De zaak Monsanto en het wereldwijde verzet tegen een monsterfusie
Toen chemiebedrijf Bayer eind vorig jaar bekendmaakte zadengigant Monsanto te willen overnemen barstte een wereldwijde storm van kritiek los. Zelfs de Europese Commissie wil de monsterfusie niet zonder meer goedkeuren.
66 miljard dollar gaat de fusie met Monsanto het Duitse chemiebedrijf Bayer kosten. De megadeal moet de grootste buitenlandse overname door een Duits concern ooit worden. De transactie wordt grotendeels bekostigd uit leningen die Bayer voor de gelegenheid is aangegaan bij grote zakenbanken als Goldman Sachs en Bank of America Merrill Lynch.
Die externe financiering was volgens analisten van The Wall Street Journal zelfs een voorzorgsmaatregel om te voorkomen dat morrende aandeelhouders de deal zouden blokkeren. Want zadengigant Monsanto staat ondertussen synoniem voor controverse. Het in St. Louis gevestigde bedrijf sleept boeren voor het gerecht, monopoliseert markten en wordt ervan beschuldigd mee te schrijven aan wetenschappelijke beoordelingen van de eigen producten.
Maar ondanks alle ophef is een fusie met Monsanto voor Bayer belangrijk genoeg om zich flink in de schulden te steken. Door wetenschappelijke kennis en researchfaciliteiten samen te voegen in één megaconcern gaan boeren wereldwijd meeprofiteren. En om het welzijn van de boer is het de twee bedrijven allemaal te doen, benadrukken topmannen Werner Baumann van Bayer en Hugh Grant van Monsanto begin 2017 in een eensgezind statement: ‘De drijvende kracht achter de Bayer-Monsanto combinatie is het versnellen van innovatie om boeren over de hele wereld te kunnen helpen met uitdagingen als klimaatverandering en voedselzekerheid.’
Zes bedrijven
Monsanto werd in 1901 opgericht als chemiebedrijf. Het bedrijf produceerde zoetstoffen, cafeïne en was de drijvende kracht achter de productie van het chemische ontbladeringsmiddel Agent Orange. Vanaf de jaren tachtig en negentig verschuift het concern langzaam op richting landbouw en biotechnologie. Naar getrouwe Monsantotactiek vooral door andere bedrijven over te nemen, uit te kopen en zo langzaamaan marktdominantie te realiseren.
De naam Monsanto wordt definitief gevestigd als in 1996 genetisch gemanipuleerde sojabonen en maïs op de markt worden gebracht. Concurrenten als Bayer en Pioneer HiBred volgen razendsnel met hun genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s). Vooral Amerikaanse boeren omarmen de nieuwe technologie en het wereldwijde ggo-areaal verhonderdvoudigt binnen tien jaar.
De machtsconcentratie rond slechts zes grote multinationals wordt wereldwijd al jaren met argusogen bekeken.
De zwaar op specialistisch en duur wetenschappelijk onderzoek hangende biotechnologiesector concentreert zich tegelijkertijd in handen van slechts zes grote multinationals: BASF, Bayer, Dow Chemical, DuPont, Monsanto en Syngenta. Een machtsconcentratie die wereldwijd al jaren met argusogen bekeken wordt.
De huidige fusieplannen blijken echter een rode lijn. Een megafusie tussen de megabedrijven Bayer en Monsanto zou zo’n grote agrochemische moloch creëren dat innovatie en concurrentie niet meer gewaarborgd kunnen worden, vertelt econoom en kandidaat-Congreslid Austin Frerick uit de Amerikaanse staat Iowa. ‘De economie in Iowa draait volledig op landbouw. Mensen die zelf geen boer zijn werken in de machinebouw of financiële dienstverlening aan boeren.’
Een boer in Iowa rooit zijn maïsveld. Een groot deel van de in de staat Iowa geteelde maïs en soja zijn genetisch gemanipuleerd
Carl Wycoff (CC BY 2.0)
Landbouw in Iowa is grootschalig en extreem productief. Er is veeteelt, maar er worden vooral grote hoeveelheden soja en maïs verbouwd. Een groot deel daarvan is genetisch gemanipuleerd. Tegelijkertijd staan boerderijinkomens al jaren onder druk en zijn veel landbouwers armer dan ooit, zegt Frerick: ‘De zadenmarkt is volledig gecontroleerd door Monsanto en de prijzen voor zaad blijven maar stijgen. Anderzijds zorgt de efficiëntie van de productie voor overschotten en dalende prijzen. Boeren vallen tussen wal en schip terwijl Monsanto optimaal profiteert. De onvrede hierover is precies wat de onvoorstelbaar snelle opkomst van Donald Trump mogelijk heeft gemaakt.’
