Groene en liberale opmars sterker dan de extreemrechtse
Europa polariseert: extreemrechts groeit, maar pro-Europese partijen winnen verkiezingen
Pieter Stockmans, Tine Hens
28 mei 2019Updated: 19 juni 2019
De langverwachte opmars van extreemrechtse en autoritaire partijen bij de Europese verkiezingen was duidelijk. Maar het werd niet de grote overrompeling. Overal in Europa groeien ook uitgesproken pro-Europese partijen. Van een groene golf in West-Europa tot liberale partijen in Midden-Europa, MO* lijst de meest opvallende landen op.
Wiosna
De langverwachte opmars van extreemrechtse en autoritaire partijen bij de Europese verkiezingen was duidelijk. Maar het werd niet de grote overrompeling. Overal in Europa groeien ook uitgesproken pro-Europese partijen. In West-Europa is dat een groene golf. In Midden-Europa zijn het vaak nieuwe liberale partijen die potten breken en die voor het eerst in het Europees Parlement terechtkomen. Op sommige plaatsen liggen de autoritaire partijen totaal verslagen in de touwen.
1. Roemenië: revolutie via de stembus
26 mei 2019: ‘Roemenië was fantastisch vandaag. Bijna 50% opkomst in de Europese verkiezingen, een succesvol referendum en bijna een half miljoen Roemenen in het buitenland die stemden, ondanks alle obstakels opgeworpen door de regering. Erg trots op mijn land en medeburgers!’
28 mei 2019: ‘De voorzitter van de regeringspartij is door het gerecht naar de gevangenis gestuurd. Hetzelfde gerecht dat zijn partij jarenlang probeerde te ondermijnen. Hetzelfde gerecht dat burgers gisteren ondersteunden met het referendum.’
Deze tweets van activiste Elena Calistru van de anticorruptie-ngo Funky Citizens vatten de historische gebeurtenissen van de afgelopen twee dagen goed samen.
Ook president Klaus Iohannis deelde in de feestvreugde: ‘Beste Roemenen, jullie zijn fantastisch! Jullie hebben een krachtig signaal gegeven dat geen enkele politicus kan negeren.’
Roemenië organiseerde gisteren niet alleen Europese verkiezingen, maar ook een referendum over de rechtsstaat waartoe de conservatief-liberale president had opgeroepen. De kiezer kon zich uitspreken over de autoritaire plannen van de regering om amnestie voor corruptie door te voeren. De opkomst was hoog genoeg. Voorlopige resultaten tonen 81 procent steun voor een blokkering van de regeringsplannen.
De resultaten van de Europese verkiezingen zijn wel al volledig en ook die tonen een grote overwinning voor de partij van president Iohannis. Deze conservatieve en gematigde centrumpartij met al wat oudere kiezers, zoals CD&V, kon het overgrote deel van hun achterban mobiliseren om te gaan stemmen. De partij levert tien zetels voor de Europese Volkspartij.
De morning after zijn zware verkiezingsnederlaag werd PSD-voorzitter Liviu Dragnea tot drieënhalf jaar gevangenisstraf veroordeeld en gearresteerd.
Ook de nieuwe sociaalliberale partij van ex-premier Dacian Cioloș deed het goed samen met de centrumrechtse Red Roemenië Unie. Zij zijn de grootste partijen in bijna alle grote steden en spreken vooral jongere kiezers aan. Ze leveren acht zetels voor de liberale groep van Guy Verhofstadt en Emmanuel Macron.
Grote verliezers waren de regeringspartijen: het sociaaldemocratische PSD verliest 12 procent en is niet langer de grootste, het liberale Alde haalt de kiesdrempel niet meer.
Uitgerekend de morning after die bittere pil bevestigde het Hof van Cassatie de veroordeling van PSD-voorzitter Liviu Dragnea tot drieënhalf jaar gevangenisstraf wegens corruptie. ‘Ik wandelde op straat toen het nieuws op mijn smartphone binnenkwam’, zegt Elena Calistru.
