Waarom moeten Roma in Oost-Europa in lockdown en andere burgers niet?

Analyse

Pandemie als een excuus om minderheden (nog meer) te discrimineren

Waarom moeten Roma in Oost-Europa in lockdown en andere burgers niet?

Waarom moeten Roma in Oost-Europa in lockdown en andere burgers niet?
Waarom moeten Roma in Oost-Europa in lockdown en andere burgers niet?

Checkpoints bij de uitgangen van Roma-wijken, ingangen die verzegeld worden met beton: de Bulgaarse autoriteiten nemen drastische maatregelen om hun inwoners te beschermen tegen het nieuwe coronavirus. Alleen: waarom gelden die maatregelen alleen voor Roma-gemeenschappen, en niet voor alle Bulgaren? ‘De Roma-gemeenschap voelt zich gestigmatiseerd.’

© Dimitar Kyosemarliev

Bulgaarse politieagenten controleren de papieren van een vrouw in de grootste Romawijk van Sofia. Enkele tientallen Roma kwam op straat, omdat ze bezorgd zijn dat ze hun job zullen verliezen door de coronamaatregelen.

© Dimitar Kyosemarliev

Roma en Sinti in Oost-Europa hadden al vóór de coronapandemie minder dan anderen toegang tot de gezondheidszorg en sanitaire voorzieningen. Na de uitbraak van COVID-19 zijn sommige Roma-wijken in de lockdown geplaatst. Volgens kwatongen zouden Roma een gevaar vormen voor de rest van de samenleving.

‘Het coronavirus is het probleem van het hele land. Maar ze zeggen opnieuw: het zijn de Roma', vertelde de dertigjarige Georgi Borissov, inwoner van de Bulgaarse stad Sliven, eind maart aan persagentschap Reuters.

In Bulgarije krijgt de Roma-gemeenschap tijdens de coronacrisis veel meer beperkingen opgelegd dan de rest van de bevolking. ‘Dwangmiddelen zijn nu gerechtvaardigd, aangezien we verplicht zijn de rest van de bevolking te beschermen', stelde de minister van Binnenlandse Zaken Mladen Marinov. 'Er zullen harde maatregelen komen tegen Roma als het nodig zou blijken.'

Roma zouden zogenaamd een gevaar vormen omdat ze ‘niet gewend zijn om zich aan de regels te houden’, herhalen politici. Zo zouden Roma die in maart uit Italië en Spanje terugkeerden, zich niet afgezonderd hebben. Gedrag dat leidde tot de eerste besmettingen met het nieuwe coronavirus, suggereerde Alexander Sidi van de nationalistische partij Bulgaarse Nationale Beweging (IMRO).

'Sommige etnische groepen tonen duidelijk dat ze niet bereid zijn beperkingen na te leven', stelt een Bulgaarse aanklager.

Die eerste besmettingen in Bulgarije werden op 8 maart vastgesteld. Twee mannen uit de noordelijke stad Pleven en twee vrouwen uit de stad Gabrovo, in het centrum van het land, testten toen positief op COVID-19. De Roma-wijken in Kazanlak (150 kilometer verder) en Nova Zagora (215 kilometer verder) werden een week later in lockdown geplaatst. Wellicht preventief, want daar werden geen gevallen van coronavirus vastgesteld.

Op 15 maart kondigde het ministerie van Binnenlandse Zaken ook 'een politieoperatie' aan in Filipovci en Fakulteta, twee Roma buurten in de hoofdstad Sofia. Die buurten zijn 'bevolkt door personen van verschillende etnische groepen, die duidelijk tonen dat ze niet bereid zijn de opgelegde beperkingen na te leven', zo stelde de aanklager van het district Sofia in de media.

Deze boodschap lokte een storm van verontwaardiging op sociale media uit. 'Etniciteit zo specifiek omschrijven, en veralgemenen dat een bepaalde etnische groep gekenmerkt wordt door een bepaald gedrag of kwaliteit, is eerder een zeldzaamheid voor overheidsinstellingen sinds Bulgarije tot de Europese Unie toetrad', schreef Tatiana Vaksberg van de Bulgaarse Radio Svobodna Europa ('Vrij Europa').