Prijsstijgingen
Frerick is jong, openlijk homoseksueel en werkte jarenlang in Washington. Hij keerde terug naar de weidse landbouwgronden van zijn geboortestaat om zich namens de Democratische Partij kandidaat te stellen voor de Amerikaanse Congresverkiezingen in 2018. Eén van zijn belangrijkste agendapunten is het breken van de macht van Monsanto. Iets waarover veel boeren denken maar wat maar weinigen openlijk durven zeggen. Frericks boodschap resoneert dan ook opvallend goed in het conservatieve Iowa: ‘Als ik als stadse Democraat massaal steun krijg vanuit een Republikeins bolwerk als Iowa dan is er iets aan de hand. Dit is bij uitstek de landbouwcrisis die de rurale VS uitholt.’
‘Het idee dat een nóg groter fusiebedrijf opeens wel gaat innoveren is natuurlijk complete bullshit’
De prijs van maïszaad is de afgelopen tien jaar verdubbeld, laten cijfers van het Amerikaanse Department of Agriculture (USDA) zien. Ook de prijs van gentechsoja is, alhoewel minder scherp, gestaag door blijven stijgen. Onbetwiste zadengrootmacht Monsanto is voor Frerick dan ook de verpersoonlijking geworden voor die problemen. ‘Monsanto is altijd heel agressief geweest op de markt, ze kopen concurrenten op en nu is er geen aanleiding meer om nieuwe ggo-innovaties te ontwikkelen. Het idee dat een nóg groter fusiebedrijf opeens wel gaat innoveren is natuurlijk complete bullshit’, vertelt Frerick tijdens een wandeling door zijn woonplaats Winterset. ‘We moeten als samenleving goed gaan nadenken over wat we precies verstaan onder een monopolie. Economische macht wordt immers altijd ook politieke macht.’
Ongekende fusiegolf
Tot grote schrik van veel boeren, milieuorganisaties en politici staat de zaak Bayer-Monsanto niet op zichzelf; er ontvouwt zich een heuse fusiegolf in zadenland. In 2014 onderneemt Monsanto een eerste poging om de Zwitserse agrochemische gigant Syngenta over te nemen. Dat mislukt – maar twee jaar later is het wel raak. Het Chinese staatsbedrijf ChemChina maakt bekend Syngenta te kopen voor een som van 43 miljard dollar – de grootste Chinese buitenlandse bedrijfsovername ooit.
De aankondiging zet een ware overnamewedloop in gang. Korte tijd later kondigen de Amerikaanse giganten DuPont en Dow Chemical fusieplannen aan. Vervolgens starten overnamegesprekken tussen de Canadese bedrijven Agrium en Potash Corporation om samen de grootste kunstmestfabrikant ter wereld te worden en als klap op de vuurpijl kondigt Bayer in september 2016 hun plannen met Monsanto aan.
De grootste vestiging van Dow Chemical staat in Freeport, Texas. In maar van dit jaar kreeg het bedrijf geruisloos toestemming van Europa om te fuseren met een andere gigant; DuPont
Roy Luck (CC BY 2.0)
Volgens de industrie zelf zijn de overnames noodzakelijk om efficiënt te kunnen blijven innoveren, zegt Beat Späth van belangenorganisatie EuropaBio in Brussel die de zwarte piet uitdrukkelijk doorschuift naar de overheden: ‘Het ontwikkelen van ggo-producten is duur. Door de roestige besluitvorming en de weigering om ggo’s toe te laten, wordt dat onderzoek extra duur gemaakt. Dat heeft geleid tot een onvriendelijk zakenklimaat. Daardoor worden bedrijven gedwongen op te schalen om de kosten te drukken.’
Landbouwontwikkeling
Naast onderlinge consolidatie heeft de agrochemische industrie nog een andere oplossing om te overleven op de mondiale markt; nieuwe afzetmarkten zoeken. De markt in Noord- en Zuid-Amerika is inmiddels verzadigd en Europa blijft de deur stevig op slot houden voor ggo’s. De multinationaal opererende biotechbedrijven kijken dan ook steeds opzichtiger naar de miljoenen kleine boeren in ontwikkelingslanden.
