Sinds half februari rommelt het in het West-Afrikaanse Burkina Faso. Eerst trokken de studenten de straat op, daarna de militairen. In beide gevallen was een lokaal voorval de directe aanleiding van de protesten.
In de stad Koudougou maakten twee leerlingen ruzie. De politie werd erbij gehaald en pakte een van de ruziemakers hardhandig aan. Justin Zongo stierf aan zijn verwondingen, maar als officiële doodsoorzaak werd meningitis opgegeven. Scholieren kwamen massaal de straat op en eisten gerechtigheid. Toen de ordediensten ingrepen, kwamen opnieuw jongeren om. Niet veel later was het de beurt aan militairen, die tijdens straatprotesten winkelruiten aan diggelen sloegen en officiële gebouwen in brand staken. De aanleiding: een groepje soldaten was het niet eens met de zware straffen die enkele kameraden hadden gekregen voor vermeende zedenfeiten.
‘De Burkinezen zijn al lang ontevreden en gefrustreerd’, zegt de Burkinese journalist Abdoulaye Diallo. ‘Ze zijn de straffeloosheid beu. Hooggeplaatsten muizen er altijd van onder en de kleine man betaalt het gelag.’ Diallo is ook directeur van het nationaal perscentrum Norbert Zongo, genoemd naar de journalist die in 1998 werd vermoord omdat hij een onderzoek deed naar misdaden van François Compaoré, broer van de Burkinese president. De politieke moord werd nooit helemaal opgehelderd. ‘President Compaoré is reeds sinds 1987 aan de macht. Hij heeft een Ben Ali-achtig systeem gecreëerd, gestoeld op angst. Mensen durven zich niet vrij uitdrukken en de rijkdom is in handen van een kleine minderheid.’
De Burkinezen zijn al lang ontevreden en gefrustreerd
Door het machtsvertoon van de militairen konden de manifestanten enkele concrete dingen uit de brand slepen. President Compaoré moest een charmeoffensief inzetten en ontving begin april een delegatie legerofficieren, soldaten, studenten en vakbondsafgevaardigden voor een onderhoud. De Burkinese oppositie eiste het ontslag van de president, terwijl die net van plan was de grondwet zodanig te veranderen dat hij opnieuw herkozen zou kunnen worden. Diallo: ‘Als hij dat nu zou doorzetten komen de mensen allicht weer massaal op straat.’
Volgens Diallo waren de scholieren zeker geïnspireerd door de revoluties in Tunesië en Egypte. ‘Niet enkel de bevolking heeft nu begrepen dat ze een zekere macht heeft en een dictator kan doen opstappen. Ook de overheid heeft begrepen dat het komaf moet maken met arrogantie en de mensen met meer respect moet behandelen. De burgers aanvaarden geen angst meer. Dat is voorbij.’
Begin april werd het opnieuw rustiger in Burkina Faso. De avondklok werd opgeheven en de belangengroepen toonden zich tevreden over hun gesprekken met de president. Diallo: ‘De crisis in buurland Ivoorkust geeft de president heel wat respijt. Mensen gaan zo op in wat er zich daar afspeelt dat ze bijna apathisch staan tegenover de situatie in eigen land. Maar als de rust weerkeert in Ivoorkust, komt hij in de problemen. Dat staat vast.’