“‘Nepal: Quo vadis?’
Vannacht loopt de deadline voor het afkondigen van een nieuwe grondwet voor Nepal af. Die grondwet zou van Nepal een federaal georganiseerd land moeten maken. Het enige resultaat echter, tot nu toe, van vier jaar politiek gebakkelei, is opflakkerend separatisme.
Morgen - maandag 28 mei - zouden de Nepalese politici een nieuwe grondwet voor het land moeten klaarhebben. Het valt nog te bezien of dat het geval zal zijn en - if so - of die nieuwe grondwet het opflakkerende separatisme zal kunnen indammen.
De klok tikt: vannacht loopt het mandaat van de grondwetgevende vergadering af, en na vier jaar politiek gebakkelei is er nog altijd geen akkoord over de fundamenten van de nieuwe Nepalese federale staat. Het meest heikele punt is en blijft de opdeling van het land in federale deelstaten: de politieke partijen verschillen van mening over het aantal (acht, tien, elf, veertien?) en de basiscriteria voor het afbakenen van de grenzen tussen die deelstaten. Alle meningsverschillen hierover kunnen grosso modo in twee tegenovergestelde politieke kampen ondergebracht worden. De argumenten van de voorstanders van een multi-etnische staat zijn evident en rationeel – Nepal telt meer dan 100 verschillende etnische groepen die de facto niet gescheiden kunnen worden – maar jammer genoeg lijkt de versplinterde politieke realiteit de meeste politici te dwingen tot een meer etno-centrisch discours. Erger nog, het politieke immobilisme in Kathmandu leidt tot separatische neigingen: in het oosten bijvoorbeeld eisen de Limbu een eigen onafhankelijke Limbuwan State – maar die oproep leidde prompt tot een tegenreactie van de Rais, een andere etnische groep in de streek, die waarschuwen voor geweld indien de nieuwe grondwet niet zou voorzien in een ruimer gedefineerde Kirat State.
Dinsdag probeerden de leiders van de politieke partijen het mandaat van de grondwetgevende vergadering voor de vijfde keer te verlengen, maar het hoogste gerechtshof in Nepal stak daar een voetje voor door de wet die die verlenging moest regelen – en die premier Bhattarai als een fait accompli aan de 601 leden van de grondwetgevende vergadering ter stemming voorgelegd werd – te annuleren. Meer nog: omdat het hoogste gerechtshof meent dat de vorige verlengingen van het mandaat van de grondwetgevende vergadering ook al in strijd waren met de voorlopige grondwet die in 2007 (na het wapenstilstandsakkoord met de Maoistische rebellen) aangenomen werd, heeft het hoogste gerechtshof de eerste minister – als hoofd van de regering – gedagvaard wegens contempt of court (belediging/minachting van het hof). Ook al lijkt dit wat theatraal (juristen vragen zich af of deze dagvaarding niet in strijd is met de gebruikelijke juridische immuniteit van politieke gezagsdragers), dan nog lijkt de actie van het hoogste gerechtshof eindelijk geleid te hebben tot enige politieke ernst: een nieuw uitstel lijkt er niet te zullen komen, en het meest waarschijnlijke scenario is dat er morgen (28 mei) inderdaad een definitief ontwerp van grondwet op de tafel zal liggen, maar dan wel een ontwerp waarin de definitieve beslissing over het aantal deelstaten overgelaten zal worden aan het parlement (lees: de politieke partijen) – die de wetgevende bevoegdheden terzake zal overnemen van de grondwetgevende vergadering. Kortom, de meeste waarnemers voorspellen een politiek en juridisch creatief last minute compromis. In welke mate dat de achterban van de politici zal tevreden stellen is echter nog de vraag. De leiders van het Joint Libuwan Front verklaarden alvast sowieso een onafhankelijke Libuwan State te zullen uitroepen als de nieuwe grondwet er niet zou in voorzien, en in het westen en het zuiden van het land weerklinken gelijkaardigde politieke strijdkreten. Het hele land lijkt wel in de grip te zijn van separatisme: zelfs in een afgelegen dorpje in de afgesloten en politiek geisoleerde Mustang-vallei in het Tibetaans-Nepalese grensgebied zag ik politieke slogans op de muur (zie foto) die ijverden voor een aparte Himali State, en toen we onze Sherpa gids hierover ondervroegen was hij zelfs nog precieser: hij meent dat de Sherpas recht hebben op een eigen Sherpa State. Toen we hem vroegen hoe hij dat concreet zag – ook de 35.000 sherpas in Nepal leven voor de overgrote meerderheid samen met andere etnisch-Tibetaanse groepen – bleef hij ons het antwoord echter schuldig.