Welke toekomst voor de transatlantische relatie?
Het Westen redden door het neoliberalisme te bestrijden
Dat de Amerikaanse president Trump de Iran-deal opblaast, is ook een aanval op Europa. Welke impact heeft Trump op de langetermijnrelaties tussen de VS en de EU? Is het Westen nog te redden?
CC Loco Steve (CC BY-SA 2.0)
Langzaam maar zeker verwijderen Washington en Brussel zich ten aanzien van elkaar. Dat proces is niet nieuw. President Obama wenste aan het begin van zijn ambtsperiode de zogenaamde ‘Pivot to Asia’ door te voeren. De oplopende spanningen met Rusland omtrent Oekraïne vertraagden de Amerikaanse geostrategische herpositionering. Onder president Trump is de transatlantische relatie in zwaar weer terecht gekomen.
De uitstap uit het Klimaatakkoord van Parijs, de invulling van de NAVO als een mercantilistisch mechanisme voor wapenaankopen in de VS, de dreigende taal aan het adres van Duitsland omtrent de negatieve Amerikaanse handelsbalans, de uitstap uit de Irandeal waarbij Washington misschien wel een vorm van economische oorlog voert tegen de EU om zo de geo-economische opties van Europa in te perken (en de afhankelijkheid van Washington te behouden). De lijst wordt steeds langer.
Op economisch vlak blijft de relatie tussen de EU en de VS uiterst belangrijk. Op politiek vlak zal interessant worden welke rol het Verenigd Koninkrijk na maart 2019 zal spelen. Zal Londen haar aloude brugfunctie kunnen behouden? Dat is nog maar de vraag. Politiek scheidden de geesten zich steeds verder. Het “Westen” is verdeeld nu de Anglo-Amerikaanse machten niet meer beschikbaar lijken om het model van de “democratie” en “vrijheid” in de rest van de wereld te verdedigen.
Dat politieke project is zelf onder druk komen te staan doordat het sinds Reagan en Thatcher teveel op een neoliberale leest werd geschoeid. Delen van de Amerikaanse en Europese bevolking vinden zich er niet meer in terug en associëren mondialisering vandaag met het “aanhalen van de broeksriem” (besparingsbeleid). Ze kunnen bovendien onvoldoende participeren in de economische opportuniteiten die zich vandaag voordoen. De elites waren de grote winnaars van deze versie van een door het Westen geleide “mondialisering”, de grote massa’s werden de facto de verliezers. Trump presenteert zich eigenaardig genoeg als hun voorvechter, doch dit is schijn. Ook daar is het slechts een kwestie van tijd vooraleer zijn kiespubliek zich dit zal realiseren.
Hoop versus angst
Het project van mondialisering dat de westerse machten pakweg de laatste dertig jaar nagestreefd hebben was te elitair. De nakende technologische evoluties op het vlak van artificiële intelligentie zullen nog tot een verdere uitstoot van arbeid leiden. Niet dat er geen nieuwe opportuniteiten zullen zijn, wel integendeel. Maar de uitstoot zal wellicht sneller gaan dan de nieuwe kansen voor creatieve arbeidsbijdragen die gecreëerd zullen worden. Tegelijkertijd zorgt de mondialisering en de verbreiding van grensoverschrijdende problemen als klimaat en migratie ervoor dat de westerse maatschappij in zichzelf lijkt gekeerd.
Daar waar Azië het continent van de “hoop” lijkt, overheerst steeds vaker de “angst” als overkoepelende emotie in veel van de internationaalpolitieke daden van het Westen.
Daar waar Azië het continent van de “hoop” lijkt, overheerst steeds vaker de “angst” als overkoepelende emotie in veel van de internationaalpolitieke daden van het Westen. Het gevoel dat onze relatieve macht in de wereld afneemt, is nooit ver weg. Populistische bewegingen trachten op deze gevoelens in te spelen. Maar dat zorgt ervoor dat beide zijden van de Atlantische Oceaan tegen elkaar opgezet worden; een America First wakkert een Europe First aan, of eerder; het spook van het nationalisme dat terug door Europa waart in landen als Oostenrijk, Italië, Polen, Hongarije, enzovoort.
De oplossing voor de transatlantische relatie ligt vreemd genoeg niet zozeer in het geostrategische dan wel in het maatschappelijke en geo-economische. Het is eerder wachten op een politieke tegenbeweging zoals de democraat Bernie Sanders die meende dat onze problemen enkel aangepakt kunnen worden als ze gezamenlijk gedefinieerd worden, niet tegen anderen in. Als je de koers van Trump verder doortrekt in de toekomst kan men zich terdege afvragen of de politieke term “het Westen” geen anachronisme zal worden. Mensen en nu ook landen worden dan zodanig tegen elkaar opgezet dat er straks misschien geen “westerse synthese” meer gemaakt kan worden in internationaalpolitieke vraagstukken.
