Liberianen zwaaien Ma Ellen uit

Analyse

Liberianen zwaaien Ma Ellen uit

Liberianen zwaaien Ma Ellen uit
Liberianen zwaaien Ma Ellen uit

Ellen Johnson-Sirleaf en Hillary Clinton (public domain CC0)

Elf jaar voor Hillary Clintons mislukte “I’m with Her”-campagne verrees in Liberia een vrouw uit de as van het patriarchale, totaal verknipte land. Ellen Johnson-Sirleaf werd de eerste vrouw die het op het Afrikaanse continent tot president schopte. Gisteren werd haar opvolger democratisch verkozen. Nobelprijswinnares voor de Vrede, Ma Ellen, Iron Lady: een bilan van twee ambtstermijnen Johnson-Sirleaf.

IJzer: een nuttige verschijningsvorm voor eender wie aan het hoofd van Liberia staat. In twee opeenvolgende burgeroorlogen (1989 – 2003) stierven honderdduizenden Liberianen, een veelvoud sloeg op de vlucht. Een veertien jaar durende roes van overwinning, wraak en amfetamines deden het land vervallen in een ongeziene spiraal van wreedheden. Liberia, de macabere spookstaat waar het machinegeweer tot religie werd verheven, was in 2003 een hellhole waar de soep nog steeds zo heet werd gegeten als toen ze in 1989 werd opgediend.

En terwijl de Liberiaanse mannen de ene na de andere oorlog lanceerden, bleven de vrouwen aan de zijlijn. Zelfs tijdens de wreedste oorlog moet er water gehaald worden uit de put en moeten spullen op de markt versjacherd worden. In patriarchaal Afrika zijn dat taken voor de vrouw. Kwam daar specifiek voor de Liberiaanse vrouwen nog bij: de quasi onmogelijke opdracht om hun kroost te beschermen tegen avances van warlords die geen tegenspraak gewoon zijn. De pijn om een gedwongen gerekruteerde zoon enkele maanden later te zien terugkeren naar het ouderlijke dorp om met een intussen aan prut gesnoven hersenpan te moorden, verminken, verkrachten.

In 2003 hebben ze er de buik van vol. Een aantal Liberiaanse vrouwen organiseren zich onder de vlag van de Woman of Liberia Mass Action for Peace. De geweldloze massabeweging peutert in 2003 op onnavolgbare wijze een vredesdeal los van president Taylor in de Ghanese hoofdstad Accra.

De in wit geklede vrouwen houden een sit-in voor het gebouw waar de gesprekken plaatsvinden. Telkens de gesprekken dreigen vast te lopen, blokkeren ze letterlijk de uitgangen. Wanneer de hoge heren alsnog via de ramen willen ontsnappen, blokkeren ze die ook. Ze dreigen ermee publiekelijk hun kleren uit te trekken – een traditioneel actiemiddel van Afrikaanse vrouwen – en houden een seksstaking. Het werpt z’n vruchten af. Enkele weken later eindigt de burgeroorlog formeel met de ondertekening van het Accra Comprehensive Peace Agreement.

Aanvoerder Leymah Gbowee, zal later in lezingen over de hele wereld verklaren dat het de vrouwen waren die de toekomst van Liberia in handen hebben genomen.

Een en ander werd verfilmd in de bekroonde Pray the devil back to hell. De documentaire ging nadien de wereld rond als emancipatiepamflet voor de rol van vrouwen in conflictgebieden.

Aanvoerder Leymah Gbowee zal later in lezingen over de hele wereld verklaren dat het de vrouwen waren die de toekomst van Liberia in handen hebben genomen. ‘In het verleden waren we stil. Maar na vermoord, verkracht, ontmenselijkt en besmet met ziektes te zijn geweest, heeft oorlog ons geleerd dat de toekomst ligt in vrede, niet in geweld.’

De vrouwenbeweging plaveit zo de weg voor de verkiezing van Johnson-Sirleaf in 2005. Het levert Gbowee en Johnson-Sirleaf in 2011 de Nobelprijs voor de Vrede op. Het Comité verklaart zich nader: ‘voor hun geweldloze strijd voor de veiligheid van vrouwen en voor het recht van vrouwen op deelname aan de opbouw van vrede.’

Voor de manier hoe Johnson-Sirleaf haar land uit de put trok na de totale vernietiging oogst ze internationaal veel lof. In haar laatste rede als presidente voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties op 19 september liet ze zelf ook een positief licht schijnen op haar twaalfjarige ambtsperiode.

