Esther Duflo: Goed bestuur moet zichtbaar worden in concrete vooruitgang
Esther Duflo schreef samen met Abhijit Banerjee het boek Arm & Kansrijk, dat begin november door de Financial Times uitgeroepen werd tot Businessbook of the Year. Duflo ontving in 2010 ook al de John Bates Clark medal, een soort Nobelprijs voor jonge economen. Op uitnodiging van MO* geeft ze op 19 december een lezing in de Brusselse Beursschouwburg.
In Arm & Kansrijk tonen Duflo en Banerjee aan dat heel veel ontwikkelingswerk in de afgelopen tientallen jaren heeft gefaald. Op basis van hun kennis, ervaring en onderzoekswerk in onder meer Chili, India, Kenia en Indonesië hebben de auteurs nieuwe aspecten blootgelegd in het gedrag van arme mensen, in hun behoeftes en in de manier waarop (financiële) hulp hun leven beïnvloedt. Deze fundamentele nieuwe inzichten zullen kunnen bijdragen aan het ontwikkelen van betere strategieën en kunnen de aanzet vormen tot een effectievere mondiale armoedebestrijding. Duflo en Banerjee rekenen af met de gewoonte van de ontwikkelingswereld om grote vragen te stellen en zich dan te realiseren dat de antwoorden in de praktijk niet werken. Volgens hen kan je beter kleinere en concrete vragen stellen over het verbeteren van de kansen en levensomstandigheden van de armen, en het beleid baseren op zo veel mogelijk harde feiten en gegevens. Wij stelden Duflo al enkele vragen in de aanloop naar de MO*lezing.
Vragen genre ‘Hoe kunnen we armoede uitbannen?’ vindt u niet erg nuttig om het leven van armen te verbeteren. Waarom?
Esther Duflo: Het zou fantastisch zijn het magische antwoord te vinden om armoede voor eens en altijd uit te roeien. De politieke economie argumenteert dat een land maar een goed ontwikkelingsbeleid kan voeren als er goede politiek bedreven wordt. Dat is een te beperkende visie. Zelfs als de politieke omgeving negatief is, blijft er aan de marge veel ruimte over om het leven van mensen te verbeteren. Bijvoorbeeld: tijdens de dictatuur van Soeharto werden in Indonesië tienduizenden scholen gebouwd. Anderzijds zijn er landen met goede instellingen –zoals India of Ghana– maar met een desastreus beleid.
Ten slotte is de keuze voor “goed beleid”, met democratie, eigendomsrechten en lokale controle, op zich niet veelzeggend. Beleid gaat niet alleen over grote principes, maar vooral over het vormgeven van die principes in concrete regels en afspraken. Daarom is het vruchtbaar om van onderuit over politiek en beleid te denken. Dan zie je dat kleine, bescheiden stappen een belangrijke impact kunnen hebben. Niet dat grote omwentelingen zoals de Arabische Lente onbelangrijk zijn, integendeel. Alleen kunnen we dat soort bewegingen of momenten niet voorspellen of op poten zetten. Maar we kunnen ze wel helpen voorbereiden met kleine stapjes, zoals investeringen in onderwijs.
Ondermijnt onze hulp niet net de verantwoordelijkheid en dus ook de politieke kracht van de bevolkingen in het Zuiden?
Esther Duflo: Het belang van hulp wordt door voor- én tegenstanders schromelijk overschat. Hulp lijkt vooral belangrijk vanuit Parijs of Londen. Zelfs als de hulpbudgetten van de rijke landen zouden verdubbelen, zouden ze maar een fractie blijven van wat arme landen vandaag uitgeven. Alleen in zeer arme landen is hulp een belangrijk deel van het budget, wat de beleidsruimte voor hun overheid uiteraard beperkt. Donoren zouden zich van die impact bewust moeten zijn.
U pleit voor een ontwikkelingsstrategie van kleine stappen. Anderen argumenteren dat zelfs grote ontwikkelingsvisies ontoereikend zijn als ze geen rekening houden met mondiale uitdagingen zoals klimaat, migratie en handel.
Esther Duflo: Klimaat is een zeer belangrijk vraagstuk omdat het de armen veel meer treft dan de rijken. En de ontwikkelingen in snelgroeiende economieën zoals China, India en Brazilië zullen bepalend zijn voor de omvang die de klimaatverandering zal aannemen. Toch is het ook in dit verband minder vruchtbaar om in abstracte termen te denken dan om concrete voorstellen te overwegen om de armen te beschermen tegen de consequenties van klimaatverandering of om arme landen te helpen de klimaatverandering te bestrijden.
Bekijk hier de volledige lezing.