De macht van president Trump zal groter zijn dan velen geloven
Dinsdag 8 november trekken Amerikaanse kiezers naar de stembus – ten minste zij die vrijaf kunnen nemen om op een doordeweekse dinsdag uren aan te schuiven bij het stemloket. De uitkomst van deze verkiezing is onvoorspelbaar, maar Tine Destrooper probeert alvast in te schatten wat er na 8 november op de Amerikaanse politieke agenda staat.
Na een oktobermaand waarin Clinton volgens de polls gemiddeld 5-7 procent beter scoorde dan Trump, keerde het tij plots nadat vorige week nieuwe mails van Clinton gelekt werden en de FBI het onderzoek tegen Clinton elf dagen voor de verkiezing opnieuw opende.
De procedure tegen Clinton (betreffende het gebruik van haar onbeveiligde private mailserver voor het delen van vertrouwelijke overheidsinformatie) beïnvloedde haar populariteit aanzienlijk: momenteel ligt haar voorsprong in de meeste polls nog slechts op 2 procent, waardoor de uitkomst van de verkiezingen weer geheel onvoorspelbaar is geworden.
Het is op dit moment onduidelijk wat de impact van het nieuwe FBI-onderzoek tegen Clinton zal zijn
Bovendien is het op dit moment onduidelijk wat de impact van dit nieuwe onderzoek tegen Clinton zal zijn. Het zou kunnen een storm in een glas water zijn, maar even werd zelfs gevreesd dat het, in het meest extreme geval, Clinton uit de verkiezingsrace zou kunnen duwen. In dat laatste geval, is het geheel onzeker hoe de verkiezingen verder zouden verlopen – en ondanks vragen omtrent de grondwettelijkheid hiervan, werd hier en daar zelfs geopperd dat Obama stappen zou kunnen ondernemen om de verkiezingen in dat geval te verdagen tot er een nieuwe kandidaat verkozen is aan Democratische zijde.
Kortom, er is nog nooit in de recente geschiedenis van de VS een presidentiële verkiezing geweest die gekenmerkt werd door zoveel chaos – en zoals al uit alle analyses en polls gebleken is: over de toekomst kan men eigenlijk niet schrijven.
Wat echter wel reeds duidelijk is, dat is dat, ongeacht wie er verkozen wordt, wanneer de verkiezingen plaatsvinden, of op welke manier er wordt omgegaan met dit FBI-onderzoek tegen Clinton, er tijdens deze verkiezingsstrijd wonden geslagen zijn die geheeld zullen moeten worden, dat er verdeeldheid gezaaid is die zijn gelijke niet kent in de recente geschiedenis van de VS, en dat, in het geval dat Trump zou verkozen worden, hij de mogelijkheid zal hebben bepaalde van zijn ideeën die aan de grond liggen van deze verdeeldheid weldegelijk door te voeren omwille van de uitvoerende macht die de president in de VS heeft, en indien Clinton verkozen wordt, de Republikeinse meerderheid in het Congres haar beleid volledig zou verlammen de komende jaren.
De Macht van President Trump
Net zoals het geval was met Brexit, zien vele Trumpkiezers hun stem als een symbolische handeling om een signaal te geven aan het politieke establishment. Velen (maar niet allen) gaan er daarbij van uit dat de feitelijke beleidsimpact van hun beslissing erg klein zou zijn, net omdat Trump zo’n buitenstaander is. Ze hebben het echter mis.
Indien hij verkozen zou worden, zou Trump wel degelijk een reeks beleidsbeslissingen kunnen nemen die rechtstreeks het leven van miljoenen Amerikanen zouden raken. Hoe hij die beslissingen zou nemen heeft Trump nooit onder stoelen of banken gestoken. In één van zijn boeken beschrijft hij hoe hij als succesvolle alpha-man een eenzijdige vastberadenheid heeft om zijn visie aan de wereld op te dringen, met een irrationeel geloof in onredelijke doelen, zelfs als die grenzen aan waanzin.
