Hoe sociaal wordt het Sociaal Klimaatfonds?
‘Zonder klimaatrechtvaardigheid kan er geen sprake zijn van sociale rechtvaardigheid’
Joanna Gill
28 december 2022
De Europese emissiehandel wordt uitgebreid naar mobiliteit en verwarming. Een sociaal klimaatfonds moet de impact voor de armste gezinnen verzachten, maar deskundigen waarschuwen dat het mogelijk niet volstaat.
Het fonds moet gezinnen en kleine bedrijven helpen investeren in renovaties en elektrische voertuigen.
Christian Mackie (Unsplash)
De Europese emissiehandel wordt uitgebreid naar mobiliteit en verwarming. Een nieuw sociaal klimaatfonds moet de impact voor de armste gezinnen verzachten, maar deskundigen waarschuwen dat het mogelijk niet volstaat.
De Europese Unie maakt zich op om de uitstoot van broeikasgassen voor verwarming en transport verder te beperken. Maar politici zijn op hun hoede voor een herhaling van de sociale onrust die in 2018 in Frankrijk ontstond, toen hogere belastingen op diesel de consument hard troffen.
De ‘gele hesjes’ richtten zich toen tegen de stijgende levensduurte en beschouwden het als onrechtvaardig dat zij moesten opdraaien voor klimaatmaatregelen. De protesten dwongen een ommekeer in het beleid af, en waren een les voor beleidsmakers. De groene transitie zou eerlijk moeten verlopen.
Onder een nieuwe overeenkomst wil de EU de uitstoot sneller verlagen door vanaf 2027 een CO2-kost te plakken op verwarming van gebouwen en op wegtransport. Die deal omvat ook een fonds om de klap van de hogere prijzen voor gezinnen en kleine bedrijven op te vangen en hen te helpen investeren in renovaties en elektrische voertuigen. Dit moet u weten over het Sociaal Klimaatfonds.
Waarom een sociaal klimaatfonds?
Het fonds, dat in juli vorig jaar werd aangekondigd, is ontwikkeld in het kader van onderhandelingen over de hervorming van de Europese emissiehandel (ETS). Die moet de CO2-uitstoot van duizenden fabrieken en elektriciteitscentrales aan banden leggen.
De ETS werkt volgens het beginsel ‘de vervuiler betaalt’: door een prijskaartje te hangen aan de CO2-uitstoot, dwingt het systeem bedrijven om hun uitstoot te verminderen en te investeren in schone energie en energie-efficiëntie.
‘Het is cruciaal dat de meest kwetsbare consumenten financiële steun krijgen om over te stappen op schonere alternatieven.’
Die regeling wordt nu uitgebreid tot andere sectoren, zodat de EU haar doelstelling kan halen om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met minstens 55 procent onder het niveau van 1990 te verlagen.
De bijgewerkte ETS II-regeling zal worden uitgebreid tot brandstoffen voor de verwarming van gebouwen en voor wegvervoer. Maar de vrees bestaat dat de hervormingen de energie- en brandstofprijzen ook zullen opdrijven voor wie zich dat het minste kan veroorloven.
‘Niet iedereen kan het zich veroorloven om snel een huis te renoveren en de benzineauto te vervangen door een elektrisch voertuig’, zegt Dimitri Vergne, teamleider Duurzaamheid bij de Europese consumentenorganisatie BEUC. ‘Het is cruciaal dat de meest kwetsbare consumenten financiële steun krijgen om over te stappen op schonere alternatieven.’
Om de extra kosten te compenseren, zal het Sociaal Klimaatfonds van de EU 86,7 miljard euro aan burgers en kleine bedrijven verstrekken. Het is aan de nationale regeringen om de middelen zo te besteden dat investeringen in energie-efficiëntie in gebouwen worden gestimuleerd en burgers makkelijker toegang krijgen tot schoner vervoer. Vergne verwelkomt de inspanningen, maar zegt dat het nieuwe fonds maar in ‘een fractie van de benodigde steun’ voorziet.
Wie betaalt?
De EU-leiders en parlementsleden moeten de ETS II-overeenkomst nog goedkeuren. Dat kan begin volgend jaar gebeuren, en de nieuwe regels zouden vier jaar later ingaan. Maar als de brandstof- en energieprijzen zo hoog blijven als nu kunnen de hervormingen worden uitgesteld tot 2028.
Het Sociaal Klimaatfonds loopt van 2027-2032, maar kan een jaar eerder van start gaan om de consumenten te helpen zich voor te bereiden op prijsstijgingen. In dat geval zal het gebruikmaken van de inkomsten uit de veiling van 50 miljoen koolstofemissierechten in 2026.
Daarna zal het worden gefinancierd met maximaal 65 miljard euro aan inkomsten uit de uitgebreide emissiehandel. Nationale overheden moeten ook een kwart van het fonds financieren. Als de koolstofprijzen 45 euro per ton bereiken, zullen extra emissierechten op de markt worden gebracht om de prijzen te temperen.