Roemeense media publiceerden beelden van hoe de politiewagen met Dragnea erin onder luid gejoel van een woedende menigte wegreed. Gisterenavond stonden honderden mensen op het Overwinningsplein in Boekarest met champagne om de arrestatie van Dragnea te vieren. ‘Regeringsvriendelijke media zijn in shock en nog op zoek naar een verhaal om dit uit te leggen’, zegt Calistru.
Dit waren de eerste verkiezingen na twee jaar van massale protesten in Roemenië. De Roemenen gaven via de Europese verkiezingen een duidelijk nationaal signaal. Tegelijkertijd slaat de rechtsstaat in Roemenië sterk terug. Veel hoopvolle signalen tegelijk.
twitter.com/KlausIohannis
27 en 28 mei 2019 zijn om nog een andere reden bijzonder. Uiteindelijk kwam 51 procent van de Roemenen naar de stembus. Dat is bijna twintig procent meer dan vijf jaar geleden en een absoluut record sinds de toetreding tot de EU in 2007. Van alle Midden-Europese lidstaten was de opkomst in Roemenië het hoogst.
De indrukwekkende kilometerslange wachtrijen aan Roemeense ambassades in steden als Londen en Berlijn behoorden tot de meest opvallende beelden van de Europese verkiezingen. Maar deze beelden waren niet alleen een hoopvol signaal van een hoge opkomst.
‘De regering maakte het de miljoenen Roemenen in het buitenland moeilijk om hun stem uit te brengen’, zegt Calistru, die meldingen van problemen verzamelde. ‘Er waren te weinig stembureaus, de regering in Boekarest weigerde de vraag van sommige ambassadeurs naar meer stembureaus, in vele stembureaus waren er bovendien te weinig stemhokjes zodat wachttijden extreem hoog opliepen.’
Kilometerslange wachtrijen aan Roemeense ambassades in steden als Londen en Berlijn behoorden tot de meest opvallende beelden van de Europese verkiezingen
‘Sommige mensen konden na meer dan vijf uur in de rij niet meer stemmen. Dit is geen blijk van amateurisme of wanbestuur. Het gebeurde doelbewust. Daarom lijken de opkomst en uitkomst van de verkiezingen op een ware revolutie via de stembus.’
Het lijkt over en out voor de PSD. Ze hebben wel nog een breed vertakte infrastructuur in heel het land, in tegenstelling tot de oppositiepartijen. Deze partijen zullen hun winsten moeten consolideren in het komende anderhalf jaar vol verkiezingen: presidentsverkiezingen in november 2019, lokale verkiezingen in mei 2020 en parlementsverkiezingen eind 2020.
De Partij van de Europese Socialisten bevroor de samenwerking met de PSD al in april. Het is afwachten of ook de fractie van de Sociaaldemocraten in het Europees Parlement de PSD eruit zal zetten. De PSD levert hen zeven zetels minder en misschien kunnen de Sociaaldemocraten nu wél gaan voor de verdediging van de Roemeense rechtsstaat.
Ze kunnen nochtans elke zetel gebruiken nadat ze er 45 verloren. Daar gaan er nog eens tien af na de brexit. En zonder de PSD zouden er nog eens acht verdwijnen. Maar het lijkt ondenkbaar dat de Sociaaldemocraten zouden verdergaan met een partij wiens voorzitter in de gevangenis zit.
Update 19 juni 2019
De Roemeen Dacian Cioloş volgt Guy Verhofstadt op als fractieleider van de nieuwe liberale fractie Renew Europe in het Europees Parlement. Cioloș was tussen 2015 en 2017 al eens premier van Roemenië, maar daarna volgden premiers van de Sociaaldemocraten die de rechtsstaat begonnen af te breken en de strijd tegen corruptie begonnen te blokkeren. Cioloș is geen onbekende in Europa. Van 2010 tot 2014 was hij Europees Commissaris voor Landbouw. Dat Cioloș, in eigen land oppositieleider, opnieuw een belangrijke machtspositie verwerft in Brussel verzwakt de positie van de Roemeense regering in Boekarest verder. Cioloș zei al meteen dat zijn partij zich vanaf nu goed zou voorbereiden op de Roemeense verkiezingscampagnes. Aan het eind van volgend jaar zou de liberale oppositie onder leiding van Cioloș de macht van de Sociaaldemocraten op alle niveau’s kunnen inperken. Of Cioloș’ partij dan van de strijd tegen corruptie opnieuw een prioriteit zou maken, autoritaire maatregelen zou terugschroeven en ontwikkeling zou brengen in het belang van de Roemeense bevolking, valt af te wachten.