Er zijn inderdaad een aantal zaken waarover Trump op zijn eerste dag in het Witte Huis een uitvoerend besluit zou kunnen tekenen, zoals hij zo vaak belooft te doen
En er zijn inderdaad een aantal zaken waarover hij letterlijk op zijn eerste dag in het Witte Huis een uitvoerend besluit zou kunnen tekenen, zoals hij zo vaak belooft te doen: het stopzetten van de financiering aan Planned Parenthood waardoor miljoenen vrouwen toegang tot betaalbare reproductieve gezondheidszorg verliezen, de migratie-amnestiewet voor 728.000 ongedocumenteerde minderjarigen terugdraaien waardoor deze in de illegaliteit terechtkomen, de implementatie van migratiewetgeving verstrengen door mechanismes te installeren voor verhoogde detentie en deporatie van ongedocumenteerde migranten, het bannen van ‘gun-free’ zones bijvoorbeeld rond scholen, het afschaffen van controles op wie vuurwapens mag kopen, het legaliseren van discriminatie van LGBT op de werkvloer en op school door Obama’s memoranda hieromtrent ongedaan te maken, en zo verder.
Checks & Balances om losgeslagen projectielen in toom te houden
De beslissingsmacht van Amerikaanse presidenten is tot op zekere hoogte institutioneel beperkt. De 1787 Federalist Papers beoogden (net als hun Europese tegenhangers) om de macht van de uitvoerende tak te beperken, in dit geval door het Congres het laatste woord te geven in het aannemen van wetten, en het Hooggerechtshof het laatste woord te geven over de grondwet.
Tijdens de Koude Oorlog droeg het Congres een aanzienlijk deel van zijn macht over aan de president
Echter, angst voor een nucleaire oorlog leidde ertoe dat tijdens de Koude Oorlog een grotere machtsoverdracht plaatsvond van beide instellingen naar het Witte Huis. Dit ondermijnde de controle die de wetgevende en rechterlijke macht kunnen uitoefenen op de uitvoerende macht.
Eric Posner, professor Internationaal Recht, stelt dat tijdens de Koude Oorlog, het Congres een aanzienlijk deel van zijn macht overdroeg aan de president, dat het Hooggerechtshof dit niet in strijd met de grondwet heeft gevonden, en dat deze regeling vervolgens geconsolideerd is, waardoor er veel minder controle en restricties zijn op de uitvoerende macht dan veel burgers vermoeden. Bovendien zijn wetgevende en rechterlijke instanties in de VS ook belemmerd door een traag besluitvormingsproces. Dit is niet, of veel minder, het geval voor presidentiële beslissingen.
Hoewel sommige van Trumps beleidsvoorstellen, zoals het schrappen van ‘Obamacare’, het afschaffen van bepaalde belastingen of het vervolgen van journalisten onmogelijk zijn zonder de instemming van het Congres, zijn er andere zaken (zoals het heronderhandelen van de recente nucleaire deal met Iran of het zwaarder vervolgen van bepaalde misdrijven die vooral in Latino of zwarte gemeenschappen voorkomen), die wel relatief makkelijk kunnen geïmplementeerd worden en ook vergaande gevolgen hebben.
Bovendien is de samenstelling van dat Congres ook de inzet van de verkiezingen. Momenteel hebben de republikeinen een kleine minderheid in beide kamers (Huis van Afgevaardigden en Senaat). Echter, alle 435 plaatsen in het Huis worden ook herverkozen deze week, evenals 1/3 van de Senaat. De verwachting is dat dit zal leiden tot een nipte Republikeinse meerderheid in het Huis en een nipte Democratische meerderheid in de Senaat.
Indien Republikeinen de meerderheid in de Senaat verliezen, hebben ze reeds gedreigd elk Democratisch voorstel en met name elke benoeming bij het Hooggerechtshof te zullen blokkeren
Indien Republikeinen echter de meerderheid in de Senaat zouden verliezen, hebben ze reeds gedreigd elk Democratisch voorstel en met name elke benoeming bij het Hooggerechtshof (waarvoor een meerderheid van 60/100 nodig is) te zullen blokkeren. Dit zou willen zeggen dat er de facto 4 jaar lang bijna geen beleid kan gemaakt worden en dat het hooggerechtshof buitenspel zou gezet worden gedurende die tijd indien Clinton het presidentshap wint en de Democraten de Senaat winnen.
