Hoe Poetin de media in de hand houdt

Analyse

Hoe Poetin de media in de hand houdt

Hoe Poetin de media in de hand houdt
Hoe Poetin de media in de hand houdt

Irina Laevskaya

09 juni 2015

Sinds 2012 houdt de Russische staat niet alleen radio, televisie en geprinte media nauwlettend in de gaten, ook het internet moet eraan geloven. Hierdoor is het voor burgers steeds moeilijker informatie te krijgen die niet van tevoren door het Kremlin is gescreend.

Twee voorbeelden maken de gevolgen van dit beleid duidelijk.

In juli 2014 zond Channel One, een zender in handen van de Russische staat, een verhaal uit over een peuter. De driejarige jongen zou gekruisigd zijn door Oekraïense soldaten. Twee onafhankelijke zenders, TVRain en NovayaGazeta, bestempelden het verhaal als onjuist.

Channel One gaf pas na een half jaar de leugen toe, nadat Poetin het onderwerp in zijn jaarlijkse persconferentie had besproken.

Channel One gaf pas een half jaar later de leugen toe, nadat president Vladimir Poetin het onderwerp in zijn jaarlijkse persconferentie had besproken.

Begin maart deed de zender NTV verslag over de moord op Boris Nemtsov, een Russisch oppositielid. De journalisten noemden mogelijke verklaringen voor zijn dood. Zij bestempelden de oppositie als ‘propaganda voor een anti-crisis mars’, in de hoop dat kijkers die invalshoek overnemen.

Tegelijkertijd berichtte de zender niet over ontsporingen van treinen in meerdere regio’s, over de financiële impact van Westerse sancties op de Russische economie en repte NTV geen enkel kritisch woord over de regering.

 Stanislav Lvovsky(CC BY-NC-ND.0)

In april 2015 kocht Demyan Kudryavtsev een derde van de Russische zakenkrant Vedomosti.

Stanislav Lvovsky(CC BY-NC-ND 2.0)

Zeg maar dag tegen buitenlandse investeerders

In april 2015 kocht Demyan Kudryavtsev een derde van de Russische zakenkrant Vedomosti. Hij is de ex-directeur van uitgeverij Kommersant. De overige aandelen van de krant zijn nu nog in handel van FT Groep en Dow Jones. Vanwege een nieuwe wet zullen die ook verkocht worden.

De staat elimineert niet-wenselijke perspectieven.

Door die nieuwe wet mogen ‘internationale agenten’ vanaf januari 2016 niet meer dan twintig procent van een Russisch mediabedrijf bezitten.

Dat geldt voor televisie, radio en geprinte media.

Momenteel geldt alleen een limiet voor televisiestations: tot 49 procent mag in handen zijn van buitenlandse investeerders.

Deze ontwikkelingen zijn onderdeel van een trend in Rusland. De staat elimineert niet-wenselijke perspectieven, waardoor het voor burgers steeds lastiger wordt verscheidene standpunten te horen.

President Poetin is bezig zijn greep verder te verstevigen. Zo werd Media-Most, een bedrijf van oligarch Vladimir Gusinsky, onderdeel van Gasprom-groep. Die groep is deels in handen van de Russische staat.

Op dat moment bezat Media-Most meer dan zestien mediabedrijven, waaronder een uitgeverij en radio- en televisiezenders. Door de overname kreeg de staat die organisaties in handen. Dat geldt ook voor uitgeverij Kommersant.

Door deze ontwikkelingen is het medialandschap tussen 1999 en 2014 veranderd. Zowel het aantal mediaorganisaties behorend tot de staat, als commerciële media in handen van oligarchen die loyaal zijn aan het Kremlin, is gestegen. Een klein hoopje onbelangrijke media blijft over, om progressieve intellectuelen enigszins tegemoet te komen.

TV-junkies

In hoeverre is Poetin verantwoordelijk voor deze veranderingen? Volgens Alexey Venediktov, hoofdredacteur van Echo.Moskvy, is het Poetin’s ‘meesterwerk’.

Journalisten kunnen nauwelijks alternatieve ideeën spuien.

Journalisten kunnen nauwelijks alternatieve ideeën spuien door dit ‘meesterwerk’. Een deel van de bevolking vindt dat niet erg, zo stelt een rapport van het Levada centrum. Die onafhankelijke organisatie doet onderzoek naar de publieke opinie in Rusland, en zij concludeerde dat de helft van de respondenten tevreden is met slechts een informatiebron.

Negentig procent van de respondenten gebruikt hun televisie als belangrijkste informatiebron. Die groep kijkt vooral naar staatskanalen, First channel, Russia-1 en NTV zijn populair. Zeventien procent van de onderzochte groep kijkt naar onafhankelijke kanalen, zoals Euronews, REN TV en Dozhd.

Elke Rus heeft sowieso toegang tot drie staatskanalen, wat verplicht is. Die kanalen trekken dan ook veel kijkers. Meer dan twintig miljoen Russen kijken bijvoorbeeld wekelijks naar First Channel.