‘Dat plafond van 45 euro voor de prijs van ETS II-emissierechten tot 2030 garandeert dat consumenten geen last hebben van plotselinge prijsstijgingen als gevolg van marktschommelingen’, zegt Vergne.
Wie zal winnen en verliezen bij de nieuwe regeling?
De meeste deskundigen en politici zijn het erover eens dat het Sociaal Klimaatfonds de financiële lasten van de nieuwe klimaatmaatregelen eerlijker zal helpen verdelen. Maar critici zeggen dat het de klap voor de huishoudens met de laagste inkomens niet volledig zal compenseren.
Volgens Clotilde Clark-Foulquier, projectmanager bij FEANTSA, een Europese federatie van nationale organisaties die met daklozen werken, is het ETS II-plan ‘van meet af aan bevooroordeeld: het neemt met de ene hand en herverdeelt gedeeltelijk met de andere.’
Michael Bloss, een lid van de Duitse groenen in het Europees Parlement (MEP), zegt dat gezien iedereen dezelfde prijs zal betalen voor de dagelijkse uitstoot van CO2, verwarming en autorijden voor de lagere inkomens een groter deel van het besteedbaar inkomen zullen opslokken. ‘De impact op het dagelijks leven is voor arme mensen dus groter dan voor de rijken’, legt hij uit.
‘Energiearmoede is het meest acuut in Midden-, Oost- en Zuid-Europa’
Uit cijfers van Eurostat blijkt dat in 2020 ongeveer 35 miljoen mensen in energiearmoede leefden. Door de energiecrisis verwacht de Europese Commissie dat dat aantal de komende jaren nog hoger zal uitvallen.
‘Energiearmoede is het meest acuut in Midden- en Oost-Europa en ook in Zuid-Europa, waar het gebouwenbestand over het algemeen minder energie-efficiënt is’, zegt Clark-Foulquier. ‘Het is zeer waarschijnlijk dat een verdere stijging van de energieprijzen daar een grimmiger effect zal hebben.’
‘Een van de grootste risico’s is het verlies van publieke steun voor hoge klimaatambities in Europa.’
Dat kan leiden tot een geografische kloof, waarbij rijkere landen zoals Frankrijk de consument meer steun kunnen geven voor de groene overgang, aldus Sanna Markkanen. Zij is analist bij het in het Verenigd Koninkrijk gevestigde Cambridge Institute for Sustainability Leadership (CISL). Het zou ook een mobiliteitskloof kunnen creëren, waardoor mensen die geen betrouwbare toegang hebben tot het openbaar vervoer een brandstofboete krijgen voor het gebruik van hun auto, legt ze uit. Ze vreest ook dat het Sociaal Klimaatfonds niet zal volstaan om de hogere kosten van verwarming en vervoer voor de meest kwetsbare gezinnen te compenseren. ‘Een van de grootste risico’s van ETS II is het verlies van publieke steun voor hoge klimaatambities in Europa. Dat kan gebeuren als het beleid de gezinnen met de laagste inkomens het hardst treft en meer mensen in energiearmoede drijft’, zegt ze.
Lasten delen
Roemeens Europarlementslid Dragoș Pîslaru vertelde journalisten dat er andere middelen beschikbaar zijn, zoals het EU-fonds voor een Rechtvaardige Transitie, dat lidstaten kunnen gebruiken om hun bevolking te beschermen tegen hogere prijzen.
Maar dat zou investeringen op andere gebieden, zoals infrastructuur of onderwijs, doen afnemen. ‘Je kunt een euro maar één keer uitgeven’, zei het Duitse parlementslid Bloss daarover.
Volgens Clark-Foulquier moet groene renovatie gepaard gaan met sociale bescherming, zoals huurplafonds of uitbreiding van de sociale woningvoorraad om deze betaalbaar te houden.
Ze dringt er bij de EU op aan om meer geld voor lagere inkomensgroepen te genereren door gebruik te maken van de volgende begroting en de windfall tax - het eenmalig extra belasten van bedrijven die een buitenproportionele financiële meevaller hebben - op de winsten van energiebedrijven.
Onderzoeker Markkanen vindt een meer selectieve prijszetting op CO2 eerlijker. Met behulp van inkomenstoetsing kan het bijvoorbeeld alleen toegepast worden op de rijkste 50 procent van de gezinnen, om te voorkomen dat de armsten meer voor hun energie moeten betalen.
Dat zou kunnen worden gecombineerd met een postcodemechanisme om ervoor te zorgen dat de benzineprijzen betaalbaar blijven voor mensen met beperkte toegang tot het openbaar vervoer, legt ze uit. ‘Het klimaatbeleid moet sociaal rechtvaardig zijn’, zegt ze. ‘Tegelijkertijd kan er zonder klimaatrechtvaardigheid geen sprake zijn van sociale rechtvaardigheid, omdat de gevolgen van de klimaatverandering de meest kwetsbaren het hardst zullen treffen.’
Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd door Thomson Reuters News Foundation