De verklaring van minister Marinov gooide nog wat olie op het vuur: 'Je weet dat er gemeenschappen zijn die moeilijker te informeren zijn. Door hun lichtzinnige gedrag is er een intensievere interventie nodig.'

50.000 mensen geïsoleerd van buitenwereld

'Het zijn niet alleen Roma die zich niet aan de regels houden. Maar het zijn wel Roma die geïsoleerd worden.'

'Het zijn niet alleen Roma die zich niet aan de regels houden', vertelt Rossen Bogomilov, leerkracht en politieke activist met Roma-achtergrond, aan MO*. 'Het is een fenomeen dat in het hele land speelt.'

Hetzelfde geldt volgens Bogomilov voor mensen die uit het buitenland terugkeren: 'Dat zijn niet uitsluitend Roma, maar alleen die laatste worden in lockdown geplaatst. Ze voelen zich daardoor gediscrimineerd. Niet omdat ze geïsoleerd worden vanwege de heersende pandemie, maar omdat de isolatie wordt ingevoerd op basis van hun etniciteit.'

Bogomilov is het ermee eens dat mensen die de regels overtreden de gevolgen daarvan moeten dragen. Maar het klopt volgens hem niet dat een volledige gemeenschap wordt geviseerd omwille van enkele gevallen. Hij vermoedt dat media ook hebben bijgedragen aan de stigmatisering van de Roma-gemeenschap, door voortdurend aan de autoriteiten te vragen wat er met de Roma-buurten gaat gebeuren.

Ondertussen zijn meer dan 50.000 mensen afgesloten van de buitenwereld. Bij bewaakte checkpoints wordt iedereen gecontroleerd die naar binnen of naar buiten gaat. In de wijk Carmen van Kazanlak is er geen enkele manier om de checkpoints te omzeilen: de noordelijke ingangen tot de buurt werden verzegeld met beton. Zo proberen de lokale autoriteiten de bewegingsruimte van mensen beperkt te houden. De teams van het ministerie van Binnenlandse Zaken houden er 24 uur op 24 een wachtdienst.

‘Veel mensen zijn in de war’, merkt Valery Bashev, gezondheidsbemiddelaar in de Roma-wijk van Nova Zagora. 'Want wanneer Bulgaren met hun vieren of vijven rondlopen, reageert de politie niet. Zijn het Roma, dan krijgen ze een berisping.' De Roma-gemeenschap voelt zich daardoor gestigmatiseerd.

'De staat beweert dat het voor onze veiligheid is. Maar die geeft niet om ons. We worden niet beschermd, maar gediscrimineerd.'

De situatie in de stad Sliven is gelijkaardig. Sasho Yordanov, gezondheidsbemiddelaar in de Roma-wijk Nadezhda: 'Mensen volgen alle maatregelen, maar ze willen dat dezelfde regels gelden voor iedereen. Als er een controlepost in de Roma-wijk is, waarom komt er dan geen aan de ingang van een groot appartementsgebouw waar een groepje mensen een feestje aan het bouwen is?'

Ook ngo’s zijn het ermee eens: de ingevoerde maatregelen zijn alleen gerechtvaardigd als iedereen dezelfde beperkingen krijgt opgelegd.

Slecht signaal aan de samenleving

Het hoofd van de Nationale Crisisstaf, generaal Ventsislav Mutafchiyski, ziet niets discriminerends in de lockdown van de Roma-wijken, verklaart hij in Bulgaarse media. Ngo’s, maatschappelijke organisaties en Roma-mensenrechtenactivisten hebben hier een andere mening over. Amnesty International beschreef het plaatsen van Roma-nederzettingen onder verplichte lockdown als 'willekeurig en buitenproportioneel', en een 'mogelijke vorm van discriminatie'.

