Activisten strijden nog dagelijks om herinnering van onrecht tijdens dictatuur
Oud en nieuw protest vinden elkaar in Argentinië
Meer dan vijfendertig jaar nadat de militairen in Argentinië de macht overdroegen aan een burgerregering, blijft het donkere verleden van de dictatuur voelbaar in het dagelijks leven. Het Zuid-Amerikaanse land vertelt vandaag een verhaal over verdwijningen in een democratie, staatsrepressie, achteruitgang in de rechtsgang en een volk dat, geleid door vorige generaties, van zich laat horen in een roep voor gerechtigheid.
Fotografías Emergentes (CC BY-NC 2.0)
De - vaak jonge - Argentijnen die vandaag tegen de (erfenis van de) dictatuur opkomen, voelen zich stuk voor stuk geleid door een andere generatie landgenoten: de Moeders van de Plaza de Mayo. Deze iconen van de Argentijnse strijd voor gerechtigheid zijn al meer dan veertig jaar op zoek naar hun kinderen die verdwenen tijdens de dictatuur.
Ook vandaag nog komen ze iedere donderdag samen voor gerechtigheid op het centrale Meiplein van Buenos Aires. Evel Petrini, een van de Moeders, vertelt hierover: ‘We missen de mars geen donderdag, want het Meiplein is de plaats waar we samenkomen met onze kinderen. Vandaag zijn onze wekelijkse protestmarsen ook gericht tegen de antisociale politiek van de regering.’
Het Meiplein, alles is politiek
Het Meiplein in het centrum van Buenos is een plaats waar het Argentijnse volk historisch samenkomt. Midden vorige eeuw gaf Perón vanop het balkon van op het plein gelegen presidentieel paleis (door de Argentijnen het Roze Paleis genoemd) opzwepende toespraken tot een Argentijns volk dat zich eindelijk gehoord voelde door de politieke klasse. Tijdens de wereldbeker voetbal in het land in 1987 trokken de Moeders vanop het plein de aandacht van de wereldpers op de dictatuur. In oktober en november vorig jaar kwam nog een breed segment van de Argentijnse maatschappij samen op het Meiplein om gerechtigheid te eisen na de verdwijning en dood van de sociale activist Santiago Maldonado. Net als tijdens de dictatuur klonk de roep dat de staat verantwoordelijk is.
Tijdens onze eerste dagen in Argentinië is een groot deel van dit iconische plein afgesloten. Enkele dagen later is ook de piramide in het midden van het plein, waar de Moeders wekelijks rond marcheren, afgesloten. Een taxichauffeur vertelt dat iedere nieuwe president het hele plein wil heraanleggen ‘terwijl ze vergeten dat ze maar vier jaar aan de macht zullen zijn.’ ‘Hoe gaan de Moeders dan marcheren?‘, vraag ik mij luidop af. ‘Zo zie je maar, alles is politiek’, schudt de taxichauffeur zijn hoofd.
Rachid H (CC BY-NC 2.0)
De rijkdom van een president besmeurd met bloed
Bij Argentijnen die kritisch zijn tegenover de huidige regering komt dezelfde opmerking terug: De stemmen die huidig president Macri kreeg, komen voor een groot deel overeen met zij die de dictatuur steun(d)en. Hierachter zit een verhaal van medeplichtigheid van een economische elite. Op een protestbord dat van de straat zijn weg vond naar een foto op sociale media staat te lezen: ‘Jullie worden geregeerd door de burgers van de dictatuur.’
‘De rijkdom van Macri is besmeurd met bloed.’
‘De familie Macri is een familie van zakenmensen die zich verrijkt heeft tijdens de dictatuur’, vertelt een jonge geëngageerde dokter. Ze benadrukt dat in Argentinië niet een militaire dictatuur, maar een burgerlijk-militaire dictatuur bestond. ‘Zonder de hulp van een deel van de burgers zou zo’n enorme en geplande genocide niet plaatsgevonden hebben. Ook vandaag nog steunt een deel van de Argentijnse maatschappij de periode van de laatste dictatuur. Ze beschouwen het als een tijd van orde en voorspoed.’
Over Macri zegt ze stellig: ‘De rijkdom van Macri is besmeurd met bloed.’
De vraag blijft of president Macri schuld draagt voor/aan het donkere verleden van zijn familie. Toch zijn tegenstanders van de president het er over eens: Sinds Macri aan de macht is, proberen officiële instanties de herinnering aan de mistoestanden van de dictatuur te vervagen.
