Naakt in de beek springen

Blog

Naakt in de beek springen

Naakt in de beek springen
Naakt in de beek springen

Rond New York is of wordt landbouwgrond opgekocht door rijke stedelingen. Is dat een plaats om aan stadslandbouw te doen?

Keep Farming

Het is een zonnige nazomerdag en we zijn in de Hudsonvallei op Glynwood, ooit het buitenverblijf van rijke zakenmensen: in 1920 kochten ze 1000 Ha op, inclusief deze boerderij waarop een prachtige schuur staat, ‘Hollandse stijl’. Schoolkinderen uit een naburig dorp zijn er met enkele ouders aan het koken met groenten van de boerderij. Op die manier probeert het hier gevestigde Glynwood Institute for Sustainable Food and Farming de gemeenschap te reconnecteren met de oorsprong van voedsel en met de boeren.

In de streek stoppen veel melkveehouders ermee en verkopen hun land aan de overheid die er bos van maakt of projectontwikkelaars die er buitenverblijven op bouwen. ‘De gemeenschap was vooral ongerust over de bestemming van het land en niet over de landbouw, de boeren of de lokale economie. Wij maken hun duidelijk dat zonder landbouw deze vallei totaal verandert en minder leefbaar wordt. We krijgen nu meer en meer steun om landbouwgrond vast te houden voor jonge boeren,’ zegt Judith LaBelle van het instituut.

Ze krijgen daarbij veel hulp van het Open Space Institute, dat bemiddelt tussen landeigenaars en boeren, of gronden opkoopt en aan een lagere prijs doorverkoopt. Dat kan hier door af te zien van het recht de grond op te delen, bebouwen of de ondergrond te ontginnen (!), heel anders dan bij ons waar de overheid vastlegt wat wel en niet mag op privégrond.

Stadslandbouw in peri-urbaan gebied

Als ik vraag naar de rol van de boerenorganisatie in dit alles, wordt er gelachen. ‘De boeren hier zijn erg op zichzelf, ze hebben geen vakbond. Als we hen samenbrengen met jonge kandidaat boeren voelen we dat er een kloof is. Vooral als zo’n jonge gast dingen zegt als ‘Het leukste aan boeren vind ik dat ik naakt de beek in kan springen wanneer ik wil,’ dan zie je de oude boeren wegkijken, de deur gaat dan dicht.

En toch moeten ze meer open worden voor die nieuwe generatie, want als zij het land niet gaan bewerken, zal niemand het doen en missen we de kans om een deel van New Yorks voedsel vlakbij te telen en zo onze streek te ontwikkelen. ’ Peri-urbaan gebied een grotere rol geven in het voedselsysteem van de stad, ook dat is stadslandbouw. Als we dat op Vlaanderen projecteren, zijn zelfs de Westvlaamse polders peri-urbaan gebied. Maar is men bij ons bereid en klaar om dergelijke discussie te voeren?