Zo krijgt Afrika de komende decennia niet alleen aanzienlijke bevolkingsgroei maar ook nog eens allerlei - nog onbekende - effecten van klimaatverandering voor de kiezen. Problemen die volgens de industrie opgelost kunnen worden door slimme inzet van landbouwtechnologie.
Het in Zuid-Afrika gevestigde African Centre for Biodiversity (ACB) waarschuwt voor de impact die een fusie tussen Monsanto en Bayer kan hebben op Afrikaanse landbouw.
Boerenorganisaties tonen zich echter een stuk sceptischer. Het in Zuid-Afrika gevestigde African Centre for Biodiversity (ACB) bracht in februari 2017 zelfs een brochure uit om te waarschuwen voor de impact die een fusie tussen Monsanto en Bayer kan hebben op Afrikaanse landbouw, vertelt onderzoeker Stephen Greenberg vanuit Johannesburg:
‘In de meeste Afrikaanse landen zijn de zadenmultinationals nog relatief klein. Het is dan ook onmogelijk om de diversiteit van Afrikaanse landbouwsystemen te vatten in een standaardpakket van ggo- zaden en bijbehorende bestrijdingsmiddelen. Honger is een complex probleem dat vaak meer te maken heeft met armoede dan met te weinig productie. Maar dat is wel waar Monsanto zijn geld mee verdient en dus proberen ze Afrikaanse boeren te laten overschakelen op hoogtechnologische landbouw.’
Toch is een drastische productiviteitsverhoging van de Afrikaanse landbouw hoognodig om de verwachte bevolkingsgroei aan te kunnen. De Wereldbank adviseert in 2013 dan ook om grote sommen geld te investeren in betrouwbare elektriciteitsvoorziening op het platteland, de aanleg van irrigatiesystemen, opslagfaciliteiten om oogstverlies terug te dringen en goede wegen om boeren met lokale markten te verbinden. Daarnaast zijn betere landbouwtechnieken en goed zaad van belang om een rurale arbeidsmarkt te creëren die kan voorkomen dat werkloze jongeren wegtrekken naar de sloppenwijken van Nairobi of Luanda of naar Europa.
Genoeg maïs
Om dat ambitieuze plan te realiseren tekenen Afrikaanse politieke leiders in 2003 al het Comprehensive African Agriculture Development Programme (CAADP) – een continentaal meesterplan om economische groei te realiseren via landbouwinvesteringen. Veertien jaar later blijken maar 9 van de in totaal 54 regeringsleiders hun financiële toezeggingen na te zijn gekomen. Dat overheidsfalen is precies het gat waar zadenmultinationals als Monsanto inspringen om zichzelf op te werpen als redders van de Afrikaanse landbouw, meent Greenberg.
‘De grote boerderijen die het leeuwendeel van de Zuid-Afrikaanse voedselproductie voor hun rekening nemen, lopen tegen problemen aan nu insecten resistent zijn geworden tegen de ggo’s die ze voor veel geld kopen.’
In Zuid-Afrika zelf verbouwen boeren op grote farms al twee decennia ggo’s. In 2013 was 86 procent van de Zuid-Afrikaanse maïs genetisch gemodificeerd. Voor katoen is dat honderd procent. Daarnaast verkopen DuPont en Monsanto conventionele en genetisch gemodificeerde alfalfa, soja en sorghum en hebben zo grote invloed op de landbouw in Zuid-Afrika. Greenberg: ‘De grote boerderijen die het leeuwendeel van de Zuid-Afrikaanse voedselproductie voor hun rekening nemen, lopen tegen problemen aan nu insecten resistent zijn geworden tegen de ggo’s die ze voor veel geld kopen.’
‘Tegelijkertijd zijn er bijna geen concurrenten van Monsanto meer over. Zelfs marktleider DuPont koopt licenties van Monsanto om hun ggo-technologie te mogen gebruiken. Voor boeren zit er niets anders op dan de stijgende zadenprijzen te accepteren en te wachten totdat Monsanto een nieuwe ggo introduceert die wel werkt. Onze belangrijkste zorg is dat een fusie van Monsanto en Bayer resulteert in nog grotere afhankelijkheid van grote bedrijven als het gaat om ons voedsel.’