Om naar de onafhankelijke zender Dozhd te kijken, moet het publiek van tevoren betalen of zich online inschrijven. Hierdoor vallen mensen met een laag inkomen of die geen toegang hebben tot internet, buiten de boot. Toch keken 3.5 miljoen Russen in 2013 wekelijks naar de zender. Na dat jaar zonden veel leveranciers het kanaal niet meer uit.

Dat mensen televisie gebruiken als hun belangrijkste informatiebron, betekent niet dat ze niet sceptisch zijn. Een rapport van het Levada centrum toont dit aan: In 1989 vond veertig procent van de respondenten televisie deels vooringenomen, volgens zeven procent waren zenders dat altijd. In 2013 stegen die percentages naar vijftig en negentien procent.

Toch neemt het scepticisme ook af. Hoe meer zenders hetzelfde verhaal brengen, hoe eerder het publiek erin gelooft.

 Downing Street(CC BY-NC-ND 2.0)

In 2011 en 2012 konden burgers zich via het internet organiseren om te gaan protesteren. Op dat moment was Dmitry Medvedev president.

Downing Street(CC BY-NC-ND 2.0)

Online politiek

Het aantal Russen dat geprinte kranten en tijdschriften leest, neemt af. Steeds meer Russen gebruiken het internet om aan informatie te komen.

De Russische staat is niet de baas over het internet.

De Russische staat is niet de baas over het internet. In 2011 en 2012 konden burgers zich via dit communicatiemiddel organiseren om te gaan protesteren. Op dat moment was Dmitry Medvedev president. Russen die demonstraties opzetten en standpunten bespreken waar de regering niet achterstaat, zijn gevaarlijk voor het Kremlin. Daarom wil de regering haar grip op het internet versterken.

Te beginnen met een nieuwe wet. Hierin staat dat kinderen beschermd moeten worden tegen onwenselijke inhoud op websites. In juli 2012 voegde de regering amendementen toe. Nu kan Poetin schadelijke websites blokkeren zonder dat van tevoren te melden en zonder tussenkomst van een rechter. Bijvoorbeeld websites over zelfmoord, extremisme en kinderporno zijn bestempeld als schadelijk. Deze Russische wet past niet bij de resolutie van de Verenigde Naties (VN) die ‘de promotie, de bescherming en het genot van mensenrechten op het internet’ moet bevorderen.

 Denis Mironov(CC BY-NC-ND 2.0)

Onder ‘schadelijke’ websites die offline zijn gehaald, bevinden zich kritische nieuwssites en blogs van oppositieleden. Zo is de site van politicus Alexey Navalny verboden omdat die extremistisch zou zijn.

Denis Mironov(CC BY-NC-ND 2.0)

Ook na het aannemen van de wet houdt de regering het internet nauwlettend in de gaten. Zowel de redenen waarom zij een website uit de lucht kan halen, als een register met het aantal verboden sites, dijt uit.

Ondertussen negeert de regering grootschalige protesten om deze ontwikkelingen tegen te gaan. Onder ‘schadelijke’ websites die offline zijn gehaald, bevinden zich kritische nieuwssites en blogs van oppositieleden. Zo is de site van politicus Alexey Navalny verboden omdat die extremistisch zou zijn.

In 2014 gingen deze processen door, al was er toen minder aandacht vanwege de Olympische Spelen in Sochi en door gebeurtenissen in buurland Oekraïne.

In datzelfde jaar werd Galina Timchenko, hoofdredacteur van Lenta.ru, ontslagen zonder reden. 79 van haar 84 collega’s stapten tegelijk met haar op en schreven een open klachtenbrief. Medialogia.ru houdt per maand een citatie-index bij: nadat het personeel vertrok daalde de website van de eerste naar de derde plaats. Ondertussen werkt Timchenko vanuit Letland, waar de Russische regels niet gelden.

Trollen zien het levenslicht

Tegelijkertijd nam de Russische regering een wet aan die bekend staat als ‘de bloggerswet’. Mensen met een persoonlijke website die meer dan drieduizend bezoekers trekt, moeten aan de wet voldoen. Zo dienen de eigenaren hun site te registreren. Hierdoor hebben de bloggers plichten, net zoals andere media. De bijbehorende rechten, zoals accreditatie, ontbreken echter.

Door het nieuwe beleid is de invloed van de regering op het internet vergroot.

Naast blogs kijkt de regering ook naar sociale netwerk sites. Pavel Durov, oprichter van het Russische sociale netwerk Vkontakte.ru, moest gedwongen opstappen nadat Mail.ru Groep zijn netwerk kocht.

Volgens Durov is hij ontslagen omdat hij de druk van de nieuwe aandeelhouders ‘onacceptabel’ vond. Ondertussen is hij geëmigreerd.

Door het nieuwe beleid is de invloed van de regering op het internet vergroot. Zo beheerst het Kremlin vier van de top tien Russische websites.

Enerzijds breidt Poetin zijn ‘meesterwerk’ dus uit: invloed uitoefenen op het internet. Anderzijds garandeert de staat dat discussies op sociale netwerk sites, blogs en fora mogelijk zijn. Om die zekerheid te bieden zijn ‘trollen’ ontstaan: mensen die positieve commentaren leveren in ruil voor geld.

Dit artikel werd vertaald uit het Engels door Julie Putseys en Laura Ritter.