Het krimpende Westen
Sowieso neemt het soortelijke gewicht van het Westen af in de internationale multilaterale organisaties. Instellingen als het Internationaal Muntfonds, de Verenigde Naties met vandaag de Mensenrechtenraad, maar ook de huidige Wereldhandelsorganisatie verankerden na 1945 en 1991 elk voor een stuk de westerse visie op handel, economie, maatschappij en mensenrechten. Nu vooral China een opkomende macht is en Rusland via het geostrategische domein enig weerwerk tracht te bieden, staat deze westerse verankering onder druk. China richtte in januari 2016 reeds de Asian Infrastructure Investment Bank (AIIB) op, een alternatief voor de door het Westen gedomineerde IMF. Vele Europese landen sloten zich hierbij aan, tot grote ergernis van Washington.
De macht van de VS erodeert nu al geo-economisch.
De AIIB wordt tevens een investeringsverhikel voor het groots opgezette “One Belt, One Road” initiatief van de Chinese volksrepubliek over land en zee. Dat biedt een alternatief model voor integratie. De Europese integratie start vanuit het wegnemen van handelsbarrières, waarna de investeringen worden geacht te volgen.
Het nieuwe Chinese model start eerder met gerichte investeringen in transporteconomische netwerken om zo landen in en langsheen Eurazië geo-economisch en later ook geopolitiek te binden met de Volksrepubliek. In een latere fase worden zo ook handelsstromen gegarandeerd die wegblijven van de geopolitieke greep van de traditionele Anglo-Amerikaanse machten.
Hoe groot de echte impact van dit nieuwe model zal zijn, valt nog af te wachten. Niettemin kan verwacht worden dat de westerse greep op het politieke lot van Eurazië erdoor zal eroderen. Langzaam aan zou Beijing dan ook de politieke vruchten daarvan kunnen plukken in de internationaalpolitieke gremia van deze wereld. Als landen in Eurazië steeds meer handel drijven met China, zullen ze wel twee keer nadenken vooraleer tegen de Volksrepubliek te stemmen in dergelijke internationale gremia. Vele Europese landen (zoals België, Duitsland, Frankrijk, Nederland, Italië, enzovoort) doen mee met de AIIB. Misschien anticiperen ze wel stilzwijgend een fundamentele wijziging in de bredere geo-economische machtsverhoudingen in de wereld, en in het bijzonder in Eurazië? De macht van de VS erodeert nu al geo-economisch.
Het Westen redden door het neoliberalisme te bestrijden
Het “Westen” kan als geopolitieke kracht in de wereld enkel een toekomst hebben als ze voor een stuk opnieuw een gezamenlijke maatschappelijke synthese maakt. Het neoliberale model heeft veel schade toegebracht op menselijk en maatschappelijk vlak. Een politieke tegenbeweging zou erin kunnen bestaan om zowel op sociaal als ecologisch vlak mensen terug echte veiligheid te brengen. Dat zal Europa en de VS samenbrengen om de mondiale race to the bottom te counteren.
Een politieke tegenbeweging zou erin kunnen bestaan om zowel op sociaal als ecologisch vlak mensen terug echte veiligheid te brengen.
De inzet in hernieuwbare energie en duurzame technologieën kan ook tot een potentieel echte vernieuwing van het politieke model leiden, waarbij burgers zelf meer decentrale macht krijgen en zo “empowered” worden.
Momenteel is zo’n politieke tegenbeweging nog ver te zoeken. Trump houdt ervan de “grote verwarring” te bestendigen. Hij voert een machtspolitiek, maar die zal vreemd genoeg enkel maar de machtspositie van de VS versneld eroderen. De transatlantische relatie ondervindt zo heel wat averij die steeds moeilijker hersteld kan worden als deze situatie te lang zou voortduren. Sowieso kan Europa het zich niet langer veroorloven om in exclusieven te denken. De transatlantische relatie is belangrijk, maar kan niet langer de enige as zijn waarop de Europese landen hun buitenlandspolitieke opties en beleid uitbouwen.
David Criekemans doceert buitenlands beleid aan de Universiteit Antwerpen, internationale politiek en veiligheid aan het University College Roosevelt in Middelburg (Nederland) en geopolitiek aan het Geneva Institute of Geopolitical Studies.