2. Slovakije schrijft vier keer geschiedenis
De Europese verkiezingen in Slovakije zijn om vier redenen historisch. En opnieuw is de Europese fractie van de Sociaaldemocraten het grootste slachtoffer.
1. Een alliantie van twee kleine sociaalliberale partijen, die amper twee jaar geleden werden opgericht en nog geen vertegenwoordigers hebben in het Slovaakse parlement, heeft een verpletterende verkiezingsoverwinning geboekt.
De alliantie, met de pro-Europese sociaalliberale partij van de verkozen presidente Zuzana Čaputová, haalt 20 procent. Vanuit het niets halen ze vier zetels in het Europees Parlement: twee voor de liberale groep van Macron en Verhofstadt, en twee voor de Europese Volkspartij. Dit is de tweede verkiezingsoverwinning op rij voor de partij van Čaputová. Zij zijn nu de grootste van Slovakije.
Twee sociaalliberale partijen die amper twee jaar geleden werden opgericht en nog geen vertegenwoordigers hebben in het Slovaakse parlement behaalden een verpletterende overwinning.
2. De autoritaire en corrupte regeringspartij SMER van ex-premier Robert Fico – die behoren tot de fractie van de Sociaaldemocraten in het Europees Parlement – verliest negen procent en een zetel. Zij zijn voor het eerst in dertien jaar niet meer de grootste partij van het land.
3. De opkomst steeg van dertien procent naar 22 procent. Dat zijn de hoogste opkomstcijfers voor Slovakije sinds hun EU-lidmaatschap. Het land heeft wel nog altijd de twijfelachtige eer het minste mensen te kunnen enthousiasmeren voor Europese verkiezingen.
Deze drie ontwikkelingen zijn nog altijd deel van een tegenreactie op de moord op journalist Jan Kuciak in februari 2018. Maar er is een vierde ontwikkeling die Slovakije op de kaart zet:
4. De partij van neonazi Marian Kotleba is de derde grootse met twaalf procent van de stemmen. Zij halen voor het eerst twee zetels in het Europees Parlement. Je kan hen vergelijken met het Vlaamse Voorpost. De rechts-populisten van Sme Rodina, die je kan vergelijken met Vlaams Belang, halen geen enkele zetel binnen voor de Europese Alliantie van Volkeren en Naties, de nieuwe fractie van de Italiaanse vicepremier Matteo Salvini in het Europees Parlement.
De verkozen Slovaakse presidente Zuzana Čaputová
3. Tsjechië: Piraten in het Europees Parlement
Met een accordeon-spelende partijvoorzitter Ivan Bartoš en kandidaat-Europarlementsleden in de hoofdrol: de Tsjechische Piratenpartij publiceerde een hippe muziekvideo als laatste push om kiezers te mobiliseren om te gaan stemmen. ‘Mis deze verkiezingen niet! Help ons de vrijheid in Europa te beschermen! Europa heeft Piraten nodig!’, klonk het.
En het werkte. Hun jarenlange kritische oppositiewerk werd beloond. De Piratenpartij is op een haar na de tweede grootste partij van het land met bijna veertien procent. Ze halen voor het eerst drie zetels in het Europees Parlement.
‘We kwamen amper 4000 stemmen te kort om een vierde zetel te halen. Dat was psychologisch nog sterker geweest: vier zetels voor de Piraten, slechts eentje minder dan ANO’, zegt parlementair medewerker Petr Fojtík.
