De rol van jongeren in Parijs volgens Jonathan Lambregs

Blog

De rol van jongeren in Parijs volgens Jonathan Lambregs

De rol van jongeren in Parijs volgens Jonathan Lambregs
De rol van jongeren in Parijs volgens Jonathan Lambregs

'Wij, jongeren spelen een cruciale rol in het klimaat. We zijn met heel veel en hebben het potentieel om grote veranderingen tot stand te brengen en als er niks gebeurt zijn wij de generatie die met de gebakken peren zit.' Jonathan Lambregs, 27 jaar, zal de belangen van jongeren vertegenwoordigen tijdens de klimaattop in Parijs.

Jonathan, vertel: hoe ben jij met klimaat in contact gekomen?

Lambregs: Zeg gerust dat ik de bezorgdheid om het klimaat met de paplepel binnen kreeg. Ik was tien toen ik samen met mijn vader een zonneboiler op het dak installeerde en was lid van de Jeugdbond voor Natuur en Milieu, of kortweg JNM.

Ondertussen is er al heel wat tijd verstreken en deed ik al ervaring op in het klimaatsecretariaat van de VN, bij de International Union for Conservation of Nature (IUCN), en bij Bond Beter Leefmilieu (BBL). Klimaat zal in mijn leven een belangrijke rol blijven spelen.

Welke impact hebben jongeren op het klimaatbeleid?

Lambregs: Jongeren kunnen gevestigde waarden ontkrachten, want ze zitten nog niet vastgeroest aan het huidige systeem. Denk aan onze energieproductie; vandaag is centrale productie op basis van fossiele brandstof vanzelfsprekend. Maar morgen zullen we stroom krijgen van windmolens, slimme elektriciteitsnetten en zonnepanelen. Het zijn de jonge ondernemers die hier nu al mee aan de slag gaan.

‘Morgen zullen we stroom krijgen van windmolens, slimme elektriciteitsnetten en zonnepanelen.’

Anderzijds vertegenwoordigen jongeren de stem van de bevolking in het klimaatdebat. Denk aan de impact van Climate Express in België. Zij stellen heel duidelijk een vraag aan onze overheid en aan de onderhandelaars in Parijs: ‘Hou rekening met ons en evolueer naar een duurzamere samenleving’. Door samen te werken staat deze groep van jongeren enorm sterk in hun schoenen. Hun hele model komt van onderuit en is toch geprofessionaliseerd. Het komt erop aan de aandacht voor het klimaat vast te houden en klimaatbeleid hoger op de agenda te zetten bij onze vertegenwoordigers en politici.

Midden in het interview ontvangt Jonathan een berichtje van zijn moeder, met het nieuws dat de klimaatmars afgeschaft is. ‘Dit is exact wat ik bedoel’, zegt hij daarop, ‘dankzij Climate Express stuurt nu zelfs mijn moeder me een berichtje over de klimaatmars’.

Het is belangrijk om ook jongeren die minder bezig zijn met klimaat moet mee aan boord te krijgen. Mensen die voortdurend met klimaat bezig zijn, maken duurzame keuzes. Maar zij alleen gaan de wereld niet veranderen. Laat de jongeren die willen werken met hun handen sleutelen aan de treinen van morgen in plaats van aan de auto’s van gisteren. Het faillissement van Ford Genk is een drama, een sociale ramp, maar zet de vrijgekomen energie in voor de technologieën van morgen.

Ligt de jeugd wakker van het klimaat?

Lambregs: We gaan er van uit dat jongeren met heel andere dingen bezig zijn en dat het klimaat een ver van hun bed show is. Maar wanneer ik in scholen rond ga blijken jongeren wél op de hoogte. Ze komen vaak zelfs met een brede waaier aan oplossingen naar voren. Dat vind ik schitterend om te zien. Ze geven technologische oplossingen zoals elektrische wagens en zonnepanelen en verdedigen fietsen en openbaar vervoer om klimaatsverandering tegen te gaan.

‘Jongeren komen vaak met een brede waaier aan oplossingen.’

Maar duurzame dagelijkse keuzes blijven moeilijk voor iedereen. Goede informatie kost flink wat moeite, je gaat niet bij iedere appel de klimaatimpact gaan berekenen. Bovendien zijn duurzame producten vaak duurder. Daarom is een beleid dat duurzame keuzes ondersteunt zo belangrijk; maak de trein goedkoper dan de auto, ondersteun de deeleconomie en informeer de mensen. De keuze tussen klimaat of portemonnee moet wegvallen.

De media zoomt vandaag in op de desastreuze gevolgen van de klimaatsverandering in het Zuiden. Maar met een negatief verhaal, dat zich bovendien nog ver weg afspeelt ook, motiveer je jongeren niet om actie te ondernemen. Motiveren doe je met een positief verhaal dat zich dichtbij afspeelt. Wat is het potentieel, wat kunnen wij - hier en nu - verwezenlijken? We moeten benadrukken dat we het systeem kunnen omvormen tot iets nieuws, iets groens, iets duurzaams. We moeten er met andere woorden een constructieve dicht-bij-mijn-bed-show van maken.

De klimaatconferentie is net begonnen, wat zal de rol van jongeren zijn, komt hun boodschap aan bod?

Lambregs: Ik heb mijn mening moeten aanpassen over de rol van jongeren in Parijs. Zelf spreken is minder belangrijk, zolang je belangen maar verdedigd worden, dacht ik. Maar het is cruciaal dat jongeren hun stem verheffen in Parijs en gehoord worden. Want zij spelen een unieke rol in het hele proces. De onderhandelaars en ministers weten dit trouwens ook. Jongerenvertegenwoordigers krijgen een stem op de top.