Ook dit Republikeins dreigement tot radicale blokkering is een direct gevolg van een extreem polariserende retoriek die elke samenwerking over de partijgrenzen heen bijna onmogelijk maakt.
Trump heeft deze polarisering versterkt, maar is tegelijk ook het resultaat van een Republikeinse partij die reeds jaren polarisering in de hand werkt.
De keuze lijkt er dus momenteel een te zijn van verlamming onder Clinton of excessen onder Trump. Echter, vele van Trumps huidige voorstellen zijn in strijd met het eerste (godsdienstvrijheid), vierde (bescherming van de persoonlijke levenssfeer), vijfde (eerlijk proces) en achtste (onredelijke strafrechtelijke vervolging) amendement van de grondwet, wat het in principe mogelijk maakt om bepaalde beslissingen voor het hooggerechtshof aan te vechten.
Maar ook als aanvechten mogelijk is, kan de president een eerste zet doen en daarmee de politiek en de maatschappij voor voldongen feiten stellen. Het kan vervolgens jaren duren vooraleer het Hooggerechtshof zich uitspreekt over de grondwettelijkheid van deze beslissingen – zoals we nu zien inzake Bush’s beslissing om na 9/11 de NSA toestemming te geven tot het afluisteren van persoonlijke communicatie: Ook hier was verzet uit het Congres en zijn verschillende rechtszaken aangespannen, maar het programma bleef tot 2015 bestaan en de privacy van miljoenen Amerikanen werd in de tussentijd ongrondwettelijk geschonden.
De laatste optie om presidenten te beperken is een weigering tot uitvoering van hooggeplaatste generaals en ambtenaren. Onder Nixon, Bush Jr. en een aantal andere presidenten zijn een paar voorbeelden bekend van hoe de opdrachten van een president te controversieel werden gevonden door de hooggeplaatste generaals en daarom niet uitgevoerd werden. Generaal Michael Hayden bijvoorbeeld, voormalig hoofd van de CIA en NSA, voorspelt dat dit ook deze keer het geval zou zijn, omdat generaals niet verplicht zijn om een opdracht uit te voeren waarvan de legaliteit niet vaststaat.
Misschien belangrijker dan de vraag naar welke institutionele voorzieningen er bestaan om Trump in toom te houden mocht hij verkozen worden, is de vraag omtrent de maatschappelijke processen die er nodig zijn om de reeds aangerichte schade te herstellen. Dit is belangrijk ongeacht of Trump verkozen wordt of niet.
Wat de Amerikaanse maatschappij nu nodig heeft
De opkomst en populariteit van figuren zoals Trump (of, dichter bij huis, Geert Wilders, Nigel Farage, enzovoort) is indicatief voor een veel complexer onderliggend probleem, een probleem van niet-vertrouwen in politieke instellingen, een probleem van raciale spanningen, een probleem van ongelijkheid die ten koste gaat van een kwetsbare groep, maar ook, een probleem dat niet énkel die kwetsbare groep treft.
Mainstream media zetten supporters van Trump vaak weg als laagopgeleide racisten die werken in bedreigde zware industrieën
Mainstream media zetten supporters van Trump (en de zijnen) vaak weg als laagopgeleide racisten die werken in bedreigde zware industrieën. Dit is een te unidimensioneel beeld van dit deel van het electoraat, of van de bezorgdheden van deze groepen.
Beelden van Trump-rally’s waar hillbillies seksistische en xenofobe leuzen scanderen, maken het te makkelijk om de populariteit van Trump af te doen als een domme keuze van ‘de anderen’.
Maar is er dan niets in Trumps verhaal waar we ‘zelf’ vatbaar voor zijn?
Verschillende van Trumps voorstellen sluiten bijvoorbeeld naadloos aan bij die van Sanders, de democratische kandidaat wiens populariteit ook onverwacht hoog was tijdens de voorverkiezingen. Het zijn de voorstellen omtrent het aan banden leggen van banken, het heranalyseren van een expansionistisch interventionistisch beleid, het verlies van controle over beleidsvoorstellen op nationaal niveau.