De autoritaire regeringspartij ANO van premier Andrej Babiš wint de Europese verkiezingen. Ze groeien van zestien procent naar 21 procent en winnen twee zetels in het Europees Parlement. Ze gaan van vier naar zeven zetels.
‘Een slecht resultaat als je weet dat ANO miljoenen euro’s heeft uitgegeven aan partijpropaganda’, schrijft Respekt, het grootste politieke weekblad van Tsjechië.
Over de uitslag van de Piraten, nochtans uniek in Europa, manen ze aan tot realiteitszin: ‘De Piraten haalden een goed resultaat, maar kwamen niet in de buurt van de twintig procent. Dat ze niet de sterkste oppositiepartij zijn geworden, is een gemiste kans.’
De Piratenpartij is op een haar na de tweede grootste van het land met bijna 14 procent. Ze halen drie zetels in het Europees Parlement
Een opdoffer voor de Piraten is ook dat hun kersverse Europarlementsleden niet zullen kunnen samenwerken met de twee belangrijkste parlementsleden die de corruptie en belangenvermenging van premier Babiš aan het licht brachten in het Europese Parement: de Vlaming Bart Staes (Groen) en de Duitse politica Ingeborg Graessle (CDU). Staes en Graessle voerden de afgelopen jaren overmoeibaar strijd voor transparant bestuur en anticorruptie, maar werden niet herkozen.
De drie verkozen Piraten zijn op dit moment in Brussel voor gesprekken met de Groene fractie en de liberale fractie van Verhofstadt. Mikuláš Peksa, een van de drie verkozen Piraten, zal bij Verhofstadt zeker hun eis op tafel leggen om Babis’ partij ANO uit te sluiten.
Vorige maand zei Peksa aan MO*: ‘ANO is geen pro-Europese partij. Onlangs was ik met een Tsjechische parlementaire delegatie in het Zweedse parlement. Ik sprak over de fraude met Europese subsidies door onze premier Babiš, die daarna een klacht tegen mij indiende. Dat is een anti-Europese mentaliteit. Zweden is voor mij geen buitenland, we zijn allemaal Europeanen en het gaat om Europees geld. Europese politiek is geen buitenlandse politiek en alle Europese parlementen zijn ook Tsjechische parlementen.’
‘Waarom denk je dat er een sterke populistische groep ontstaat?’, vraagt Peksa. ‘Omdat Europa zijn ziel verliest door corruptie en de eerlijke tegenstemmen om aandacht moeten roepen onder de alomtegenwoordige autocraten.’
Ook in Tsjechië lag de opkomst historisch hoog. Tsjechië en Slovakije tekenden bij de vorige Europese verkiezingen de laagste opkomst van de hele EU op. Deze keer kwam 29 procent van de kiezers opdagen, tegenover slechts achttien procent vorige keer.
En ook in Tsjechië moeten de Sociaaldemocraten zich zorgen maken. Waar ze in Roemenië en Slovakije “slechts” zware verliezen leden, halen ze in Tsjechië de kiesdrempel niet meer. Ze hebben geen enkele verkozene in het Europees Parlement. Tsjechische media kondigden gretig ‘de dood van sociaaldemocraten’ aan.
Mikuláš Peksa raakte verkozen in het Europees Parlement voor de Tsjechische Piratenpartij
© Xander Stockmans
4. Polen: lente uitgesteld tot herfst
‘Bedankt voor de 826.975 stemmen voor Wiosna. Stemmen van verandering en moed. Ik beloof je dat ik alles zal doen om van ons in de herfst miljoenen te maken en Polen eindelijk te veranderen. De lente zal in de herfst uitkomen!’
Robert Biedroń, voorzitter van de piepjonge sociaalliberale partij Wiosna – Pools voor lente – verwijst meteen naar november. De campagne voor de Europese verkiezingen werd in Polen immers gevoerd als opstap naar cruciale parlementsverkiezingen in november.
Daarom was ook in Polen de opkomst ongewoon hoog: 45 procent kwam opdagen. Dat is een verdubbeling van het aantal Polen dat vijf jaar geleden kwam stemmen.
