander scenario houdt een groot risico in van chaos en geweld.