Op 9 november herdenkt Duitsland een lange reeks beladen gebeurtenissen: de moord op de democratische politicus Robert Blum (1848), de oprichting van de Weimarrepubliek (1918), Hitlers putsch in Beieren (1923) en de Kristallnacht (1938). Op die zelfde dag dit jaar gaf de pasverkozen presidentskandidaat Donald Trump zijn overwinningstoespraak in New York.
Wat Trump als gloednieuwe president elect in zijn thuisstad had te melden was onder meer het volgende. Hij zou grote infrastructuurprojecten laten uitvoeren om de werkloosheid op te lossen, de geheime diensten een integraal deel van zijn bestuur maken, de politiemachten de erkenning geven die ze verdienen, en van zijn natie de grootse en beste ter wereld maken. Klinkt bekend?
Minder dan twee weken voor de Amerikaanse presidentsverkiezing schreef John Cassidy, een van de meeste gevolgde politieke commentatoren van de VS, dat een Brexit-scenario ondenkbaar was in de VS: een presidentsverkiezing is iets heel anders dan een referendum; bij de Brexit wilden mensen gewoon een middelvinger opsteken naar het establishment, maar bij deze Amerikaanse presidentsverkiezing wisten kiezers wel degelijk wat de gevolgen van hun beslissing zouden zijn; in de loop van de verkiezingsstrijd liet een meerderheid van de Amerikanen zich negatief uit over Trump, zelfs degenen die zeiden dat ze hem prefereerden boven Clinton; Trump wond er geen doekjes om dat zijn campagne op haat, arrogantie, leugens en roekeloosheid gebaseerd was; en zo verder.
Trump wond er geen doekjes om dat zijn campagne op haat, arrogantie, leugens en roekeloosheid gebaseerd was
Ondanks dit alles, en heowel Trump aangaf dat zijn beleid autoritair, rechtenschendend en isolationistisch zou zijn als dat moest, stemde ongeveer de helft van de Amerikanen er vorige week mee in om hem een kans te geven.
Het is op dit moment onduidelijk hoeveel van zijn grootsprakige voorstellen rondom abortus, NAFTA, de NAVO en migratie Trump ook echt zal proberen uit te voeren. Maar veelbetekenend is dat voor ongeveer de helft van de Amerikaanse bevolking het idee dat deze kandidaat mogelijk alles zou ondergraven waar een klassieke liberale democratie voor staat onvoldoende reden was om niet voor hem te stemmen.
Het failliet van de liberale democratie…
Wat de laatste verkiezingen dan ook bovenal blootlegden zijn de grenzen van die zelfde liberale democratie die de VS jarenlang geëxporteerd heeft naar andere delen van de wereld als ware er maar één mogelijke formule voor vooruitgang en inclusief samenleven: electorale democratie + rechtsstaat + vrijemarkteconomie = de beste kansen voor allen.
Jarenlang is met de mantel der liefde bedekt hoezeer autoritarisme, racisme en exploitatie van minderheidsgroepen een integraal deel zijn van de instituties die in de praktijk onze liberale democratieën in stand houden, en hoezeer er behoefte is aan een evaluatie en update van deze instellingen om ze weer dichter te laten aansluiten bij onze hedendaagse samenlevingen.
Wereldwijd lijken dan ook steeds meer kiezers de op dit ogenblik dominante invulling van een liberale democratie te verwerpen
Wereldwijd lijken dan ook steeds meer kiezers de op dit ogenblik dominante invulling van een liberale democratie te verwerpen. Van Latijns-Amerika tot Centraal-Azië en van Europa tot Zuid-Afrika stellen zowel politieke leiders als bepaalde sectoren van het middenveld het klassieke model van een liberale democratie steeds vaker ter discussie – soms vanuit een onbeschaamde machtshonger, soms vanuit een werkelijke bezorgdheid over de tekortkomingen van de heilige drievuldigheid.
Trump lijkt daarbij eenduidig in de eerste categorie thuis te horen. Toch stelde de Sloveense filosoof Slavoj Žižek eerder deze maand dat de verkiezing van Trump desalniettemin ook een mogelijkheid tot constructieve verandering inhoudt: hoewel we allemaal ontzet moeten zijn over, onder andere, de legitimiteit die Trump verleent aan blanke supremacisten in de VS, stelt Žižek dat hij de enige actor is in het Amerikaanse politieke bestel die er feitelijk toe in staat is de bestaande politieke instellingen en de twee grote partijen te dwingen zichzelf en hun uitgangspunten te heroverwegen. Een goede zaak?
Het is na Trumps campagne niet moeilijk onmiddellijk een hele reeks dystopische scenario’s op te roepen van hoe deze hervormingen er inhoudelijk en procedureel zouden kunnen uitzien, en een beeld van een autoritaire politiestaat die mensenrechten en burgerlijke vrijheden bedreigt is moeilijk te negeren.