Het was uitkijken naar drie resultaten: het resultaat van de autoritaire regeringspartij PiS, het resultaat van de zogenaamde Europese Coalitie (een alliantie van zeer verschillende partijen van rechts-conservatieven tot liberalen, sociaaldemocraten en groenen) en het resultaat van de nieuwe progressieve partij Wiosna van Robert Biedroń.
De uitgesproken pro-Europese oppositie haalt samen 25 zetels in het Europees Parlement, tegenover 26 voor PiS.
1. PiS wint de verkiezingen met 45 procent, veel hoger dan verwacht, en gaat van negentien naar 26 zetels. PiS stijgt dertien procent en krijgt er zeven zetels bij voor de fractie waar ook onze N-VA toe behoort.
2. De Europese Coalitie zit te ver onder PiS, met 38 procent. Dit is voor hen een teleurstelling. PiS scoort zeven procent hoger dan de vijf oppositiepartijen samen.
Zelfs met Wiosna erbij is de verzamelde oppositie kleiner dan PiS. De groenen haalden geen zetels. Enkel de rechts-conservatieven van het Burgerplatform en de sociaaldemocraten hebben verkozenen. Het Burgerplatform, de partij van Europees president Donald Tusk, verliest twee zetels voor de Europese Volkspartij. De sociaaldemocraten behouden hun vijf zetels.
3. Dat het voor de Sociaaldemocraten in het Europees Parlement van groot belang was om meer voet aan de grond te krijgen in Polen bleek uit de bezoeken van hun Europese topkandidaat Frans Timmermans (Nederlandse PvdA) aan Wiosna in Warschau.
Maar het sociaalliberale Wiosna scoorde onder de verwachtingen, zes procent. Toch is het een straf resultaat voor een partij die pas in februari 2019 werd opgericht, in een land als Polen waar progressieven lang totaal afwezig waren.
Ze hebben nu drie verkozenen in het Europees Parlement. Samen met de sociaaldemocraten van Polen leveren ze dus acht zetels voor de fractie van de Sociaaldemocraren in het Europees Parlement.
Wiosna wilde het bij de Europese verkiezingen helemaal alleen doen om hun waarde te kennen. Er gaan nu stemmen op dat Wiosna zich zou aansluiten bij de Europese Coalitie, maar dat is weinig waarschijnlijk. Ze zullen zelf proberen te groeien en eventueel een alliantie aangaan met de sociaaldemocraten en de groenen. Dat kan leiden tot een voorzichtig groeiend progressief front tegen een steeds sterker wordend PiS.
Het politieke landschap in Polen blijft zwaar gepolariseerd. De uitgesproken pro-Europese oppositie haalt samen 25 zetels in het Europees Parlement, tegenover 26 voor PiS.
Wiosna-partijvoorzitter Robert Biedroń raakte verkozen in het Europees Parlement , maar zal zijn zetel overlaten aan een opvolger op de lijst.
© Xander Stockmans
5. Hongarije: bescheiden winst voor sociaaldemocraten en liberalen
In Hongarije wint regeringspartij Fidesz van premier Viktor Orbán met meer dan 50 procent. Fidesz gaat van twaalf naar dertien zetels in het Europees Parlement.
Maar de progressieve oppositiepartijen gaan samen ook van zes naar zeven zetels. De sociaaldemocraten, verspreid over twee partijen, halen 22 procent en winnen een zetel. Vooral de nieuwe liberale beweging Momentum scoort verrassend goed. Zij halen vanuit het niets tien procent van de stemmen en twee zetels in het Europees Parlement. De Hongaarse groenen verliezen hun ene zetel. Zij haalden slechts twee procent.
6. Oostenrijk en Denemarken: zwaar verlies voor extreemrechts
Het Oostenrijkse FPÖ verliest bijna drie procent. Dat is een verloren zetel voor de nieuwe fractie van Matteo Salvini in het Europees Parlement. Dit heeft te maken met de val van de Oostenrijkse regering, een paar dagen voor de verkiezingen, door gelekte video’s over de autoritaire plannen van FPÖ-partijleider en minister van Binnenlandse Zaken Heinz-Christian Strache.
