“‘Een beroep als een ander’
Op het laatste nippertje komt er nog iemand op het vliegtuig gestapt. Een kleine oude man die ik meteen herken als een rasechte Guatemalteek uit de bergen. De bemanning - die alles in gereedheid brengt om eindelijk te vertrekken – maant de man aan zijn spullen (een gitaar en een grote koffer) op te bergen en plaats te nemen. Naast mij. Ik schenk hem mijn grootste glimlach, blij dat Guatemala al naast me zit.
De buurman aan de andere kant vraagt of hij het oude mannetje zal helpen bij het invullen van de douanepapieren. Die vraag is voor de oude man minder choquerend dan ze voor mij is. Hij lacht naar me en legt uit dat hij inderdaad niet kan lezen of schrijven. “Maar er is altijd wel iemand die het voor me invult. Zo gaat het altijd.”
Mijn nieuwsgierigheid wordt gewekt. Hij is niet – zoals ik denk - de oude vader die voor de eerste keer zijn zoon gaat bezoeken die in de in de Verenigde Staten werkt. Hij blijkt een ervaren reiziger te zijn. “Ik reis al 11 jaar, gemiddeld één keer per maand.”
Ik bedenk voorzichtig een vraag om het gesprek gaande te houden (“reist u voor het werk?”) maar de man heeft niet veel nodig om op gang te komen.“Ik reis tussen Guatemala en de VS om de spullen van Guatemalteken die in de VS werken naar hun familie in Guatemala te brengen.”
Ik kijk hem verbaasd aan: “Hoe ben je op het idee gekomen zo´n zaak te beginnen?” vraag ik. “Mijn zoon woonde en werkte in New York en op een dag vroeg hij me op bezoek te komen. ‘Zoon, ik heb geen geld,’ zei ik. ‘Maak je geen zorgen,’ zei hij, ‘dat regel ik allemaal’.”
Vervolgens krijg ik het gedetailleerde verhaal te horen over hoe hij op een donderdag naar de hoofdstad moest reizen om de documenten op te halen. “Als God het wil, dan ga ik, maar als hij niet wil, dan is het zo,” vertelt hij. “Maar tot mijn verbazing waren alle documenten in orde en ik bevond me in de VS.”
En dan valt hij plots stil, alsof zijn verhaal is afgelopen. “En toen?” vraag ik. Hij kijkt me aan en vervolgens krijg ik weer een zeer gedetailleerd verhaal te horen over hoe zijn zoon nadien aanbood om nogmaals op bezoek te komen, deze keer voor langere tijd en om er te werken. Hij nam het aanbod aan en zoals in de films stond hij elke ochtend in de rij te wachten tot een camion hem zou oppikken om ergens te gaan werken.
Weer valt hij stil. “En toen? Toen kwam u op het idee?” vraag ik ongeduldig.
“Neenee. Ik werkte enkele jaren in New York en mijn zoon –die ondertussen veel geld had verdiend – besloot terug naar huis te keren. Hij heeft daar nu een familie en een groot huis en gronden. Dus ben ik ook teruggekeerd…”
Ik wil het bijna opgeven, wanneer hij dan toch verdergaat: “Een man vroeg me of ik niet voor hem wilde reizen tussen Orlando en Guatemala. Ik heb me dan voor de zoveelste keer aangepast en nu reis ik regelmatig over en weer om die spullen te vervoeren.”
Op de een of andere manier klinkt het plost allemaal minder ingenieus dan ik verwachtte. Alhoewel? Deze man reist als een onschuldig oud mannetje over en weer… “Iets aan te geven?” “Nee,” zegt hij en loopt met 3 volle koffers vol cadeaus en een gitaar door de douane…