Is na Nagorno-Karabach ook Armenië aan de beurt?

Analyse

Azerbeidzjan staat stap dichter bij oude strategische doelstelling

Is na Nagorno-Karabach ook Armenië aan de beurt?

Is na Nagorno-Karabach ook Armenië aan de beurt?
Is na Nagorno-Karabach ook Armenië aan de beurt?

IPS / Karlos Zurutuza

03 oktober 2023

Azerbeidzjan heeft zijn macht laten gelden in de Armeense enclave Nagorno-Karabach. Daarmee komt het land een stap dichter bij een oude strategische doelstelling: een corridor naar Turkije en de Middellandse Zee. Maar om dat te bereiken, moeten er ook gebieden binnen Armenië vallen.

David Stanley (CC BY 2.0 DEED)

De vlaggen van Armenië (links) en Nagorno-Karabach (rechts).

David Stanley (CC BY 2.0 DEED)

Op 19 september schudden bommen een slapend conflict wakker. In de Kaukasus lanceerde het leger van Azerbeidzjan een massale aanval op een kleine enclave, Nagorno-Karabach.

Dat gebied, ook wel Artsakh genoemd door de Armeense bevolking, is een zelfverklaarde republiek binnen Azerbeidzjan die sinds het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 streeft naar internationale erkenning en onafhankelijkheid. Maar dat zal waarschijnlijk nooit gebeuren…

Zich bewust van de militaire superioriteit van de vijand en uitgeput door een tien maanden durende blokkade door het Azerbeidzjaanse leger capituleerden de Armeniërs van de enclave in minder dan 24 uur.

Oude pijnlijke saga

Deze recente gebeurtenissen zijn slechts het laatste hoofdstuk in een gewelddadige, pijnlijke saga die helemaal teruggaat tot het einde van de Koude Oorlog.

Tijdens de ineenstorting van de Sovjet-Unie leidde het conflict tussen Armeniërs en Azeri’s tot wederzijdse gedwongen uitzettingen, en het geweld escaleerde in de kleine enclave.

Dertig jaar geleden eindigde de eerste oorlog in Nagorno Karabach (1988-1994) met een Armeense overwinning. Dat leidde tot de exodus van meer dan een half miljoen Azerbeidzjanen terug naar hun thuisland.

De volgende 25 jaar genoten de Armeniërs in de enclave van hun eigen de facto republiek, die ze weer bij de oude naam gingen noemen: Artsakh.

De internationale gemeenschap erkende Artsakh echter niet. Ondertussen investeerde Azerbeidzjan tijdens die periode de nieuwe winsten uit gas en olie om zijn leger te versterken, waarbij het zwaar inzette in nieuwe, hoogtechnologische militaire technologie.

‘Etnische zuivering, afwisselend door elke partij, in plaats van diplomatie’
- Thomas de Waal (Carnegie Europe)

Tweede oorlog

Azerbeidzjan zou zijn nieuwe troepenmacht in 2020 loslaten, tijdens de tweede oorlog in Nagorno-Karabach. Na 44 dagen gevuld met gruwelijk geweld heroverde Bakoe veel van de gebieden die jaren eerder verloren waren gegaan.

Armeniërs vluchtten, sommigen groeven zelfs hun doden op van begraafplaatsen en reden weg met hun voorouders in de kofferbak van hun auto om elders te worden herbegraven. Zo zeker waren ze dat ze nooit meer naar dat gebied zouden terugkeren.

Voor Azerbeidzjan was het echter een onvolledige overwinning. De Armeniërs hadden in de tweede oorlog twee derde van het grondgebied onder hun controle verloren. Maar de gebieden waar Armeense troepen stand hadden gehouden, omvatten belangrijke regio’s zoals de hoofdstad en de omliggende districten.

Thomas de Waal van Carnegie Europe, auteur van Black Garden: Armenia and Azerbaijan Through Peace and War, beschrijft het conflict tussen Armeniërs en Azerbeidzjanen als ‘etnische zuivering, afwisselend door elke partij, in plaats van diplomatie’.

Dat de Azerbeidzjanen hun beurt drie jaar geleden niet hadden benut, werd duidelijk op 19 september. De klus moest voltooid worden.

Wat nu?

Lokale bronnen wijzen op honderden doden en duizenden ontheemden, hoewel het nog te vroeg is om de echte cijfers te kennen. Wat wel kan worden bevestigd is de massale uittocht van duizenden Karabachi’s naar Armenië.

Zou de enclave een autonome regio binnen Azerbeidzjan kunnen worden? Dat is onwaarschijnlijk.

Naast de ontwapening en ontmanteling van het Armeense bestuur van de enclave heeft Bakoe opgeroepen tot ‘volledige integratie in de Azerbeidzjaanse samenleving’.

Zou de enclave een autonome regio binnen Azerbeidzjan kunnen worden? Dat is onwaarschijnlijk.

Het Talish-volk - een Perzisch sprekende minderheid - woont met bijna een miljoen leden in Azerbeidzjan, maar geniet nauwelijks rechten. Wat kunnen de 120.000 Armeniërs uit Karabach dan verwachten?