Het ziet ernaar uit dat de verloren stemmen voor de FPÖ opnieuw naar de christendemocratische Volkspartij van kanselier Sebastian Kurz zijn gegaan. Zij stijgen bijna acht procent en gaan van vijf naar zeven zetels. De Volkspartij staat nu op 35 procent. Kurz’ oproep om na de val van de regering zijn Volkspartij een sterker mandaat te geven, werd gehoord.
Gisteren verloor Kurz een vertrouwensstemming in het parlement. Dat wil zeggen dat er een technocratische regering komt tot aan de verkiezingen in het najaar. Het is weinig waarschijnlijk dat de FPÖ nog zal toetreden tot de volgende Oostenrijkse regering. In combinatie met hun verlies van een Europese zetel is dat een opdoffer voor de rechts-populistische Europese alliantie.
Ook in Denemarken verliezen de rechts-populisten zwaar. De Deense Volkspartij boekt een verlies van maar liefst zestien procent en drie zetels. Zij hebben nu nog maar één zetel over in het Europees Parlement.
De rechts-populistische Deense Volkspartij boekt een verlies van 16 procent en drie zetels. Liberalen en sociaaldemocraten gaan vooruit
De Deense Volkspartij biedt al lang gedoogsteun aan de regering onder leiding van het conservatief-liberale Venstre. Dat resulteerde in een van de meest extreme beleidsprogramma’s tegen immigratie en integratie van vluchtelingen in Europa. Venstre stijgt met zeven procent en wordt de grootste van het land.
Het zou ook kunnen dat de verloren stemmen voor de Deense Volkspartij naar de Sociaaldemocraten gingen, die rond migratie even harde voorstellen verdedigen. De Sociaaldemocraten gingen ook vooruit, van negentien naar 21 procent.
Maar ook uitgesproken progressieve, linkse, sociaalliberale en groene partijen gingen vooruit in Denemarken. De sociaalliberalen gingen van zes naar tien procent en halen een zetel extra binnen, de groenen gaan van elf naar dertien procent en winnen ook een zetel.
Volgende week vinden in Denemarken nationale parlementsverkiezingen plaats. De Europese verkiezingen waren een belangrijke graadmeter: zwaar verlies voor extreemrechts, grote winst voor conservatieve liberalen en sociaaldemocraten die de anti-immigratiestandpunten van extreemrechts overnamen, en betekenisvolle winst voor de progressieve partijen die dat niet deden.
‘Er is een andere weg dan besparingen op onderwijs’. De Deense Sociaaldemocraten zetten net zoals hun Vlaamse collega’s sterker in op sociaal-economische zekerheid, maar gecombineerd met harde anti-immigratiestandpunten. Ze groeiden bij de Europese verkiezingen.
© Pieter Stockmans
7. Duitsland: groene golf
‘De tijd van gemoedelijke mainstream is voorbij. De kiezer heeft voor partijen gestemd die een duidelijke boodschap hebben: handel nu of het is te laat’, zo vatte Stefan Kurzmany als chef-Berlijn van het weekblad Der Spiegel het resultaat van de Europese verkiezingen in Duitsland samen.
De groene partij, Bündnis90/Die Grünen, verdubbelde het aantal stemmen en werd met twintig procent de tweede partij na het christendemocratische CDU van bondskanselier Merkel.
Haar partij verliest maar liefst 29 zetels in het Europees Parlement; de sociaaldemocraten van de SPD verliezen zestien zetels. Een niet mis te verstaan resultaat voor de twee Duitse regeringspartijen van de zogenaamde Grosse Koalition.
Ze interpreteren dit als een signaal van de jongeren die een ambitieuzer, socialer en meer doeltreffend klimaatbeleid willen. Wat met de auto-industrie, de bruinkoolmijnen en het noodzakelijke streefdoel om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn?
SPD-voorzitter Katarina Barley haastte zich gisteren al te melden dat de partij haar klimaatstandpunt onvoldoende duidelijk had gemaakt.