De vuile oorlog, herinnering, rechtszaken tegen genocideplegers en de media
De militaire dictatuur in Argentinië vond plaats van 1976 tot 1983, een periode gekenmerkt door gedwongen verdwijningen, illegale opsluitingen, mensenrechtenschendingen en ballingschap. Volgens mensenrechtenorganisaties verdwenen tijdens de laatste militaire dictatuur dertigduizend tegenstanders van het regime.
In maart overleed Reynaldo Bignone, de laatste leider van de Argentijnse dictatuur. Het duistere verleden van Argentinië ligt echter allesbehalve achter ons.
Na de terugkeer van de democratie pakte Argentinië meteen zijn recente verleden aan en begonnen de rechtszaken tegen mensenrechtenschendingen. Maar al in 1986 en 1987 keurde het Congres onder militaire druk twee wetten goed die de mogelijkheden om mensenrechtenschendingen te bestraffen inperkten, de zogenaamde Punto Final-wet (Eindpunt) en Obediencia Debida (Verplichte Gehoorzaamheid). In een onophoudelijke strijd hielden mensenrechtenverdedigers het verleden op de nationale agenda. En in 2003 annuleerde het Congres onder aanmanen van president Néstor Kirchner de amnestieregeling. Er begon een lange reeks rechtszaken tegen genocideplegers die tot vandaag de dag voortduurt.
Parallel met de strijd voor waarheid en gerechtigheid woedt in Argentinië de strijd voor de herinnering.
Parallel met de strijd voor waarheid en gerechtigheid woedt in Argentinië de strijd voor de herinnering. De voormalige Technische School van de Marine (ESMA), een van de beruchte centra waar de dictatuur tegenstanders vasthield, folterde en vermoordde is vandaag het Centrum van de Herinnering en open voor bezoekers.
De aanwezigheid van het verleden binnen de muren van het complex is beklijvend. De noodzaak voor gerechtigheid actueel. De gids vraagt tijdens de rondleiding in het foltercentrum vriendelijk om niet tegen de muren te leunen en niets aan te raken. De onderzoeken over wat hier gebeurde met politieke gevangenen zijn nog lopende. De gids vertelt hoe er tijdens de rondleidingen nog steeds af en toe een ex-gevangene, die niet wist waar hij of zij opgesloten was, details ontdekt in het gebouw, en een pijnlijk verleden in de ogen moet kijken.
Dit individueel verleden van slachtoffers en hun familieleden is ook een collectief geheugen van een land. Bijna dagelijks verschijnen in kranten en op televisie onderwerpen gerelateerd aan de zoektocht om het verleden een plaats te geven. Zo ging het jaar in met een controverse rond politicus Nicolás Massot die in een interview voor een verzoening tussen slachtoffers en daders opriep. Massot vond dat sommigen hun rol als slachtoffer misbruiken om er voordeel uit halen. De reacties lieten niet op zich wachten.
AHLN (CC BY 2.0)
Argentijnen lazen in de krant ook over lokaal protest tegen het ombouwen van de militaire vliegbasis El Palomar, een voormalig detentiecentrum, tot een commerciële luchthaven voor low cost vluchten. De werken vernietigden onder andere de hangars waar de slachtoffers aan boord van de zogenaamde vluchten van de dood gingen (nvdr. om de gevangenen uit vliegtuigen te gooien boven de Rio de la Plata en zo te laten verdwijnen). Het bouwen van de commerciële luchthaven vernietigt een officiële herdenkingsplaats en een deel van de geschiedenis. Het trekken en duwen om de herinnering levendig te houden duurt voort.
En dan zijn er de vele genocideplegers die huisarrest kregen. Meer dan de helft van de veroordeelden voor ernstige mensenrechtenschendingen tijdens de dictatuur, zoals ontvoeringen en folteringen, zitten hun straf thuis uit.
‘Ik ben 47 jaar en ik dacht nooit dat we zo’n achteruitgang op vlak van mensenrechten zouden beleven.’
Mensenrechtenverdedigers zien hierin een duidelijk verband met de politieke conjunctuur. Het is een slag in het gezicht van de Moeders van verdwenen kinderen, mensenrechtenverdedigers, geëngageerde Argentijnen, buren van de genocideplegers, en zelfs de kinderen van de schuldigen.
Op 11 januari dit jaar verscheen een persbericht van de dochter van de recent vrijgelaten genocidepleger Miguel Etchecolatz. Ze vertelt dat ze na het nieuws van de vrijlating van haar vader ‘heel de nacht probeerde uit de duisternis te geraken.’ Mariana Dopazo, die haar achternaam naar die van haar moeder veranderde, schrijft: ‘Ik ben 47 jaar en ik dacht nooit dat we zo’n achteruitgang op vlak van mensenrechten zouden beleven.’
