100 jaar Internationale Arbeidsorganisatie
“‘Over MeToo-conventies en nieuwe arbeidsvormen’
Verlof op pinkstermaandag is geen fundamentele arbeidsnorm, dat is duidelijk. Want deze maandag begon in Genève de jaarlijkse Internationale Arbeidsconferentie. Een bijzondere editie: de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) bestaat dit jaar 100 jaar.
© ILO — Marcel Crozet
Verlof op pinkstermaandag is geen fundamentele arbeidsnorm, dat is duidelijk. Want feestdag in België of niet, deze maandag begon in Genève de jaarlijkse Internationale Arbeidsconferentie. Ik voegde er bijna ‘naar jaarlijkse gewoonte’ aan toe… Maar dit is geen gewoon jaar. De Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) bestaat 100 jaar en dus viert de Conferentie dit jaar een eeuwfeest.
De IAO werd in 1919 opgericht, kort na de Eerste Wereldoorlog, met een bijzondere vredesmissie: vrede tewerkstellen en een nieuwe oorlog voorkomen, door sociale rechtvaardigheid ter bevorderen. Een unieke tripartiete samenstelling van overheden, werkgevers én werknemers moest dit bewerkstelligen.
‘Als regeringen, werkgevers en werknemers samenkomen, dan gaan de deuren van sociale rechtvaardigheid open’
Toen de Verenigde Staten in 1936 aansloten, drukte president Franklin Roosevelt het zo uit: ‘Ik herinner de dagen dat de IAO een droom was, nog goed. Voor velen was het een wilde droom. Wie had ooit gehoord over regeringen die samen zitten om de arbeidsnormen te verbeteren op internationaal vlak? Nog wilder was het idee dat de betrokkenen zelf, de werknemers en werkgevers uit verschillende landen, zouden samenwerken met die regeringen om de arbeidsnormen uit te werken’.
Guy Ryder, de huidige directeur-generaal van de IAO, echode het bij de start van de Conferentie anno 2019. ‘Als de drie sleutels, regeringen, werkgevers en werknemers, samenkomen en elkaar begrijpen, dan gaan de deuren van sociale rechtvaardigheid open’, getuigde hij in een knappe video van Actrav, het secretariaat van de werknemersgroep, bij de start van het eeuwfeest:
De IAO is er in die 100 jaar toch maar in geslaagd wereldwijde afspraken te maken over wat hoort en wat niet hoort in de wereld van de arbeid. Die afspraken werden, zij het met verschillen tussen de landen, voor een belangrijk deel omgezet in nationale regels. in Europa ook deels in Europese regels.
De eerste vergadering, 100 jaar geleden in Washington
Wat wordt de toekomst van werk?
De IAO trapte niet in de val om voor de honderdste verjaardag vooral terug te blikken op zijn geschiedenis en verwezenlijkingen. Onder leiding van Guy Ryder (die overigens vanuit de vakbond kwam) wordt vooral vooruit gekeken.
Hoe kan de IAO in de komende 100 jaar relevant blijven met al die snelle veranderingen in de wereld van het werk? Dit eeuwfeest is eerst en vooral een grondige bezinning over de toekomst van de arbeid en bij afgeleide van de IAO. We maakten er meteen ook het thema van voor ons eigen ACV-congres #arbeidmorgen in oktober.
Een speciale commissie stelt voor om 3 nieuwe rechten te introduceren: op waardig loon, op beperking van arbeidsduur en op veiligheid en gezondheid.
Het debat over de toekomst van de arbeid wordt te vaak herleid tot het effect van de nieuwe golf van technologische innovaties. De IAO trok het debat al snel verder open. Wat met klimaatverandering, migratie of globalisering? Of het oprukken van nieuwe businessmodellen, gericht op de grootste flexibiliteit aan de laagste kost? Wat met nieuwe arbeidsvormen in het spoor daarvan? Op ons eigen ACV-Congres zullen we niet anders doen.
Dit debat werd door de IAO grondig voorbereid door een Wereldcommissie aan het werk te zetten: de Global Commission for the Future of Work. Een beperkte groep van toppolitici (waaronder de Zuid-Afrikaanse president Matamela Cyril Ramaphosa en de Zweedse eerste minister Stefan Löfven), wetenschappers en vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers. Met daarin onder meer Luc Cortebeeck, oud-voorzitter van het ACV.
In januari leverde de Commissie een indrukwekkend rapport af over de uitdagingen, met ook denkrichtingen voor oplossingen. Hun meest beklijvende voorstel: de wereldwijde sokkel van fundamentele arbeidsnormen aanvullen met drie nieuwe rechten. Vandaag bevat die sokkel vijf basisnormen: (1) geen kinderarbeid, (2) geen dwangarbeid, (3) geen discriminatie, (4) syndicale vrijheid en (5) recht op collectieve onderhandelingen.
