Diversiteit hoort een werkwoord te zijn, vóóral in het beleid

Blog

De verkeerde focus op diversiteit verduistert echte structurele tekortkomingen in onze maatschappij

Diversiteit hoort een werkwoord te zijn, vóóral in het beleid

Diversiteit hoort een werkwoord te zijn, vóóral in het beleid
Diversiteit hoort een werkwoord te zijn, vóóral in het beleid

Aangezien diversiteit de basis vormt voor onze samenleving, wordt het best bekeken als een werkwoord, pleit Emmanuel Iyamu. Een werkwoord dat leidt tot een logischere beleidslogica en een goed sociaal beleid dat de ontwikkeling van de samenleving van onderuit volgt.

© Viktor Forgacs (CC0)

© Viktor Forgacs (CC0)​

Diversiteit wordt nog te vaak benaderd vanuit een in group- en out grouplogica. Terwijl er meer onderlinge verschillen zijn tussen individuen dan tussen groepen. Wie gelooft in het individu, gelooft impliciet ook in diversiteit. Want diversiteit betrekt elke groep en geeft het individu de basis voor zijn of haar individuele ontplooiing.

In het ooit cultureel witte Europa is er schijnbaar geen (in group) diversiteit. De diversiteit wordt onder Europeanen maar al te makkelijk ingeruild voor culturele homogeniteit.

Diversiteit, andersheid en ook multiculturalisme worden daarom steeds meer geproblematiseerd. We bekijken andersheid als vreemd of vervreemdend. L’enfer, c’est les autres. In België en Vlaanderen zien we hetzelfde fenomeen terugkomen. Diversiteit krijgt bijna een vijandig karakter voor wat cultureel homogeen of wit is.

Beleidsmatig zweren we bij diversiteit, superdiversiteit of multiculturaliteit, maar het beleid komt niet verder dan enkel de dingen benoemen. Aangezien diversiteit de basis vormt voor onze samenleving, wordt het best bekeken als een werkwoord. Alle individuen samen vormen namelijk de basis van de samenleving en dus van de democratie.

‘Het beleid komt niet verder dan enkel de dingen te benoemen, terwijl diversiteit een werkwoord hoort te zijn’

We gaan er nog te veel van uit dat diversifiëring, de eigenlijke actie die ondernomen moet worden, vanzelf tot stand zal komen. Tegelijk zweren we bij een strak gedefinieerde Belgische of Vlaamse identiteitsbeleving uit angst om ‘controle’ te verliezen. We propageren een witte status-quo samenleving en vergeten gemakkelijkheidshalve dat verandering de drijfkracht is van de samenleving.

Terwijl we een verkeerde focus leggen op diversiteit, namelijk de Ander problematiseren, worden structurele maatschappelijke tekortkomingen verduisterd. Onder het mom van diversiteit wordt de aandacht dus verlegt van de structurele ongelijkheid binnen onze maatschappij naar zogenaamde problemen met culturele diversiteit of multiculturaliteit.

Alvorens België een echte multiculturele of zelfs een gediversifieerde samenleving kan worden, is het daarom belangrijk stil te staan bij de complexiteit van onze samenleving. Enkel zo kunnen diversifiëring en multiculturaliteit optimaal tot hun recht komen. Enkel zo kunnen we het nodige draagvlak creëren om als één maatschappij aan hetzelfde zeel te trekken.

Geen Vlaamse identiteit zonder de Belgische

De schijnbare culturele homogeniteit van het Vlaamse ras, en België in zijn geheel, vormt een obstakel voor een echte diverse samenleving. In Vlaanderen hunkeren sommigen naar onafhankelijkheid. Al vergeten ze dat de Vlaamse geschiedenis zich nog steeds binnen de Belgische afspeelt en dat ze cultureel nog onvoltooid is. Ons dan te hardvochtig focussen op de regionale etnische invulling van de Vlaamse identiteit kan nefast zijn voor een degelijke integratie en sociale cohesie.

Want iedereen identificeert zich, de één meer dan de ander, als Belg. Zelfs zij die zich enkel Vlaming, Antwerpenaar of Allochtoon willen noemen. Zonder een referentie naar hun Belg-zijn, kunnen zij zich nooit een lokale identiteit eigen maken. Kortom, er is geen Vlaamse identiteit zonder de Belgische.

Neem nu de ‘identiteit’ allochtoon. Het lijkt grappig dat iemand, hier geboren en getogen, zich volhartig allochtoon noemt. Maar het lachen vergaat snel eenmaal we begrijpen dat dit een teken is van marginalisatie.

Wie het gevoel krijgt nooit echt aanvaard te worden als Belg, laat staan een Vlaming, zal zich eerder terugplooien op die ‘allochtone’ identiteit. Hij of zij onttrekt zich daarmee van de alomvattende en lokale Belgische identiteiten. Of ontwikkelt in het ergste geval een gedissocieerde persoonlijkheid en isoleert zich impliciet van het gehele maatschappelijk gebeuren. Hij of zij zal minder willen samen-leven.

