Jihad vs Arabische lente

Interview

Jihad vs Arabische lente

Jihad vs Arabische lente
Jihad vs Arabische lente

De jihadisten in Syrië. Iedereen schrijft erover, weinigen kennen hen. Ze strijden met andere idealen in het hart dan de vrijheidsdroom die de opstand ontketende. Hun religieuze geestdrift heeft implicaties voor alle landen van de regio. Montasser AlDe’emeh, onderzoeker aan de Universiteit van Antwerpen, bestudeert hun theologische drijfveren en de kracht van hun politieke ideologie. Hij maakt de balans op van drie jaar Jihad versus Arabische lente.

Zolang de oppositie erger is dan jij zelf, win je; schakel dus de gematigde oppositie uit en versterk de extremisten. Deze overlevingsstrategie van het Assad-regime werpt vruchten af en de jihadisten spelen het spel mee. Ten koste van honderdduizenden mensenlevens slaagde Bashar Assad erin om een opstand voor meer vrijheid om te buigen tot een oorlog tussen zijn nationale leger, dat vecht voor de bescherming van het land, en het islamitische leger dat vecht voor het kalifaat. Een oorlog die de verhoudingen in de regio door elkaar schudt. Het Midden-Oosten zoals we dat sinds het einde van WOI kennen, is niet meer.

Montasser AlDe’emeh is een veelbelovende Belgisch-Palestijnse arabist die ook Joodse geschiedenis studeerde. Een belangrijke stap voor een Palestijn wiens familie uit Palestina werd verdreven. In zijn jeugd was hij een gevangene van de haat, mede door de onwetendheid van de Vlaamse samenleving over het onrecht dat zijn familie onderging. Maar vandaag wijdt hij zijn leven aan een studie van de oorzaken van religieus extremisme en aan verzoening.

Hij werkt aan een doctoraalstudie over de jihad en de redenen waarom Europese moslims naar Syrië trekken. Dagen en nachten analyseert hij teksten en videoboodschappen van jihad-leiders en militanten. Ik sprak hem in Parijs, in het land dat de afbrokkelende grenzen in het Midden-Oosten trok, maar dat ons ook vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid bracht. ‘En laat dat nu net de idealen zijn die de jihadisten nastreven in hun strijd voor het rechtvaardige kalifaat’, zegt AlDe’emeh verrassend.

AlDe’emeh: Een Hadith – of uitspraak van de profeet – opgetekend in de 8ste eeuwvoorspelde dat na het kalifaat koningen zouden komen “die zich aan de macht vastklampen”. Daarna, zo stelt de Hadith, zou er een tirannieke heerschappij komen, gevolgd door een nieuw kalifaat volgens de methode van de profeet. Geleerden analyseerden deze Hadith: na de profeet kwamen de vier rechtgeleide kaliefen Abu Bakr, Omar, Othman en Ali van 632-661. Daarna kwamen dus koningschappen of sultanaten: onder andere de Omajjaden, de Abbasiden en het Ottomaanse rijk. En de val van het Ottomaanse rijk leidde tot de “tirannieke heerschappij” van de seculiere Arabische dictaturen.

Theologische basis

Vandaag geloven de jihadisten dat de laatste fase is aangebroken: het nieuwe kalifaat?

AlDe’emeh: Ja, de Arabische lente was voor hen het einde van de tirannieke heerschappij zoals voorspeld door de profeet. Geleerden hebben de droom van het kalifaat altijd levend gehouden in de harten van de moslims. Het was met die droom dat de Afghaanse moedjahedeen in de jaren ’80 tegen de Russische bezetting vochten, als bondgenoten van de VS. En het was met die droom dat Al-Qaedaleider Ayman Al-Zawahiri later opnieuw naar Afghanistan trok, deze keer om tegen de Amerikaanse bezetting te vechten.

In Syrië willen ze de uitkomst van de voorspelling bespoedigen en de weg bereiden voor het aangekondigde kalifaat. Waarom is Syrië het einddoel?