‘Het invoeren van checkpoints geeft een heel slecht signaal aan de samenleving’, benadrukte Ognyan Issaev op Radio Svobodna Europa. Issaev is journalist én directeur van de Trust For Social Achievement, een ngo die veel Roma-initiatieven ondersteunt. ‘Het is alsof je een boodschap geeft dat Roma niet kunnen begrijpen wat iedereen wél begrijpt.'

'Checkpoints geven een heel slecht signaal. Het is alsof je de boodschap gaf dat Roma niet kunnen begrijpen wat iedereen begrijpt.’

Volgens de burgemeester van Nova Zagora, Nikolei Grozev, volgen Roma de coronamaatregelen minder op omdat ze niet naar Bulgaarse televisie kijken en geen kranten lezen. Maar de nationale televisie geeft geen informatie in de Romani-taal. Dat is altijd zo geweest.

Daarom is het werk van gezondheidsbemiddelaars zoals Bashev nu nog belangrijker. Ze zijn een brugfiguur tussen de Roma-gemeenschappen en de gezondheidsdiensten en sociale diensten. Ze trekken door de Roma-buurten en informeren hoe mensen zich best tegen het virus kunnen beschermen.

‘Bemiddelaars hebben veel ervaring met epidemieën en sociale activiteiten. Ze zijn ook een bron van verlichting, ze onderwijzen en dragen een bepaald gevoel van spiritualiteit bij in Roma-gemeenschappen', zei de bekende neuroloog Ivailo Tarnev, hoofd van de Minority Health Foundation, in een interview voor de website toest.bg.

In het begin werden de voorschriften niet altijd gevolgd, stelt journalist-activist Issaev. Hij vermoedt dat mensen de ernst van de situatie onderschatten. Hun familieleden en vrienden bleven gezond, dus de pandemie zou niet zo gevaarlijk zijn, dachten ze. Maar naarmate er meer gevallen van besmetting kwamen, nam de angst de overhand en werden de voorschriften meer gerespecteerd.

Toch blijven de Roma-wijken nog steeds in lockdown. De autoriteiten lijken niet te geloven dat de Roma ooit 'zullen gehoorzamen'. 'Roma leven volgens hun eigen regels', zegt Greta Ganeva, advocate, mensenrechtenactiviste en secretaris van de Bulgaarse Evangelische Alliantie, aan MO*. 'Integreren is moeilijk. Ze hebben zelfs hun eigen rechtbank. Ze erkennen en vertrouwen vaak alleen hun eigen autoriteiten.'

Ganeva vindt dat de Bulgaren de leefstijl van de Roma zouden moeten proberen begrijpen en accepteren. De Bulgaarse autoriteiten zouden daarom volgens haar meer in samenwerking met de Roma-autoriteiten moeten handelen. 'Maar in de plaats daarvan handhaaft de overheid de maatregelen via de politie. En dan loopt het soms mis.'

'Geen discriminatie, maar machtsvertoning tegenover Orthodoxe Kerk'

'We verkeren in een noodtoestand, maar we leven nog steeds in een rechtsstaat die het Verdrag voor de rechten van de mens heeft ondertekend.'

Zoals onlangs in Samokov. Op 12 april vierden evangelische christenen Palmzondag op het plein voor de kerk in de Roma-wijk van Samokov. Ze begingen daarmee geen overtreding: de Bulgaarse overheid heeft, in tegenstelling tot andere Europese landen, kerkdiensten niet afgeschaft. Toch openden de openbaar aanklagers van Samokov één dag na de viering een procedure, omdat volgens hen in Samokov coronamaatregelen werden geschonden.

'Op basis van de interviews in de media kon je de conclusie trekken dat de gelovigen inderdaad iets verkeerds gedaan hadden, terwijl dit niet het geval was', zegt advocate en activiste Greta Ganeva. 'De erediensten zijn niet verboden. En bovendien heeft de predikant alle hygiënemaatregelen van de autoriteiten nageleefd. De viering vond zelfs buiten plaats, zodat gelovigen niet dezelfde lucht inademen.'