Met Amerikaanse tongval – resultaat van een vorig leven aan de top van het Amerikaanse Citibank – verklaarde ze hoe ze leger en politie hervormde. Hoe de economie aanzwengelde van een negatief cijfer tot 8,7 procent. Ja, de ebola-ellende in 2013 gooide roet in het eten. Hoe de maatschappij er sinds haar aantreden stabiel en vredig bijligt. Hoe wegen werden aangelegd, infrastructuren en publieke instellingen opgebouwd.

De impact wordt gevoeld, stelde ze in New York. ‘De levensverwachting steeg van 47 jaar naar een hoopvolle 62 jaar, de moedersterfte daalde met 3,4 procent. Armoedecijfers daalden van 63,8 procent in 2007 naar 50,9 procent in 2016. De voormalige pariastaat Liberia won langzaamaan het vertrouwen terug van andere landen en nam zelfs leidersrollen op in regionale lichamen zoals ECOWAS. Liberia is een post-conflict succesverhaal,’ besloot ze. Tegen 2030 wil Liberia een middeninkomensland worden.

Ook de krassen van de burgeroorlog zijn nog zichtbaar op de Liberiaanse ziel. De oude warlords blijken vandaag gewoon op een verkiezingslijst te staan.

Maar de waarheid mag dan al niet meer exclusief komen uit de loop van een automatisch machinegeweer met een schietgrage snotneus achter de trekker, de problemen voor Liberia zijn verre van over.

Het land bengelt op een weinig benijdenswaardige plaats op de Human Development Index.

Ook de krassen van de burgeroorlog zijn nog zichtbaar op de Liberiaanse ziel. De oude warlords blijken vandaag gewoon op een verkiezingslijst te staan.

Zo ook de heer Prince Johnson. Op internet kunnen we waarnemen hoe Johnson koelte wordt toegewuifd en een blikje bier drinkt. De door hem gevangen dictator Samuel Doe zit voor hem, geknield op de grond, halfnaakt. Na wat over en weer geroep snijdt een assistent van Johnson op diens bevel de oren van Doe af. Welke folteringen er nog volgen is niet meer te zien op de tape, maar die dag zal Doe onder de handen van Prince Johnson sterven.

Vandaag is de man senator en doet hij een gooi naar het presidentschap van de republiek. ‘Als olifanten vechten, wordt het gras vertrappeld’, verklaart hij zijn strapatsen van weleer in een interview naar aanleiding van de verkiezingen.

Ook de ex-vrouw van de laatste oorlogspresident Charles Taylor verschijnt op de kieslijsten, in een onwaarschijnlijke alliantie met AC Milan-coryfee George Weah. Taylor zit een straf van vijftig jaar uit in een Britse cel wegens een waslijst aanklachten. De vrees is niet ongegrond dat Taylor vanuit de cel invloed probeert uit de oefenen op de verkiezingen.

Niet alleen de politiek heeft haar katten nog te geselen. In 2012 werd de prille economie midscheeps getroffen door de ebolacrisis. Tienduizend mensen werden aangevallen door hun eigen immuunsysteem en stierven, de al schaarse medische infrastructuur degenereerde verder.

Corruptie en nepotisme zijn oude kwalen die echte ontwikkeling in de weg staan. Ook Ma Ellen heeft volgens haar critici – in de eerste plaats haar collega-Nobelprijswinnares Leymah Gbowee – boter op het hoofd. Ze zou drie van haar zonen hebben geholpen aan topfuncties binnen een staatsbedrijf, ambtenarij en centrale bank.

creative commons Brittany Danisch

Vrouwen wachten om te stemmen

Brittany Danisch (CC BY 2.0)

Feministisch icoon

Toen Johnson-Sirleaf in 2006 in het rode pluche werd gehesen, glommen feministen wereldwijd van trots. De eerste vrouwelijke presidente van Afrika. In een land waar verkrachting decennialang als oorlogswapen werd ingezet: het ultieme voorbeeld van een vrouw die met het hoofd eerst door het glazen plafond brak.

‘De volgende generatie behoort toe aan de vrouwen’, sprak ze voor de gestelde, voornamelijk mannelijke, lichamen in New York. In een interview met MO* stelde de president zelf nog dat gendergelijkheid een voorwaarde is voor ontwikkeling. Maar hoeveel heeft Johnson-Sirleaf in haar ambtsperiode daar zelf aan bijgedragen?

Haar invloed was significant, maar op het rapport blijkt geen lachend zonnetje zonder meer te staan.

