“‘Een productief 2012??’
2011 was voor ons een feestjaar; onze droom kwam uit, we konden gaan boeren. 2012 wordt het jaar waarin we die dromen in daden omzetten. Er moeten weilanden omheind worden, varkens gezocht en bijenkasten gebouwd. Maar uiteraard is de wereld veel groter dan ons stukje land dat, althans in onze ogen, een ecologsiche en verantwoorde Parel wordt. En wat daar gebeurt is niet altijd gedrenkt in honing....
Mon810
In Frankrijk werd onlangs (28 november) het moratorium op een gentech maïs MON810 opgezegd, en mag het dus gezaaid en gecommercialiseerd worden. Eind 2007 sloot Frankrijk alle grenzen voor deze gentech maïs. Hierbij beroepen ze zich op de “clausule de sauvegarde”: ongekende gevaren voor gezondheid, landbouw en natuurpatrimonium. Ook andere landen sloten de grenzen. In Europa is het gewas al toegelaten sinds 1998.
Maar we spreken hier over Monsanto en zij laten dat uiteraard niet zomaar gebeuren. Zoals te verwachten valt werd een deftig rondje gelobbyd, Frankrijk kon niet voldoende wetenschappelijke bewijzen op tafel leggen om hun verbod te funderen, en Europa besliste in het nadeel van de biodiversiteit. Frankrijk werd gedwongen hun verbod op te heffen. Het zaad werd ondertussen al verdeeld aan de geïnteresseerde boeren en ligt klaar om dit voorjaar ingezaaid te worden.
Los van de ggo-problematiek, lopen we als imker hier direct gevaar. Bijen laten zich immers niet tegenhouden door een futiele “100 meter cordon sanitair”. In Duitsland werd in 2005 een honingtest gedaan, waarin er ggo-resten werden gevonden in de honing. Van Monsanto gentechmaïs die op 500 meter van de bijenkasten werden gekweekt. En, honing met ggo-resten moeten, zo werd laatst beslist op Europees niveau, moet behandeld worden als een volwaardig gentech voedingsmiddel (ook al was de besmetting geheel onvrijwillig). Wat neer komt op onderzoeken (voedselveiligheid) en etikettering. Ziet u het ons al doen bij een potteke honing?
Wij waren trouwens ook heel content met die uitspraak; gezien dat meteen een uitspraak was die bewees dat de coëxistentie - het samengroeien en leven van natuurlijke en gentech planten en dieren- een grote klucht is. Meer leest u hier.
Eigen Zaadteelt
Maar kijk, er zijn ook postieve signalen. L’association Kokopelli (een Franse organisatie die zich wereldwijd inzet voor vrije zaden) wint een veldslag in de oorlog om vrije zaadteelt.
Er bestaat zoiets als de “officiele catalogus van soorten en varieteiten”, een Europees werkmiddel waarin alle gecommercialiseerde soorten moeten in vermeld staan. Ter bescherming; opdat de markt niet overspoeld geraakt met 20 verschillende planten die allemaal eenzelfde naam dragen. Het is eigenlijk een optelsom van alle catalogi die de Europese lidstaten zelf opmaken. Er zitten nu al zo’n 34.500 varieteiten in vermeld. Je hebt er van gewone landbouwgewassen, aardappelen en groenten.
De rechtzaak die Kokopelli nu heeft lopen (tegen reuzen als Commission Européenne, Conseil de l’Union Européenne, République Française, Royaume d’Espagne et société Graines Baumaux) was een gevecht tegen de aanvraag tot het verbieden van het gebruik van planten en zaden die niet in die cataloog vermeld staan. Wat een gigantische beperking inhield. Niet iedereen heeft de middelen om aan die goedgekeurde zaden te geraken, oude varieteiten zouden niet meer gebruikt mogen worden en, zoals steeds, er zullen weer enkelen de winnaars worden; de grote industrieën. Het kost immers geld om rassen te laten catalogeren, laat staan ze te commercialiseren.
Daarnaast hebben we het nog niet over de genetische verarming in de landbouw (die al volop bezig is) en in onze tuinen en de absurditeit dat zelf geoogst zaad verboden wordt om te commercialiseren of te gebruiken.
Als het Europees hof de mening van de “advocat general” volgt is dit een bijzonder heugelijke dag voor de Vrije Zaadteelt!
Er staan ons mooie tijden te wachten, dat is zeker. Maar ook onzekere tijden. Waarin gevochten zal moeten worden voor de Vrijheid op het Land en in het Bord. Wij hebben onze zeisen al geslepen. Bring it on!