De problemen die zowel Trump als Sanders benoemen vormen de dagelijkse realiteit en bezorgdheden van velen. Enkel, de oplossingen die Trump voorstelt zijn zo grotesk en onaanvaardbaar dat het kind met het badwater wordt weggegooid, en dat andere politici graag doen alsof alles wat de kandidaat verkondigt onzin is en genegeerd kan worden.
Maar ondertussen blijft het ongenoegen bij de bevolking bestaan, want Trumps tegenkandidaat Clinton wordt algemeen gezien als iemand die helemaal geen voeling heeft met wat er leeft in de onderbuik van de maatschappij.
Het gevaar bestaat dat de problemen van miljoenen Amerikanen, die wanhopig op zoek zijn naar iemand die hun taal spreekt, van tafel worden geveegd zodra Trump de verkiezingen verliest.
Het gevaar bestaat daarbij dat de problemen van miljoenen Amerikanen die wanhopig op zoek zijn naar iemand die hun taal spreekt van tafel worden geveegd zodra Trump de race verliest. Het andere gevaar is dat, door niet te luisteren naar wat er áchter Trumps grootspraak ligt en niet kritisch te kijken naar het gevoel dat hij mobiliseert, hij de enige wordt die dat gevoel kan mobiliseren, de enige die invloed heeft op dit deel van het electoraat, omdat hij de enige is die hen serieus neemt (of althans zegt dat te doen).
Als, zoals de polls nog lijken te voorspellen, Clinton verkozen wordt zal de eerste vraag dan ook zijn hoe die Trump stemmers weer aan boord te krijgen, hoe een beleid en een discours te ontwikkelen dat hen niet stigmatiseert en verder uitsluit, maar hen ondersteunt, zowel sociaal, economisch als politiek, om hen een gevoel te geven dat zij deel zijn van het gemeenschappelijke project. De taal die de Clinton campagne vandaag gebruikt is echter van zo’n aard dat het ook voor haar erg moeilijk zal worden om verzoenend, zalvend en inclusief om te gaan met de gepolariseerde Trump-achterban die zich nu reeds geheel buitengesloten voelt van de mainstream.
Deze achterban wegzetten als onbelangrijk dreigt dan ook de basis te leggen voor een verdere escalatie van de bestaande problemen, wat niet enkel risicovol is naar de volgende verkiezing toe, maar vooral met betrekking tot hoe mensen kunnen samenleven in die steeds korter wordende tijd tussen twee verkiezingen door.
En de winnaar is…
Peilingen en voorspellingen lijken de laatste week weer op hol geslagen. Het is daarom van belang de campagne niet te behandelen als een cynische komedie, maar om te vragen: Wat zou de verkiezing van deze kandidaat feitelijk betekenen voor het land indien z/hij verkozen wordt?
Hoe kan een verzoenend verhaal voorgesteld worden dat de bezorgdheden van burgers opneemt en ook de polarisering aanpakt? Deze vragen zullen voor de komende regering misschien nog prangender zijn dan de klassieke geostrategische en economische thema’s
Het is daarbij onvoldoende om te stellen dat Trump volgens de meeste polls achterop loopt, of dat hij als buitenstaander weinig kans heeft om veel invloed te hebben op het beleid. Enerzijds is de kans nog steeds bestaand dat hij de verkiezing zou winnen, anderzijds toont zijn aanwezigheid hoe groot het ongenoegen van burgers is over het politieke establishment.
Zijn aanwezigheid in de race en zijn retoriek hebben nu reeds een onuitwisbare indruk nagelaten, onder andere door Clinton’s beleidspositie inzake een heleboel thema’s in een bepaalde richting te sturen, door de mogelijkheid te opperen dat Republikeinen het congres zouden verlammen indien Clinton verkozen wordt, en, vooral, door de kloof tussen verschillende bevolkingsgroepen onderling en tussen burgers en politiek significant te vergroten.
Hoe kan een samenleving hiermee omgaan? Hoe kan een verzoenend verhaal voorgesteld worden dat deze bezorgdheden van burgers opneemt en nu ook de polarisering aanpakt?
Deze vragen zullen voor de komende administratie misschien nog prangender zijn dan de klassieke geostrategische en economische thema’s die vaak de beleidsagenda van inkomende presidenten domineren.