AlDe’emeh: Syrië brengt hen enkel dichter bij het doel: Jeruzalem. Overal in de regio waar het centrale gezag wankelt, ondersteunt Al-Qaeda groepen die de ideologie verspreiden. In Syrië is Jabhat Al-Nusra de voornaamste groep. Maar er is ook ISIS (Islamitische Staat in Irak en Syrië), die nu al de controle willen verwerven over de grensregio van Irak en Syrië, een gebied met een meerderheid soennieten. Om er één land van te maken en later vanuit Damascus en Jordanië Jeruzalem te bevrijden. Buitenlandse ISIS-strijders zien het als een grote eer, een nobele verantwoordelijkheid om de voorspelling van de profeet te mogen zijn.

Staat Syrië ergens vermeld in de theologische teksten?

AlDe’emeh: Toeval of niet, maar: ja. Volgens een tweede Hadith zal de beslissende strijd in Damascus worden geleverd: “Het nieuwe Fustat zal tijdens het grote slagveld al-Ghouta zijn, een gebied nabij een stad die Damascus wordt genoemd, één van de meest prestigieuze steden van de Levant.”

In Fustat, het huidige Caïro, verzamelde het islamitische leger zich in de zevende eeuw om Noord-Afrika en Spanje te veroveren. Vandaag verzamelt het islamitische leger zich in Syrië om de islamitische wereld één te maken. Geleerden zeggen: als de voorspelling van de verovering van Noord-Afrika en Spanje uitkwam, waarom zou de voorspelling van de eenmaking dan niet kloppen?

Als ze effectief Damascus zouden veroveren, zou dat een overweldigend bewijs opleveren dat de Hadith klopt.

AlDe’emeh: En dat zou de jihadisten een enorme boost aan rekruteringskracht geven. Ze geloven dat ze hulp zullen krijgen uit Khorasan, een groot deel van het huidige Afghanistan en Oezbekistan. Een derde Hadith vermeldt immers het volgende: “Als jullie zwarte vlaggen uit Khorasan zien komen, sluit je dan aan bij dat leger zelfs al moeten jullie over ijs kruipen. Want dat is het leger van Imam Al-Mahdi en niemand zal het kunnen stoppen voordat het Jeruzalem heeft bereikt.”

De jihadisten willen de zwarte vlaggen laten wapperen in Damascus. Dat zal voor hen het teken zijn dat de Levant één wordt, de koloniale grenzen van de Britten en de Fransen worden uitgewist en de zionisten uit Palestina worden verjaagd. Eén van de mannen die uit Khorasan zouden komen, is Imam al-Mahdi, de verlosser die met Jezus onrecht zal bestrijden.

Deze jihadisten strijden ook tegen de sjiitische moslims binnen de islam.

AlDe’emeh: Volgens hun leer zijn sjiieten ongelovigen. De Amerikaanse invasie in Irak in 2003 heeft Al-Qaeda naar Irak gehaald en het slapende soennitisch-sjiitisch conflict binnen de islam wakker gemaakt. Sinds de val van het Ottomaanse rijk regeerden de soennieten in Irak. Maar dat veranderde toen Saddam Hoessein verdween: sjiieten kregen meer politieke macht. De opstand in Syrië is voor soennitische jihadstrijders een nieuw front in de strijd tegen de sjiitische invloed én voor het kalifaat.

Verkeerde kant van de Jihad

Een week geleden keerde Jabhat Al-Nusra zich tegen ISIS. Al-Qaeda tegen Al-Qaeda?

AlDe’emeh: Neen. Al-Qaeda distantieerde zich openlijk van ISIS en in de praktijk was dat al langer het geval. Al-Qaeda is boos dat ISIS zich niet inschakelt in de bevelstructuur. Dat kan ertoe leiden dat Jabhat Al-Nusra, dat ook een ultraconservatief islamitisch kalifaat wil maar dat niet altijd openlijk etaleert, aan geloofwaardigheid zal winnen bij Syriërs.

