Midden-Amerika rommelt weer
Remko Ebbers
08 november 2002
Tot grote irritatie van Honduras is buurland Nicaragua in oktober begonnen met concrete onderhandelingen over olieconcessies in een deel van de Caribische Zee waar beide landen aanspraak op maken. Vijf exploratiemaatschappijen zitten om de tafel bij de regering Bolaños, die in juli besloot ook concessies te verkopen in betwist gebied. Honduras heeft daarop meteen protest aangetekend bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. Daar is in 1930 de Caribische grens vastgesteld tussen beide landen. In de zaak die Nicaragua in 1999 aanspande tegen het oordeel van het hof wordt over twee jaar uitspraak verwacht.
De Nicaraguaanse regering van Enrique Bolaños besloot in juli de economie te stimuleren door de olie-industrie nieuw leven in te blazen. Tot 1979 werden op 24 plaatsen in het Nicaraguaanse deel van de Caribische Zee door buitenlandse maatschappijen naar olie geboord. De bedrijven trokken zich ijlings terug na de Sandinistische revolutie, waardoor de Nicaraguaanse olie-industrie een plotse dood stierf. Tien jaar nadat de Sandinisten de macht uit handen hebben moeten geven, is volgens oud-zakenman Bolaños de tijd rijp voor hernieuwde oliewinning.
De concessies die de regering Bolaños wil uitgeven, bestrijken niet alleen het oude wingebied, maar ook betwist gebied met Honduras. De Nicaraguanen zijn niet van plan te wachten tot 2004 voordat de boringen herbeginnen. In een interview met het Hondurese dagblad La Tribuna zegt de directeur van het Nicaraguaanse Instituut voor Energie, Octavio Salinas, dat hij duidelijke richtlijnen heeft gekregen van Bolaños: ‘Ten eerste is het Nicaraguaans gebied, ten tweede gaan we beginnen met de exploitatie en ten derde wachten we wel af wat de resultaten uit Den Haag zullen zijn.’
De Hondurese media hebben zich met Latijns vuur op het grensconflict gestort. ‘Honduras waarschuwt Nicaragua dat het zijn soevereiniteit zal verdedigen’, kopte het Hondurese dagblad El Heraldo op 17 juli. Tien dagen later zei minister van Buitenlandse Zaken Frederico Brevé in een interview met dezelfde krant: ‘Nicaragua provoceert Honduras.’ En in augustus kopte het blad: ‘Zekere milieuschade door olie-exploitatie [door Nicaragua, RE]’. Daarbij vergat het voor het gemak dat de eigen regering olie wil laten winnen in grofweg hetzelfde gebied en in de ongerepte Mosquitia-jungle in het noordoosten van het land. De huidige onderhandeling belandden op 21 oktober in El Heraldo onder de kop: ‘Nicaragua volhardt in haar vijandige houding’.
De massamedia in Nicaragua verdedigen in dezelfde stijl de eigen regering. Volgens critici van Bolaños is het echter geen toeval dat de president de olie-bal aan het rollen heeft gebracht op het moment dat hij betrokken raakte bij het corruptieschandaal van zijn voorganger Arnoldo Alemán. Grensconflicten zijn in Midden-Amerika een zekere manier om de eigen bevolking en media op te zwepen in gevoelens van nationale eenheid en ze af te leiden van binnenlandse problemen. El Salvador kondigde dit jaar aan ook een herziening van de grens met Honduras te willen en Guatemala heeft dit jaar een grensconflict opgerakeld met Belize. Criticasters van de regimes zeggen dat de acties alleen tot doel heeft de aandacht af te leiden van het deplorabele economische klimaat en corruptieschandalen.
De vijftiende breedtegraad is in 1930 na lang touwtrekken in Den Haag vastgesteld als grens tussen beide landen in de Caribische zee. Na de revolutie in de jaren tachtig werd deze grens niet meer erkend door de Nicaraguaanse Sandinisten omdat zij tot stand zou zijn gekomen terwijl het land bezet was door de VS. Van 1926 tot 1934 werden de regimes in Nicaragua inderdaad in het zadel geholpen en gehouden met hulp van zo’n 2500 Noord-Amerikaanse mariniers.
Sinds de Nicaraguaanse regeringswissel in 1990 wordt de vijftiende breedtegraad weer als norm aangehouden, maar met een verschillende interpretatie. En beiden zeggen zich te baseren op historische en geografische gegevens. Honduras houdt de breedtegraad in zijn geheel aan als horizontale grens; Nicaragua trekt de grens vanaf de kust ter hoogte van de vijftiende breedtegraad schuin omhoog naar de zeventiende breedtegraad. Dat levert een betwist zeegebied op van dertigduizend vierkante kilometer, waar op tenminste twee plaatsen olie is aangetroffen.
De Hondurese overheid heeft met de protesten meer belangen op het oog dan alleen het veiligstellen van nationaal gebied. Net als het buurland wil het ook een olieproducerend land worden en het voelt er niet veel voor twee mogelijke oliebronnen te verliezen. Honduras’ zaakgelastigde in Den Haag, Carlos López, probeert steun te krijgen van El Salvador en Colombia door er op te wijzen dat de olieplannen van Nicaragua ook de grenzen van deze landen overschrijden. Dezen hebben zich echter tot nu toe nog niet in het conflict gemengd.
Van de vijf maatschappijen die nu met de regering Bolaños om tafel zitten, komen er vier uit de Verenigde Staten. De vijfde, Oklahoma, heeft zijn zetel officieel in Nicaragua.
Remko Ebbers is freelance journalist in Honduras. Voor opdrachten te bereiken via E-mail.