‘Het enige huis voor een genocidepleger is de gevangenis’
Etchecolatz was tijdens de dictatuur politiecommissaris van de provincie Buenos Aires en verantwoordelijk voor 21 clandestiene detentiecentra. De man is tijdens meerdere rechtszaken veroordeeld tot vier keer levenslang. De veroordelingen omvatten meer (en waarschijnlijk veel meer) dan 440 slachtoffers en gaan over misdaden als illegale opsluiting, foltering, moord, gedwongen verdwijningen en ontvoeringen van minderjarigen.
In 2006 verdween Julio Lopez, een van de getuigen, een dag voor de uitspraak tegen Etchecolatz. Deze ‘gedwongen verdwijning in tijden van democratie’ is een pijnpunt voor de Argentijnse samenleving. De spreuk ‘gerechtigheid voor Julio Lopez’ is op muren doorheen heel het land te lezen. Straatactivisme dat de dictatuur in het centrum van de aandacht plaatst.
De dictatuur speelde zich dan wel veertig jaar geleden af, voor veel Argentijnen voelt het als gisteren. Dit traumatisch verleden maakt deel uit van wie ze vandaag zijn.
In januari dit jaar besliste een rechter dat net deze man zijn straf thuis mocht uitzitten, in zijn villa in de kuststad Mar del Plata.
De dictatuur speelde zich dan wel veertig jaar geleden af, voor veel Argentijnen voelt het als gisteren. Dit traumatisch verleden maakt deel uit van wie ze vandaag zijn.
In Mar del Plara nemen we deel aan een van de acties van Buren zonder Genocideplegers tegen het huisarrest van Etchecolatz. De optocht vandaag is een bijeenkomst van families met een Argentijnse murga-fanfare en live muziek. ‘Het enige huis voor een genocidepleger is de gevangenis’, dringen actieborden aan.
We praten met Ana Pecoraro, een van de medeorganisatoren van het buurtcomité en oprichtster van een mensenrechtenorganisatie in Mar del Plata. Ze zet meteen de toon: ‘Ik ben hier omdat mijn papa verdween tijdens de dictatuur, mijn mama zat vast in het detentiecentrum ESMA. Ik ben buurtbewoner, ik woon dichtbij. Mijn zus zou hier, na jaren in het buitenland te hebben gewoond, een huis bouwen, net tegenover het huis van Etchecolatz. Leven rechtover zo een monster, dat is ondenkbaar.’
David Berkowitz (CC BY 2.0)
De opbouwende sfeer op het festivalterrein staat in schril contrast met het lugubere gevoel dat rond het huis van Etchecolatz enkele meter verderop hangt. ‘De buurtbewoners zijn aangegrepen en geschokt’, vertelt Pecoraro. ‘Er zijn constant politieoperaties (voor de veiligheid van de genocidepleger) en mensen die het huis van Etchecolatz belagen met escraches’ (nvdr. de praktijk om het huis van genocideplegers kenbaar te maken aan buren met lawaai en acties).
‘Hoe kunnen rechters zo lichtzinnig huisarrest geven aan een persoon die het ergste dat Argentinië ooit beleefde vertegenwoordigt’, vraagt Pecoraro zich met onbegrip af. Ze vertelt dat de wet het toelaat voor gevangenen die ernstig ziek zijn hun straf thuis te laten uitzitten. ‘Maar het gaat hier niet om gewone misdaden. Het zijn de ergste misdaden die een persoon in naam van de staat kan plegen’, zegt ze emotioneel.
‘Hoe kunnen rechters zo lichtzinnig huisarrest geven aan een persoon die het ergste dat Argentinië ooit beleefde vertegenwoordigt’
De mensenrechtenverdedigster toont hoe Etchecolatz’s buurman zijn ramen dichttimmerde. ‘Mensenrechtenschendingen treffen iedereen, niet alleen de slachtoffers. Ik ben een direct slachtoffer, maar ook de andere buren voelen zich slachtoffer van deze situatie. Ze willen dit individu hier niet.’
Pecoraro legt uit waarom het symbolisch belangrijk is om tegen Etchecolatz op te komen: ‘Hij vertegenwoordigt die genocideplegers die de ergste dingen op hun kerfstok hebben, en geen spijt tonen.’
De Argentijnse maatschappij blijft niet apathisch, ze reageert op de huidige gebeurtenissen die de gerechtigheid in het gedrang brengen. Pecoraro vertelt dat Argentijnen in steden doorheen het land de straat opkomen tegen genocideplegers in hun buurt. ‘Het is dankzij de strijd die mensenrechtenorganisaties zo vele jaren opbouwden dat de maatschappij niet meer wil inbinden.’
