De opmars van de tweewieler: coronahype of kantelmoment?

Analyse

Vlaanderen voorziet 355 miljoen euro extra budget voor fietsinfrastructuur

De opmars van de tweewieler: coronahype of kantelmoment?

De opmars van de tweewieler: coronahype of kantelmoment?
De opmars van de tweewieler: coronahype of kantelmoment?

Het stalen ros heeft een boerenjaar achter de rug. Door de coronabeperkingen leek het wel alsof iedereen zijn fiets van onder het stof haalde of een nieuw exemplaar aanschafte. De positieve effecten van meer fietsen op straat zijn legio, maar houdt het succes ook na de pandemie aan?

PxHere (CC0)

Fietsen is al lang een van de snelste, meest flexibele en betrouwbare vervoersmiddelen. Het is een efficiënte manier om dure en schaarse ruimte in stedelijke gebieden te gebruiken.

PxHere (CC0)

Het stalen ros heeft een boerenjaar achter de rug. Door de coronabeperkingen leek het wel alsof iedereen zijn fiets van onder het stof haalde of een nieuw exemplaar aanschafte. De positieve effecten van meer fietsen op straat zijn legio, maar houdt het succes ook na de pandemie aan?

Volgens zowat alle maatstaven wordt er sinds het begin van de pandemie aanzienlijk veel gefietst. In België werd er tijdens de eerste lockdown 69 procent meer naar fietsroutes opgezocht bij Google Maps. Die trend leek zich het hele jaar door te zetten.

Het bedrijf Eco-Counter, van de fietstellers die langs menig fietspad staan, heeft een dashboard samengesteld waarin de maandelijkse fietsniveaus van 2020 worden vergeleken met het jaar ervoor. In september 2020 stelden ze een stijging van 17,5 procent vast langs Belgische fietspaden. Uit de mobiliteitsbarometer van hr-dienstenbedrijf Acerta blijkt trouwens dat bijna een derde van het (sterk gedaalde) woon-werkverkeer vorig jaar gebeurde met de fiets.

In andere Europese landen sprongen er tussen februari en juni 2020 nog meer enthousiastelingen op het stalen ros. Landen als Finland of Polen kenden zelfs een verviervoudiging van het aantal zoekopdrachten van fietsroutes via Google Maps, terwijl het aantal meer dan verdubbelde in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Eco-Counter stelde in september 2020 een stijging van het fietsverkeer vast met respectievelijk 27,5 procent in Italië, 25,3 procent in Portugal, 24,5 procent in Frankrijk en 20 procent in het Verenigd Koninkrijk en Duitsland.

Maatschappelijke voordelen

Dat alles had natuurlijk zijn invloed op de fietsenverkoop en de grote merken hadden de wind in de rug tijdens de pandemie. Bedrijven als Giant en Cannondale rapporteerden aanzienlijke omzetstijgingen, en ook populaire e-bike-merken halen tot vandaag recordverkopen.

Fietsen is al lang een van de snelste, meest flexibele en betrouwbare vervoersmiddelen. Het is een efficiënte manier om dure en schaarse ruimte in stedelijke gebieden te gebruiken. Het rijwiel heeft veel potentieel om verkeersproblemen in de stad op te lossen, als je weet dat 70 procent van de Europeanen in de stad woont en dat bijna de helft van alle autoritten in steden korter dan vijf kilometer is.

Brussel behoort tot de beste leerlingen van de Europese klas in termen van aangekondigde maatregelen om fietsinfrastructuur aan te leggen.

Meer fietsen creëert ook letterlijk meer ademruimte in de stad en daarbuiten: minder koolstofuitstoot en fijn stof, minder files en een gezondere bevolking. Toeval of niet, maar uit het World Happiness Report 2020 blijkt dat de bevolking van landen waar de fiets goed ingeburgerd is, vaak gelukkiger is. Fietslanden zoals Nederland, Denemarken en Finland staan allemaal in de top tien van gelukkigste landen ter wereld. Beide Scandinavische landen voeren de lijst zelfs aan.

Gebruik maken van het momentum

Om de opmars van de tweewieler ook na de pandemie te laten voortduren, investeren overheden volop in fietsinfrastructuur.