Ik denk niet dat jongeren expliciet in het verdrag zullen staan en dat is op zich niet het belangrijkste, je kan niet alle uitdagingen in één document of met één beleid aanpakken. In Parijs is het belangrijkste dat de basis wordt gelegd om uit de vervuilende economie te stappen en onze toekomst veilig te stellen.

Wat zijn jouw verwachtingen van de top?

Lambregs: Een akkoord zal er komen. Nog nooit deden zoveel landen mee. De geïndustrialiseerde landen, de paus, vakbonden, het middenveld en burgers wereldwijd zetten zich achter een sterk klimaatbeleid. Als Parijs niet tot een akkoord leidt heb je een gapende kloof tussen samenleving en politiek. Zonder sterk klimaatakkoord zijn de beleidsmakers geen vertegenwoordigers meer van het volk.

‘Zonder sterk klimaatakkoord zijn de beleidsmakers geen vertegenwoordigers meer van het volk.’

Het is een moeilijke evenwichtsoefening, want hoe sterker het akkoord, hoe meer landen afhaken. En een juridisch bindend akkoord bijvoorbeeld zal in India, China, de VS of anderen niet geratificeerd worden. Daarom zal het akkoord landen motiveren ambitieuze doelstellingen aan te nemen zonder hen te strenge quota op te leggen. Ieder land diende een klimaatplan in (INDC). Hierin staan hun geplande acties voor Co2-reductie, hernieuwbare energie, duurzaam transport enzovoort. Volgens mij moet in Parijs worden vastgelegd dat ieder land om de vijf jaar met een nieuw en sterker klimaatplan moet komen. Zo creeër je een race-to-the-top.

Het struikelblok voor een stevig akkoord is de financiering. Voor ontwikkelingslanden zijn de uitdagingen enorm. Zij hebben niet de nodige kennis - bijvoorbeeld hoeveel Co2 ze hebben uitgestoten sinds 1990, de technologie of de financiële middelen om de strijd tegen klimaatsverandering aan te vatten. De vraag aan de rijke landen is duidelijk; zij moeten landen in het Zuiden steunen. Dit is voor ontwikkelingslanden een belangrijke eis om zicht te engageren. .

Je ontmoet op de klimaattop jongeren uit het Zuiden. Hoe kijken zij naar klimaatsverandering en de top?

Lambregs: Het is confronterend om jongeren uit het Zuiden te horen spreken over klimaatsverandering. Zij voelen de gevolgen al in hun dagelijks leven. Sommigen komen van eilandstaten die over 50 jaar gewoon niet meer zullen bestaan. Dan is het moeilijk om met een positief verhaal te komen natuurlijk.

Onderhandelaars uit het Zuiden pleiten voor adaptatie, ofwel het beperken van de gevolgen van klimaatsverandering en het recht op ontwikkeling. Voor veel mensen staan de gevolgen al voor de deur. We moeten hen beschermen door dijken te bouwen aan bedreigde kuststreken, irrigatiesystemen aan te leggen in droogvallende gebieden enz.

Eén boodschap staat als een paal boven water. Het Zuiden zal nooit aanvaarden dat zij niet mogen ontwikkelen omdat het Westen al teveel heeft uitgestoten. Zij willen het recht om hun economie te laten groeien. Als rijke landen hen steunen met technologie en financiering is het voor hen mogelijk om te groeien zonder evenveel uit te stoten als de rijke landen uit het Noorden.

Heb je zelf bepaalde doelstellingen voor ogen tijdens de top?

Lambregs: Ik maak me geen illusies, mijn invloed op de top is klein om niet te zeggen nietig. Maar wat ik wel kan is transparantie scheppen. Mensen in België op de hoogte houden van belangrijke beslissingen. Wat gebeurt er met het geld uit het internationale klimaatfonds bijvoorbeeld? Verdwijnt dat niet in de zakken van vertegenwoordigers en onderhandelaars? Doet de internationale gemeenschap voldoende om kwetsbaren te beschermen tegen de gevolgen van de klimaatverandering? En waar staat België, doen wij een duit in het zakje?

Uiteraard volg ik ook de Belgische bijdrage. Wij zijn trouwens vaak gebonden aan het Europese standpunt, wij moeten dat volgen. Maar we hebben wel vrijheid in onze steun aan internationale klimaatfinanciering. We moeten laten zien dat we het menen en dat we het Zuiden bijstaan in de engagementen die we van hen vragen. Vandaar ook mijn oproep aan Joke Schauvliege.

Op de top lopen enkele van mijn grote voorbeelden rond zoals Jos Delbeke, de verantwoordelijke van het Europees klimaatbeleid, Hans Bruyninckx, hoofd van het Europese milieu-agentschap of Elon Musk, CEO van Tesla. Ik hoop dat ik met hen kan praten over klimaatbeleid en het milieu. En tegen een koffietje met Obama zou ik natuurlijk ook geen nee zeggen.

‘En tegen een koffietje met Obama zou ik natuurlijk ook geen nee zeggen.’

Wat na de top?

Lambregs: Wat we nodig hebben na Parijs is een heel duidelijk signaal. Waar gaan we met onze economie en onze samenleving naartoe? Het massaconsumptiemodel is in belang aan het afnemen, nieuwe modellen ontstaan en een sterke boodschap kan deze transitie enkel versnellen. Het akkoord van Parijs; welke vorm het ook krijgt, moet burgers, bedrijven, overheden, ngo’s en alle partners oproepen om de handen in elkaar te slaan en de transitie te versnellen richting een duurzame planeet.