De Duitse groenen verdubbelen hun aantal stemmen en worden met twintig procent de tweede partij, na de CDU van bondskanselier Merkel. Het extreemrechtse AfD is met elf procent de vierde partij
Klimaat, zo luidde het bij de analisten, was het beslissende thema. Meer dan migratie. Een analyse die klopte op basis van het nationale resultaat: de groenen worden met twintig procent de tweede grootste, het extreemrechtse Alternative für Deutschland (AfD) wordt met elf procent slechts de vierde partij.
Toch zijn er regionale en demografische verschillen. Dankzij de Forschungsgruppe Wahlen die al sinds 1974 iedere verkiezingsuitslag nauwgezet uitpluist volgens leeftijd, beroep en kiesverschuivingen, beschikt Duitsland de dag na de verkiezingen al over een uitgebreid inzicht in wie waarom voor wie gestemd heeft, wie waarom van partij veranderde en welke thema’s doorwogen in de keuze.
Twee breuklijnen vallen op: die tussen het westen en een deel van het oosten van het land, maar ook die tussen oud en jong. De groenen zijn de grootste partij bij de -25-jarigen, terwijl slechts dertien procent van de zestigplussers groen stemt. De AfD slaat bij de meeste jongeren in Duitsland niet aan.
Net als in Ierland, Finland, Litouwen en zelfs Portugal scoorden de groenen ook in Duitsland vooral in stedelijke gebieden. In Hamburg, Keulen, Frankfurt, München en Berlijn werden ze de grootste, maar ook in meer oostelijke steden als Leipzig, Potsdam en Jena deden ze het goed. Zelfs in sommige landelijke gebieden zetten ze een sterk resultaat neer.
Rond Berlijn tekende zich een andere breuklijn af. De stad is een groen eiland in een lichtblauwe zee: in Saksen en Brandenburg werd AfD de grootste partij. Migratie- en vluchtelingenpolitiek vormden hier het dominante thema.
Maar het is al te makkelijk dit af te doen als het einde-van-de-maandverhaal (sociaal-economische onzekerheid) tegenover het einde-van-de-wereldverhaal (bezorgdheid om het klimaat).
En om dat te begrijpen, moeten we naar Bautzen. Daar haalde de groene partij met Annalena Schmidt het beste resultaat ooit: van 4,3 naar 6,6 procent.
Annalena Schmidt van de Duitse Groenen
screenshot You Tube
Bautzen is de stad waar in 2015 een vluchtelingencentrum in brand vloog voor er vluchtelingen terecht konden, waar een bus met vluchtelingen werd tegengehouden voor hij de stad in reed en waar op de markt geregeld neonazi’s en aanhangers van AfD verzamelden om duidelijk te maken wat zij dachten van de menselijkheid van Merkel. Een stad, kortom, waar AfD een basis heeft uitgebouwd.
Dat de groene partij hier groeit, kan een verrassing heten, maar is evengoed het resultaat van strategie.
Vertrouwd met hun zwakke plek – te stedelijk, te hoogopgeleid imago – hadden de groenen ingezet op het Offensive Ost – oostelijk offensief – om de burger die zich in de geglobaliseerde wereld vergeten voelt, te overtuigen van de noodzaak van een ecologisch beleid.
De groenen halen de beste resultaten bij hoogopgeleide kiezers, maar deze keer wisten ze tien procent meer arbeiders te overtuigen
Toen Schmidt enkele jaren geleden naar Bautzen verhuisde, begon ze een blog voor en over medemenselijkheid. Ze wilde de stilte rond de sluimerende vreemdelingenhaat doorbreken. ‘We moeten praten’, predikte ze.
Aanvankelijk oogstte ze er eerder vijanden dan vrienden mee, maar ze zette door en organiseerde gespreksavonden om mensen aan het praten te krijgen.
De lokale politieke tenoren bombardeerden haar tot ambassadrice van de verdraagzaamheid en hengelden allemaal naar haar engagement. Uiteindelijk koos ze zelf voor groen met de mededeling dat ‘groen de minst slechte van alle partijen was.’