Het enige dat tussen hen en de Azeri’s stond, waren de Russische vredeshandhavers die werden ingezet na het door Moskou bewerkstelligde vredesakkoord van 2020. Maar dat werkte niet zoals het hoorde.

In de drie jaar na de tweede oorlog waren er vaak gewapende incidenten langs een ongemakkelijke contactlijn tussen de twee partijen. Russische vredeshandhavers aarzelden om zich tussen de twee oude vijanden te moeien en beperkten zich tot observeren en dekking zoeken bij de frequente schermutselingen.

De premier van Armenië, Nikol Pashinyan, beschuldigde de internationale gemeenschap er vaak van de andere kant op te kijken. Oproepen aan Rusland om zich assertiever op te stellen in zijn vredesmissie werden door het Kremlin afgewezen.

Hoogdravende diplomatie

Begin september voerden Armenië en de Verenigde Staten gezamenlijke militaire manoeuvres uit, wat algemeen werd geïnterpreteerd als een signaal dat het geduld van Armenië met Moskou op was.

Bij de recente Azerbeidzjaanse aanval zouden vijf Russische soldaten zijn omgekomen. Maar zelfs dat lijkt weinig reactie uit Moskou op te leveren.

Wat de situatie nog ingewikkelder maakt, is dat de Europese Unie een overeenkomst voor gasleveringen heeft met Azerbeidzjan.

Wat de situatie nog ingewikkelder maakt, is dat de Europese Unie een overeenkomst voor gasleveringen heeft met Azerbeidzjan. Die zijn bovendien van cruciaal belang geworden om de Russische leveringen - die door de oorlog in Oekraïne zijn verstoord - te compenseren.

Doordat de EU zweeg over de invasie, konden Bakoe en Moskou de gelederen sluiten tegen het Westen. Alleen Turkije - een nauwe bondgenoot van Azerbeidzjan - heeft nu waarschijnlijk een open lijn naar Bakoe en Moskou en kan een cruciale rol spelen als derde stem.

Ondanks die hoogdravende diplomatie, zijn de gewone Karabachi’s aan hun lot overgelaten. Voor de meesten is vluchten naar Armenië de enige optie. Beelden van de wrede oorlog in 2020, van Azerische soldaten die neuzen en oren van burgers afhakten en kloosters vernielden, liggen nog vers in het lokale geheugen.

Slechts een stukje land

Het nieuwe conflict zet ook een oude strategische doelstelling van Bakoe opnieuw in de schijnwerpers: Azerbeidzjan verbinden met Turkije en de Middellandse Zee. Azerbeidzjan heeft sinds 2020 troepen gestationeerd nabij de meest zuidelijke provincie van Armenië, Syunik.

Die strategische strook land is het enige dat in de weg staat om de Kaspische regio te verbinden met commerciële en militaire toegang tot de Middellandse zee. Het is een doel dat Bakoe al lang deelt met een belangrijke regionale macht, Turkije.

De Azerbeidzjaanse president Ilham Aliyev houdt vast aan punt 9 van het vredesakkoord dat een einde maakte aan de oorlog van 2020: ‘Zorg voor vrij verkeer van personen, voertuigen en goederen.’

Aliyev meent iets te lezen over een bepaalde “corridor” die hij natuurlijk zou controleren. Dat zou Armenië echter kunnen isoleren van zijn Perzische buur en bondgenoot Iran.

Het lot van Nagorno-Karabach zal zeker zijn weerslag hebben op de regio en daarbuiten.

De gevolgen voor Armenië zouden rampzalig zijn: Iran is het enige buurland waarmee Armenië een soepele handelsrelatie onderhoudt, aangezien de Armeense grenzen met Azerbeidzjan en Turkije sinds de jaren 90 gesloten zijn.

Aan de andere kant zijn de betrekkingen met Georgië vaak problematisch vanwege de Georgische banden met Ankara.

Op maandag 25 september bezocht de Turkse president Recep Tayyip Erdogan voor het eerst de Azerbeidzjaanse enclave Nakhitsjevan, terwijl de Karabachi’s met duizenden tegelijk op de vlucht waren. Nakhitsjevan grenst aan Turkije en zou een strategisch onderdeel zijn van de controversiële corridor.

Het lot van Nagorno-Karabach zal zeker zijn weerslag hebben op de regio en daarbuiten. ‘Als Artsakh valt, zal Armenië ook vallen’, vertelde Davit Baboyan, voormalig minister van Buitenlandse Zaken van de enclave, enkele maanden geleden aan de redactie.

Baboyan noemt de huidige situatie het ‘ergste moment in de Armeense geschiedenis sinds de genocide’. Meer dan anderhalf miljoen Armeniërs werden uitgeroeid in de Armeense genocide, de beruchte Anatolische zuiveringen die plaatsvonden in de eerste decennia van de 20e eeuw.

Op 9 augustus waarschuwde Luís Moreno Ocampo, voormalig aanklager van het Internationaal Strafhof, voor ‘de dreiging van een nieuwe genocide op het Armeense volk’.

Terwijl de wereld toekijkt hoe de inwoners van Nagorno-Karabach het land verlaten dat ze al duizenden jaren bewonen, kunnen diezelfde beelden zich op korte termijn herhalen in Armenië.