Niettemin is constante waakzaamheid nodig: ‘Zoals de Moeders zeggen “de strijd gaat door”.’
Pecoraro vertelt hoe grote mediabedrijven de mensenrechtenorganisaties proberen in een slecht daglicht te plaatsen. ‘Er wordt vanuit een aantal sectoren nog steeds over de cijfers van de verdwijningen getwijfeld.’
‘Argentinië was een voorbeeld in de wereld voor zijn rechtspraak na de dictatuur’, zegt Pecoraro. ‘Het is een constante culturele strijd. Zodat de nieuwe generaties begrijpen dat het om misdaden gaat die vandaag voortduren. De lichamen van de verdwenen Argentijnen zijn niet teruggevonden, we weten niet wat er gebeurd is, en er zijn nog veel kleinkinderen (van verdwenen kinderen) die we terug moeten vinden, dus ja er is nog veel werk.’
Een symfonie voor Ana
Ook in de Argentijnse cinema blijft de dictatuur deel uitmaken van een nationale zoektocht. In januari speelt in Cinema Gaumont op het Congresplein in Buenos Aires de film Symfonie voor Ana (Ardito y Molina, 2017). De film is al sinds oktober in de zalen van de hoofdstad te zien. Ook vanavond is de voorstelling uitverkocht.
Symfonie voor Ana vertelt het verhaal van Ana en haar beste vriendin Isa, die in aanloop naar de staatsgreep van 1976 voor de liefde en een betere wereld leven. De film schetst een intens beeld van de beleving van de turbulente realiteit van de jaren zeventig en tachtig door de ogen van een jong meisje dat schoolgaat op het Nationale Instituut van Buenos Aires. De historische documentaire beelden van het Congresplein - met buiten de cinemazaal hetzelfde plein - plaatst de filmkijker midden in de geschiedenis. Een maand eerder trad de politie op datzelfde plein nog keihard op tegen protesten over de pensioenhervorming. Een repressie waarvan vele Argentijnen anno 2017 hard geschrokken zijn.
Na een intense film over liefde, vriendschap, ouders die machteloos toekijken, vrienden die “vallen”, en anderen die als bannelingen moeten vertrekken wordt ook Ana opgepakt. ‘Het woord desaparecido (verdwenen persoon) bestond toen nog niet’, horen we Isa zeggen.
Bij de aftiteling klinkt luid applaus. De lichten gaan aan. Het publiek blijft nog even verweesd zitten, tranen rollen over gezichten.
De dag nadien vertellen we Argentijnse vrienden over de film. Alleen al bij het horen van het verhaal krijgen ze kippenvel. Na anderhalve week in Argentinië is deze film een emotionele vertelling van een geschiedenis. Na een leven lang Argentijn te zijn snijdt dit historisch geheugen tot diep in het intergenerationeel bewustzijn. ‘Het is heel moeilijk voor ons. Ik ben geboren tijdens de Falklandoorlog (jaren tachtig), toen we nog steeds de oorlog ademden’, zegt een van onze Argentijnse vrienden.
Op het einde van de film zien we de moeder van Ana, samen met de Moeders van het Meiplein, onophoudelijk in haar strijd voor haar verdwenen dochter.
De Moeders
Een donderdag in 2018. Het is 15u35 en de Moeders zijn al stipt begonnen aan hun wekelijkse mars rond de piramide op het Meiplein. De vrienden van de Moeders scanderen: ‘Moeders van het plein, het volk omarmt jullie’. De Moeders hebben gezelschap van een andere protestactie, die vraagt om de gevangenen van de protesten tegen de pensioenhervorming vrij te laten.
Na de mars spreekt zoals iedere week de presidente van de Moeders, Hebe de Bonafini, de aanwezigen toe. Haar toespraak vandaag gaat over de link tussen voormalige mensenrechtenschenders en de huidige politici aan de macht. Ook de veelvoudige gevallen van huisarrest voor genocideplegers komt aan bod.
‘Onze kinderen streden voor het volk, en daarom verdwenen ze. De strijd van de Moeders zal voortduren en het volk ten goede komen, voor onze kinderen.’
Bonafini is op dreef en voegt toe: ‘Vandaag doden ze Mapuches.’ Ze verwijst naar een sluimerend conflict tussen de Mapuchebevolking en grootgrondbezitters gesteund door de staat. De jonge Mapuche Nahual stierf de dag van de begrafenis van de sociale activist Santiago Maldonado bij een landdispuut met de politie.