Dat Schmidt in Bautzen scoort is een opsteker, maar de grote doorbraak is er niet. De regio van de oude bruinkoolmijnen is nog steeds AfD-gebied.
Maar het verhaal van Schmidt leert wel iets: groene thema’s zijn geen elitaire thema’s. ‘Iedereen wil schone lucht en water. Zeker in een streek die bezaaid is met oude mijnen’, stelt Schmidt. De analyse van Forschungsgruppe Wahlen toont dat de groenen effectief de beste resultaten haalt bij hoogopgeleide kiezers, maar dat de partij deze keer tien procent meer arbeiders wist te overtuigen.
De meeste groene kiezers gaven aan dat klimaat de doorslag had gegeven voor hun stem, maar sommigen blijken de groenen ook hun sociale zekerheid toe te vertrouwen.
8. Frankrijk: groene en gele hesjes samen
Op dat vlak is Frankrijk minstens zo interessant. In de schaduw van de grote strijd tussen het Rassemblement National van Le Pen en Renaissance van Macron, die beslist werd in het voordeel van de extremistische nationalisten, kwamen de groenen van Europe Ecologie-Les Verts (EELV) als derde grootste partij uit de bus. Vóór het rechtse Les Républicains en vóór alle splintergroepen waarin de socialisten uit elkaar zijn gespat.
Yannick Jadot zette tijdens de campagne het sociaal-ecologische als een duidelijk alternatieve beleidslijn uit, losgezongen van links en rechts. Een strategie die hem de woede van de extreemlinkse Mélenchon opleverde. Die verkondigde overal waar hij kon dat Jadot een deal had gesloten met Macron en dat een stem voor de groenen een stem voor Macron betekende.
De Franse groenen werden de derde grootste met een geslaagde mix tussen ecologische en sociale thema’s
Jadot liet zich er zo weinig mogelijk door intimideren en had het voordeel dat, met een man als Damien Carème op de lijst, het ecologisch alternatief ook geloofwaardig was. Als burgemeester van La Grande Synthe, een stad aan de Noordzee met veel werkloosheid en armoede, verzoent Carème al achttien jaar lang het ecologische en het sociale. Zijn devies: ecologie is de basis van een goed leven voor iedereen.
Het groen in de sociale woonwijken werd eetbaar groen, mensen leerden groenten kweken, verkeerplaatsen verdwenen, het openbaar vervoer werd versterkt en fietspaden verschenen.
Carème is voor zo ver als mogelijk een man gebleven die tussen de mensen stond, die weigerde het einde van de maand af te wegen tegen het einde van de wereld. La Grande Synthe is al enkele jaren het groene eiland in een zwarte zee in Noord-Frankrijk. Het is een springplank voor de groenen in de rest van Frankrijk gebleken.
Yannick Jadot, Europees parlementslid voor de Franse groenen
Eric Coquelin (CC BY-SA 4.0)
9. Europa: eurosceptische overrompeling blijft uit
De grote tendens in Europa is de opmars van extreemrechts aan de ene kant, en die van groenen en liberalen aan de andere kant. De opmars van de groenen en liberalen blijkt sterker.
De groene fractie in het Europees Parlement breidt met negentien zetels uit. Ze gaan van vijftig naar 69 zetels en worden daarmee de vierde grootste fractie. De liberalen zijn de grootste winnaars met 38 extra zetels. Midden-Europa leert dat dit niet alleen door het Macron-effect is.
Zowel de groenen als de liberalen laten de populisten en eurosceptici van Matteo Salvini achter zich.
Samen halen de drie eurokritische, eurosceptische en anti-EU groepen in het Europees Parlement, met ook de zetels van de Hongaarse extreemrechtse partij Fidesz erbij geteld, 186 zetels. Dat is historisch veel en een stijging met ongeveer twintig zetels. Maar het is niet de verwachte overrompeling.
Ter vergelijking: linkse partijen halen 260 zetels. En in totaal halen alle uitgesproken pro-Europese partijen samen een grote meerderheid.