Zo heeft Brussel een budget van een half miljoen euro goedgekeurd om zesduizend extra fietsenstallingen te creëren en 40 kilometer aan nieuwe fietspaden aan te leggen. In het centrum van de stad is de snelheid van voertuigen teruggebracht tot 20 km/u en hebben voetgangers en fietsers er nu voorrang op straat, niet alleen op trottoirs en fietspaden.

Daarmee behoort onze hoofdstad tot de beste leerlingen van de Europese klas in termen van aangekondigde maatregelen om fietsinfrastructuur aan te leggen, zegt de European Cyclists’ Federation (ECF). De Europese fietsersorganisatie maakte een overzicht van de maatregelen die lokale of nationale autoriteiten van bijna driehonderd steden hebben genomen om de fiets als transportmiddel te bevorderen eens de crisis voorbij is.

De teller staat op meer dan 2500 kilometer aan aangekondigde infrastructuurmaatregelen, bovenop de 1400 kilometer die al zijn aangelegd sinds het begin van de pandemie. In heel Europa is al bijna 1,7 miljard euro toegewezen aan fietsinfrastructuur.

Historische achterstand

Ook de Vlaamse regering is mee op de fietskar gesprongen. In het relanceplan ‘Vlaamse veerkracht’ is 355 miljoen euro extra budget voorzien voor fietsinfrastructuur, een recordbedrag.

‘Men zag al voor COVID dat de fiets meer en meer gebruikt werd als transportmiddel. Op Vlaams niveau moesten er echter nog heel wat inspanningen gebeuren om de infrastructuur op niveau te brengen’, zegt Wies Callens van de Fietsersbond. ‘Nu zien we dat die stappen wel degelijk gezet worden.’

‘Er is nog veel werk om onze historische achterstand weg te werken.’

De politieke wil én het momentum zijn dus aanwezig, maar Vlaanderen heeft nog veel grote werven. Zo zijn veel van de fietspaden langs grote gewestwegen nog onveilig en zijn fietsroutes naar scholen nog onvoldoende uitgebouwd. Veel fietspaden zijn ook te smal volgens de huidige normen, die momenteel worden verstrengd. Met de bakfietsen en bredere elektrische fietsen die in opmars zijn, is dat een probleem. ‘Er is dus nog veel werk om onze historische achterstand weg te werken’, zegt Callens.

Kantelmoment

Is dat voldoende om te vermijden dat al die nieuwe fietsen stof gaan verzamelen eens we allemaal gevaccineerd zijn? Callens wijst erop dat er al langer een tendens gaande is om fietsgebruik aan te moedigen. Zo kunnen bedrijven hun werknemers voordelige bedrijfsfietsen aanbieden. Een steeds grotere hap van het mobiliteitsbudget gaat naar het leasen van zulke fietsen. Wie die tweewieler gebruikt om naar het werk te rijden, krijgt daarvoor een fietsvergoeding.

Er zijn dus genoeg incentives aanwezig om de mensen in het zadel te houden’, vindt Callens.

De trend om fietsers te beschermen en meer fietsen aan te moedigen begon dus lang voor COVID maar heeft door de pandemie een doorstart gekregen. Callens acht de kans reëel dat we getuige zijn van een heus kantelmoment.

‘Naast de coronapandemie is er ook de klimaatontwrichting en de milieucrisis die de politiek niet zomaar onder de mat kan schuiven’, zegt hij. ‘In dat opzicht zet de Vlaamse regering duidelijk in op een “modal shift” naar de fiets.’

Dat wil zeggen dat het aandeel autoverplaatsingen maximaal 60 procent mag bedragen, de overige 40 procent moet met duurzame vervoersmiddelen worden afgelegd. Fietsberaad Vlaanderen schatte in 2019 dat het fietsverkeer met ruim 60 procent moet toenemen om die doelstellingen te halen.

‘Er is geen enkele politieke partij die het belang van de fiets ontkent als middel om die uitdagingen te tackelen, en er worden duidelijk stappen gezet’, zegt Callens. ‘Ik leef op hoop dat we binnen enkele jaren geen Wereldfietsdag (3 juni, nvdr) meer nodig hebben.’