De dagen van ISIS zijn dus geteld? Wat betekent dat voor de Belgische Syriëstrijders, die vooral bij ISIS vechten, belanden zij aan de verkeerde kant van de jihad?

AlDe’emeh: De dagen van ISIS zijn niet geteld, integendeel. ISIS zal net aan prestige winnen bij buitenlandse jihadisten. Ze zijn in competitie met Al-Qaeda voor de dominantie van de globale jihadbeweging. Ze hebben hun eigen financieringsbronnen en rekruteren strijders van over heel de wereld, dus ook in België. Op sociale media zijn ze erg actief en verspreiden ze dat zij de enigen zijn die écht voor het kalifaat vechten.

Jabhat Al-Nusra beperkt zich voorlopig tot de islamitische staat binnen de bestaande grenzen van Syrië. ISIS blijft dus de nummer één militie waar buitenlandse jihadisten zich verzamelen voor het herstel van het grensoverschrijdende kalifaat. Eén man is in zijn nopjes: Bashar Assad. Hij kijkt toe hoe al zijn vijanden tegen elkaar vechten. De aanwezigheid van Al-Qaeda in Syrië laat hem bovendien toe om het Westen een nog ergere vijand te bezorgen.

Wie zit achter de beslissing om jihadisten tegen elkaar op te zetten? En waarom?

AlDe’emeh: Saoedi-Arabië. Omdat jihadisten vijandig staan tegenover Saoedi-Arabië. Zij beschouwen de Saoedische monarchie als een onrechtmatige dictatuur en willen in de plaats een islamitisch kalifaat vestigen. De contouren daarvan in Irak en Syrië zijn een doembeeld voor de Saoedi’s: vorige maand verwierf ISIS immers de controle over de belangrijke stad Fallujah in de grote soennitische Irakese provincie Anbar die grenst aan Syrië. Daarom keert de wereld zich zo eensgezind tegen ISIS. En daarom hanteert Saoedi-Arabië een repressieve strategie tegen Saoedische geestelijken en zakenmannen die ISIS financieel steunen.

Egypte: tweede front

Saoedi-Arabië is dus schizofreen: ze willen én Assad weg én daardoor niet tegelijk de soennitische jihadisten versterken.

AlDe’emeh: Ze steunen inderdaad de soennieten in Irak en Syrië om de lijn Teheran-Bagdad-Damascus-Beiroet te breken, maar bestrijden de internationale jihadisten die met hun droom van het grensoverschrijdend kalifaat een bedreiging vormen voor het Saoedische koningshuis. Saoedi-Arabië is in ieder geval gekant tegen revoluties die een islamitische regering aan de macht brengen. De Saoedi’s ondersteunden daarom ook de staatsgreep van de Egyptische generaal Al-Sisi tegen de Moslimbroeders daar.

En zo belanden we in Egypte.

AlDe’emeh: De Moslimbroeders in Egypte, Jordanië en Palestina (Hamas) werken aan de realisatie van het kalifaat, maar dan wel via de politiek en niet via de gewapende jihad. Deze islamisten wilden de democratie gebruiken om hun waarden en dromen kenbaar te maken. Ze geloofden dat ze de straat en de stembus konden gebruiken om op vreedzame wijze seculiere dictaturen omver te werpen en islamitische waarden weer meer ingang te laten vinden. De jihadisten daarentegen, verwerpen zowel seculiere dictaturen als democratieën.

Door de marginalisatie van de Moslimbroeders treden de jihadisten op het voorplan. Drie jaar geleden, bij de start van de Arabische opstanden, werd Al-Qaeda nog dood verklaard. Vandaag lijken ze springlevend.