Waar andere Afrikaanse landen zoals Rwanda, Senegal en Zuid-Afrika de afgelopen jaren wetten aannamen die gendergelijkheid in politieke representatie nastreefden, hield Johnson-Sirleaf zich grotendeels afzijdig van zulke ingrepen. Volgens de Inter-Parliamentary Union bengelt Liberia nog steeds achteraan de lijst als het gaat over vrouwelijke vertegenwoordiging in het parlement: slechts 12,3 procent, waar Rwanda op nummer één staat met 61,3 procent. In de top tien verschijnen ook Senegal en Zuid-Afrika.

Ook in haar eigen Unity Party krijgen vrouwen vooralsnog amper voet aan grond, zeker niet in vergelijking met andere Liberiaanse partijen. Op 58 kandidaten zijn er slechts 10 vrouwen.

Maar de critici die haar beleid afdoen als niet-emanciperend, gaan misschien iets te snel voorbij aan de onmetelijke dieptes waar het land uitkomt.

Een en ander zou natuurlijk kunnen liggen aan de hardnekkige patriarchale structuren van Liberia. Maar zelfs met de pap in de mond wou Johnson-Sirleaf in 2010 niet slikken. Toen diende de Women’s Legislative Caucus met de steun van het Ontwikkelingsfonds voor Vrouwen van de Verenigde Naties een wetsontwerp in dat streefde naar gendergelijkheid in de organen van politieke partijen. Johnson-Sirleaf liet duidelijk merken dat ze een koele minnares was van het wetsontwerp en het raakte nooit geratificeerd.

In een interview met Tony Blair in 2012 verdedigde ze bovendien een bestaand wetsontwerp dat homoseksualiteit bestraft met een jaar gevangenis. ‘In onze maatschappij koesteren we een aantal traditionele waarden, en we zouden dat graag zo houden’, stelde ze.

Maar de critici die haar beleid afdoen als niet-emanciperend, gaan misschien iets te snel voorbij aan de onmetelijke dieptes waar het land uitkomt.

Marjon Kamara werd in 2016 benoemd als minister van Buitenlandse Zaken, de vierde in haar kabinet en de eerste vrouw op een sleutelpositie.

Een van de eerste wapenfeiten van Johnson-Sirleaf was de oprichting van een fonds ter ondersteuning van de Liberiaanse marktvrouwen, die zo’n twee derde uitmaken van de vrouwelijke bevolking. De marktvrouwen kregen zo toegang tot microkredieten en betere infrastructuur.

Johnson-Sirleaf introduceerde gratis scholing die zorgde voor een stijging van veertig procent in de inschrijvingen van Liberiaanse meisjes.

Maar het feit blijft dat er vandaag bitter weinig mannen met een veroordeling voor verkrachting in de Liberiaanse gevangenissen zitten

Ook de verkrachtingscultuur, een erfenis van de burgeroorlog, werd althans formeel aangepakt. Een wet werd gestemd die verkrachting in sommige gevallen met levenslang bestrafte. Strengere straffen op verkrachting zijn er niet in Afrika. In Monrovia werd een speciaal hof opgericht dat verkrachtingsgevallen in sneltempo moet behandelen.

Maar het feit blijft dat er vandaag bitter weinig mannen met een veroordeling voor verkrachting in de Liberiaanse gevangenissen zitten. Mannelijke rechters behandelen seksueel geweld als faits divers. Het hof opereert uitsluitend in Monrovia, waardoor plattelandsvrouwen worden uitgesloten van rechtspraak. Een en ander noopte de ngo Artsen zonder Grenzen in 2016 om, buiten de staat om, een crisiscentrum voor seksueel geweld op te richten waar vrouwen de klok rond kunnen aankloppen.

Warlords en voetbalsterren

‘Het zal de eerste keer zijn in 73 jaar dat de macht van de ene leider naar de andere democratisch wordt overgedragen’, sprak Johnson-Sirleaf in New York.

Het speelveld dat naar haar opvolging dingt, is drukbevolkt. Naast warlord Prince Johnson en voetbalster George Weah vinden we ook het model en door de roddelpers betitelde husband stealer MacDella Cooper terug. Ze is de enige vrouw op twintig kandidaten en maakt geen schijn van kans.

Niet dat Liberia geen land is waar de laatsten en de eersten al eens van plaats wisselen. Beter is de beschrijving die Winston Churchill ooit aan het land gaf: ‘Liberia is een gedachtespel, verpakt in het keurslijf van een complexe paradox.’

Het was een tekenend beeld. Ma Ellen, kleindochter van een arme marktvrouw, Harvard-econome, presidente, Nobelprijswinnares. Met een schreeuwerig baseballpetje op het bijna tachtigjarige hoofd sluit ze achteraan de rij aan om haar stem uit te brengen.