…of een ambitieuze tegenbeweging?
De mate waarin deze verkiezingscampagne – en met name ook de campagne van Bernie Sanders – de Amerikanen gemobiliseerd heeft, betekent echter dat er ook momentum gecreëerd is, dat mensen kritisch zijn over de status-quo en zich daarvoor (of beter daartegen) willen organiseren.
Veel Amerikaanse kiezers zijn dit jaar voor het eerst in hun leven gaan stemmen, het aantal Amerikanen dat vanuit het buitenland gestemd heeft is ongekend hoog, en ook de burgerparticipatie tijdens de campagnes was erg groot. Prominente mensen- en burgerrechtenorganisaties zoals de American Civil Liberties Union en Human Rights Watch riepen er onmiddellijk na de verkiezingsuitslag toe op om Trump verantwoordelijk te houden en zijn beleid vanaf dag één nauwlettend onder de loep te nemen. Gezien het kwaad bloed dat zijn campagne gezet heeft, is de kans reëel dat een groot aantal burgerinitiatieven dit ook zal (proberen te) doen, en zo meer politiek betrokken raakt.
Verschillende studies, zowel in de VS als elders, tonen aan dat dit soort politieke betrokkenheid een springplank kan zijn voor groepen die normaal niet politiek actief zijn om verder deel te nemen aan het politieke proces. Deze kritische burgerinitiatieven kunnen zich bijvoorbeeld op de duur ontwikkelen tot pressiegroepen die ook nadenken over de concrete inhoud van een nieuw politiek project – voorbij de mobilisatie tégen een demagoog en vóór een nieuw inclusief en ambitieus verhaal.
Welcome to the Dark Side
Vandaag lijkt het echter moeilijk, zelfs bijna ongepast, om zo optimistisch te denken. De Amerikaanse samenleving lijkt gepolariseerder en tegelijk verlamder dan ooit.
Miljoenen Amerikanen leven met een gevoel van angst en onzekerheid, deels veroorzaakt door externe gebeurtenissen zoals de aanslagen in San Bernardino en Parijs, maar vooral ook door de economische nood waarin ze verkeren. Duizenden banen in de klassieke zware industrie zijn bedreigd of al verloren gegaan, mensen werken lange uren, zonder ouderschapsverlof en vaak zonder ziekteverzekering of recht op betaald ziekteverlof, hun lonen gaan niet omhoog, miljoenen hebben tijdens de huizencrisis hun woning verloren en, bovenal, niemand luistert naar hen.
De olifant in de kamer was daarbij altijd dat de vrijemarkteconomie niet het verhoopte doordruppeleffect had voor de grote menigte
Deze groep zoekt al jaren actief of passief naar de oorzaak van hun problemen. De olifant in de kamer was daarbij altijd dat de vrijemarkteconomie niet het verhoopte doordruppeleffect had voor de grote menigte, dat de Amerikaanse democratie zwaar discriminerende voorzieningen heeft en dus niet iedereen gelijk vertegenwoordigt, en dat de rechtsstaat in de praktijk niet helemaal functioneert zoals op papier.
Dat een demagoog die precies die drie elementen van de liberale democratie aanvalt bijval krijgt, is dan ook weinig verwonderlijk: waarom zouden deze kiezers niet het risico nemen het hele systeem overhoop te gooien, als hun gevoel toch is dat ze niets meer te verliezen hebben? Waarom zou je een kandidaat kiezen die de spelregels respecteert als je het gevoel hebt dat de spelregels zo gemaakt zijn dat jij niet kan winnen?
De triomf van de rationaliteit
Trump wedde echter op twee paarden. Enerzijds legde hij de problemen van de huidige liberale democratie bloot, anderzijds zette hij in op een klassiek demagogische strategie: spreek de taal van de gewone man (want de gewone vrouw werd niet heel relevant geacht in zijn campagne), en zeg dat outgroups de feitelijke wortels van het probleem zijn. En het is vooral dat laatste dat problematisch is.
Het zou getuigen van weinig realiteitszin om te denken dat de verliezers van het neoliberale en liberaaldemocratische project de beginselen hiervan zouden blijven verdedigen uit principe. Tot dat punt kan gezegd worden dat kiezers perfect rationeel gereageerd hebben op een systeem dat hun verraden heeft. Het ter discussie stellen van dit project hoeft dan ook niet per se problematisch te zijn: het biedt in theorie de ruimte om na te denken over de vraag wat er dan voor in de plaats moet komen. Gevaarlijk wordt het pas wanneer racisme en xenofobie als oplossing worden voorgesteld. Het gevaar van Trumps aanval op de liberale democratie ligt dus niet in de vragen die hij stelt, maar in de antwoorden die hij geeft.
