De Siciliaan

Blog

De Siciliaan

De Siciliaan
De Siciliaan

Langzamerhand, na meerdere bezoeken dit jaar, bevind ik me in de bevoorrechte positie een beeld te mogen vormen en schetsen van dit eilandvolk.

Ze lijken op het eerste zicht zachter en rustiger dan andere Italianen. Maar dan heb je ze nog niet in een discussie meegemaakt. Of in het verkeer. Hun energie, passie en roekeloosheid worden er feilloos in weerspiegeld en gebundeld. De kracht zit in hun voeten, ogen en klankkleur.

 © MO*/Annelies D'Hulster

© MO*/Annelies D'Hulster

Slechts enkelen, en dat heel sporadisch, spreken een mondje Engels, Frans of Spaans. De anderen gebruiken hun handen en charme om hun ééntaligheid te verbloemen en vergoelijkingen. En je vergeeft het ze onmiddellijk. Want hun lieflijkheid is één en ondeelbaar. Eindeloos.Aan de bushaltes praten jongeren en ouderen, allen elkaar onbekend, aan een stuk door. Ze komen te weten wie ik ben en waar ik heen wil en geloven niet dat ik Belgisch ben. “Neen, daar met mijn vader, daar moet iets misgelopen zijn.” “Ik zie er Italiaans uit.”

Dat blijkt ook uit de talrijke keren ze hier aan mij de weg vragen. Die weg, die ik zelf altijd kwijtraak. Op één dag word ik tweemaal zomaar in een auto meegevoerd en met mijn fiets begeleid door een moto.

Nooit heb ik zelf een gunst gevraagd. Altijd wordt ze me liefdevol aangeboden. De buschauffeur zet me, als was hij een taxi, af waar ik dat zelf wil, nadat hij de ganse rit luid met zijn radio mee keelde en aan 100km/u over een bergweg scheurde waar 50 vereist werd. Maar soms komt de bus ook helemaal niet. De planning klopt nooit en ook op de infopunten geven ze gegarandeerd de verkeerde info, als er al Engels gesproken wordt.

En ik geloof graag dat “het enkel de noorderlingen uit pakweg Milaan zijn, die de migranten niet graag zien komen.”

Ik voel me hier de helft van de tijd reeds in Afrika, en dus ongelooflijk thuis. Er is enkel die verdomd gemene zee die ons scheidt.

 © MO*/Annelies D'Hulster

© MO*/Annelies D’Hulster