AlDe’emeh: De staatsgreep van de seculiere dictatuur in Egypte tegen de democratisch verkozen islamistische president Mohamed Morsi gaf de jihadisten gelijk. Ze zeggen: “Zie je wel, jullie demonstraties en verkiezingen hebben niks opgeleverd. Het Westen laat je toch in de steek. Enkel de gewapende strijd voor het kalifaat is effectief. Syrië is de plaats waar we nu moeten zijn.” Het Westen maakt een catastrofale vergissing door amper iets te ondernemen tegen de staatsgreep in Egypte. Nu al gaat de Arabische lente terug naar business-as-usual: extremistische dictaturen die bestreden worden door extremistische jihadisten.

Palestina, Israël en Jordanië: bijna in de vuurlinie

Heb je weet van Palestijnen die met Jabhat Al-Nusra en ISIS in Syrië vechten?

AlDe’emeh: Zeker. Ze vinden dat Hamas de grensbewaker van Israël is geworden. De verzetsstrijd in Palestina staat stil. Hamas schiet enkel in actie wanneer de spanningen met Israël opflakkeren. In de strijd voor het kalifaat zien sommigen een weg die ze elders niet meer zien. Palestijnen vertrekken uit Gaza, maar vooral uit Jordanië waar 60% van de inwoners Palestijns vluchteling is. Ze dromen nog steeds van een terugkeer naar Palestina en hopen ooit oog in oog te staan met de zionisten aan de rivier Jordaan.

De Jordaanse koning Abdullah beeft?

AlDe’emeh: Als de islamitische staat er komt in Syrië, dan is Jordanië de volgende aan de beurt. En in Jordanië broedt ook nog steeds een interne opstand. Economische malaise en corruptie zullen voor grotere protesten en instabiliteit in Jordanië zorgen. Jihadisten maken gebruik van die frustraties om te mobiliseren. Binnen Jordaanse stammen bestaat sympathie voor de vermoorde Jordaanse Al-Qaedaleider Abu Musab Al-Zarqawi.

Vanuit Damascus willen de strijders van ISIS naar Jordanië trekken en van daaruit de oorlog met Israël aangaan. De Hadithliteratuur heeft het over een islamitisch leger ten oosten van de rivier Jordaan, en een ander leger ten westen van de Jordaan. Ze geloven dat dat ander leger Israël is. En daar zouden Palestijnen zich bij het leger voegen. Voor velen maakt het immers niet uit of het onder de islamitische vlag is of onder de vlag van het seculiere Fatah.

Kiezen voor de jihad is dus niet altijd een volledig bewuste keuze voor het kalifaat?

AlDe’emeh: Uiteindelijk vechten zij tegen onrecht en voor rechtvaardigheid. Jongeren koesteren hoop. Als er geen andere oplossingen komen voor economische en politieke uitzichtloosheid, dan staan de jihadisten klaar. Vandaag verkopen islamisten het aantrekkelijkste rechtvaardigheidsverhaal, gisteren waren dat de seculiere pan-Arabisten.

Zelfs de communisten zullen in die oorlog tegen Israël meestrijden. Dat zagen we ook met de islamistische Hezbollah in Libanon, die, toen ze overwinningen boekten tegen Israël, steun kregen van allerlei soorten mensen. De massa zal zich in de oorlog voegen, niet omdat ze islamisten zijn, maar omdat een oplossing voor de Palestijnse vluchtelingen uitblijft.

Israël kan dus best zo snel mogelijk een vredesakkoord tekenen voor het te laat is?

AlDe’emeh: Israël blijft land op de Westelijke Jordaanoever annexeren en de Gazastrook blokkeren. Over de vluchtelingen wordt niet eens gesproken. Dat kan op termijn een derde Intifada ontketenen. Die zal een conflict uitlokken waarin meer onschuldige burgers dan ooit zullen omkomen. Nochtans weten Israëlische strategen maar al te goed dat de annexatiepolitiek grote gevaren voor de Israëlische veiligheid inhoudt.

Libanon: tragisch slachtoffer

Libanon speelt een cruciale en complexe rol in dit hele verhaal.