Als in een slechtnieuwsshow over Argentinië klaagt de Bonafini nog de golf van ontslagen in de publieke sector aan. Ze geeft wel het gevoel mee waar een deel van de Argentijnse bevolking mee zit. Overal duiken solidariteitsacties op voor de ontslagen. Een opmerking die regelmatig opduikt in gesprekken is dat ‘de situatie in Argentinië heel moeilijk is.’
De presidente van de Madres eindigt positief en vertelt dat de Moeders met hulp van jongeren op het punt staan hun archief te digitaliseren. Ze vertelt nog over de manieren waarop de Moeders het vaderland willen vooruithelpen, door er voor elkaar te zijn.
De week erop kunnen we met de twee Moeders Rosa Camarotti en Evel Petrini praten over het belang van de lucha, de strijd. Vorig jaar bestonden de Moeders veertig jaar. Petrini vertelt: ‘Na veertig jaar hebben we al zo veel beleefd. Toch is het nooit genoeg. Er zijn altijd zaken om voor te blijven vechten. Onze kinderen streden voor het volk, en daarom verdwenen ze. De strijd van de Moeders zal voortduren en het volk ten goede komen, voor onze kinderen.’
Ze vertellen hoe ze zich gesteund voelen door de Argentijnse maatschappij en in het bijzonder trots op de jeugd zijn.
Wally Gobetz (CC BY-NC-ND 2.0)
De herinnering leeft voort
‘Vandaag in Argentinië draait alles om herinnering’, vertelt een jonge architect die in de stad La Plata de herdenkingsmonumenten toont waar voorheen detentiecentra waren. ‘Dat is dankzij de Moeders. Zij zijn de definitie van de strijd.’ Jonge Argentijnse activisten die vechten tegen oud en nieuw onrecht zien zich gesterkt door de Moeders en andere mensenrechtenorganisaties.
De Moeders voelen zich dan weer geleid door hun kinderen die al vechtend voor hun idealen tijdens de dictatuur verdwenen. De Moeders vinden hoop in het activisme van een jonge generatie Argentijnen. De linkse militant die zich bij straatacties en via alternatieve nieuwsmedia manifesteert, krijgt bestaansrecht in de Argentijnse geschiedenis en realiteit.
Over de generaties heen bouwde Argentinië een strijdbare maatschappij op. Bij de stemming over de pensioenhervorming kwamen gepensioneerden schouder aan schouder met jonge Argentijnen op straat.
‘De terugkeer van rechts in Latijns-Amerika vandaag is als het vervolg op wat begon met de dictatuur’
Misschien overbruggen zij wel een generatie overlevenden van de dictatuur die teleurgesteld zijn met de uitkomst van jaren strijd. De jonge arts heeft het in dit opzicht over de generatie van haar ouders die in het huidige politieke klimaat de hoop op verandering opgeven. ‘De terugkeer van rechts in Latijns-Amerika vandaag is als het vervolg op wat begon met de dictatuur’, vertelt de activiste.
Op donderdagen staat het Meiplein symbool voor de belangrijkste strijdpunten van het Argentijnse volk. Terwijl de Moeders met hun sympathisanten het plein rondwandelen, staat op de hekken voor het Roze Paleis een aanklacht te lezen tegen feminicide. Een andere wapenkreet vraagt om de legalisatie van abortus, een strijdpunt van de vrouwenbeweging dat sinds enkele maanden in heel het grote Zuid-Amerikaanse land niet van de straten en uit de media weg te slaan is. Het in het wit op het plein geschilderde silhouet van Santiago Maldonado staat in ideologische lijn met een geverfde witte hoofddoeken van de Moeders.
Het Meiplein schreeuwt om gerechtigheid. De administratie van president Macri wil het plein heraanleggen. De Moeders gaan door. Onder de hashtag #Pañuelazo (het vergrootwoord van hoofddoek) ging er een campagne van start om overal in het land op pleinen en straten de iconische hoofddoeken van de Moeders te schilderen. ‘Als ze één hoofddoek aanraken schilderen we er een miljoen’, klinkt het.
In Argentinië leeft de herinnering voort in strijdbare generaties en op de pleinen en straten van het land. De witte hoofddoeken van de Moeders duiken overal op als ‘symbool voor verzet en de strijd voor het leven’.
Na maanden actievoeren maakte het gerecht in maart bekend dat Etchecolatz, als een van de gruwelijkste genocideplegers uit de Argentijnse geschiedenis, terug de gevangenis in gaat. Argentinië doet daarmee de herdenking van het 41 jarig bestaan van de Moeders van het Meiplein eer aan.