‘Wie het gevoel krijgt nooit echt aanvaard te worden als Belg, laat staan een Vlaming, zal zich eerder terugplooien op die ‘allochtone’ identiteit’

Mits we in een samenleving vol ‘diversiteit’, en belangrijker, integratie en sociale cohesie willen geloven, kunnen we niet voldoende rekening houden met de alomvattende identiteit Belg. Zeker omdat mensen met een migratieachtergrond zich in de eerste plaats vooral met België identificeren terwijl een groot deel van de autochtone bevolking nog erg in de lokale identiteit zit vastgeroest.

Wanneer België, zonder daarbij de regionale realiteit te verwaarlozen, het kleinste niveau wordt waarin iedere burger zich kan herkennen, zullen we elkaar veel makkelijker vinden. Wanneer we het dan over de regionale realiteit hebben, moeten we streven naar een civiele, en minder etnische, invulling van de Vlaamse identiteit.

Epistemische diversiteit

Toch draait echte diversiteit uiteindelijk niet enkel rond enkel etnisch-culturele zichtbaarheid van andere volkeren of superdiversiteit. Wel om culturele heterogeniteit: het belichten van verhalen, kennis of epistemologie van zowel de ‘meerderheidsgroep’ als de ‘etnische-culturele minderheden’. Epistemische diversiteit betekent dan een diversiteit aan denkkaders, kennisperspectieven of logica.

Culturele heterogeniteit of culturele epistemologie vormt de basis voor de alomvattende identiteit Belg. En dus voor datgene wat we echt onder een multiculturele samenleving kunnen verstaan. Twee voorbeelden kunnen dat verduidelijken:

Ten eerste was de Europese vrouwenrechtenbeweging van de twintigste eeuw – waarvoor nog steeds wordt gevochten – niets anders dan pleiten of acties ondernemen voor diversiteit. Het ging onder meer over het (her)definiëren van wat vrouwelijkheid inhield. Dat zag zich vertaald in de diversifiëring van macht en rechten onder mannen en vrouwen.

Een tweede voorbeeld is het debat rond dekolonisatie. Het historisch eurocentrische denkbeeld is niet noodzakelijk een fout denkbeeld, maar slechts één perspectief naast andere mogelijke ‘culturele en persoonlijke perspectieven’ binnen België.

Wanneer die verschillende culturele perspectieven evenwaardig naast elkaar kunnen bestaan, krijgen we als samenleving een accurater beeld van onze (de)kolonisatiegeschiedenis. Zo kunnen we elkaar, ongeacht huidskleur of afkomst, veel beter begrijpen. Dat komt de sociale cohesie enkel maar ten goede.

Want diversiteit is inherent verbonden met de Belgische geschiedenis en is allerminst een bedreiging voor de verdere geschiedenis van het vaderland. De aanvaarding van diversiteit, brengt hoogstens verandering met zich mee. Verandering in de huidige maatschappelijke structuren en verandering in hoe we naar onszelf kijken. Toch is die verandering een natuurlijk fenomeen en niet per se negatief, op voorwaarde dat we er correct mee leren omgaan.

Sociale ongelijkheid

‘We moeten streven naar een civiele, en minder etnische, invulling van de Vlaamse identiteit’

Wanneer we het fenomeen van diversiteit onder de loep nemen, vertroebelt onze blik door enkel naar de groeiende zichtbaarheid van het multiculturele landschap te kijken. De aandacht wordt zo afgeleid van reeds bestaande structurele uitdagingen zoals sociale uitsluiting, mobiliteit en ongelijkheid. Ook dat, voornamelijk dat, zorgt ervoor dat de sociale integratie in dit land achterop hinkt.

Een goed sociaal beleid moet de ontwikkeling van de samenleving van onderuit volgen en niet zomaar verdiepingen blijven bijbouwen in de hoop dat de mensen onderaan ooit leren vliegen. Nieuwkomers, migranten en de ‘zwakkere’ sociale klassen in onze samenleving moeten met de nodige aandacht en op een positieve manier in de samenleving worden geïntroduceerd.

Dit noopt ons tot een positieve en meer logische beleidslogica. Eén die focust op de alomvattende, inclusieve identiteit Belg, (culturele) epistemische diversiteit en een ‘multiculturele belichaming’ van de Belgische samenleving.

Om disassociatie en sociale omheiningen te vermijden, moet Belg-zijn als ideaal primeren op alle andere idealen om iedereen een waardig bestaan te verlenen. Uiteindelijk streeft iedere burger in dit land naar een (h)erkenning van zijn of haar bestaan. Om zijn of haar talenten te ontplooien die hij of zij kan inzetten om de samenleving van dienst te zijn. Dat is de ware toedracht van diversiteit: ruimte creëren voor individuele en collectieve ontplooiing.

Emmanuel Iyamu (26) is masterstudent sociaal-economische wetenschappen aan de UAntwerpen. Hij is voormalig onderwijscoördinator van de jongerenorganisatie Kilalo en mede-oprichter van de studentenvereniging AYO, waarmee hij het zelfbewustzijn van Afro-Belgische jongeren wil versterken. Iyamu wil het diversiteitsdebat opnieuw scherpstellen door nuancering en een ander perspectief te bieden.