AlDe’emeh: Hezbollah, Iran en Bashar Assad verspreiden propaganda dat de sjiieten de laatsten zijn die nog vechten tegen Israël. In werkelijkheid vuurde het Syrische leger de laatste 40 jaar geen enkele kogel af op Israël en was de grensregio met Zuid-Libanon, onder controle van Hezbollah, nooit zo stabiel als de laatste zeven jaar. Sinds de oorlog van 2006 werden UNIFIL troepen in Libanon gestationeerd, niet in Israël. Een vernedering voor Hezbollah, maar Hezbollah mocht de overwinning claimen in ruil voor stabiliteit voor Israël. Israël is blij dat Hezbollah in Libanon het monopolie heeft op het anti-Israëlische verzet, want Hezbollah zal anderen die tegen Israël willen vechten tegenhouden.

Hoe kijken de soennitische jihadisten aan tegen de sjiitische militanten van Hezbollah?

AlDe’emeh: Als een obstakel in hun strijd voor het kalifaat en tegen Israël. De meeste Libanese soennieten zullen opkijken naar een soennitische staat in Syrië, zeker als die Palestina wil heroveren. Israël heeft meer schrik van een soennitische islamitische staat, dan van Assad in Syrië en de sjiitische Hezbollah in Libanon.

Hezbollah vreest zelf een soennitisch kalifaat. Als hun sjiitische minderheid macht verliest en de verbinding met het sjiitische Iran wordt verbroken, gaan ze donkere tijden tegemoet. Daarom vecht Hezbollah in Syrië. De strijd tegen Israël is voor hen momenteel bijkomstig. Voor Israël en de VS zijn de sjiieten dus minder gevaarlijk omdat die er als minderheid vooral op gericht zijn om zichzelf in stand te houden tegenover de soennitische meerderheid.

Tunesië: baken van hoop

Wat moet er gebeuren om dit hele scenario af te wenden?

AlDe’emeh: Het Westen moet democratie centraal stellen, de politieke islam steunen die wel democratisch wil samenwerken met anderen en met het Westen en die voor internationale veiligheid kan zorgen. Morsi was geen vijand van het Westen. Toch wordt hij nu behandeld als een crimineel en het Westen laat dat toe.

Zo een lot voorbehouden aan een door het volk gekozen leider zal tot frustraties leiden. Die frustraties zullen zich tegen het Westen keren. Jongeren zullen radicaliseren. De meerderheid van de Egyptische bevolking is jonger dan 25 jaar. Zij groeien op in een situatie waarin dromen, aspiraties en vreedzame politieke strijd voor gerechtigheid worden afgeblokt. Door de dromen van de Arabische lente te blokkeren, maak je het jihadisme sterk.

Is de grondwet in Tunesië misschien de enige echte nederlaag voor de jihadisten? Politieke islamisten sloten er een deal met de seculiere krachten en de Shariawetgeving krijgt geen prominente plaats.

AlDe’emeh: Ansar Al-Sharia, de grootste salafistisch-jihadistische beweging in Tunesië, verliest een veldslag. Maar niet de oorlog. Net door de deal verloren de Moslimbroeders van An-Nahda geloofwaardigheid bij een deel van de islamisten. Die trokken dus naar Ansar Al-Sharia. Volgens hen wil An-Nahda de Sharia niet invoeren.

Torenhoge werkloosheid bij jongeren is de grootste bedreiging. Ansar Al-Sharia bindt die jongeren aan hen via liefdadigheid in achtergestelde regio’s. Bovendien zijn ze bezig hen te militariseren als voorbereiding op de confrontatie. In de nieuwe “seculiere” grondwet zien ze niet meer dan een uitstel van de islamitische staat. Sommige Tunesische jongeren kunnen niet wachten en trekken naar Syrië.

Pieter Stockmans is freelance journalist. Hij realiseert een langlopend project over de Arabische wereld. Je kan hem volgen via de facebook-pagina ‘Tussen Vrijheid en Geluk’.