Dezelfde dag nog stuurde de voorzitter van de Evangelische Alliantie in Bulgarije, Rumen Bordzhiev, een open brief aan de premier, de minister van Binnenlandse Zaken, de Bulgaarse hoofdaanklager en vertegenwoordigers van de media. ‘Er kan geen sprake zijn van een overtreding van een verbod dat niet bestaat. (…) Hoewel we momenteel in een noodtoestand verkeren, leven we nog steeds in een rechtsstaat die het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens heeft ondertekend.'

Volgens journalist en onderzoeker Pavel Antonov was dit niet noodzakkelijk een anti-Roma-incident, maar eerder een pure machtsvertoning: 'De overheid wilde vooral laten zien dat ze wel tegen de religieuze gemeenschappen kan optreden, nadat ze gedwongen werd om toe te laten dat de orthodoxe kerken openbleven met Pasen.'

Antonov merkt dat de Orthodoxe Kerk de laatste jaren zodanig veel macht kreeg dat de overheid er uiterst voorzichtig mee omspringt. 'De oude gewoontes, zoals het kussen van iconen en het delen van dezelfde lepel tijdens de communiediensten, gaan gewoon verder. Terwijl dat volstrekt onverantwoord is', zegt Antonov. Veel Bulgaren delen die mening en lieten dat ook op sociale media weten.

Maar niet iedereen lijkt zich zorgen maken over COVID-19: ‘Het is maar een virus en we zullen het verslaan’, zei de 58-jarige orthodoxe christen Radka Petrova aan Reuters. Ze was op paaszondeg 19 april een van de weinigen die een speciale middernachtmis bijwoonde (orthodoxe christenen vieren Pasen op een andere datum dan katholieke, red.). Vele anderen besloten om dit jaar toch thuis te blijven, zoals de gezondheidsautoriteiten adviseerden.

Kwetsbare groep overal in Europa

Bulgarije is niet het enige land dat tijdens pandemie strengere regels tegen de Roma invoert. In Slovakije en Roemenië gingen de Roma-wijken ook in de lockdown.

De Commissaris voor de Rechten van de Mens van de Raad van Europa herinnerde er naar aanleiding van de Internationale Romani-dag op 8 april aan dat Roma tot de meest kwetsbare groepen behoren tijdens de COVID-19-pandemie. ‘Op veel plaatsen in Europa hebben ze nog steeds geen toegang tot schoon water en sanitaire voorzieningen. Dit maakt het erg moeilijk om cruciale hygiënemaatregelen toe te passen, zoals regelmatig handen wassen. Het is ook moeilijk om socialeafstands- en isolatiemaatregelen effectief te implementeren in overvolle woningen.’

Bulgarije is niet het enige land dat tijdens pandemie strengere regels tegen de Roma invoert. In Slovakije en Roemenië gingen de Roma-wijken ook in de lockdown.

Veel Roma hebben ook geen toegang tot gezondheidszorg. In Kosovo heeft slechts 10 procent van de Roma van 16 jaar of ouder een ziektekostenverzekering. In Albanië is dat 27 procent. Roma ervaren ook regelmatig discriminatie in de gezondheidszorg. Dat zal waarschijnlijk niet veranderen tijdens de coronacrisis, vermoeden de journalisten van Balkan Investigative Reporting Network.

'Het leven in de Roma-gemeenschappen was sowieso nooit gemakkelijk. Nu is het nog moeilijker door de lockdown en de checkpoints. De situatie maakt mensen erg ongerust. Ze zijn nu eenmaal afgesloten van de buitenwereld. Sommigen van hen hebben werk verloren nadat de informatie over de lockdown in de media verscheen', zegt Bogomilov.

Tienduizenden mensen verdienden vóór de pandemie hun brood met allerlei klusjes: van dingen op markten verkopen over schroot verzamelen tot eendaagse interim jobs. Nu zijn deze inkomstenbronnen weg. Ook de Roma die de voorbije jaren als seizoenarbeiders in West-Europa aan de slag gingen, mogen het voorlopig vergeten.

In het hele Oost-Europa hebben de Roma-gemeenschappen nauwelijks hulp gekregen. Alleen in sommige delen van Slovakije hebben lokale autoriteiten toegang tot schoon water geregeld. In de Roemeense stad Cluj kregen driehonderd gezinnen die aan de rand van een vuilnisbelt wonen voedselpakketten en sanitaire producten.