Niet wenselijk
Ook in Europa stuiten de fusieplannen op bezwaren. Als gewezen landbouwexporteur staat Nederland meestal niet afwijzend tegenover ggo’s. Maar de ongekende fusiegolf die zich nu ontvouwt, doet ook in de polder alarmbellen rinkelen. Land- en Tuinbouworganisatie LTO keert zich in opvallend scherpe bewoordingen tegen het nieuwe megabedrijf Monsanto-Bayer.
Teveel concentratie van marktmacht gaat, in tegenstelling tot wat de industrie beweert, volgens LTO namelijk helemaal niet leiden tot meer innovatie maar is juist een ernstige bedreiging voor de keuzevrijheid van boeren, vertelt Joris Baecke namens de landbouworganisatie: ‘Monsanto produceert vooral zaad waar Bayer meer in chemische bestrijdingsmiddelen doet. Als die twee bedrijven fuseren, wordt het oneconomisch om bijvoorbeeld uien te ontwikkelen die beter bestand zijn tegen ziektes. Een resistente ui zou na die fusie immers interen op de verkoop van gewasbeschermingsproducten om diezelfde ziektes tegen te gaan. Voor de verduurzaming van de landbouw is zo’n ontwikkeling absoluut niet wenselijk.’
Duitse boeren houden voor de hoofdzetel van Bayer in Leverkusen een protestactie tegen de aangekondigde fusie tussen Bayer en Monsanto
Meine Landwitschaft (CC BY-SA 2.0)
Vanwege die gevreesde rem op innovatie heeft LTO er bij de Europese Commissie op aangedrongen de fusie niet toe te staan. Met succes – want ondanks eerdere goedkeuring laat Eurocommissaris voor Mededinging Margrethe Vestager in augustus 2017 weten de fusieplannen aan grondig onderzoek te willen onderwerpen. Tot hernieuwde frustratie van de industrie, vertelt Beat Späth van EuropaBio.
Toch ziet de directeur agrarische biotechnologie niet al te veel beren op de weg, zegt hij zelfverzekerd in zijn statige kantoor in de Brusselse deelgemeente Etterbeek: ‘Mondiale transacties van dit formaat worden pas afgerond als ook alle relevante overheden goedkeuring hebben gegeven. Het is niet ongewoon dat de Europese Commissie een onderzoek instelt. Andere fusies in deze sector zijn ook pas goedgekeurd nadat aan bepaalde eisen werd voldaan.’
Neutraal
Als straks alle boeren in Zuid-Afrika overgaan op het verbouwen van ggo-maïs verdwijnen de alternatieven daarvoor vanzelf uit beeld en worden ze ingesloten in een systeem dat door enorme scheve machtsverhoudingen gekenmerkt wordt.
In dat laatste kon Späth nog wel eens gelijk hebben. Want na toegestemd te hebben in het afstoten van een pesticidedivisie kregen de Amerikaanse giganten DuPont en Dow Chemical in maart 2017 geruisloos toestemming van de Europese Commissie om te fuseren. Ook de overname van het Zwitserse Syngenta door ChemChina is goedgekeurd in Brussel en na een “constructief gesprek” met topmannen Baumann en Grant stemde Amerikaans president in met de overname van Monsanto door Bayer – op voorwaarde dat de helft van het onderzoeksbudget in de VS geïnvesteerd wordt.
In Zuid-Afrika hebben de autoriteiten ondanks de bezwaren van ACB inmiddels ook hun fiat verleend aan de monsterfusie, vertelt Greenberg verbouwereerd: ‘De competitieautoriteiten kijken alleen naar mogelijke monopolievorming in een specifiek marktsegment. Ze vergeten hoe machtsrelaties het landbouwsysteem in zijn geheel beïnvloeden. Als straks alle boeren in Zuid-Afrika overgaan op het verbouwen van ggo-maïs verdwijnen de alternatieven daarvoor vanzelf uit beeld en worden ze ingesloten in een systeem dat door enorme scheve machtsverhoudingen gekenmerkt wordt. Als de zadenprijzen vervolgens de hoogte in gaan zullen veel Zuid-Afrikaanse boeren tegen dezelfde problemen aanlopen als hun Amerikaanse collega’s in Iowa.’