Trump was, met het wegvallen van Bernie Sanders, de eerste Amerikaanse presidentskandidaat in jaren die naar de olifant in de kamer durfde te wijzen. Hij stelde expliciet de huidige vorm van de liberale democratie ter discussie en was de enige presidentskandidaat in de recente geschiedenis – o ironie – die het neoliberalisme veroordeelde en sprak over economische ongelijkheid en het beschermen van de hardwerkende burgers tegen het roofkapitalisme van de mondiale markt.
Dat kandidaten burgers een betere levensstandaard beloven is natuurlijk niet nieuw, maar dat mondiale markten en de vrije handel expliciet werden benoemd als de oorzaak van een reeks problemen waar deze kwetsbare groepen mee te maken heeft was nieuw in de VS – en tot op zekere hoogte internationaal. Pas deze maand publiceerde een aantal beleidsmakers bij het IMF voor het eerst een artikel waarin werd toegegeven dat de neoliberale ideologie misschien toch niet heeft gewerkt zoals was gehoopt: dat een doorgedreven beleid van vrije handel, deregulering en terugschroeven van overheidsuitgaven ongelijkheid heeft doen toenemen en economische groei doen afnemen.
Panisolationisme
De legitimiteit van het bestaande liberaaldemocratische model staat dan ook overal ter wereld onder druk. Ook in Europese landen en het Zuiden heeft het neoliberale en liberaaldemocratische project hele bevolkingsgroepen aan hun lot overgelaten. Ook hier is het waarschijnlijk dat die groepen het electorale proces zullen gebruiken op een manier die voor hen rationeel is, door te stemmen voor demagogen die de fundamenten van dit systeem ondermijnen.
Hoe kunnen we liberale democratieën zo conceptualiseren dat ze de waarden die eraan ten grondslag liggen garanderen en feitelijke bescherming en kansen bieden aan burgers, maar tegelijk veerkrachtig genoeg zijn om zich aan te passen aan een veranderende politieke context?
De vraag rijst dus hoe we liberale democratieën zo kunnen conceptualiseren dat ze de waarden die eraan ten grondslag liggen garanderen en feitelijke bescherming en kansen bieden aan burgers, maar tegelijk veerkrachtig genoeg zijn om zich aan te passen aan een veranderende politieke context. Vasthouden aan de vormelijke en institutionele inrichting zoals we die kennen, en die steeds meer onder druk komt te staan, lijkt het risico te behelzen dat de legitimiteit van het hele project ondermijnd wordt.
Trumps verkiezing heeft duidelijk gemaakt hoe makkelijk het is om angst te mobiliseren en te gebruiken als politiek lokmiddel. Volgend jaar vinden verkiezingen plaats in Frankrijk, Duitsland, Nederland en een aantal andere Europese en niet-Europese landen. De legitimiteit die Marine Le Pen gecreëerd heeft voor het Front National, de onwaarschijnlijke winst en ruk naar rechts van de Alternative für Deutschland, en Wilders’ politieke recuperatie van Trumps overwinning in Nederland suggereren dat ook in Europa de bestaande liberale democratie zal worden uitgedaagd, en bovenvermelde partijen lijken, net als Trump, geen intrinsieke ambitie te hebben om met een constructief alternatief te komen.
Politieke partijen lijken dus voor de keuze te staan tussen enerzijds het erkennen van de tekortkomingen van het huidige systeem en het formuleren van een ambitieus, zelfs radicaal progressief verhaal, een verhaal dat die kwetsbare groepen die zich nu achter demagogen scharen duidelijk maakt dat ze gehoord zijn, dat hun kwaadheid gezien is en terecht bevonden wordt, dat er een antwoord op kan worden gevonden waarbij geen zondebok nodig is, en dat xenofobie en racisme geen deel zijn van dit antwoord. De enige andere optie is het verwerpen en negeren van de noodkreet van deze grote groep burgers, en ze daarmee overlaten aan die demagogen.
Indien beleidsmakers geven om de inhoud en grondbeginselen van de liberale democratie (meer dan om de vorm), is het tijd om te erkennen dat er een debat moet komen over onze bestaande instellingen, dat we geen genoegen kunnen nemen met een sporadische verkiezing, maar dat er een ambitieus en inclusiever verhaal nodig is om liberale democratieën levensvatbaar te houden in de 21e eeuw.
***
In zijn overwinningstoespraak van 9 november stelde Trump dat hij de president van alle Amerikanen wil zijn en iedereen op een correcte manier wil behandelen. Als burgers, media en middenveld moeten we onze leiders dan ook aan hun woord houden, en kijken hoe de fundamentele verstoring van de bestaande instellingen kan aangewend worden om een inclusiever en ambitieuzer politiek project te formuleren. 9 november was historisch gezien ten slotte niet enkel een dag van verschrikking, het was ook de dag waarop in 1989 de Berlijnse Muur viel en een eerder ondenkbaar politiek project, een project van fundamentele hervorming, plots mogelijk werd.
Dit artikel werd geschreven voor het winternummer van MO*magazine. Voor slechts €20 kan u hier een jaarabonnement nemen!