Ivan Radev van de Association of European Journalists deed op Twitter een oproep voor dringend hulp voor de Roma-wijken, waar mensen in extreme armoede verkeren.

In Europa wonen naar schatting 10 tot 12 miljoen Roma. Het is de grootste etnische minderheid van het continent. Ongeveer de helft woont in zeven landen: Tsjechië, Slovakije, Hongarije, Roemenië, Bulgarije, Servië en Noord-Macedonië.

Uit een Europees onderzoek naar minderheden en discriminatie in 2016 bleek dat:

  • ongeveer 80 procent van de ondervraagde Roma onder de armoederisicodrempel van hun land leeft;

  • één Roma op de drie woont in woningen zonder leidingwater;

  • één Roma-kind op de drie leeft in een huishouden waar iemand de afgelopen maand minstens één keer met honger naar bed is gegaan;

  • 50 procent van de Roma tussen 6 en 24 jaar niet naar school gaat.

Zondebok

‘In onzekere tijden, waarin we tegen een onzichtbare vijand strijden, zoekt de samenleving een “verlossend offer” om haar angsten op over te brengen’, schrijft Mila Mineva, universitair docente sociologie aan de Universiteit van Sofia, in een essay op het Bulgaarse platform Marginalia.bg.

‘Het is een bekend mechanisme, dat leidde tot de vervolging van heksen, joden, enzovoort. In een dergelijke situatie is de communicatie van instellingen heel belangrijk, omdat het maar een zeer kleine stap is die de virtuele strijd scheidt van op haat gebaseerde pogroms. De Amerikaanse president gebruikt bijvoorbeeld zo’n retoriek om woede op anderen te richten: op democraten, de media, de WHO, de Chinezen… Zo ontstaat een verdeling in de samenleving die de haat tegen de zondebok kanaliseert.’

‘Roma mogen niet opnieuw als zondebok worden gebruikt door nationalisten en racisten.'

Romani Rose, Roma-activist en hoofd van de Centrale Raad van Duitse Sinti en Roma richtte zich eind maart tot de Europese Unie in het Duitse dagblad Der Tagesspiegel: ‘Roma mogen niet opnieuw als zondebok worden gebruikt door nationalisten en racisten. Door de crisis bestaat er een gevaar van nieuwe pogroms tegen Roma.’

Terwijl op sociale netwerken en in sommige Bulgaarse media meer en meer anti-Roma-uitspraken klinken, probeert generaal Mutafchiyski de racistische golf tegen te houden. Tijdens zijn briefings voor de pers reageert hij kordaat op vragen die bedoeld zijn om haat en verdeeldheid te zaaien: ‘Welke eeuw is dit? Deze vraag zou niet eens openbaar gesteld mogen worden. Dat is onaanvaardbaar’, antwoordde hij op 27 maart aan een journalist, nadat die vroeg hoeveel Roma positief testten op COVID-19.

Deze antidiscriminerende aanpak van Mutafchiyski is consistent, merkt Mineva op. Ze haalt enkele voorbeelden van zijn verklaringen aan: 'Ziekenhuizen kunnen op geen enkele manier onderscheid maken tussen verzekerden en onverzekerden', 'We zijn allemaal Bulgaarse staatsburgers', 'We zullen zulke retoriek niet tolereren', 'Wij zijn een Europees land in de 21se eeuw'. Ook de minister van Binnenlandse Zaken tikte journalisten op de vingers: hij schaamde zich ervoor dat sommige media de pejoratieve term ‘zigeuners’ gebruiken.

Mineva ziet een positieve verandering in de houding van de regering. ‘De briefings, het nieuws en journalistieke programma’s worden nu voor het eerst naar gebarentaal vertaald. Dat toont alleen aan dat de inclusie van eerdere gemarginaliseerde groepen wel mogelijk is. Dit zijn kleine veranderingen in het publieke gedrag van de instellingen, maar ze zijn een teken van een inspanning.’