De Global Commission stelt voor om drie andere rechten mee centraal te stellen: het recht op een waardig loon, het recht op beperkingen van de arbeidsduur en werktijden, en het recht op veiligheid en gezondheid. Hun leidraad is om die rechten een zo breed mogelijke dekking te geven: niet enkel rechten voor werknemers in klassieke zin, maar voor gelijk wie die zijn kost moet verdienen en daarvoor afhankelijk is.
Want we zien steeds meer nieuwe arbeidsvormen opduiken, met werkenden die verstoken blijven van de gewone arbeidsbescherming en sociale zekerheid. Ook bij ons in België, bijvoorbeeld de mensen die voor digitale platformen (bv. Über, Deliveroo… red.) werken. De vorige regering besliste zelfs om deze mensen elk sociale bescherming te ontnemen, zolang ze geen 6.130 euro per jaar verdienen via het platform.
Niet zo tuk op sterkere rechten
Bedoeling is nu dat een plechtige IAO-verklaring over de toekomst van de arbeid tot stand komt op de Internationale Arbeidsconferentie, op basis van het rapport van de Global Commission. En dan liefst een verklaring met inhoud, die bakens verzet en die erop gericht is om de rechten te versterken van wie zijn brood met arbeid moet verdienen.
Gemakkelijk wordt dat niet. Want je ziet al aardig wat weerwerk van de werkgevers. Ze krijgen ook steun van tal van regeringen, die niet zo tuk zijn op een versterking van werknemersrechten. Bij de start van de Internationale Arbeidsconferentie kwam alvast een bijzonder vreemd signaal vanuit het VBO: ‘De toekomstige wereld van werk moet er een zijn die we benaderen met gezond verstand en met tastbare maatregelen die resultaat opleveren, niet met ronkende verklaringen, principes en rechten.”
Als schot voor de boeg kan dat tellen: ‘Werknemers, we hebben het nu wel eventjes gehad met jullie gezeur om nieuwe rechten, wijze werkgevers weten best wel wat goed is voor u’. Jean-Jacques Rousseau beweerde het al: de mens is van nature goed. Kennelijk moeten we ons dat vooral inprenten als het om werkgevers gaat.
De eerste vergadering, 100 jaar geleden in Washington
Van MeToo naar een IAO-conventie
Diezelfde toon zetten de werkgevers ook voor de tweede belangrijke inzet van deze Internationale Arbeidsconferentie: een nieuwe IAO-conventie over geweld op het werk afronden. Vorig jaar had al een eerste bespreking over deze nieuwe conventie plaats. Die kreeg onverwacht veel rugwind door de MeToo-beweging tegen seksueel geweld. Maar tegelijk was er ook veel tegenwind. De werkgevers wilden aanvankelijk zelfs niets weten van een conventie.
Bepaalde landen hebben een totaal andere kijk op omgangsvormen tussen man en vrouw. Zelfs in België zie je daar na de laatste verkiezingen discussie over
Het ontwerp van conventie moet nog een tweede lezing doorstaan op deze Conferentie. Er zal nog veel overtuigingswerk nodig zijn. Niet enkel bij de werkgevers, maar zeker ook bij een reeks van landen. Omdat bepaalde landen een totaal andere kijk hebben op de omgangsvormen tussen mannen en vrouwen, afhankelijk ook van culturele en religieuze tradities en ontwikkelingen. Of over hoe je hoort om te gaan met holebi’s en transgenders. Zelfs in België zie je in de nasleep van de verkiezingen van 26 mei de achterhoedegevechten op dat vlak.
Maar toch is de druk is groot om deze conventie over geweld op het werk te af te ronden op het eeuwfeest. Want hoe je het draait of keert, tot arbeidsnormen komen en die achteraf doen naleven, is de allereerste rol van de IAO.
24 landen op het matje
Op deze Internationale Arbeidsconferentie zal weer zeer veel energie (en zeker van het ACV) gaan naar het doen naleven van arbeidsnormen. ACV-voorzitter Marc Leemans is al jaren woordvoerder van de werknemers in de Commissie voor de Toepassing van de Normen. Daar moeten elk jaar 24 landen voorkomen om zich te verantwoorden, vooral voor de schending van arbeidsnormen die ze eerder nochtans hebben geratificeerd.
De lijst van landen wordt pas op de vooravond vastgelegd, in overleg met werkgevers en werknemers. Tegelijk wordt ook voor alle landen samen bekeken hoe het is gesteld met de naleving van een welbepaalde set van normen. Dit keer gaat dat over de sociale bescherming.
Met alle aanwezigen van ACV en Wereldsolidariteit zullen we blijven volgen — en verslag uitbrengen — hoe dit verloopt.
Chris Serroyen is hoofd van de studiedienst van de christelijke vakbond ACV